GEBRUIKERSHANDLEIDING — Mac OS Du v1 2-11-04
Er is van alles aan gedaan om de volledigheid, nauwkeurigheid en actualiteit van de informatie in deze handleiding te garanderen. Het is echter niet mogelijk verantwoordelijkheid te aanvaarden voor fouten veroorzaakt door derden. Er kunnen evenmin rechten worden ontleend indien door derden wijzigingen worden doorgevoerd in apparatuur waaraan in deze handleiding wordt gerefereerd. Al het mogelijke is gedaan om dit document zo accuraat en gebruiksvriendelijk te maken.
INHOUDSOPGAVE Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 Kenmerken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 Hoe deze handleiding te gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 On-line gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 Pagina's afdrukken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Beginnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Printerdrivers. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .73 Software installatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 73 Installeren van de Adobe Postscript Driver v8.8 . . . . . . 74 Softwareverbinding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74 Appletalk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74 TCP/IP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75 USB . .
Opslaan op harde schijf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 101 Afdrukken kopieën . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 102 Verwijderen kopieën. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 102 Afdrukken op de achtergrond . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 103 Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .104 Papier Toevoegen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De printprocessing wordt afgebroken. . . . . . . . . . . . . 139 De printer maakt een vreemd geluid. . . . . . . . . . . . . . 139 Het duurt lang voordat de printer begint te printen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 140 De toner laat los als u over het bedrukte oppervlak wrijft. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 140 Accessoires . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .141 Inleiding . . . . . . . . . . . . . . .
SPECIALE OPMERKINGEN IN DEZE HANDLEIDING OPMERKING Een opmerking ziet er zo uit. Opmerkingen zijn toelichtingen of tips met extra informatie om u te helpen het product beter te gebruiken en te begrijpen. LET OP! Een 'let op' ziet er zo uit. Dit zijn speciale opmerkingen met extra informatie om storingen of schade aan het product te voorkomen. WAARSCHUWING! Een waarschuwing ziet er zo uit.
INLEIDING Gefeliciteerd met de aanschaf van deze kleurenprinter! In dit hoofdstuk bevindt zich een overzicht van de belangrijkste kenmerken van de printer gevolgd door advies hoe deze gebruikshandleiding optimaal te gebruiken. KENMERKEN > U kunt kiezen uit vijf verschillende modellen: CL30, CL30D, CL30HC, CL30HCF, CL30HSE. > Afdrukken met hoge snelheid: A4: 30 pagina's per minuut (PPM) LED kleur, 37 pagina's per minuut LED monochroom.
> PCL5c emulatie en echte Adobe PostScript 3 met automatische omschakeling. > Veelzijdig papiergebruik met de standaard papierlade met 550 bladen (ongeveer) en de universele lade met 100 bladen (ongeveer). > Een optionele 2e en 3e papiercassette, elk met een capaciteit van 550 vel (ongeveer) en een optionele feeder met een hoge capaciteit (in plaats van een 3e cassette) en een invoer van 1650 vel (ongeveer), wat neerkomt op een maximum capaciteit van 2850 vel (ongeveer).
Model Netwerk Duplex unit Geheugen kaart Harddisk Aanvullen de cassettes CL30 Standaard 256Mb Optie Optie CL30D CL30HC CL30HCF CL3HSE Standaard Standaard Standaard Standaard 320Mb 320Mb 320Mb 320Mb Optie Standaard Optie Standaard Optie Optie Optie Optie Optie (wellicht is er extra geheugen nodig).
HOE DEZE HANDLEIDING TE GEBRUIKEN Deze handleiding helpt u met logisch gerangschikte informatie over het uitpakken, installeren en bedienen van de printer. Zo maakt u optimaal gebruik van de vele geavanceerde mogelijkheden. De handleiding bevat ook richtlijnen voor troubleshooting en onderhoud opdat de printer optimaal blijft werken. Er staan ook instructies in voor het installeren van optionele accessoires wanneer u die nodig heeft.
PAGINA'S AFDRUKKEN Het gehele boek, individuele pagina's of delen van het boek kunnen afgedrukt worden. De procedure is: 1. Selecteer op de toolbar [Bestand], dan [Afdrkken] (of druk op Ctrl + P). 2. Kies welke pagina's u wilt afdrukken: 3. (a) [Alles], om de hele handleiding af te drukken. (b) [Huidige pagina] om de pagina af te drukken, die u voor u heeft. (c) [Pagina's v/a] en [t/m] om de serie pagina's af te drukken die u opgeeft door de desbetreffende paginanummers in te voeren.
BEGINNEN UITPAKKEN WAARSCHUWING! Deze printer heeft een gewicht van 72 kg. Er zijn 3 personen nodig om de printer veilig op te tillen. Nadat u de printer heeft uitgepakt en een geschikte plaats heeft gekozen om deze te installeren, moet u controleren of alle benodigde delen aanwezig zijn. 1. De printer. 2. 4 tonercartridges (cyaan, magenta, geel en zwart). 3. CD-ROM schijven met printerdrivers, netwerksoftware en documentatie. 4. LED-lensreiniger (niet afgebeeld). 5.
6. 2 voedingskabels (Engels en Europees). 7. Installatiegids (niet afgebeeld). Bewaar alle verpakkingsmateriaal voor eventueel later transport.
PLAATS VAN DE PRINTER Plaats de printer op een plat oppervlak dat groot en sterk genoeg is voor de grootte en het gewicht van de printer. Er moet genoeg ruimte rondom de printer zijn om de printer te kunnen bereiken en onderhouden. 70cm 72 Kg.
PRINTERCOMPONENTEN 1. Bovendeksel 2. Bedieningspaneel 3. Grendel bovendeksel 4. Multi cassette (handmatige invoer) 5. Papierondersteunend verlengstuk 6. Papiergeleiders 7. Afdekplaat rechterzijde 8. Papiercassette 9. Indicatie papierniveau 10.
11. LED-koppen (4) 12. Uitvoerrol 13. Fuser 14. Drum (cyaan) 15. Drum (magenta) 16. Drum (geel) 17.
. Stroomconnector 19. Zij-uitgang van de papierlade 20. Interfaces en kaartslot 21. USB interfaceconnector 22. Parallelle interfaceconnector 23.
INSTALLEREN Voordat u deze printer aansluit op de voeding en een computer, moeten er tonercartridges zijn geïnstalleerd en moet er papier in de papiercassette zijn gedaan. DE VERPAKKING EN HET BESCHERMENDE PAPIER VERWIJDEREN 1. Verwijder alle plakband en verpakking van de printer. 2. Open het bovendeksel met behulp van de vergrendeling.
3. Verwijder de LED-kophouder van achter de LED-koppen in het bovendeksel.
4. Verwijder de vier drums en plaats deze op een horizontaal vlak. LET OP! > Stel de drums nooit langer dan 5 minuten aan licht bloot. > Houd de drum altijd vast bij de uiteinden. > Stel de drums nooit bloot aan direct zonlicht. > Raak het groene oppervlak van de drum nooit aan.
5. Verwijder het beschermende papier van elk van de vier drums.
6. Vervang de vier drums in de printer en zorg daarbij dat elke drum op de juiste kleurplaats wordt geïnstalleerd. 2 1 7. Druk de tab naar binnen en verwijder de afdekplaat van elk van de drums.
DE TONERCARTRIDGE INSTALLEREN WAARSCHUWING! Let zeer goed op als u met toner omgaat. > Toner kan schadelijk zijn als deze wordt ingeademd, ingeslikt of in de ogen komt. > Toner kan ook vlekken maken op handen en kleding. 1. Verwijder de vier kleurtonercartridges uit de verpakking. 2. Schud de tonercassettes een paar keer heen en weer, en verwijder dan de tape terwijl u de tonercassette horizontaal houdt en als laatste verwijdert u het plastic klepje achter de gekleurde hendel.
3. Installeer elke tonercartridge in de drum, de linkerkant eerst, met de drumlocatiepen in het gat in de bijbehorende tonercartridge. Zorg dat de kleuren van de tonercartridge en de drum met elkaar overeenkomen. 4. Druk de tonercartridge zachtjes omlaag, waardoor de borgpen in de groef op de drum valt.
5. Druk de gekleurde arm zachtjes naar de achterzijde van het apparaat tot deze niet verder kan. De toner wordt hierdoor in de drum gebracht. 6. Sluit het bovendeksel.
PAPIER LADEN 1. Verwijder de papiercassette uit de printer.
2. Stel de papiergeleidingen en achteraanslag af op het formaat van het papier dat gebruikt wordt. 3. Om te voorkomen dat het papier vastloopt: > Laat geen ruimte tussen het papier, de papiergeleiders en de achteraanslag. > Doe niet teveel papier in de cassette. De capaciteit is afhankelijk van het type papier en het papiergewicht. > Gebruik geen beschadigd papier. > Laad geen papier van verschillend formaat, papierkwaliteit of dikte tegelijk.
> Doe de papiercassette zachtjes dicht. > Grote papierformaten moeten altijd in de lengterichting oftewel portretrichting in de printer geladen worden. Kleinere papierformaten (bijv. A4, A5, B5) kunnen ofwel in portret- of in landschaprichting geplaatst worden. 4. Een eventueel geplaatste onderpapiercassette kan niet bij het afdrukken gebruikt worden als boven geen papiercassette is geplaatst. 5.
6. Om afdrukken te maken met de afdrukzijde boven, moet u zorgen dat de papierachteruitgang open is en de papiersteun uitgetrokken. Het papier wordt gestapeld in omgekeerde volgorde en de capaciteit van de papiercassette bedraagt ongeveer 100 vel, afhankelijk van het papiergewicht. LET OP! Tijdens het afdrukken mag u de papierachteruitgang niet openen of sluiten, het papier kan daardoor vastlopen. OPMERKING Gebruik voor dik papier (kaarten, enz.) altijd de papierachteropvang. 7.
