Xerox WorkCentre 7755 / 7765 / 7775 Multifunction Printer Xerox WorkCentre 7755 / 7765 / 7775 ® ® User Guide Guide d'utilisation Italiano Guida per l’utente Dansk Betjeningsvejledning Magyar Felhasználói útmutató Deutsch Benutzerhandbuch Norsk Brukerhåndbok Русский Руководство пользователя Español Guía del usuario Suomi Käyttöopas Türkçe Kullanıcı Kılavuzu Português Guia do usuário Čeština Uživatelská příručka Ελληνικά Εγχειρίδιο χρήστη Polski Przewodnik użytkownika Română Ghid
© 2009 Xerox Corporation. Alle rechten voorbehouden. Niet-gepubliceerde rechten voorbehouden op basis van de auteursrechten in de Verenigde Staten. De inhoud van de publicatie mag op generlei wijze worden gereproduceerd of verveelvoudigd zonder toestemming van Xerox Corporation.
Inhoudsopgave 1 Veiligheid Veiligheid bij het gebruik van elektriciteit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Laserveiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Netsnoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoudsopgave De software installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vereisten van besturingssysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Stuurprogramma's en hulpprogramma's installeren (Windows). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Stuurprogramma's en hulpprogramma's installeren - Macintosh.
Inhoudsopgave Papier selecteren voor gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 67 Papier selecteren in een ondersteunde driver . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 67 Meerdere pagina's op één vel papier afdrukken (N op 1) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoudsopgave 5 Kopiëren Eenvoudige kopieertaken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 94 Kopieeropties wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 95 Basisinstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoudsopgave Faxopties selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 151 Instellen van 2-zijdig faxen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 151 Origineeltype selecteren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoudsopgave 9 Problemen oplossen Berichten op het bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 178 Algemene problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 179 Printer schakelt niet in . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoudsopgave 10 Printerspecificaties Fysieke specificaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 242 Configuratie met staffelopvangbak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 242 Configuratie met geavanceerde kantoorafwerkeenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoudsopgave 10 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding
1 Veiligheid In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld: • Veiligheid bij het gebruik van elektriciteit op pagina 12 • Veiligheid bij de bediening op pagina 14 • Veiligheid bij het onderhoud op pagina 16 • Printersymbolen op pagina 17 De printer en de aanbevolen verbruiksartikelen zijn getest en voldoen aan strikte veiligheidsnormen. Als u de volgende informatie in acht neemt, bent u verzekerd van een ononderbroken veilige werking van uw printer.
Veiligheid Veiligheid bij het gebruik van elektriciteit Waarschuwing: Duw geen voorwerpen (zoals paperclips of nietjes) in de sleuven en openingen van de printer. Aanraking van een voltagepunt of kortsluiting van een onderdeel kan brand of elektrische schokken tot gevolg hebben. Waarschuwing: Verwijder geen kleppen of beschermplaten die met schroeven zijn bevestigd, tenzij u optionele apparatuur installeert en specifieke instructies hebt ontvangen om dit te doen.
Veiligheid • • • Controleer of de printer is aangesloten op een stopcontact met de juiste spanningsvoeding. Bekijk de elektrische specificaties van de printer eventueel samen met een elektricien. Plaats de printer niet op een plek waar mensen op het netsnoer kunnen gaan staan. Plaats geen voorwerpen op het netsnoer. Het netsnoer is op een aansluitpunt achter op de printer aangesloten. Als het nodig is om de stroomvoorziening naar de printer op te heffen, haalt u de stekker uit het stopcontact.
Veiligheid Veiligheid bij de bediening Uw printer en de bijbehorende verbruiksartikelen zijn getest en voldoen aan strenge veiligheidseisen. Ze zijn onderzocht en goedgekeurd door veiligheidsinstanties en voldoen aan de gestelde milieunormen. Als u de volgende veiligheidsvoorschriften in acht neemt, bent u verzekerd van een ononderbroken veilige werking van uw printer. Printerlocatie • • • • • • • • Bedek of blokkeer de sleuven of openingen van de printer niet.
Veiligheid Printerverbruiksartikelen • • Gebruik de verbruiksartikelen die specifiek voor de printer zijn ontworpen. Gebruik van niet-geschikte materialen kan resulteren in slechte prestaties en gevaarlijke situaties. Volg alle waarschuwingen en aanwijzingen op die zijn aangegeven op, of geleverd bij de printer, opties en toebehoren. Voorzichtig: Het gebruik van niet-Xerox-verbruiksartikelen wordt afgeraden.
Veiligheid Veiligheid bij het onderhoud • • • Probeer geen onderhoudsprocedures uit te voeren die niet specifiek zijn beschreven in de documentatie die bij uw printer is geleverd. Gebruik geen schoonmaakmiddelen in spuitbussen. Gebruik voor het reinigen alleen een droge, pluisvrije doek. Verbruiksartikelen of items voor routineonderhoud mogen niet worden verbrand. Ga voor informatie over Xerox-recyclingprogramma's voor verbruiksartikelen naar www.xerox.com/gwa.
