Operation Manual

16 17
E. Het apparaat moet zich tijdens de meting verder dan 60 cm van het
gemeten object bevinden;
F. Om een nauwkeurig meetresultaat te bereiken, moet de temperatuur
van het apparaat overeenstemmen met de omgevingstemperatuur.
Optelling (zonder M+opslag)
• DrukopdeREAD (LEZEN) - toets - de meetwaarde verschijnt in het
bovenste gedeelte van het display;
• Druk op de +/= - toets, om de optelmodus te openen - het „+“ -
symbool verschijnt in het display en het resultaat wordt tegelijkertijd
in het onderste gedeelte van het display weergegeven (druk opni-
euw op de +/= - toets, om de optelling af te breken);
• DrukopnieuwopdeREAD (LEZEN) - toets, om een tweede meting
uit te voeren – de meetwaarde verschijnt in het bovenste gedeelte
van het display;
• Drukde+/= - toets opnieuw in, om de som in het onderste gedeelte
van het display weer te geven;
• Doorherhalenvandeeerdergenoemdestappenwordtdeoptelling
voortgezet.
Optelling (met M-opslag)
• Voer de metinguit. Sla het eindresultaatop door deMODE - toets
minstens 2 sec. ingedrukt te houden tot er een dubbele pieptoon
klinkt. „M+“ verschijnt in het display.
• Startdenieuwemetingzoalsbeschreven:drukopdeREAD (LEZEN)-
toets;
• Druk op de +/= - toets om naar de optelmodus te schakelen - „+“
verschijnt in het display;
• Geheugenbijhetlaatstemeetresultaatoptellen:+/= minstens 2 sec.
ingedrukt houden tot er een dubbele pieptoon klinkt. „M+“ verd-
wijnt van het display. In de onderste regel in het display staat nu de
geheugenwaarde.
BedieningBediening