HANDMATIGE INVOER 1. Open de multi cassette en trek de papierinvoergeleiders uit. 2. Laad het papier en stel de papiergeleiders af op het formaat van het papier dat gebruikt wordt. 3. Laad het papier in de multi papiercassette met de afdrukzijde boven bij enkelzijdige bedrukking en met de afdrukzijde beneden bij dubbelzijde bedrukking (duplex). 4. Ga niet hoger dan de streep Papier vol (ongeveer 100 vel, afhankelijk van het papiergewicht). 5.
DE STROOM AANSLUITEN WAARSCHUWING! Zorg dat zowel de stroomschakelaar van de printer en de wisselstroomvoeding in de UIT-stand staan voordat u de voedingskabel aansluit. 1. Steek de voedingskabel (1) in de stroomconnector op de printer, dan in een geaarde voedingscontactdoos. 2 1 2. Schakel de printer AAN met behulp van de hoofdstroomschakelaar (2). De printer doorloopt de initialisate- en de opwarmstappen.
CONTROL PANEL 2 3 Ready Attention Menu Item Value Online 1 11 Select Cancel 10 9 8 1. Pas op de indicatie (rood). AAN geeft aan aandacht nodig, maar het afdrukken gaat door. FLASH geeft aan aandacht nodig, maar het afdrukken stopt. 2. Indicatie gereed (groen). AAN – gereed om gegevens te ontvangen. FLASH duidt op de verwerking van gegevens of een fout. 3. LCD. (LCD) paneel.
10. Menupunt(-)button. Druk hier kort op om terug te scrollen naar het volgende menupunt. 11. On-linebutton. Schakeling tussen de on-line en de off-line status. OPMERKING Bij indrukken in de menumodus keert de printer terug naar de ON-LINE status. Bij indrukken als DATA AANWEZIG is weergegeven, wordt de printer geforceerd ertoe gebracht om de in de printer resterende gegevens af te drukken.
6. Druk op de Selecteerbutton. Er verschijnt een sterretje (*) naast de geselecteerde taal. 7. Druk op de On-linebutton als u de displaytaal heeft ingesteld. BEVESTIGING PRINTOUT Print een lijst van menu-instellingen om te bevestigen dat de printer correct geconfigureerd is. Menu Ready Attention Item Online Value Select Cancel 1. Zorg dat zich in de papiercassette papier van A4-formaat bevindt. 2.
OPMERKING > Als de instellingen in de printer verschillen van de op de computer geselecteerde instellingen, zal de printer niet printen en geeft de LCD een foutmelding. > De volgende printerinstellingen worden alleen als richtlijn gegeven. Bij sommige software-applicaties moeten de papierinvoer, -grootte en –media-instellingen worden geselecteerd in de installatie (pagina-instelling).
Papierformaat Ready Attention Menu Online Item Value Select Cancel OPMERKING > Bij gebruik van papiercassettes worden de standaard papierformaten automatisch herkend als CASSETTEFORMAAT (default instelling) is geselecteerd. Het papierformaat behoeft alleen te worden ingesteld als het gaat om A3 breed, A3 outsize/ Nobi, krant extra en aangepaste papierformaten. > Bij gebruik van de multi cassette (handmatige invoer), moet het papierformaat geselecteerd worden. 1.
Mediatype en –gewicht De printer detecteert het mediaatype en –gewicht automatisch. U kunt deze instellingen echter als volgt passeren: Menu Ready Attention Item Value Online Select Cancel LET OP! Als het mediatype of –gewicht niet correct is ingesteld, loopt de afdrukkwaliteit terug en kan de fuser rol beschadigd worden. 1. Druk op de On-linebutton om de printer weer off-line te zetten. 2. Druk op de Menubutton totdat MEDIAMENU wordt weergegeven, druk dan op de Selecteerbutton. 3.
PAPIER-, ENVELOPPENSOORTEN, TRANSPARANTEN EN STICKERETIKETTEN We adviseren de volgende richtlijnen bij het selecteren van papier en enveloppen voor gebruik in deze printer: > Alle papier en enveloppen dienen vlak en droog te worden opgeslagen, weg van invallend zonlicht en warmtebronnen. > Gebruik enveloppen voor gebruik bij laserprinters. > Het gebruik van zwaar gevergeerd of gestructureerd papier zal ernstige gevolgen hebben voor de levensduur van de drum en leidt tot een slechte afdrukkwaliteit.
> Het vel onder de etiketten en het kleefmiddel mogen aan geen enkel deel van de printer worden blootgesteld. PAPIERINVOER EN –UITVOER De selectie welke papierinvoer en –uitvoer voor het afdrukken gebruikt moeten worden en of er simplex (enkelzijdig) of duplex (dubbelzijdig) afdrukken mogelijk zijn, is afhankelijk van het papierformaat, het papiergewicht en de papiersoort die gebruikt worden.
Papierformaat Invoer Uitvoer Cassette Cassette 2/ 1 cassette 5 A3 Buiten/ Nobi Tabloid Simplex/ duplex Simplex/ duplex Tabloid extra Simplex/ duplex Enveloppen * (Com 9; Com 10; DL; C5; C4; Monarch Aangepast * (breedte 76,2 to 215,9 mm; hoogte 127,0 tot 355,6 .
Papiergewicht 105 tot 120 g/m² 121 tot 203 g/m² Transparanties Etiketten 1 Etiketten 2 Mediagewicht Zwaar Invoer Uitvoer Cassette 1 Cassette Hand2/ matig cassette 5 Achterzijde (afdrukzijde boven) Top (afdrukzijde beneden) Simplex Zeer zwaar * * Simplex Simplex Simplex Simplex * Simplex Simplex * Simplex Simplex * * Simplex Simplex * * Simplex Simplex * Simplex Dikte 0,1 * tot 0,17 mm Dikte 0,17 * tot 0,2 mm * Niet leverbaar OPMERKING Recyclingpapier is iets dikker dan het
PRINTER SETTINGS DE BESTAANDE INSTELLINGEN BEVESTIGEN De bestaande menu-instellingen kunnen worden bevestigd door het menu af te drukken. Menu Ready Attention Online Item Value Select Cancel 1. Zorg dat zich in de papiercassette papier van A4-formaat bevindt. 2. Druk op de On-linebutton om de printer weer off-line te zetten. 3. Druk op de Menubutton totdat u bij het INFORMATIEMENU bent. 4. Druk op de Selecteerbuttom totdat de display u vraagt om het menu af te drukken. 5.
LIJST VAN MENU-INSTELLINGEN De beschikbare printerinstellingen staan in de onderstaande tabellen. De fabrieksinstellingen voor de printer zijn vetgedrukt. Afdrukopdrachtenmenu (Wordt alleen weergegeven als er een harddisk aangebracht is.) Menupunt Waarde Beschrijving WACHTWOORD INVOEREN **** SELECTEER OPDRACHT Geen opdracht, alle opdrachten, bestandsnamen 1 tot nn. Instellen van een wachtwoord m.b.v. een viercijferig getal (0-9).
Test Print menu Menupunt Waarde Beschrijving PRINT ID CHECK PATTERN Uitvoeren Drukt het ID check pattern af om gebrekkige ID's te detecteren. Wordt alleen weergegeven als 'TEST PRINT MENU' van het systeemonderhoudmenu op GEACTIVEERD is gezet. Uitschakelmenu Menupunt Waarde Beschrijving START UITSCHAKELEN Uitvoeren Schakelt de stappenserie voor de printer uit. Het is te adviseren deze alleen te gebruiken als de harddisk is geïnstalleerd ten einde gegevensverlies te voorkomen.
Menupunt Waarde Beschrijving GEBRUIK MF BAK Standaardbak, prioriteitsbak. invoer bij foute media, niet gebruiken CONTROLE PAPIERFORMAAT Geactiveerd, gedeactiveerd TRANSPARENCY CHECK OHP Autom., gedeactiveerd RESOLUTIE 1200 x 1200 dpi Specificeert het gebruik van de MF bak (multi casette). Als standaardbak; (Cass. selecteren) Gebruiken als standaardbak. Prioriteitsbak: (Geldig alleen bij Cass. selecteren.
Menupunt Waarde Beschrijving TONER BESPARINGSMOD US AAN, UIT MONOPRINTSNELHEID Automatisch, kleurprintsnelheid, normale snelheid AFDRUKRICHTING Portret, landschap LIJNEN PER PAGINA 5 à 128 (64) WIJZIG FORMAAT Cassetteformaat; Letter; Executive; Legaal 14; Legaal 13.
Mediamenu Menupunt Waarde Beschrijving PAPIERSOORT CASSETTE 1 Normaal papier, briefhoofd, transparanten, Bond, recyclingpapier, kaarten, ruw Gebruikertype 1 - 5 PAPIERSOORT CASSETTE 2, 3, 4 EN 5 Normaal papier, briefhoofd, Bond, kaarten, ruw Gebruikertype 1 - 5 PAPIERGEWICHT CASSETTE 1, 2, 3, 4 EN 5 Automatisch; licht; middellicht; middel; middel zwaar; zwaar; zeer zwaar A3 Nobi; A3 Breed; A3; A4 Korte zijde; A4 Lange zijde; A5; A6; B4; B5 Korte zijde; B5 Lange zijde; Legaal 14; Legaal 13.
Menupunt Waarde Beschrijving PAPIERSOORT MF BAK Normaal papier; briefhoofd; transparanten; etiketten; Bond; recyclingpapier; kaarten; ruw; gebruikeertype 1 - 5 Automatisch; licht; middellicht; middel; middel zwaar; zwaar; zeer zwaar inch, millimeter Selecteert het papiertype voor de MF papierbak. Gebruikertype 1 – 5 worden alleen weergegeven indien ze geregistreerd zijn.
