GEBRUIKSAANWIJZING ALVORENS HET APPARAAT MILIEUTIPS ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN ADVIEZEN GEBRUIK VAN DE VRIEZER DE VRIEZER ONTDOOIEN EN REINIGEN REINIGING EN ONDERHOUD OPSPOREN VAN STORINGEN KLANTENSERVICE INSTALLATIE 32
ALVORENS HET APPARAAT • Het door u aangeschafte apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. Voor een optimaal gebruik van uw apparaat is het raadzaam de gebruiksaanwijzing aandachtig door te lezen, hierin vindt u een beschrijving van het apparaat en adviezen voor het conserveren van voedingsmiddelen. Bewaar dit boekje zodat u het naderhand nog eens kunt raadplegen. 1. Controleer na het uitpakken van het apparaat of het niet beschadigd is en of de deur goed sluit.
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN ADVIEZEN • Gebruik het koelvak uitsluitend voor het bewaren van verse levensmiddelen en het vriesvak uitsluitend voor het bewaren van diepvriesproducten, het invriezen van verse levensmiddelen en het maken van ijsblokjes. • Zorg ervoor dat het product tijdens de installatie de voedingskabel niet beschadigt. • Bewaar geen dranken in glas in het vriesvak want deze kunnen barsten.
GEBRUIK VAN DE VRIEZER In deze vriezer kunnen al ingevroren voedingsmiddelen worden geplaatst en verse voedingsmiddelen worden ingevroren. Ingebruikneming van de vriezer • Het is niet nodig de temperatuur van de vriezer in te stellen met de thermostaat, aangezien het apparaat al ingesteld is in de fabriek. • Steek de stekker in het stopcontact. • Het alarm wordt geactiveerd, aangezien de temperatuur in de vriezer nog niet laag genoeg is om de levensmiddelen erin te zetten.
Adviezen voor het invriezen en conserveren van de verse voedingsmiddelen. • Wikkel en verzegel de in te vriezen verse levensmiddelen in: aluminiumfolie, plastic folie, waterdichte plastic verpakking, polyethyleen bakjes met deksel, diepvriesbakken die geschikt zijn voor invriezen. • De levensmiddelen moeten vers, rijp en van een zeer goede kwaliteit zijn.
Verwijderen van de laden • Trek de laden zo ver mogelijk uit, til ze een stukje op en haal ze weg. Voor meer ruimte kunnen de laden (behalve de onderste), de bijbehorende glijblokjes en het witte wegneembare rooster worden verwijderd (indien aanwezig) (Afb.1) Controleer of de lading de grenswaarden (op de zijwanden van het product, indien aanwezig) niet overschrijdt. Afb. 1 Vak In dit vak mogen alleen ijsblokjes worden gemaakt en koudeaccu’s worden geplaatst, zoals weergegeven op Afb.2 en Afb.
DE VRIEZER ONTDOOIEN EN REINIGEN Verwijder altijd de stekker uit het stopcontact of koppel hoe dan ook het apparaat af van de stroomtoevoer, alvorens onderhouds- en reinigingswerkzaamheden te gaan verrichten. Druk bij de elektronische modellen op de aan/uit-toets voordat u de stekker uit het stopcontact haalt. Wij raden u aan de vriezer een of twee maal per jaar te ontdooien, of wanneer de ijslaag op de koelroosters te dik is geworden. IJsvorming op de koelroosters is een normaal verschijnsel.
OPSPOREN VAN STORINGEN Als u de volgende geluiden hoort ...werkt uw product uitstekend!!! 1. Het apparaat werkt niet. •Is de stroom uitgevallen? •Zit de stekker goed in het stopcontact? •Is de tweepolige netschakelaar ingeschakeld? •Werken de beveiligingen van de elektrische installatie van uw woning correct? •Is de voedingskabel beschadigd? 2. Ongewone ijsvorming. •Is het afvoerkanaal voor het dooiwater correct geplaatst? •Zit de deur goed dicht? 3.
INSTALLATIE • Installeer het apparaat niet in de buurt van warmtebronnen. Installatie in een warme omgeving, rechtstreekse blootstelling aan de zon of opstelling van het apparaat in de buurt van een warmtebron (kachel, fornuis) verhogen het stroomverbruik en dienen te worden vermeden. • Indien dit niet mogelijk is, moeten de volgende minimumafstanden worden aangehouden: - 30 cm vanaf fornuizen die werken op kolen of petroleum; - 3 cm vanaf elektrische fornuizen en/of gasfornuizen.