Operation Manual

Scanopties instellen
WorkCentre 7425/7428/7435
Gebruikershandleiding
151
Geavanceerde instellingen
Met geavanceerde instellingen kunt u beeldopties, beeldverbeteringen, scanresolutie en
bestandsgrootte beheren.
Geavanceerde instellingen gebruiken:
1. Druk op het bedieningspaneel van de printer op de toets Alle functies.
2. Raak op het aanraakscherm van de printer Scannen in netwerk aan en raak het tabblad
Geavanceerde instellingen aan. Raak vervolgens de gewenste instelling aan.
Opmaakaanpassingen
De optie Opmaakaanpassing voorziet in extra instellingen voor origineelrichting, origineelformaat en
randen wissen.
Opmaakaanpassingen gebruiken:
1. Druk op het bedieningspaneel van de printer op de toets Alle functies.
2. Raak op het aanraakscherm van de printer Scannen in netwerk aan en raak het tabblad
Opmaakaanpassing aan. Raak vervolgens de gewenste instelling aan.
Instellingen Gebruiken
Beeldopties U kunt kiezen uit: Lichtheid/donkerheid of Scherpte
Afdrukverbetering U kunt kiezen uit: Automatische onderdrukking of Contrast
Resolutie U kunt kiezen uit: 200 dpi tot 600 dpi.
Kwaliteit/bestandsgrootte U kunt kiezen uit: goede beeldkwaliteit met een klein bestand,
hogere beeldkwaliteit met een groter bestand of hoogste
beeldkwaliteit met het grootste bestand.
Schaduwonderdrukking Met de optie Schaduwonderdrukking verbergt u
achtergrondkleuren en doorschijnende beelden.
Instellingen Gebruiken
Origineelrichting U kunt kiezen uit: Staande beelden, Liggende beelden
(bovenkant links).
Origineelformaat U kunt kiezen uit: Automatische herkenning, Formaat
handmatig invoeren of Originelen van gemengde formaten.
Boek scannen U kunt kiezen uit: Linkerpagina, dan rechts, Rechterpagina,
dan links, Bovenste pagina, dan onder, Beide pagina's, Alleen
linkerpagina, Alleen rechterpagina, en Bindrug wissen.
Verkleinen/vergroten U kunt kiezen uit Proportioneel % of Afdrukformaat invoeren.