Kleurmenu Menupunt Waarde Beschrijving AUTO DENSITEITSMODUS Automatisch, handmatig DENSITEIT INSTELLEN Uitvoeren KLEURAFSTEMMING Print patroon CYAAN, MAGENTA, GEEL OF ZWART HIGH-LIGHT 0+1+2+3-3-2-1 Selecteert of de densiteitinstelling en de TRC (Tonerresponssecurve) compensatie automatisch is. Automatisch: De densiteitinstelling wordt automatisch gebruikt onder gespecificeerde omstandigheden, en wordt weerspiegeld in de TRCcompensatie.
Menupunt Waarde Beschrijving CYAAN, MAGENTA, GEEL OF ZWART MIDTONE 0+1+2+3-3-2-1 CYAAN, MAGENTA, GEEL OF ZWART DONKER 0+1+2+3-3-2-1 CYAAN, MAGENTA, GEEL OF ZWART DENSITEIT 0+1+2+3-4-3-2-1 REGISTRATIE AFSTELLEN Uitvoeren CYAAN REGISTRATIE FIJNAFSTELLING 0+1+2+3-3-2-1 MAGENTA REGISTRATIE FIJNAFSTELLING 0+1+2+3-3-2-1 GEEL REGISTRATIE FIJNAFSTELLING 0+1+2+3-3-2-1 INKTSIMULATIE Uit, Euroscale Stelt de MID-TONE van de cyaan-, magenta-, geel- of zwart-TRC in.
Menupunt Waarde Beschrijving INK LIMIET Donker, middel, licht CMY 100% DENSITEIT Gedeactiveerd, geactiveerd Selecteert de limiet voor de dikte van de tonerlaag. Als zich krul in het papier vormt bij DONKER afdrukken, moet u MIDDEL of LICHT selecteren. Dit helpt soms om de krul te reduceren. Selecteert geactiveerd/gedeactiveerd 100% output vgl. met de CMY 100% TRC compensatie. Gewoonlijk regelt de TRC-compensatiefunctie de juiste printdensiteit, daarom wordt 100% output niet altijd geactiveerd.
Menupunt Waarde Beschrijving NETWERK: PS-PROTOCOL ASCII RAW WISBARE WAARSCHUWING Aan, job AUTOMATISCH DOORGAAN Aan, uit HANDMATIGE WACHTTIJD 60 sec; 30 sec; uit WACHTTIJD Uit, 5 sec tot 300 sec (90 sec) WEINIG TONER Doorgaan, stop Specificeert de PostScript (PS) communicatieprotocolmode van de gegevens die van xanteLPR afkomstig zijn. (In de RAW modus, is Ctrl-T omgeldig.) PCL-emulatie: Stelt de tijd in voordat foutmeldingen gewist worden.
Menupunt Waarde Beschrijving HERSTEL PAPIER VASTLOOP AAN, UIT FOUTRAPPORT AAN, UIT TAAL Engels, Duits, Frans, Spaans, Zweeds, Noors, Deens, Nederlands, Turks, Portugees, Pools Stelt in of het printen wel of niet zal doorgaan, nadat er een papiervastloop is opgelost. Indien ingesteld op UIT, zal de printopdracht die werd afgedrukt toen het papier vastliep worden geannuleerd nadat de papiervastloop opgelost was.
Menupunt Waarde Beschrijving TEKENBREEDTE 0,44 cpi tot 99,99 cpi (10,00 cpi) TEKENHOOGTE 4,00 pt tot 999,75 pt (12,00 pt) Stelt de tekenbreedte in in tekens per inch (cpi). Wordt alleen weergeven als het lettertype een vaste breedte per teken heeft. Stelt de puntgrootte van het lettertype in. Wordt alleen weergeven als het lettertype een vaste hoogte en breedte per teken heeft. Selecteert een PCL-tekenset.
INSTALLEREN > 56
INSTALLEREN > 57
Waarde INSTALLEREN > 58
Menupunt Waarde INSTALLEREN > 59
Parallel menu Menupunt Waarde Beschrijving PARALLEL Geactiveerd, gedeactiveerd Geactiveerd, gedeactiveerd Geactiveerd, gedeactiveerd Nauw (0.5 µs); middel (1.0 µs); breed (3.0 µs) ACK-in-Busy; ACKwhile-Busy Selecteert de parallelle (Centronics) interface. Selecteert de bi-directionele communicatie Selecteert de ECP-modus. BI-DIRECTIONEEL ECP ACK BREEDTE ACK/BUSY TIMING Stelt de ACK breedte in om een compatibele ontvangst te krijgen. Stelt de uitvoervolgorde voor ACK en BUSY tijdens de ontvangst.
Menupunt Waarde Beschrijving I-PRIME 3 micro-sec; 50 microsec; gedeactiveerd Activeert of deactiveert het i-Prime signaal. OFF-LINE ONTVANGST Geactiveerd, gedeactiveerd Als deze functie is geactiveerd, wordt de ontvangst in stand gehouden zonder verandering van het interfacesignaal, ook al doet er zich een alarm voor. De interface blijft open, ook als er op de off-lijn schakelaar op het operator panel wordt gedrukt.
Netwerkmenu Menupunt Waarde Beschrijving Selecteert TCP/IP protocol. IP ADRES Geactiveerd, gedeactiveerd Geactiveerd, gedeactiveerd Geactiveerd, gedeactiveerd Geactiveerd, gedeactiveerd Automatisch; 802.2; 802.3 Ether-II; snap Geactiveerd, gedeactiveerd Geactiveerd, gedeactiveerd xxx.xxx.xxx.xxx SUBNET MASK xxx.xxx.xxx.xxx GATEWAY ADRES xxx.xxx.xxx.xxx PRINT SETTINGS AAN, UIT INITIALISEREN AAN, UIT Selecteert of de selectie van DHCP/ BOOTP automatisch is.
Menupunt Waarde Beschrijving PS FLASH RESIZE 1Mb; 0,5Mb; 1.5Mb; 0Mb Verandert de grootte van het flashgeheugengebied. OPMERKING: Er zijn speciale gegevens in het flash-geheugen opgenomen, daarom kunt u niet 100% specificeren. Harddiskonderhoud (Wordt alleen weergegeven als er een harddisk aangebracht is.
Menupunt Waarde Beschrijving CASSETTE 2 LEGAL 14 Legal 14; Legal 13,5 Stelt het papierformaat van cassette 2 in op legal. LADE 3 A3 NOBI A3 Nobi; A3 Breed; A3 Tabloid extra Legal 14; Legal 13,5 Stelt groot papierformaat in voor Lade 3. Stelt het papierformaat van cassette 3 in op legal. Stelt groot papierformaat in voor Lade 4. Stelt het papierformaat van cassette 4 in op legal. Stelt groot papierformaat in voor Lade 5. Stelt het papierformaat van cassette 5 in op legal.
Onderhoudsmenu Menupunt Waarde Beschrijving EEPROM RESET Uitvoeren MENU OPSLAAN Uitvoeren HERSTELLEN Uitvoeren ENERGIEBESPARING Geactiveerd, gedeactiveerd PAPIER ZWART AFSTELLING 0; +1; +2; 2; 1 PAPIER KLEUR AFSTELLING 0; +1; +2; 2; 1 TRANSPR ZWART AFSTELLING 0; +1; +2; 2; 1 TRANSPR KLEUR AFSTELLING 0; +1; +2; 2; 1 Initialiseert de EEPROM voor elke unit. Bewaart de bestaande menuinstellingen. Gaat terug naar de opgeslagen menu-instellingen.
Verbruiksmenu Menupunt Waarde Beschrijving TOTALE PAGINATELLER nnnnnn Laat het totaal aantal afgedrukte pagina's zien. CASSETTE 1 PAGINATELLER nnnnnn Laat zien hoeveel pagina's er vanuit cassette 1 afgedrukt zijn. CASSETTE 2 PAGINATELLER nnnnnn CASSETTE 3 PAGINATELLER nnnnnn CASSETTE 4 PAGINATELLER nnnnnn CASSETTE 5 PAGINATELLER nnnnnn MULTI-FEEDER PAGINATELLER nnnnnn Laat zien hoeveel pagina's er vanuit cassette 2 zijn afgedrukt.
Menupunt Waarde Beschrijving TONER ZWART 15 K = xxx%; 7,5 K = xxx% Geeft weer hoeveel zwarte toner er resteert. TONER CYAAN 15 K = xxx%; 7,5 K = xxx% 15 K = xxx%; 7,5 K = xxx% 15 K = xxx%; 7,5 K = xxx% Geeft weer hoeveel cyaan toner er resteert. TONER MAGENTA TONER GEEL Geeft weer hoeveel magenta toner er resteert. Geeft weer hoeveel gele toner er resteert. Administrator-menu (Alleen system administrators hebben toegang tot dit menu.
Menupunt Waarde Beschrijving KLEURENMENU Geactiveerd, gedeactiveerd SYSTEEMCONFIG.MENU Geactiveerd, gedeactiveerd PCL-EMULATIEMENU Geactiveerd, gedeactiveerd Activeert/deactiveert KLEURMENU. Bij instelling op gedeactiveerd, wordt het KLEURMENU niet weergegeven. Activeert/deactiveert SYSTEEMMENU. Bij instelling op gedeactiveerd, wordt het SYSTEEMMENU niet weergegeven. Activeert/deactiveert het PCLEMULATIEMENU. Bij instelling op gedeactiveerd, wordt het PCL-EMULATIEMENU niet weergegeven.