Veiligheid Printersymbolen Symbool Beschrijving Waarschuwing of Voorzichtig: Het negeren van deze waarschuwing kan ernstig letsel of zelfs overlijden tot gevolg hebben. Het negeren van deze waarschuwing kan persoonlijk letsel of schade aan het apparaat veroorzaken. Heet oppervlak op of in de printer. Wees voorzichtig zodat lichamelijk letsel wordt voorkomen. Raak geen onderdelen aan met dit symbool. Hierdoor kunt u gewond raken. Waarschuwing: Bewegende onderdelen.
Veiligheid 18 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding
2 Toepassingen In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld: • Voordat u de printer gebruikt op pagina 20 • Onderdelen van de printer op pagina 21 • Printerconfiguraties op pagina 24 • Bedieningspaneel op pagina 26 • Meer informatie op pagina 31 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding 19
Toepassingen Voordat u de printer gebruikt Xerox Welcome Center Als u hulp nodig hebt tijdens of na de installatie van het product, bezoekt u de website van Xerox voor online oplossingen en ondersteuning. www.xerox.com/office/worldcontacts Als u meer hulp nodig hebt, neemt u contact op met onze experts van het Xerox Welcome Center. Bij de installatie van het product hebt u mogelijk het telefoonnummer van een plaatselijke vertegenwoordiger gekregen.
Toepassingen Onderdelen van de printer In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Aanzicht voorzijde/linkerzijde op pagina 21 • Aanzicht achterzijde/links op pagina 22 • Interne onderdelen op pagina 23 Aanzicht voorzijde/linkerzijde 2 1 10 3 9 4 5 8 6 7 wx77xx-125 1. AOD 6. Lade 3 2. Aan/uit-knop 7. Lade 4 3. Opvangbak 8. Zijdeur links 4. Lade 1 9. Lade 5 (handmatige papierinvoer) 5. Lade 2 10.
Toepassingen Aanzicht voorzijde/rechts 1 1. Documentinvoerlade 2. Opvangbak 3. Onderklep rechts 2 3 wc77xx-126 Aanzicht achterzijde/links 3 2 1 5 4 wc77xx-139 1. Faxlijn 1 4. Onderklep links 2. Faxlijn 2 5. Lade 5 (handmatige papierinvoer) 3.
Toepassingen Interne onderdelen 1 2 1. Tonercassettes 2. Afdrukmodules (achter klep) 3. Transfermodule 4.
Toepassingen Printerconfiguraties • • • Standaardfuncties op pagina 24 Verkrijgbare configuraties op pagina 24 Printeropties op pagina 25 Standaardfuncties De printer biedt vele voorzieningen om aan uw afdrukbehoeften te beantwoorden: • Kopieer- en afdrukfuncties • Maximum afdruksnelheid van 75 pagina's per minuut voor zwart/wit-afdrukken en 50 pagina's per minuut voor kleurenafdrukken (op normaal papier van Letter-formaat).
Toepassingen Printeropties De volgende opties zijn leverbaar voor de printer: • Faxen • Scannen naar e-mail • Grote invoerlade, voor 8,5 x 11 inch / A4 • Staffelopvangbak • Geavanceerde afwerkeenheid • Professionele afwerkeenheid met AVH-module • Lichte Productieafwerkeenheid (Light Production Finisher) met optioneel C- of Z-vouwen • Handmatig nietapparaat • Externe interface • Xerox Copier Assistant • Xerox Secure Access Unified ID-systeem • Netwerkaccountadministratie • SmartSend • Unicode afdrukken • Co
Toepassingen Bedieningspaneel In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Indeling van het bedieningspaneel op pagina 27 • Gegevenspagina's op pagina 28 26 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding
Toepassingen Indeling van het bedieningspaneel 1 16 2 Services 4 6 7 15 Machine Status Energy Saver 3 5 Job Status ABC Log In / Out Help Language DEF 1 2 3 GHI JKL MNO 4 5 6 PRS TUV WXY 7 8 9 0 # * Clear All Interrupt Printing Start Stop 14 12 13 DIAL PAUSE 11 C 8 9 10 wc77xx-128 Item Beschrijving 1 Aanraakscherm Geeft informatie weer en geeft toegang tot printerfuncties.
Toepassingen Item Beschrijving 11 Stoppen Indrukken om een afdruk-, kopieer-, scan- of faxopdracht te onderbreken. Druk op het aanraakscherm op Hervatten om door te gaan met de opdracht, of op Verwijderen om de opdracht volledig te annuleren. 12 Afdrukken onderbreken Indrukken om de afdruk te onderbreken. Nogmaals indrukken om de afdruk te hervatten. 13 Alles wissen Tweemaal indrukken om de huidige opdrachtinstellingen te wissen.
Toepassingen Tellers Op het scherm met tellers wordt informatie over het printergebruik en facturering weergegeven. 1. Druk via het bedieningspaneel van de printer op Apparaatstatus. 2. Druk op het tabblad Factureringsinformatie. De tellers worden aan de linkerkant van het scherm weergegeven. 3. Druk voor meer informatie op Tellers.
