Operation Manual

NEDERLANDS 23
Gasaansluiting
Zie voor informatie met betrekking tot de
gasaansluiting de sproeiertabel en de
“standaard” die van kracht is in uw land.
Het gastoevoersysteem moet voldoen aan
de plaatselijke voorschriften.
Het apparaat moet worden aangesloten op
degasleidingofopeengasesdoormiddel
van een harde koperen of stalen pijp of een
rubberslang die voldoet aan de plaatselijke
voorschriften (zie de gasaansluitingstabel).
De lengte van de slang mag maximaal 2
meter zijn.
De slang moet rechtstreeks op de
uitgangsaansluiting (Afb. 1) worden
aangesloten. Verwijder eerst eventuele
verlengsnoeren van uw apparaat.
Afb. 1
i
BELANGRIJK: als u een rubberslang
gebruikt, dan moet deze zodanig
worden geïnstalleerd dat deze niet in
aanraking komt met hete onderdelen aan
de achterkant van het apparaat of de
keuken. De slang moet door een gebied
lopen zonder obstakels, en op een plaats
waarop hij over de gehele lengte
geïnspecteerd kan worden (Afb. 2).
Afb. 2
Gebruik zeepsop om de leidingen to
controleren op lekken nadat het apparaat is
aangesloten op de gasleiding.
De rubberslang moet worden aangesloten
zoals weergegeven in Afb. 3, 4 en 5, in
overeenstemming met de plaatselijke
voorschriften
ALLEEN VOOR FRANKRIJK: installeer niet
deconischetting(B)diebijhetapparaat
geleverd is.
A
B
ISO 228-1
ISO 7-1
Afb. 3