Menupunt Waarde Beschrijving SYSTEEM INSTELLEN-MENU Geactiveerd, gedeactiveerd ONDERHOUDSMENU Geactiveerd, gedeactiveerd VERBRUIKSMENU Geactiveerd, gedeactiveerd KLEURENMENU Uitvoeren BLOKKEERMENU Blokkeer resetten - JA NEE PEAK POWER CONTROL Geactiveerd/laag Activeert/deactiveert SYSTEEM INSTELLENMENU. Bij instelling op gedeactiveerd, wordt het SYSTEEM INSTELLEN-MENU niet weergegeven. Activeert/deactiveert het ONDERHOUDSMENU.
UITSCHAKELING Onder normale omstandigheden zou de energiebesparing gebruikt kunnen worden om te voorkomen dat de printer moet worden uitgeschakeld. Als u de printer echter met de hand wilt uitschakelen, moet u de onderstaande procedure doorlopen. Ready Attention Menu Item Value Online Select Cancel LET OP! > Zet de printer NOOIT uit terwijl deze aan het printen is.
INTERFACES DE PRINTER IS VOORZIEN VAN EEN KEUR AAN GEGEVENSINTERFACES: 1. Parallel – voor een directe aansluiting op een PC. Deze poort vergt een bi-directionele (IEEE 1384) parallelle kabel. 2. USB – voor aansluiting op een PC met Windows 98 of hoger (niet Windows 95 dat is opgewaardeerd tot Windows 98) of Macintosh. Deze poort vergt een kabel conform USB versie 1.1 of hoger.
> Als u de printer rechtstreeks aansluit op een standalonecomputer, zie dan het hoofdstuk 'Printerdrivers'. > Als uw printer wordt geïnstalleerd als netwerkprinter, zie dan het desbetreffende gedeelte in de gebruikershandleiding van de netwerkinterfacekaart voor meer details over het configureren van de netwerkaansluiting, voordat er printerdrivers geïnstalleerd worden. OPMERKING! Er is de goedkeuring van de system administrator nodig bij installatie m.b.v. een netwerkaansluiting.
PRINTERDRIVERS CD1 bevat de printerdrivers. Raadpleeg alstublieft het readme bestand op deze CD voor de laatste informatie over de installatie van de printerdriver. Indien de handmatige instellingen in de printer verschillen van de instellingen die geselecteerd zijn in de printerdriver, dan zal de printer niet afdrukken en op het LCD zal een foutmelding worden getoond. De onderstaande printerdriver instructies worden alleen als richtlijn gegeven.
Indien u meer wilt weten over de meegeleverde software, raadpleegt u alstublieft de Help functie. INSTALLEREN VAN DE ADOBE POSTSCRIPT DRIVER V8.8 U hoeft de Adobe PostScript driver niet te installeren. De Apple LaserWriter driver die geleverd wordt bij Mac OS 9.x en eerdere versies zal ook werken voor uw printer. De LaserWriter en Adobe PostScript drivers hebben grofweg de zelfde functionaliteit, hoewel de Adobe driver het voordeel heeft van ondersteuning van Boekjes afdrukken en Watermerken.
4. Klik [Creëren]; de Kiezer probeert de printer op het netwerk te vinden, en probeert het juiste PPD-bestand (PostScript Printer Description) te selecteren. Het juiste PPD zou automatisch moeten worden gevonden en installeerbare hardwareopties zouden gedetecteerd en geconfigureerd dienen te worden. Indien het juiste PPD niet automatisch kan worden gevonden, zal u gevraagd worden handmatig een bestand te selecteren.
1. Start het [Desktop Printer Hulpprogramma]. OPMERKING Opmerking: Bij deze stap krijgt u de keuze om een desktopprinter te maken met behulp van de Adobe PostScript driver (AdobePS) of de LaserWriter 8 driver. Kies de gewenste driver. 2. Selecteer [Printer (LPR)] en klik op [OK]. 3. In de paragraaf [PostScript Printer Description (PPD) bestand], klikt u op [Wijzigen...] en selecteert u het PPD bestand voor uw printer. 4. In de paragraaf [LPR Printer Selectie], klikt u op [Wijzigen...]. 5.
USB Deze installatieprocedure gebruikt het Apple Desktop Printer Hulpprogramma om de printer te verbinden met uw Mac. U kunt geen PostScript printer via USB verbinden met behulp van de Kiezer. Voor installatie van de printer via een USB verbinding: (a) Indien u dit nog niet heeft gedaan, start dan nu het installatieprogramma om de software te installeren. (b) Herstart uw computer indien dit gevraagd wordt.
GEÏNSTALLEERDE OPTIES Configureren van de geïnstalleerde hardware opties. Indien u optionele hardware toegevoegd heeft aan uw printer, dan dient die te worden geactiveerd in de printerdriver. Voorbeelden van toegevoegde hardware in uw printer zijn onder andere: > Extra papierladen > Harde schijf van de printer > Extra printergeheugen > Duplexeenheid Er zijn 2 verschillende manieren om de geïnstalleerde hardware opties te configureren, afhankelijk van hoe het afdrukken op uw Mac is ingesteld.
GEÏNSTALLERDE HARDWARE OPTIES CONFIGUREREN VIA DE KIEZER: 1. In het menu Apple, selecteert u [Kiezer]. 2. Selecteer de printerdriver die u gebruikt (LaserWriter of AdobePS) aan de linkerkant van het [Kiezer] scherm. 3. Indien u verbonden bent met een netwerk met meerdere AppleTalk zones, selecteer dan de juiste zone voor de printer linksonder in de [Kiezer] (indien uw netwerk niet uit meerdere AppleTalk zones bestaat, dan is deze optie niet zichtbaar). 4.
PAPIERINVOER, FORMAAT EN MEDIUM Om het papierformaat te selecteren: 1. Vanuit het menu [Bestand], kiest u [Pagina instelling]. 2. Selecteer het [Papierformaat] en de [Oriëntatie]. Indien u aangepast papierformaat wilt gebruiken, selecteer dan [Aangepaste paginastandaard] (Adobe) of [Aangepaste paginaformaten] (LaserWriter) vanuit het menu. 3. Nadat u het gewenste papierformaat heeft gekozen, klikt u op [OK].
BEDIENING De voorgaande paragraaf over printerdrivers heeft uitgelegd hoe u de standaardwerking van de diverse functies instelt. Deze paragraaf legt uit hoe u de printerwerking wijzigt voor specifieke afdruktaken, indien dat nodig is. Vanuit deze invalshoek zien de schermen er wellicht eenvoudiger uit als de afbeeldingen in dit document, indien alleen de instellingen die u wenst te wijzigen worden getoond.
> De beide apparaten gebruiken zeer verschillende technieken om kleuren te produceren. Een monitor gebruikt Rood, Groen en Blauw (RGB) fosforen (of LCD's), een printer gebruikt Cyaan, Geel, Magenta en Zwart (CMYK) toner of inkt. > Een monitor kan heel levendige kleuren tonen zoals intens rood en blauw die niet eenvoudig gemaakt kunnen worden met behulp van een printer die toner of inkt gebruikt.
Er kunnen diverse instellingen gevonden worden op een monitor: > 5000k Warm; geelachtige belichting, vaak gebruikt in grafische omgevingen. > 6500k Koeler; ongeveer daglicht omstandigheden. > 9300k Koel; de standaardinstelling voor veel monitors en televisietoestellen. (k = graden Kelvin, een maateenheid van temperatuur) Hoe uw toepassing kleur toont Sommige grafische toepassingen zoals Corel Draw of Adobe Photoshop kunnen kleuren anders tonen dan “office” toepassingen zoals Microsoft Word.
KIEZEN VAN EEN KLEURKOPPELINGSMETHODE Er is geen correcte manier om een goede overeenkomst te krijgen tussen documenten getoond op uw monitor en de afgedrukte versie. Er zijn vele factoren van invloed op het verkrijgen van juiste en reproduceerbare kleuren. De onderstaande richtlijnen kunnen u echter helpen bij het bereiken van een goede kleuruitvoer van uw printer. Er worden diverse methodes aangeraden, afhankelijk van het type document dat u wilt afdrukken. OPMERKING Deze suggesties zijn richtlijnen.
KOPPELEN FOTO’S Zuiver RGB XANTE Kleurkoppeling is in het algemeen een goede keuze. Selecteer een koppelingsmethode die past bij uw monitor. RGB of CMYK Indien u foto’s afdrukt vanuit een grafische toepassing zoals Adobe Photoshop, kunt u wellicht Soft-Proofing gebruiken om de afdruk op uw monitor te simuleren. Om dit te doen kunt u de ICC-Profielen gebruiken die geleverd zijn door XANTE, en dan afdrukken met behulp van de ICC profielen zoals de Print Space (of Output space).
AFDRUKKEN VAN LEVENDIGE KLEUREN Zuiver RGB > Gebruik XANTE Kleurkoppeling met de Monitor 6500k Levendig, sRGB of Digitale camera instelling. RGB of CMYK > Gebruik PostScript Kleurkoppeling met de Verzadigingsoptie. KLEURKOPPELINGSOPTIES De PostScriptdriver biedt verschillende manieren om de kleuruitvoer van uw printer te beïnvloeden. Sommige van de Kleurkoppelingsopties werken alleen bij bepaalde typen gegevens.
Monitor (6500k) Perceptueel Geoptimaliseerd voor het afdrukken van foto’s bij het gebruik van een monitor met een kleurtemperatuur van 6500K. Monitor (6500k) Levendig Geoptimaliseerd voor het afdrukken van heldere kleuren bij het gebruik van een monitor met een kleurtemperatuur van 6500K. Ideaal voor zakelijke grafische afbeeldingen en teksten.
POSTSCRIPT KLEURKOPPELING Dit gebruikt de PostScript Kleurweergave lijsten die in de printer ingebouwd zijn, en heeft invloed op zowel RGB als CMYK data. Weergaveregels Indien een document wordt afgedrukt vindt er een conversie plaats van de kleur van het document naar de kleur van de printer. De weergaveregels bepalen hoe deze kleurconversie wordt uitgevoerd. De weergaveregels die de printer beschikbaar heeft staan hieronder: > Perceptueel De beste keuze voor het afdrukken van foto’s.
> Relatief Colorimetrisch Goed voor het afdrukken van CMYK kleurafbeeldingen op een desktopprinter. Lijkt veel op Absoluut Colorimetrisch, behalve dat het wit koppelt aan de papierkleur (die meestal wit is) d.w.z. dat het de kleur papierwit gebruikt, in tegenstelling tot Absoluut Colorimetrisch. CMYK INKTSIMULATIE Beïnvloedt alleen CMYK data. Deze optie simuleert hoe de uitvoer van een drukpers eruit zal zien, met behulp van de intktypen SWOP, Euroscale of Toyo.
MEER PAGINA’S OP EEN BLAD De printerdriver stelt u in staat om meer pagina’s op een blad af te drukken, waarbij iedere paginabeeld verkleind wordt. Dit is ook wel bekend onder de naam “N-up” afdrukken. 1. Vanuit het menu Bestand, selecteert u [Afdrukken]. 2. In het keuzemenu selecteert u [Layout]. 3. Selecteer het aantal pagina’s dat u op een blad wilt afdrukken bij Pagina’s per blad.
AANGEPAST PAGINAFORMAAT De printerdriver biedt u de mogelijkheid om uw eigen aangepaste papierformaten te maken. Na definitie, verschijnen de formaten onderin het papiermenu in de paragraaf pagina-instelling van de printerdriver. 1. Vanuit het menu Bestand, kiest u Pagina-instellling. 2. Selecteer Aangepaste paginastandaard (AdobePS) of Aangepaste paginaformaten (LaserWriter) vanuit het menu. 3. Definieer uw aangepaste papierformaten.
AFDRUKRESOLUTIE De afdrukresolutie beïnvloedt de kwaliteit van uw afdrukken. Selecteer de hoogste resolutie voor de hoogste kwaliteit. 1. Vanuit het menu Bestand, selecteert u [Afdrukken]. 2. Vanuit het keuzemenu selecteert u [Taakopties]. 3. Bij de instellling [Resolutie], kiest u uit: Beste – De hoogste resolutie die uw printer aan kan. Normaal – Een gemiddelde resolutie, geschikt voor de meeste documenten. 4. Klik op [Afdrukken].
DUPLEX AFDRUKKEN Duplex afdrukken is het afdrukken op beide zijden van het papier. OPMERKING > De optionele Duplexeenheid dient geïnstalleerd en geactiveerd te zijn. > Het papiergewicht dient tussen de 75 en 105 g/m2. Afdrukken met lichter of zwaarder papier kan leiden tot vastlopen van het papier. > Papier dient met de afdrukzijde vooruit in de papierlade te worden gedaan. De universele lade kan niet gebruikt worden voor duplex afdrukken. Duplex afdrukken: 1.
BOEKJES AFDRUKKEN Het afdrukken van boekjes stelt u in staat om meer pagina’s op een blad af te drukken, terwijl u ook nog op beide zijden van het papier afdrukt. De bladen worden dan in tweeën gevouwen om zo een boekje te maken, of een serie boekjes die te combineren zijn tot een boek. OPMERKING > De optionele Duplexeenheid dient geïnstalleerd en geactiveerd te zijn om deze functie te kunnen gebruiken. > Boekjes afdrukken is alleen beschikbaar in de Adobe PostScript driver. 1.
WATERMERKEN AFDRUKKEN Een watermerk is gewoonlijk een vage tekst of afbeelding die over een afgedrukt document afgebeeld wordt. Dit kan worden gebruikt om aan te geven dat de status van een document “Concept” of “Vertrouwelijk” is etc. OPMERKING Watermerken zijn alleen beschikbaar in de Adobe PostScript driver. 1. Vanuit het menu bestand selecteert u [Pagina instelling]. 2. Vanuit het keuzemenu selecteert u [Watermerk]. 3.
SORTEREN Sorteren kan worden uitgevoerd met en zonder de aanwezigheid van een harde schijf. Met een harde schijf zullen de prestaties wel veel beter zijn. Indien uw toepassing een optie heeft voor gesorteerd afdrukken, dan wordt u aangeraden om slechts een optie te gebruiken om conflicten bij het afdrukken te voorkomen, d.w.z. sorteren door de toepassing voor het sorteren door de printerdriver. De onderstaande instructies geven aan hoe u sorteren activeert bij de printerdriver. Sorteren instellen: 1.
CONTROLEREN EN AFDRUKKEN Controleren en afdrukken maakt het mogelijk een exemplaar ter controle af te drukken alvorens de overige kopieën van een document af te drukken. OPMERKING > De interne harde schijf moet in de printer zitten en geactiveerd zijn om de afdruktaak vast te kunnen houden voor het definitieve afdrukken. > Indien er onvoldoende ruimte is op de harde schijf wordt de melding SCHIJF VOL getoond en zal er slechts een exemplaar worden afgedrukt.
VERTROUWELIJKE AFDRUK Om een vertrouwelijk document af te drukken volgt u de onderstaande stappen op de printer: 1. Druk op de knop Menu om het MENU AFDRUKTAKEN te openen en druk op de knop Selecteren. 2. Geef het persoonlijke ID-nummer in met behulp van de toetsen op het bedieningspaneel van de printer. 3. Druk op de knop Waarde totdat ALLE TAKEN of de gewenste taaknaam getoond wordt. 4. Druk op de knop Selecteer om de afdruktaak te selecteren en het document af te drukken.
BEVEILIGD AFDRUKKEN Beveiligd afdrukken stelt u in staat om een vertrouwelijk document op te slaan op de harde schijf van uw printer, waar het alleen met een wachtwoord te benaderen is. Indien u gereed bent om het document af te drukken gaat u naar de printer en voert u uw wachtwoord in. Na het afdrukken wordt het document automatisch verwijderd van de harde schijf van de printer.
VERTROUWELIJK AFDRUKKEN Om een vertrouwelijk document af te drukken volgt u de onderstaande stappen op de printer: 1. Druk op de knop Menu om het MENU AFDRUKTAKEN te openen en druk op de knop Selecteren. 2. Voer het persoonlijke ID-nummer in met behulp van de toetsen op het bedieningspaneel van de printer. 3. Druk op de knop Waarde totdat ALLE TAKEN of de gewenste taaknaam getoond wordt. 4. Druk op de knop Selecteer om de afdruktaak te selecteren en het document af te drukken.
OPSLAAN OP HARDE SCHIJF Opslaan op de harde schijf (Taakwachtrij) stelt u in staat om afdruktaken op de harde schijf op te slaan alvorens ze af te drukken. OPMERKING > De interne harde schijf moet in de printer zitten en geactiveerd zijn om de afdruktaak vast te kunnen houden voor het definitieve afdrukken. > Indien er onvoldoende ruimte is op de harde schijf wordt de melding SCHIJF VOL getoond en zal er slechts een exemplaar worden afgedrukt.
AFDRUKKEN KOPIEËN Voor het afdrukken van de overige kopieën van het document voert u de onderstaande handelingen uit op de printer: 1. Druk op de knop Menu om het MENU TAKEN AFDRUKKEN te tonen en druk op de knop Selecteren. 2. Voer het persoonlijke ID-nummer in met behulp van de toetsen op het bedieningspaneel van de printer. 3. Druk op de knop Waarde totdat ALLE TAKEN of de gewenste taaknaam getoond wordt. 4.
AFDRUKKEN OP DE ACHTERGROND Afdrukken op de achtergrond stelt u in staat documenten af te drukken en uw Mac tegelijkertijd te blijven gebruiken. Dit wordt gedaan door het opslaan van een tijdelijk afdrukbestand op uw harde schijf, dat daarna naar de printer gestuurd wordt. Dit heeft als voordeel dat uw computer veel sneller weer vrij is, zodat u andere taken kunt uitvoeren terwijl uw document wordt afgedrukt.
ONDERHOUD PAPIER TOEVOEGEN Het LCD-scherm geeft aan wanneer het aantal vellen papier in een papiercassette daalt tot onder de 30. Op dat moment is het te adviseren om de cassette als volgt aan te vullen: 1. Verwijder de papiercassette. 2. Verwijder de resterende vellen papier. 3. Vul de cassette bij tot een riem (500 vel) papier, vervang dan de bij stap 2 hierboven verwijderde vellen (hierdoor wordt het oudste papier het eerst gebruikt, wat help om te voorkomen dat het papier vastloopt). 4.
> Gebruik geen beschadigd papier. > Meng geen papier van een verschillend formaat, papierkwaliteit of dikte. > Tijdens het afdrukken mag u de papiercassette niet verwijderen. > Doe de papiercassette zachtjes dicht. 5. Een eventueel geplaatste onderpapiercassette kan niet bij het afdrukken gebruikt worden als boven geen papiercassette is geplaatst.
DE TONER CARTRIDGE VERVANGEN Als er nog maar weinig toner is, wordt op het regelpaneel *** WEINIG TONER weergegeven (*** is de naam van de kleur). Als u blijft printen zonder de toner cartridge te vervangen, wordt VERVANGEN *** TONER weergegeven en wordt het printen geannuleerd. Afhankelijk van de omstandigheden kan de afdruk vaag worden voordat deze melding wordt weergegeven.
2. Controleer het kleurlabel van de te vervangen toner cartridge. 3. Beweeg de gekleurde arm (1) rechts van de toner cartridge zo ver mogelijk in de richting van de pijl. 4. Verwijder de toner cartridge (2) en til daarbij eerst de rechterkant van de cartridge op ten einde de borgpin op de drum uit de toner cartridge te halen. LET OP! Voer de toner cartridge af conform de plaatselijke wetgeving. 5. Zorg dat de kleuren van de toner cartridge en de drum met elkaar overeenkomen.