Toepassingen Accountadministratie Accountadministratie wordt gebruikt voor het bijhouden van facturering en het regelen van toegang tot kopieer-, scan-, fax- en afdrukfuncties voor iedere gebruiker. Als Accountadministratie is ingeschakeld, moeten alle gebruikers op de toets Aan-/afmelden drukken en vervolgens hun gebruikers-ID invoeren om de printer te kunnen gebruiken. De systeembeheerder moet gebruikersaccounts maken en vervolgens Accountadministratie inschakelen.
Toepassingen Meer informatie Raadpleeg de volgende koppelingen voor meer informatie over uw printer en de mogelijkheden. Informatie Bron Handleiding voor snel gebruik Geleverd bij de printer Gebruikershandleiding (PDF) Software and Documentation CD (cd met software en documentatie) www.xerox.com/office/WC7755_WC7765_WC7775docs System Administrator Guide (Handleiding voor systeembeheerder) www.xerox.com/office/WC7755_WC7765_WC7775docs Recommended Media List (Lijst met aanbevolen media) www.xerox.
Toepassingen 32 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding
3 Installatie en instellingen In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld: • Overzicht van installatie en instellingen op pagina 34 • Fysieke verbinding op pagina 34 • De software installeren op pagina 35 • CentreWare Internetservices gebruiken op pagina 40 Zie ook: Online Support-assistent op www.xerox.com/office/WC7755_WC7765_WC7775support System Administrator Guide (Handleiding voor de Systeembeheerder) op www.xerox.
Installatie en instellingen Overzicht van installatie en instellingen Alvorens u uw printer in gebruik kunt nemen, dient het volgende te worden uitgevoerd: 1. Controleer dat de printer goed is aangesloten en is ingeschakeld. 2. Installeer de softwaredrivers en hulpprogramma's. 3. Configureer de software. Fysieke verbinding U kunt uw printer via een netwerk aansluiten. Voor de optionele fax is aansluiting op een werkende en aparte faxtelefoonlijn vereist.
Installatie en instellingen De software installeren In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Vereisten van besturingssysteem op pagina 35 • Stuurprogramma's en hulpprogramma's installeren (Windows) op pagina 35 • Stuurprogramma's en hulpprogramma's installeren - Macintosh op pagina 36 • UNIX- en Linux-stuurprogramma's op pagina 39 Vereisten van besturingssysteem • • • PC: Windows 2000, XP, Vista, Windows Server 2003 of later. Macintosh: OS X, versie 10.3 of later.
Installatie en instellingen 8. Selecteer het gewenste printerstuurprogramma: • PostScript • PCL 5 • PCL 6 9. Selecteer het gewenste scanstuurprogramma: • TWAIN • WIA • Xerox-scanprogramma inschakelen 10. Klik op Installeren. 11. Als het installatieprogramma klaar is, klikt u op Voltooien.
Installatie en instellingen Klik op OK om het bericht over de printerwachtrij te accepteren. Klik indien gewenst op de selectievakjes Printer instellen als standaard en Testpagina afdrukken. Klik op Doorgaan en klik dan op Sluiten. Klik op het menu Apple, open Systeemvoorkeuren en open dan Afdrukken en faxen. Klik op het tabblad Afdrukken, selecteer de printer in de lijst en klik vervolgens op Printer instellen.
Installatie en instellingen 4. Klik op de Standaardbrowser in het venster Printerbrowser. 5. Selecteer uw printer in de lijst en klik op Voeg toe. Opmerking: Als uw printer niet door het netwerk is gevonden, controleert u of de printer is ingeschakeld en de Ethernet-kabel goed is aangesloten. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. Aansluiten door het IP-adres van de printer op te geven: Vanuit de map Programma's opent u Systeemvoorkeuren. Open Afdrukken en faxen en selecteer het tabblad Afdrukken.
Installatie en instellingen UNIX- en Linux-stuurprogramma's Ondersteunde stuurprogramma's voor UNIX en Linux zijn beschikbaar op www.xerox.com/office/WC7755_WC7765_WC7775drivers. Voor meer informatie raadpleegt u de System Administrator Guide (Handleiding voor de Systeembeheerder) op www.xerox.com/office/WC7755_WC7765_WC7775docs. Overige stuurprogramma's Uitsluitend voor Windows zijn tevens de volgende stuurprogramma's beschikbaar op: www.xerox.com/office/WC7755_WC7765_WC7775drivers.
Installatie en instellingen CentreWare Internetservices gebruiken CentreWare Internetservices (CentreWare IS) biedt toegang tot de ingebouwde webserver van de printer. Hiermee kunt u uw printer op eenvoudige wijze via een webbrowser op een netwerkcomputer beheren, configureren en bewaken. Gebruik CentreWare IS om toegang te krijgen tot printerstatus, configuratie, beveiligingsinstellingen en diagnostische functies.
Installatie en instellingen CentreWare IS openen 1. Open uw webbrowser vanaf uw computer. 2. Typ het IP-adres van de printer. Het openingsscherm van CentreWare IS verschijnt.
Installatie en instellingen 42 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding
4 Afdrukken In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld: • Afdrukken - overzicht op pagina 44 • Ondersteunde media op pagina 45 • