INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT MILIEUTIPS ALGEMENE EN VEILIGHEIDSADVIEZEN INSTALLATIE AANSLUITING VAN DE MINIKEUKEN GEBRUIK VAN DE ELEKTRISCHE KOOKZONES GEBRUIK VAN DE TIMER BEDIENING VAN HET KOELKASTCOMPARTIMENT BEDIENING VAN HET DIEPVRIEZERVAK DE KOELKAST ONTDOOIEN EN SCHOONMAKEN ONDERHOUD EN REINIGING OPSPOREN VAN STORINGEN KLANTENSERVICE
VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke en gelijkaardige toepassingen zoals - personeelskeukens in winkels, kantoren en overige werkomgevingen; - cottages en door klanten in hotels, motels en andere residentiële omgevingen; - bed- and breakfast omgevingen; Lees aandachtig de gebruiksaanwijzingen met een beschrijving van het product en nuttig advies om het meeste te halen uit uw apparaat. Bewaar deze instructies voor toekomstige referentie.
MILIEUTIPS 1. Verpakking De verpakkingsmaterialen zijn 100% recyclebaar en zijn gemerkt met het recyclingsymbool . Leef de plaatselijke afvalverwerkingsreglementen n. Bewaar het verpakkingsmateriaal (plastic zakken, polystyreen enz.) buiten bereik van kinderen; het kan een bron van gevaar vormen. 2. Slopen/afdanken Het apparaat is vervaardigd van recyclebaar materiaal.
ALGEMENE EN VEILIGHEIDSADVIEZEN INSTALLATIE • Het apparaat moet gehanteerd en geïnstalleerd worden door twee of meer personen. • Zorg dat u de vloer (bijv. parket) niet beschadigt tijdens het verplaatsen van het apparaat. • Zorg er tijdens de installatie voor dat het apparaat de stroomkabel niet beschadigt. • Volg de installatie-instructies om voldoende ventilatie te garanderen. • WAARSCHUWING: Houd de ventilatie-openingen van het apparaat vrij.
• WAARSCHUWING: Onbewaakt koken op een kookvuur met vet of olie kan gevaarlijk zijn en kan brand veroorzaken. TRACHT NOOIT een brand te blussen met water, maar schakel het apparaat uit en bedek vervolgens de vlam met een deksel of een blusdeken. • WAARSCHUWING: Brandgevaar: bewaar geen items op de kookoppervlakken.
INSTALLATIE Controleer voor de installatie of de buizen op de achterkant van de koelkast niet verbogen werden tijdens het transport. Indien de buizen de koelkast of de wand raken, maakt de koelkast een irritant geluid tijdens het bedrijf. Indien noodzakelijk dient u ze voorzichtig te buigen om de correcte speling te herstellen. De minikeuken moet in een vaste en rechtopstaande positie geïnstalleerd worden. Pas de voetjes aan om een ongelijkmatigheid in de vloer te compenseren.
AANSLUITING VAN DE MINIKEUKEN Een professionele installateur dient de aansluiting uit te voeren op de waterleidingen en afvoerpijpen. De minikeuken werd speciaal ontwikkeld voor aansluiting op de geaarde stekker van een 220-240V/ 50Hz stroomtoevoer, geïnstalleerd conform de huidige veiligheidsreglementen. De minikeuken met elektrische kookzones dient beschermd te worden door een 16A zekering. De minikeuken kan geconverteerd worden door een bevoegde installateur voor gebruik bij 380-415V 2N 50Hz.
GEBRUIK VAN DE ELEKTRISCHE KOOKZONES A Kookzones B Knoppen De normale en snelle kookzones bieden zes nominale kooktemperaturen. In de stand “0” staat de kookzone uit. De snelle kookzone, aan de voorzijde, is te herkennen aan een rode stip in het midden. Deze kookzone wordt gebruikt voor snel koken, bakken, etc. Voor dit soort toepassing draait u de regelknop in stand 3. Gebruik stand 3 voor snel koken en stand 1 voor traag koken of sudderen. Verhoog of verlaag als nodig. Voor braden, roosteren etc.