6. Schud de nieuwe toner cartridge een paar keer heen en weer. Houd de toner cartridge horizontaal en verwijder dan de tape. 7. Installeer de nieuwe toner cartridge in de drum, de linkerkant eerst, met de drumborgpen (1) in het gat in de bijbehorende (2) toner cartridge. 8. Druk de toner cartridge zachtjes omlaag, waardoor de borgpen (3) in de groef (4) op de drum valt.
9. Druk de gekleurde arm (5) zachtjes naar voren tot deze niet verder kan. De toner wordt hierdoor in de drum gebracht. 10. Veeg het kopvlak van de LED zachtjes af met LED-lensreiniger of een zachte doek. LET OP! Gebruik geen methylalcohol of andere oplosmiddelen op de LED-kop, anders zal het oppervlak van de lens beschadigd worden.
11. Sluit het bovendeksel. OPMERKING Na installatie van de nieuwe toner cartridge, dient op de display de melding WEINIG TONER of VERVANG TONER te verschijnen. Deze melding verdwijnt soms echter pas wanneer het printen is afgerond. Als de melding nog steeds niet verdwijnt, moet u de toner cartridge opnieuw installeren.
DE DRUM VERVANGEN Als de drumlevensduur aan het eind is gekomen, wordt er op het regelpaneel *** DRUM VERVANGEN weergegeven (*** is de naam van de kleur). Als u blijft printen zonder de drum cartridge te vervangen, wordt VERVANGEN *** DRUM weergegeven en wordt het printen geannuleerd. Vervang de toner cartridge en reinig de LED-kop wanneer u de drum vervangt. De levensduur van de drum is ongeveer 23.000 vellen A4.
2. Verwijder de toner cartridge als volgt: WAARSCHUWING! Let zeer goed op als u met toner omgaat. > Toner kan schadelijk zijn als deze wordt ingeademd, ingeslikt of in de ogen komt. > Toner kan ook vlekken maken op handen en kleding. (a) Beweeg de gekleurde arm (1) rechts van de toner cartridge zo ver mogelijk in de richting van de pijl.
3. De drum vervangen. 4. Zorg dat de vervangende drum de juiste kleur heeft en haal deze uit de verpakking. Verwijder de beschermende folie van de nieuwe image drum.
5. Verwijder het beschermende vel van de nieuwe drum.
6. Installeer de nieuwe drum op de juiste kleurplaats in de printer. 7. Druk de tab naar binnen en verwijder de afdekplaat van de drum. 22 8. Installeer de toner cartridge opnieuw of vervang deze door een nieuwe toner cartridge van dezelfde kleur. Zie 'De toner cartridge vervangen' hierboven. 9. Sluit het bovendeksel.
DE TRANSFER BELT VERVANGEN Als de transfer belt het eind van de levensduur bereikt, wordt op het regelpaneel VERVANG BELT UNIT weergegeven. De levensduur van de transfer belt is ongeveer 80.000 vel, A4, invoer over de lange kant. Hierbij wordt echter aangenomen dat het gaat om een standaard printopdracht van drie vellen. Als er enkele vellen worden geprint, wordt de levensduur van de transfer belt korter. 1. Schakel de printer uit en open het bovendeksel. 2.
3. Druk de borgarm (1) terug en verwijder de oude transfer belt behulp van de handles (2 en 3) uit de printer. 4. Neem de nieuwe transfer belt unit uit de verpakking. 5. Lijn de pennen (4) met behulp van de handles (2 en 3) uit met de groeven (5) op de printer en plaats de nieuwe transfer belt in de printer. 6. Schuif de sluithendel (1) naar voren en controleer of de transportband op zijn plek vastgezet wordt. 7. Installeer de vier image drums en tonercassettes weer in de printer. 8.
DE FUSER VERVANGEN Als de fuser het eind van de levensduur bereikt, wordt op het regelpaneel VERVANG FUSER weergegeven. De fuser gaat ongeveer 80.000 A4 vellen mee. 1. Schakel de printer uit en open het bovendeksel.
WAARSCHUWING! De fuser is na het printen erg heet. Til de fuser altijd op bij de handgreep. 2. Beweeg de borgarmen (1) naar de achterzijde van het apparaat ten einde de fuser los te laten. 3. Verwijder de fuser met behulp van de handle (2) uit de printer. 4. Neem de nieuwe fuser uit de verpakking. 5. Plaats de nieuwe fuser met behulp van de handle (2) in de printer. 6. Zorg dat de twee veergeladen borgarmen (1) de fuser op z'n plaats borgen. 7.
DE LED-KOP REINIGEN Reinig de LED-kop als de afdrukken onduidelijk zijn, of witte strepen vertonen of een versmeerde tekst. 1. Schakel de printer uit en open het bovendeksel. LET OP! Gebruik geen methylalcohol of andere oplosmiddelen op de LED-kop, anders zal het oppervlak van de lens beschadigd worden.
2. Veeg het kopvlak van de LED zachtjes af met LED-lensreiniger of een zachte doek. 3. Sluit het bovendeksel.
DE PRINTER TRANSPORTEREN Deze printer is een precisie-apparaat. Als de printer wordt getransporteerd zonder de beschermende verpakking kan er mechanische schade ontstaan. 1. Zet de printer uit. 2. Neem de stroomkabel en de interfacekabel van de printer en verwijder eventueel papier in de papiercassettes. 3. Open het bovendeksel en verwijder de vier drums. 4.
TROUBLESHOOTING LCD-MELDINGEN Het LCD-scherm op het regelpaneel geeft de status van de printer aan en of er een probleem met de printer is. De status- en foutmeldingen zijn hieronder vermeld samen met een uiteenzetting wat elke melding betekent: LCD-melding Betekenis ***** DRUM BIJNA OP Er is een drum bijna op. (***** geeft de kleur aan). ***** LEEG Waarschuwing dat cassette ***** leeg is. De MF bak is cassette 0. Het papier in de geselecteerde ***** is bijna op. (***** geeft de papiercassette aan).
LCD-melding Betekenis SORTERINGSFOUT Het collationeren van meervoudige exemplaren is foutgegaan. KLEURAFSTELLING KLEURBALANS AFSTELLEN Het zo instellen van de kop dat de kleuren niet ten opzichte van elkaar verschuiven. De kleurbalans afstellen. COMMUNICATIEFOUT Er is een fout in de communicatie met de computer. DATA-ONTVANGST DISK FILE WERKING GEFAALD Er is data ontvangen maar de processing is nog niet begonnen. Er resteren onafgedrukte gegevens in de buffer.
LCD-melding Betekenis OPEN BOVENSTE DEKSEL Open het bovenpaneel. VASTGELOPEN PAPIER Geeft aan dat er papier vastzit. PAPIERFORMAAT FOUT Geeft het verkeerde papierformaat aan. AUB PRINTER UITSCHAKELEN ENERGIEBESPARING De printer moet worden uitgeschakeld na initialisatie van disk/flash. De printer is in energiebesparingsmode. AFDRUKKEN De gegevens worden geprint. BEZIG De gegevens worden verwerkt.
PAPIER VASTGELOPEN Vastgelopen papier wordt aangegeven door een foutmelding op de LCD. Vastgelopen papier wordt als volgt verwijderd: Open het bovendeksel van de printer. OPMERKING Het bovendeksel van de printer moet open blijven (TOT MAXIMAAL 5 MIN.) totdat alle controles op vastgelopen papier verricht zijn. Als het bovendeksel te snel wordt gesloten, wordt de vastgelopen-papierfout niet opgeschoond. IN DE PAPIERCASSETTE.
ACHTER HET RECHTER ZIJDEKSEL Open het rechter zijdeksel en verwijder eventueel vastgelopen papier, doe dan het rechter zijdeksel dicht.
OP DE TRANSFER BELT. (a) Verwijder alle vier drums. (b) Verwijder eventueel vastgelopen papier zorgvuldig uit de transferbelt en de bovenste papieruitgang. (c) Vervang alle vier de image drums in de printer.
ACHTER DE AFDEKPLAAT LINKERZIJDE Open het linker zijdeksel (zijuitvoer papiercassette) en verwijder eventueel vastgelopen papier, doe dan het linker zijdeksel dicht.
IN DE FUSER Als er papier in de fuser is vastgelopen, moet u het volgende verrichten: WAARSCHUWING! De fuser is na het printen erg heet. Til de fuser altijd op bij de handgreep. (a) Beweeg de twee gekleurde borgarmen aan weerszijden van de fuser naar de achterzijde van het apparaat (ze zijn veergeladen, in voorwaartse richting). (b) Verwijder de fuser, houd daarbij de fuser vast bij de handle en plaats deze op een vlakke tafel.
IN DE DUPLEX UNIT Indien er papier vast zit in de optionele duplexeenheid, voer dan het volgende uit: (a) Verwijder de scheiding (1) en verwijder eventueel vastzittend papier uit de printer. (b) Breng de scheiding weer aan. (c) Open het kleine voordeksel. (d) Schuif de duplex unit/papiercassette eruit.
(e) Open het bovendeksel van de duplex unit en verwijder eventueel vastgelopen papier. (f) Sluit de bovenklep van de duplexeenheid en schuif de duplexeenheid / papierlade terug in de printer. (g) Sluit de kleine afdekplaat aan de voorzijde. IN EVENTUELE EXTRA PAPIERCASSETTES Als er (een) extra papiercassette(s) of de high capacity feeder is/zijn geïnstalleerd, moet u de papiercassettes verwijderen en controleren of er langs de diverse delen van het uitvoerpad papier is vastgelopen. Tenslotte ....
PARALLELLE VERZENDMODE Als er problemen zijn bij de communicatie met de computer, d.w.z. als de print-out in de war of incorrect is, kan de verzendmode van de parallelle interface veranderd worden. Ready Attention Menu Online Item Value Select Cancel 1. Druk op de Menubutton totdat PARALLEL MENU wordt weergegeven, druk dan op de Selecteerbutton. 2. Druk op de Menupuntbutton totdat de gewenste instelling wordt weergegeven. 3.
