Operation Manual

Internetfax
WorkCentre™ 5735/5740/5745/5755/5765/5775/5790
Faxen
111
Kwaliteit/bestandsgrootte
Met de instellingen van Kwaliteit/bestandsgrootte kunt u kiezen tussen de kwaliteit en de bestands-
grootte van het scanbeeld. Met deze instellingen kunt u ofwel beelden van optimale kwaliteit maken
ofwel kleinere bestanden maken. Een klein bestand biedt een enigszins verminderde afdrukkwaliteit,
maar kan gemakkelijker via een netwerk worden gedeeld. Met een groter bestand hebt u een betere
afdrukkwaliteit, maar duurt het langer om het bestand via het netwerk te verzenden. De opties zijn:
Normaal/klein - hiermee worden kleine bestanden geproduceerd met behulp van geavanceerde
compressiemethoden. De beeldkwaliteit is acceptabel, maar de kwaliteit van sommige originelen
kan enigszins afnemen en er kunnen fouten bij tekenvervanging optreden.
Hoger/groter - hiermee worden grotere bestanden geproduceerd met een betere beeldkwaliteit.
Hoogste/grootste - hiermee worden de grootste bestanden geproduceerd met een optimale
beeldkwaliteit. Grote bestanden zijn niet handig om gedeeld en verzonden te worden via het
netwerk.
Selecteer Opslaan om uw selecties op te slaan en af te sluiten.
Opmaakaanpassing
Met de opties voor Opmaakaanpassing kunt u wijzigingen in het scanbeeld aanbrengen en het uiterlijk
en de stijl van het faxdocument verbeteren. Voor toegang tot de opties voor Opmaakaanpassing
selecteert u Startpagina Functies en Internetfax. Selecteer nu het tabblad Opmaakaanpassing.
Origineelformaat
Selecteer Origineelformaat om het formaat van het document in te voeren als u via de glasplaat of de
AOD gaat scannen. Het apparaat gebruikt deze informatie bij het berekenen van de afmetingen van
het origineel en het scanbeeld. U kunt ook Automatische herkenning selecteren, zodat het formaat
automatisch wordt gedetecteerd. De opties zijn:
Auto-herkenning - dit is de standaardinstelling
waarmee formaten automatisch worden herkend. Het
herkende formaat wordt gekoppeld aan een standaard
papierformaat.
Vooringestelde scangebieden - hiermee kunt u het
formaat van het origineel kiezen uit een lijst met
voorgeprogrammeerde standaard documentformaten.
U kunt de lijst bekijken met behulp van de schuifbalk.
Aangepaste scangebieden - hiermee kunt u een specifiek scangebied opgeven. Meet het
scangebied op het origineel en voer in de desbetreffende velden de afmetingen voor de X- en Y-as
in. Alleen het opgegeven gebied wordt gescand.
Selecteer Opslaan om uw selecties op te slaan en af te sluiten.