GEBRUIK VAN DE TIMER Kookplaat met timer (indien voorzien) B controleknop kookplaat 1-6 (1-3). Elke kookplaat heeft zijn eigen controleknop. C Timer controleknop. D Het gele indicatorlampje blijft branden terwijl de kookplaten in bedrijf zijn. Inschakelen van de kookplaten Stel de controleknop B in tussen 1 en 6 (1 en 3). Draai de controleknop C naar rechts (zo ver als deze kan gaan). De kookplaten werken wanneer beide knoppen B en C zijn ingeschakeld.
BEDIENING VAN HET KOELKASTCOMPARTIMENT Inschakelen van het apparaat Opstarten van het apparaat Afhankelijk van het model is het apparaat uitgerust met externe controles of interne controles. Steek de stekker van het apparaat in het stopcontact. Voor apparaten met externe controles: • Het lampje, dat zich ofwel onder het bedieningspaneel of binnenin het apparaat bevindt (afhankelijk van het model) schakelt in telkens wanneer de deur wordt geopend.
BEDIENING VAN HET DIEPVRIEZERVAK Het diepvriezervak is , of . Vakken aangeduid met of kunnen gebruikt worden om bevroren voedsel te bewaren gedurende de periode zoals aangegeven op de verpakking. Indien het diepvriezervak is aangeduid met , kan het ook gebruikt worden om vers voedsel in te vriezen. De hoeveelheid vers voedsel die kan worden ingevroren in 24 u wordt aangeduid op het typeplaatje.
DE KOELKAST ONTDOOIEN EN SCHOONMAKEN Trek de stekker uit het stopcontact of sluit de stroomtoevoer af voordat u met reinigings- of onderhoudswerkzaamheden begint. Het ontdooien van het koelkastvak gebeurt volledig automatisch. De aanwezigheid van waterdruppels op de achterwand aan de binnenkant van de koelkast geeft aan dat de automatische ontdooifase bezig is. Het dooiwater wordt automatisch naar een afloop geleid in een bakje waar het opnieuw verdampt.
ONDERHOUD EN REINIGING • Maak de luchtopeningen en de condensator aan de achterzijde van het apparaat regelmatig schoon met een stofzuiger of een borstel. • Maak de buitenkant schoon met een zachte doek. Langdurig buiten gebruik 1. Maak de koelkast leeg. 2. Trek de stekker uit het stopcontact. 3. Laat ontdooien en maak de binnenkant schoon. 4. In het geval van langdurige buiten gebruikstelling dient u de deur open te laten om de vorming van schimmel, geurtjes en oxidatie te voorkomen. 5.
OPSPOREN VAN STORINGEN 1. Temperatuur binnenin de vakken is onvoldoende laag. • Verhindert het voedsel dat de deuren correct sluiten? • Is de thermostaatinstelling correct? • Zijn de luchtcirculatie-openingen geblokkeerd? 2. De temperatuur binnenin het koelkastvak is te laag. • Is de thermostaatinstelling correct? 3. Het apparaat maakt veel lawaai. • Werd het apparaat correct geïnstalleerd? • Raken de leidingen achteraan elkaar of trillen deze? • Is het normaal om de koelvloeistof te horen circuleren. 4.
KLANTENSERVICE Voordat u contact opneemt met de klantenservice: 1. Controleer of u het probleem zelf kunt oplossen aan de hand van de punten die beschreven zijn in “Opsporen van storingen”. 2. Schakel het apparaat opnieuw in en controleer of het probleem is opgelost. Indien niet, koppelt u het apparaat los van de stroomtoevoer en wacht ongeveer een uur voordat u het opnieuw inschakelt. 3. Indien het probleem aanhoudt na deze actie, neemt u contact op met de Klantenservice.