Operation Manual
Onderhoud
8.1
8 Onderhoud
In dit hoofdstuk vindt u informatie over hoe uw de tonercassette en uw
apparaat het best onderhoudt.
In dit hoofdstuk treft u de volgende onderwerpen aan:
• Rapporten afdrukken
• Geheugen wissen
• Uw apparaat reinigen
• De tonercassette onderhouden
• Verbruiksartikelen en te vervangen onderdelen
Rapporten afdrukken
Het apparaat kan een rapport met systeemgegevens afdrukken.
1
Druk op de knop tot op de bovenste regel van het display
Rapport
verschijnt.
2
Druk op de knop wanneer
Syst. gegevens
verschijnt.
De systeemgegevens worden afgedrukt.
Geheugen wissen
U kunt kiezen welk gedeelte van de informatie in het geheugen van het
apparaat u wilt wissen.
1
Druk op de knop tot op de bovenste regel van het display
Onderhoud
verschijnt.
2
Druk op de bladerknoppen ( of ) tot
Instel. wissen
verschijnt
en druk daarna op de knop .
3
Druk op de bladerknoppen ( of ) om het item te selecteren dat
uwilt wissen.
•
Papier inst.
: voor alle papierinstellingen de fabrieksinstellingen
herstellen.
•
Kopie inst.
: voor alle kopieerinstellingen de fabrieksinstellingen
herstellen.
•
Alle instell.
: voor alle instellingen de standaardinstellingen herstellen.
•
App. instellen
: voor alle systeeminstellingen, zoals taal voor het
display en energiebesparende modi, de fabrieksinstellingen
herstellen.
4
Druk op de knop om het wissen te bevestigen. De geselecteerde
instelling wordt gewist.
5
Herhaal stappen 3 en 4 om een andere instelling te wissen.
6
Druk op de knop om
terug te keren naar de stand-bymodus.
Uw apparaat reinigen
Volg de onderstaande reinigingsprocedures telkens als er een
tonercassette wordt vervangen of als er problemen ontstaan met
de afdruk- en scankwaliteit.
OPGEPAST
: als u de behuizing van de printer reinigt met reinigingsmiddelen
die veel alcohol, oplosmiddel of andere bijtende stoffen bevatten, kan
de behuizing verkleuren of barsten.
De buitenkant reinigen
U kunt de behuizing van het apparaat het beste schoonmaken met een
zachte, niet-pluizende doek. U kunt de doek enigszins bevochtigen met
water, maar let erop dat er geen water op of in het apparaat druppelt.
Binnenkant reinigen
Tijdens het afdrukken kunnen zich in het apparaat papierresten, toner
en stof verzamelen. Dit kan op een gegeven moment problemen met
de afdrukkwaliteit gaan veroorzaken, zoals tonervlekken of vegen. Deze
problemen kunnen worden opgelost of tegengegaan door de binnenkant
van het apparaat te reinigen.
1
Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact.
Wacht daarna tot het apparaat is afgekoeld.
2
Open de klep aan de voorkant en haal de tonercassette eruit.
Plaats de cassette op een schoon, effen oppervlak.
OPGEPAST
:
• Om schade aan de tonercassette te voorkomen, moet u ervoor
zorgen dat deze niet langer dan enkele minuten wordt blootgesteld
aan licht. Bedek de tonercassette zo nodig met een stuk papier.
• Raak de groene onderkant van de tonercassette niet aan. Gebruik
het handvat op de tonercassette en vermijd zo dat u dit gebied
aanraakt.