PROBLEMEN OPLOSSEN PROBLEMEN MET DE PAPIERINVOER Papier loopt vaak vast. > Er wordt meer dan één vel per keer ingevoerd; > Het papier krult op; > Het papier worden onder een hoek ingevoerd. Mogelijke oorzaak Remedie De printer staat niet horizontaal. Het papier is te dun. Het papier is vochtig of gevoelig voor statische elektriciteit. Het papier heeft vouwen of kreukels. Het papier is niet correct uitgelijnd. Het papier wordt niet ingevoerd. Zet de printer op een stabiel, waterpas oppervlak.
KAN NIET PRINTEN. LPT- schrijffout weergegeven. PRNUSBx schrijffout weergegeven. Mogelijke oorzaak Remedie De interface is gedeactiveerd. De printer is UITgeschakeld. De printerinterfacekaart is los. Er wordt een convertor, buffer of verlengkabel of USB-hub gebruikt. De outputpoort van de printerdriver is incorrect. De printer is niet geselecteerd in de printerdriver. Er wordt een incorrecte printerdriver gebruikt. In de printermenu-instellingen moet u de parallelle of de USB-interface activeren.
TE WEINIG GEHEUGEN. Mogelijke oorzaak Remedie Het geheugen is onvoldoende voor het aantal lopende applicaties. Sluit alle andere applicaties. HET AFDRUKKEN GAAT LANGZAAM. Mogelijke oorzaak Remedie De processing van de afdruk wordt verricht door de computer. De printresolutie is te hoog ingesteld. De data zijn te complex. Gebruik een computer met een snellere processor. Stel de printresolutie in de printerdriver lager in. Vereenvoudig de gegevens.
Vager worden in de lengterichting Mogelijke oorzaak Remedie LED-kop is vuil. Weinig toner. Het papier is ongeschikt voor de printer. Reinig de LED-kop met lensreiniger of een zachte doek. Vervang de toner cartridge. Gebruik het geadviseerde papier. Vage afdrukken Mogelijke oorzaak Remedie De toner cartridge is verkeerd geïnstalleerd. Weinig toner. Het papier is ongeschikt voor de printer. Het papier is ongeschikt voor de printer. Installeer de toner cartridge opnieuw. Vervang de toner cartridge.
Een vage tint op onbedrukte gedeelten Mogelijke oorzaak Remedie Het papier is beïnvloed door statische elektriciteit. Het papier is te dik. Weinig toner. Bewaar het papier bij de voorgeschreven temperatuur en vochtigheid. Gebruik het geadviseerde papier. Vervang de toner cartridge. Versmeerde letterranden Mogelijke oorzaak Remedie LED is vuil. Kan de gewenste kleur niet printen omdat er weinig toner is. De zwartingsmethode komt niet overeen met die in de applicatie.
DIVERSEN DE STROOM IS INGESCHAKELD, MAAR DE PRINTER GAAT NIET ON-LINE. Mogelijke oorzaak Remedie Schakel de printer uit en neem de voedingskabel los. Sluit de stroomkabel (voedingskabel) weer aan en schakel de printer in. Als de fout daardoor niet verdwijnt, bel dan voor service. DE PRINTPROCESSING START NIET. Mogelijke oorzaak Remedie Controleer het regelpaneel. Als er een foutmelding wordt weergegeven, moet u het probleem corrigeren. DE PRINTPROCESSING WORDT AFGEBROKEN.
HET DUURT LANG VOORDAT DE PRINTER BEGINT TE PRINTEN. Mogelijke oorzaak Remedie De printer moet opwarmen na terugkeer uit de energiebesparingmode. In de printermenu-instellingen moet u de energiebesparing op een hogere waarde instellen om de tijd tot het begin van de energiebesparing langer te maken. Wacht totdat de reiniging is afgesloten. De drum verricht een reiniging om de printkwaliteit optimaal te maken, wat enige tijd duurt. De fuser stelt de temperatuur in, wat enige tijd duurt.
ACCESSOIRES INLEIDING Afhankelijk van de configuratie van de printer wilt u wellicht één of meer van de volgende opties toevoegen, wanneer deze nodig worden: > extra geheugen > een interne harddisk > de duplex unit > meer papiercassettes > high capacity feeder > CCS kopieerunit > finisher Afgezien van de laatste twee, die in afzonderlijke handleidingen worden beschreven, worden de details van de fysieke installatie in dit hoofdstuk geboden.
> Er is extra geheugen beschikbaar in modulen van 64 Mb, 128 Mb, 256 Mb en 512 Mb. OPMERKING Als de maximum hoeveelheid geheugen in de printer wordt geïnstalleerd, moeten de oorspronkelijk geïnstalleerde geheugenmodulen verwijderd worden. In verband met het ontwerp van de geheugenmodulen is het erg belangrijk dat de modulen worden geplaatst conform het/de op de module geprinte onderdeelnummer/capaciteit. Zie het onderstaande voorbeeld.
Installatie 1. Schakel de printer uit en neem de voedingskabel en de printerinterfacekabel los. 2. Draai de twee schroeven (1) los en verwijder de moederkaart. 3.
LET OP! De printer werkt wellicht niet goed als de geheugenmodulen niet goed en niet IN DE JUISTE VOLGORDE zijn geplaatst. 4. (a) Als de geheugenmodulen dezelfde capaciteit hebben, is de te hanteren volgorde van de SDRAM-slots slot 1, slot 3 en slot 2. (b) Als de geheugenmodulen een verschillend(e) onderdeelnummer/capaciteit hebben, moet u de hoogste module in slot 1 steken, de dan lagere in slot 3 en de laagste in slot 2. (c) Vervang de moederkaart en zet deze vast met de twee schroeven.
INTERNE HARDDISK De optionele interne harddisk wordt gebruikt voor proeven en printen, wachtwoord of beveiligd printen. Installatie 1. Schakel de printer uit en neem de voedingskabel en de printerinterfacekabel los. 2. Draai de twee schroeven (1) los en verwijder de moederkaart. 3. Houd de interne harddisk bij de borghandle (1).
4. Steek de handle plaatsende lippen (2) en vier plaatsingslippen (3) in de gaten in de moederkaart, en zorg daarbij dat de harddiskconnector (4) aangrijpt in de voet op de regelkaart. 5. Druk de borghandle (1) zachtjes omlaag, en zorg daarbij dat de harddisk naar voren gaat en geheel in de voet grijpt. 6. Vervang de moederkaart en zet deze vast met de twee schroeven. 7. Sluit de printerinterfacekabel en de stroomkabel weer aan, schakel dan de printer in. 8.
OPMERKING > Bij het initialiseren van de harddisk worden alle lettertypen, overlay's of bevestigde printopdrachten verwijderd. > De Storage Device Manager kan ook worden gebruikt om de harddisk na installatie te initialiseren. Zie de gebruikshandeling voor de Storage Device Manager.
DUPLEX UNIT Installatie 1. Schakel de printer uit en neem de voedingskabel los. 2. Verwijder de papiercassette door deze naar buiten te trekken tot aan de aanslag, til de cassette dan op ten einde deze geheel uit de printer te verwijderen. 3. Verwijder het voordeksel door dit aan beide uiteinden op te tillen. OPMERKING Bewaar het voordeksel. Als de duplex wordt verwijderd, dient het voordeksel opnieuw op de printer te worden aangesloten. 4.
5. Open het kleine deksel op de duplex unit en trek zachtjes aan de blauwe hendel totdat de duplex unit en de papiercassette aan elkaar zijn gekoppeld. 6. Schuif de duplex unit en de papiercassette als complete unit weer terug in de printer. 7. Sluit de stroomkabel (voedingskabel) weer aan en schakel de printer in. De printer zal automatisch zo worden geconfigureerd dat deze optie wordt opgenomen. U kunt deze echter als volgt handmatig instellen: 1.
Verwijderen De duplex unit kan als volgt uit de printer verwijderd worden. 1. Schakel de printer uit en neem de voedingskabel los. 2. Open het kleine voordeksel en trek aan de gekleurde hendel (1) ten einde de duplex unit/papiercassette als complete unit uit de printer te trekken. 3. Til de duplex unit/papiercassette tezamen langzaam op en verwijder deze geheel uit de printer. 4.
9. Druk op de waarde (+) of (-) button totdat UIT wordt weergegeven, druk dan op de selecteerbutton. Er verschijnt een sterretje (*) om aan te geven dat duplex is ingesteld op UIT. 10. Druk op de on-linebutton om de printer weer on-line te zetten. 11. Verwijder de duplex-optie-instelling uit de eigenschappen van de printerdriver.
MEER PAPIERCASSETTES Er kunnen twee extra papiercassettes worden geïnstalleerd en in combinatie met de standaard papiercassette neemt de papiercapaciteit toe tot ongeveer 1650 vel. Installatie 1. Schakel de printer uit en neem de voedingskabel en de printerinterfacekabel los. WAARSCHUWING! De printer weegt 72 kg. Er zijn 3 mensen nodig om de printer veilig op te tillen zonder persoonlijk letsel. 2.
OPMERKING Indien beide extra papiercassettes worden geïnstalleerd moet u de twee extra papiercassettes eerst samenbrengen als één eenheid, en de printer dan bovenop de twee extra papiercassettes installeren. 3. Sluit de printerinterfacekabel en de stroomkabel weer aan, schakel dan de printer in. 4. Print een menu als volgt, om te bevestigen dat de extra papiercassette correct is geïnstalleerd. (a) Druk tweemaal op de Menubutton om het INFORMATIEMENU op te roepen.
