GEBRUIKSAANWIJZINGEN ALVORENS DE WASMACHINE TE GEBRUIKEN EERSTE WASPROGRAMMA ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN ADVIEZEN BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE WASMIDDEL EN NABEHANDELINGSPRODUCTEN ONDERHOUD EN REINIGING HET OPSPOREN VAN STORINGEN KLANTENSERVICE TRANSPORT EN BEHANDELING INSTALLATIE 42
ALVORENS DE WASMACHINE TE GEBRUIKEN 1.Verwijder de verpakking en controleer het volgende: • Controleer na het uitpakken of de wasmachine niet beschadigd is. Gebruik de wasmachine in geval van twijfel niet. Neem contact op met de klantenservice of uw plaatselijke leverancier. • Bewaar het verpakkingsmateriaal (plastic zakken, polystyreen enz.) buiten het bereik van kinderen; het kan een bron van gevaar vormen. 2.
EERSTE WASPROGRAMMA Het wordt aanbevolen om het eerste wasprogramma zonder wasgoed uit te voeren. Zo wordt eventueel overblijvend water dat is gebruikt om de machine te testen, verwijderd. 1. Draai de kranen open. 2. Sluit de deur van de wasmachine. . 3. Doe een beetje wasmiddel (ongeveer 30 ml) in het doseerbakje voor wasmiddel 4. Een kort programma kiezen (zie de programmatabel). 5. Druk op de “Start”-knop. ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN ADVIEZEN 1.Verpakking 4.
BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE 1. Werkblad 2. Bedieningspaneel 3. Doseerbakje wasmiddel 4. Servicesticker (op het voorpaneel achter het deurframe) 5. Deur 6. Handgreep voor het openen van de deur • Trek aan de handgreep om de deur te openen 2 1 3 4 5 • Sluit de deur door hem stevig dicht te duwen (totdat u een klik hoort) 7. Verstelbare pootjes 6 7 7 Deurvergrendeling Na iedere start van een programma wordt de deur vergrendeld en wordt er ca. 0,5 l water toegevoerd.
WASMIDDEL EN NABEHANDELINGSPRODUCTEN Wasmiddelen en nabehandelingsproducten gebruiken Trek de wasmiddellade helemaal naar buiten, tot deze niet verder kan. Voeg het wasmiddel toe: Bakje • Wasmiddel voor de voorwas Bakje • Hoofdwasmiddel • Vlekkenmiddel • Waterontharder (waterhardheid klasse 4) Wanneer u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, zet u het inzetstuk in de voorste sleuf , en wanneer u waspoeder gebruikt in de achterste sleuf . (Zie markering).
Opmerkingen: • Bewaar wasmiddelen en nabehandelingsproducten op een droge plaats, buiten het bereik van kinderen. • Als u ontkalkingsmiddelen, textielverf en bleekmiddelen gebruikt, let er dan op dat ze geschikt zijn voor de wasmachine. Ontkalkingsmiddelen kunnen componenten bevatten die onderdelen van uw wasmachine kunnen aantasten. • Gebruik geen oplosmiddelen (terpentine, wasbenzine enz.) Was textiel dat behandeld is met oplosmiddelen of ontvlambare vloeistoffen niet in de wasmachine.
ONDERHOUD EN REINIGING Behuizing en bedieningspaneel Deurafdichting • Reinigen met een neutraal reinigingsmiddel (gebruik geen schuurmiddelen of oplosmiddelen). • Reinig deze af en toe met een vochtige doek. • Controleer regelmatig de toestand van de deurafdichtingen. • Maak de oppervlakken droog met een zachte doek. Doseerbakje wasmiddel 1. Druk de hendel in het voorwasbakje naar beneden en trek het bakje eruit. 2. Verwijder de inzetstukken uit het doseerbakje. 3.
HET OPSPOREN VAN STORINGEN Deze wasmachine is uitgerust met automatische veiligheidssystemen die storingen in het beginstadium herkennen en signaleren en daar op adequate manier op reageren. Het gaat daarbij vaak om kleine storingen die snel opgelost kunnen worden. Bijvoorbeeld: Het apparaat start niet; er gaat geen lampje branden.
a. Storing in de watertoevoer (geen water of onvoldoende waterdruk) Op het digitale display verschijnt “FH”. Schakel het apparaat uit door op de “Pauze/Annuleren”-knop te drukken en trek de stekker uit het stopcontact. Controleer of: • de waterkraan open is en de watertoevoerdruk voldoende is; • de watertoevoerslang bekneld zit; • het vuilfilter tussen de kraan en de slang schoon is (zie “Onderhoud en reiniging” / “Vuilfilters wateraansluiting”); • de watertoevoerslang bevroren is.
INSTALLATIE De veiligheidsbeugels verwijderen 1. Draai met de bijgeleverde sleutel de vier schroeven losser (afbeelding A). Open de plastic lus rond het netsnoer. Snijd de lus niet door. 2. Draai de schroeven met de hand los. 3. Houd de schroefkop vast en verwijder elke schroef inclusief kunststof afstandstuk via de brede zijde van het gat (afbeelding B). 4. Sluit de gaten die zo ontstaan af met de bijgeleverde plastic doppen.
De pootjes afstellen Kleine ongelijkheden van de vloer kunnen gecompenseerd worden door de vier pootjes van het apparaat naar boven of naar beneden te schroeven (gebruik nooit stukjes hout, karton of iets dergelijks): 1. De wasmachine moet van kant naar kant en van voor naar achter horizontaal geïnstalleerd worden. Gebruik een waterpas om dit te controleren. 2. Draai de borgmoer los met behulp van de bijgeleverde sleutel. 3. Stel de hoogte van de pootjes met de hand in. 4.
De watertoevoerslangen aansluiten Voer de aansluiting op de watertoevoer uit met behulp van de nieuwe slangenset. Oude slangensets mogen niet worden hergebruikt. Sluit de slangen bij voorkeur met de hand aan. Draai ze niet te vast aan. 1. Bevestig de watertoevoerslang met de rode streep aan de rode klep van de wasmachine en aan de warmwaterkraan. 2. Bevestig de watertoevoerslang met de blauwe streep aan de witte klep van de wasmachine en aan de koudwaterkraan. 3.