Operation Manual

66
HET KIEZEN VAN HET PROGRAMMA
(Zie ook de aparte programma- en verbruikstabel)
1.
Open de waterkraan.
2.
Draai de programmakeuzeknop
op het
gewenste programma.
Het functioneringslampje gaat branden, wat
aangeeft dat de wasautomaat is
ingeschakeld .
3.
Draai de thermostaatknop
op de gewenste
temperatuur .
4.
Zet de keuzeknop voor de
centrifugeersnelheid op de gewenste
snelheid .
Opmerkingen:
1. Indien de stand
(Niet Centrifugeren)
is gekozen
wordt er niet gecentrifugeerd tijdens de
programma's voor Wol en Tere
weefsels;
maar wordt er met een lagere snelheid en
met tussenpozen tussen de spoelbeurten
gecentrifugeerd in de programma's
Katoen en Synthetische Weefsels om
een goede spoeling te verzekeren.
Aan het einde van het programma is er
één korte centrifugeerperiode.
2. Aan ieder programma wordt automatisch een
maximale centrifugeersnelheid toegekend.
* Ter bescherming van het wasgoed is de werkelijke centrifugeersnelheid beperkt tot 900 toeren per min.
5.
Stel eventueel de benodigde extra functies
in
(zie het volgende hoofdstuk).
6.
Houd de Start-toets
ongeveer een seconde
ingedrukt.
HET KIEZEN VAN HET PROGRAMMA /
START VAN HET PROGRAMMA
1.
2.
3.
123
Programma Max. centrifugeersnelheid in toeren per min. (afhankelijk van het model)
1200 1100 1000 900 800 600
Katoen 1200 1100 1000 900 800 600
Synthethische weefsels 900* 900* 900* 900 800 600
Tere weefsels 900* 900* 900* 900 800 600
Wol 900* 900* 900* 900 800 600
Spoelen + Centrifugeren 1200 1100 1000 900 800 600
Centrifugeren op lage
snelheid
900* 900* 900* 900 800 600