HOGE CAPACITEITSINVOER De hoge capaciteitsinvoer bestaat uit drie papierladen die als een invoereenheid dienen. Iedere lade bevat ongeveer 550 bladen, afhankelijk van het papiergewicht, waardoor de printer een totale afdrukcapaciteit krijgt van 2200 bladen. Deze hoge capaciteitsinvoer kan gecombineerd worden met EEN extra papierlade waardoor de printer een maximale capaciteit krijgt van 2750 bladen. OPMERKING De hoge capaciteitsinvoer kan NIET gebruikt worden in combinatie met beide extra papierladen.
2. Plaats de printer voorzichtig op de hoge capaciteitsinvoer, waarbij u de gaten op de onderzijde van de printer uitlijnt met de uitsparingen en plug de hoge capaciteitsinvoer vast. OPMERKINGEN Bij het installeren van de hoge capaciteitsinvoer inclusief de extra papierlade, dient u de hoge capaciteitsinvoer en de lade eerst samen te voegen tot een eenheid en zet de printer daar dan boven op. 3. Verbind de printerkabel en de voedingskabel en schakel de printer weer in. 4.
5. Automatische ladewisseling wordt op de volgende wijze ingeschakeld: (a) Druk op de knop Menu totdat het AFDRUK MENU wordt getoond en druk op de knop Selecteren. (b) Druk op de knop Item totdat AUTOMATISCHE LADEWISSELING wordt getoond. (c) Druk op de knop Waarde totdat AAN wordt getoond, en druk dan op de knop Selecteren. (d) Druk op Online om de printer weer in de status online te zetten.
AFWERKER De faciliteit Afwerker stelt u in staat om de afgedrukte documenten die uit uw printer komen te nieten, te ponsen en te verschuiven. De volgende toebehoren zijn beschikbaar: > CL30 Afwerker (3 gaten ponser) > Afwerker Interface Set > Afwerker Steun (waarop de afwerker gezet kan worden) Voor de volledige details over installatie en gebruik van deze toebehoren, raadpleegt u de gebruikershandleiding met de titel "CL30 Afwerker gebruikershandleiding.
SPECIFICATIES Afdrukmethode Resolutie Kleur Processorsnelheid Geheugen HDD Printtaal Besturingsplatform Intern font Printstart Parallelle interface Aansluitingen Kabel Verzendmode: Interfaceniveau Universal Serial Bus (USB) interface Aansluitingen Kabel Verzendmode: Power control Netwerk Printsnelheid in pagina's per minuut (ppm) a Elektronisch fotografisch geheugen met blootstelling aan een LED-lichtbron.
Papierinvoer b Mediaformaat – elke cassette Mediaformaat – MP cassette Papiercassette Mediagewicht Mediatype Papiercassette (afhankelijk van het papiergewicht) Papieruitvoer Uitvoercapaciteit (afhankelijk van het papiergewicht) Afdrukmarge Afdruknauwkeurigh eid Opstartduur Voeding Vermogensverbruik: Stroom Werkomgeving Printomgeving Papierlade, handmatige invoer, optionele extra papierlade(n), optionele hoge capaciteitsinvoer A3, A3 Nobi, Tabloid extra, A3 Breed, A4, A4-L, A5, B4, B5, B5L, A6 (Alleen l
Gebruiksduur Geluidsniveau 83.000 bladen/maand (max.) In werking: 55dBA; Gereed: 45dBA; Energiesparing: 43dBA Standaard werking Stroom ingeschakeld 220 uur/maand, afdrukken 50.000 vel/maand Toner cartridge, drum cartridge, transfer belt unit, fuser rol unit 5 jaar of 1.000.000 vel 72 kg exclusief de optionele accessoires en papier Verbruiksartikelen/ onderhoud unit Productlevensduur Gewicht a. De printsnelheid varieert afhankelijk van het papiergewicht, het mediagewicht en de papierinvoer. b.
EXTERNE AFMETINGEN SPECIFICATIES > 161
VERBRUIKSARTIKELEN Beschrijving Levensduur (vel) HIGH CAPACITY TONER - MONO HIGH CAPACITY TONER - CYAAN HIGH CAPACITY TONER - MAGENTA HIGH CAPACITY TONER - GEEL 15.000 bij 5% A4 15.000 bij 5% A4 15.000 bij 5% A4 15.000 bij 5% A4 RAINBOW PACK 15.000 bij 5% A4 EP DRUM - MONO EP DRUM - CYAAN EP DRUM - MAGENTA EP DRUM - GEEL Fuser Unit 230V Transfer belt 30.000 bij 5% A4 30.000 bij 5% A4 30.000 bij 5% A4 30.000 bij 5% A4 80.000 bij 5% A4 80.
STANDAARD FABRIEKSINSTELLINGEN AFDRUKMENU Menupunt Standaard fabrieksinstelling EXEMPLAREN DUPLEX BINDING JOB OFFSET PAPIERINVOER CASSETTEVOLGORDE GEBRUIK MF BAK AUTOM. CASS. SELECTIE CONTROLE PAPIERFORMAAT VOORKEURSCASSETTE RESOLUTIE 1200 dpi LED model 1 UIT LANGE KANT AAN CASSETTE 1 OMLAAG INVOER BIJ FOUTE MEDIA AAN GEACTIVEERD CASSETTE 1 MONO-PRINTSNELHEID RICHTING REGELS PER PAGINA WIJZIG FORMAAT AUTOM.
Menupunt MF BAK - Standaard fabrieksinstelling FORMAAT TYPE: GEWICHT: MAATSTELSEL X-POSITIE Y-DIMENSIE A4 NORMAAL MEDIUM MILLIMETER 210 297 KLEURENMENU Menupunt Standaard fabrieksinstelling AUTOM. REGISTRATIE AUTOM. DENSITEITSMODE AUTOM. GAMMA CORRECTIE AAN AUTOM. AAN SYSTEEMCONFIG.-MENU Menupunt Standaard fabrieksinstelling WACHTTIJD ENERGIESPARING PERSOONLIJKHEID OPSCHOONBARE WAARSCHUWING AUTOM.
PCL-EMULATIEMENU Menupunt Standaard fabrieksinstelling BRON V/H FONT LETTERTYPE NR TEKENBREEDTE FONTHOOGTE TEKENSET A4 AFDRUKBREEDTE BLANCO PAGINA OVERSLAAN CR FUNCTIE LF FUNCTIE AFDRUKMARGE ECHT ZWART PEN WIDTH ADJUST RESIDENT LETTERTYPE 1000 10.00 cpi 12.
PARALLEL MENU Menupunt Standaard fabrieksinstelling PARALLEL BI-DIRECTIONEEL ECP ACK BREEDTE ACK/BUSY TIMING I-Prime GEDEACTIVEERD GEACTIVEERD GEACTIVEERD SMAL ACK-IN-BUSY GEDEACTIVEERD USB MENU Menupunt Standaard fabrieksinstelling USB SOFT RESET GEACTIVEERD GEDEACTIVEERD STANDAARD FABRIEKSINSTELLINGEN > 166
NETWERKMENU Menupunt Standaard fabrieksinstelling TCP/IP NETWARE ETHERTALK NETBEUI FRAME TYPE DHCP/BOOTP RARP IP ADRES SUBNET MASK GATEWAY ADRES PRINT SETTINGS INITIALISEREN GEACTIVEERD GEACTIVEERD GEACTIVEERD GEACTIVEERD AUTOM. GEACTIVEERD GEDEACTIVEERD 0.0.0.0 0.0.0.0 0.0.0.0 UIT UIT GEHEUGENMENU Menupunt Standaard fabrieksinstelling GROOTTE ONTVANGSTBUFFER RESOURCE BEWAREN FLASH INITIALISEREN PS FLASH WIJZIGEN AUTOM.
SYSTEEM INSTELLEN-MENU Menupunt Standaard fabrieksinstelling X-POSITIE Y-POSITIE DUPLEX X-POSITIE DUPLEX Y-POSITIE CASSETTE 1 A3 Nobi PAPIER CASSETTE 1 LEGAL 14 PAPIER CASSETTE 2 A3 Nobi PAPIER CASSETTE 2 LEGAL 14 PAPIER CASSETTE 3 A3 Nobi PAPIER CASSETTE 3 LEGAL 14 PAPIER CASSETTE 4 A3 Nobi PAPIER CASSETTE 4 LEGAL 14 PAPIER CASSETTE 5 A3 Nobi PAPIER CASSETTE 5 LEGAL 14 PAPIER PCL CASSETTE 2 ID# PCL CASSETTE 3 ID# PCL CASSETTE 4 ID# PCL CASSETTE 5 ID# PCL MF BAK ID# HEX DUMP 0,0 mm 0,0 mm 0,0 mm 0,0 mm K
TREFWOORDENLIJST A I Aansluiting Voedingskabel ........................32 INFORMATIEMENU.......................44 Installatie Beschermende papier verwijderen ............................19 AFDRUKMENU .............................45 Afwerker...................................157 Tonercartridge installeren ........24 B Voedingskabel ........................32 Beschermende papier verwijderen ...............................19 K Boekjes ......................................94 C L Componenten ......
Lijst van instellingen................44 Interne harddisk ....................145 Menulijst afdrukken.................43 Veranderen .............................43 Meer papiercassettes ............152 Printopdrachtenmenu .................44 P Papier Formaten.................................37 S Statusmeldingen ......................123 Handmatige invoer ..................31 Systeem instellen-menu..............63 Invoer .....................................36 Systeemconfig.-menu .................
CONTACTGEGEVENS VAN XANTE XANTE CORPORATION P.O. Box 16526 Mobile, AL 36616-0526 XANTE CORPORATION 2800 Dauphin St., Suite 100 Mobile, AL 36606-2400 Tel: 800-926-8393, 251-473-6502 Fax: 251-473-6503 Internet: http://www.xante.