Instruction for Use

7
VRIEZER GEBRUIKEN
Controleer alvorens bevroren levensmiddelen in de ruimte te plaatsen of
het apparaat is ingesteld als vriezer (zie de paragraaf “Instelling van de
temperatuur”) en of het rode controlelampje niet brandt.
ALVORENS OVER TE GAAN VAN KOELER NAAR VRIEZER CONTROLEREN
OF ER GEEN LEVENSMIDDELEN OF FLESSEN AANWEZIG ZIJN IN DE
RUIMTE, OM ONGEWENST BEVRIEZEN VAN LEVENSMIDDELEN OF
BARSTEN VAN FLESSEN TE VOORKOMEN.
Raadpleeg de tabel op het apparaat (indien aanwezig).
Indeling van de ingevrorenlevensmiddelen
MAANDEN VOEDSEL
Zet de ingevroren levensmiddelen in de vriezer en deel ze in; het is raadzaam
om de invriesdatum op de verpakking aan te geven, om te zorgen dat het
product tijdig geconsumeerd wordt.
BEWAREN VAN DIEPVRIESPRODUCTEN
Tips voor het bewaren van diepvriesproducten
Bij de aankoop van diepvriesproducten moet u op de volgende punten letten:
Zorg dat de verpakking niet beschadigd is (diepgevroren levensmiddelen
in beschadigde verpakkingen kan een verminderde kwaliteit hebben).
Indien de verpakking bol staat of vochtplekken heeft, werd het mogelijk
niet bij optimale omstandigheden bewaard en het ontdooien is mogelijk
al begonnen.
Tijdens het winkelen dient u de aankopen van diepgevroren
levensmiddelen als laatste te doen en u dient de producten in een
thermisch geïsoleerde koelzak te transporteren.
Leg de diepvriesproducten bij thuiskomst meteen in de vriezer.
Vermijd of beperk temperatuurvariaties tot een minimum.
De uiterste houdbaarheidsdatum op de verpakking moet worden
gerespecteerd.
Houd steeds rekening met de opslaginformatie op de verpakking.
Opmerking:
Ontdooide of gedeeltelijk ontdooide levensmiddelen moeten
onmiddellijk worden geconsumeerd.
Vries ze niet opnieuw in, tenzij het voedsel na het ontdooien gekookt is.
Nadat het gekookt is, mag het opnieuw worden ingevroren. Als de stroom
gedurende langere tijd uitvalt:
Open de deur van het apparaat niet, behalve om de vrieselementen
(indien beschikbaar) boven op het ingevroren voedsel aan de rechter-
en linkerkant van het apparaat te plaatsen. Op deze manier kunt u de
snelheid waarmee de temperatuur stijgt beperken.
INVRIEZEN VAN LEVENSMIDDELEN
Controleer alvorens levensmiddelen te bevriezen in de
ruimte of het apparaat is ingesteld als vriezer (zie de
paragraaf “Instelling van de temperatuur”) en of het rode
controlelampje niet brandt.
Klaarmaken van verse levensmiddelen om in te vriezen
Alvorens verse levensmiddelen in te vriezen dient u het
te wikkelen en verzegelen in: aluminiumfolie, plastic folie,
lucht- en waterdichte plastic zakken, polytheen containers
met deksel die geschikt zijn voor het invriezen van
levensmiddelen.
• De levensmiddelen moeten vers, rijp en van een zeer
goede kwaliteit zijn.
Verse groenten en fruit zo mogelijk direct na de oogst
invriezen, om de voedingsstoen, de consistentie, de kleur
en de smaak te behouden.
• Laat warme levensmiddelen altijd afkoelen voordat u ze
in het apparaat legt.
Invriezen van verse levensmiddelen
Plaats de in te vriezen levensmiddelen direct tegen de
verticale wanden van het apparaat:
A.
in te vriezen levensmiddelen,
B.
reeds bevroren voedsel.
Plaats de in te vriezen levensmiddelen niet direct
tegen de al ingevroren
levensmiddelen aan.
Voor beter en sneller
invriezen raden wij aan de
levensmiddelen in kleine
pakjes te verdelen; dit is
ook nuttig op het moment
van gebruik van het
ingevroren voedsel.
1.
Druk ten minste 24
uur voordat u verse
levensmiddelen in het
apparaat gaat leggen op
de snelvriestoets.
2.
Plaats de in te vriezen
levensmiddelen
en houd de deur van het apparaat 24 uur gesloten. De functie
Fast Freeze wordt na 50 uur automatisch uitgeschakeld.