Operation Manual
66
WANNEER DIENT HET FILTER VOOR 
VREEMDE VOORWERPEN TE WORDEN 
VERWIJDERD?
•
Controleer en reinig het filter minstens 
2 tot 3 maal per jaar.
•
Wanneer de pomp is verstopt door een 
voorwerp (knopen, muntstukken, 
veiligheidsspelden).
•
Wanneer de wasmachine het water niet 
regelmatig afvoert of niet centrifugeert.
Opmerking: 
Alvorens het water uit de machine 
te laten lopen, dient u zich ervan te verzekeren 
dat het is afgekoeld.
HET FILTER VOOR VREEMDE 
VOORWERPEN VERWIJDEREN
1.
Zet de wasmachine uit (druk op 
de “AAN/UIT”-toets).
2.
Open het deksel van het filter voor vreemde 
voorwerpen met behulp van het gekleurde 
doseringsmiddel uit de wasmiddellade.
3.
Zet er een bak onder.
4.
Draai het filter tegen de klok in totdat de 
hendel zich in een verticale positie bevindt; 
schroef het filter nog niet helemaal los.
5.
Wacht tot al het water in de bak is gestroomd.
6.
Schroef het filter nu helemaal los en neem 
het weg.
7.
Verwijder eventuele vreemde voorwerpen uit 
het filter.
8.
Controleer of de rotor van de pomp weer 
goed kan bewegen.
9.
Breng het filter weer aan en schroef het met de 
wijzers van de klok mee totdat deze vastzit (totdat 
de hendel zich in horizontale positei bevindt).
10.
Sluit het deksel.
11.
Giet 1/2 liter water in de wasmiddellade om 
het besparingssysteem weer in te schakelen.
Sommige modellen bevatten geen filter omdat 
zij voorzien zijn van een zelfreinigende pomp.
Opmerking: 
Indien het filter gereinigd dient te 
worden gedurende een programma, de 
wasmachine uitzetten en vervolgens weer 
aanzetten en een nieuw programma kiezen.
WANNEER MOET HET RESTWATER 
WORDEN AFGEVOERD?
•
Wanneer u de wasmachine wilt vervoeren.
•
In een ruimte waar de temperatuur onder het 
vriespunt kan zakken. In dit geval dient het 
restwater na iedere wasbeurt uit de machine 
te worden verwijderd.
HET AFVOEREN VAN RESTWATER
De slang voor de afvoer van het restwater 
bevindt zich in de plint van de wasmachine.
1.
Duw het deksel met lichte kracht naar boven.
2.
Trek de slang ongeveer 15 cm naar buiten.
Verwijder de sluiting op het uiteinde van de 
slang.
3.
Laat het water weglopen in een lage bak 
totdat de machine helemaal leeg is. Sluit de 
afvoerslang en breng hem weer in de 
oorspronkelijke positie.
4.
Voor aanvang van een nieuw programma: 
Giet 1 liter water in de wasmiddellade om het 
besparingssysteem weer in te schakelen. 
Als de wasmachine niet geleverd wordt met 
een afvoerslang in de plint, moeten de 
aanwijzingen in “Filter voor vreemde 
voorwerpen verwijderen” worden opgevolgd 
voor het afvoeren van het restwater.
HET VERWIJDEREN VAN HET FILTER VOOR VREEMDE 
VOORWERPEN / AFVOEREN VAN RESTWATER










