Operation Manual

25
OPSPOREN VAN STORINGEN
1. Het apparaat werkt niet.
Is de stroom uitgevallen?
Zit de stekker goed in het stopcontact?
Is de tweepolige netschakelaar ingeschakeld?
Is de zekering doorgebrand?
Staat de thermostaat op stand
?
2. De temperatuur in de vakken is niet koud
genoeg.
Sluiten de deuren correct?
Staat het apparaat dicht bij een warmtebron?
Is de thermostaat correct ingesteld?
Wordt de luchtcirculatie belemmerd?
3. De temperatuur in het koelvak is te koud.
Is de thermostaat correct ingesteld?
4. Het water verzamelt zich op de bodem
van het koelvak.
Is het afvoergat voor het dooiwater verstopt?
5. De binnenverlichting werkt niet.
Zie eerst punt 1, en dan:
trekker de stekker van het apparaat uit het
stopcontact.
Zie de instructies en afbeeldingen op het
bijgeleverde blad, om toegang te krijgen tot het
lampje.
Controleer het lampje en vervang het zo
nodig.
(E14 type, 15W max).
6. Te veel ijsvorming in het
lagetemperatuurvak.
Is de deur van het lagetemperatuurvak
correct gesloten?
Opmerkingen:
Borrelende en sissende geluiden in het koelcircuit
zijn normaal en duiden niet op een defect.
KLANTENSERVICE
Voordat u contact opneemt met onze
klantenservice:
1. Probeer het probleem te verhelpen
(zie “Opsporen van storingen”).
2. Schakel het apparaat opnieuw in om te
controleren of de storing zich nog voordoet.
Schakel het apparaat uit en na een uur weer in
als de storing nog niet is opgelost.
3. Als de storing na deze handeling nog steeds niet
is opgelost, dient u contact op te nemen met de
klantenservice en de volgende gegevens te
specificeren:
de aard van de storing
het model
het servicenummer (nummer achter
SERVICE op het typeplaatje op de achterkant
van de groentelade)
uw volledige adres
uw telefoonnummer en netnummer.
Opmerking: Het door onze klantenservice
omdraaien van de deur valt niet onder de
garantiebepalingen.
INSTALLATIE
Installeer het apparaat niet in de buurt van een
warmtebron (minimale afstand: 30 cm vanaf
fornuizen die werken op vaste brandstof of gasolie
en 3 cm van elektrische ovens en kookplaten).
Plaats het apparaat in een droge en goed
geventileerde ruimte.
Dek de ventilatieopeningen niet af.
Reinig de binnenkant van het apparaat
(zie desbetreffende hoofdstukken).
Breng de accessoires aan.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
Houd u aan de plaatselijke voorschriften
voor de elektrische aansluiting.
Gegevens over de spanning en het opgenomen
vermogen staan op het typeplaatje.
Het apparaat moet geaard zijn zoals
wettelijk is voorgeschreven. De fabrikant
aanvraadt geen enkele aansprakelijkheid
voor persoonlijke letsel, schade aan dieren
of materiële schade die voortvloeit uit het
niet naleven van de hierboven staande
voorschriften.
Als de stekker van het apparaat niet in het
stopcontact past, moet het stopcontact worden
vervangen door een gekwalificeerd elektricien.
Gebruik geen verlengkabels of meervoudige
adapters.
ELEKTRISCHE LOSKOPPELING
Het moet mogelijk zijn om het apparaat van het
elektriciteitsnet los te koppelen door de stekker
uit het stopcontact te trekken of het loskoppelen
van een stroomonderbreker.