Operation Manual

11 Instellingsprocedures
212 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Handleiding voor de gebruiker
Afdrukkwaliteit
Met deze toepassing kunt u verschillende instellingen configureren voor het afstellen
van de kwaliteit van gescande gegevens.
1. Selecteer [Afdrukkwaliteit] op
het scherm
[Gemeenschappelijke
instellingen].
2. Selecteer [Afdrukkwaliteit] op
het scherm [Afdrukkwaliteit].
3. Voer de nodige handelingen uit.
4. Selecteer [Sluiten].
Foto- en tekstherkenning
Geef het niveau aan waarop het apparaat tekst of foto's tijdens het scannen
beoordeelt. Indien u [Meer tekst] selecteert, zijn zeer dunne tekens makkelijker te
herkennen als tekst. Indien u [Meer foto] selecteert, zijn halftoon beelden op kranten
en folders beter als foto's te herkennen.
Beeldverbetering
Geef aan of ruwe randen moeten worden verbeterd bij de afdrukgegevens voor
kopieer- en faxopdrachten. De beelden op het afgedrukte papier zien er dan gladder
uit.
Overzichten
Met deze toepassing kunt u aangeven hoe overzichten automatisch moeten worden
afgedrukt.
1. Selecteer [Overzichten] op het
scherm [Gemeenschappelijke
instellingen].
2. Voer de nodige handelingen uit.
3. Selecteer [Sluiten].
Historie-overzicht opdrachten
Geef aan of er na iedere 50 opdrachten automatisch een historieoverzicht moet
worden afgedrukt.
Activiteitenoverzicht
Geef aan of na iedere 100 faxopdrachten automatisch een activiteitenoverzicht moet
worden afgedrukt. Op een activiteitenoverzicht wordt het resultaat van de
verzendingen en ontvangsten getoond.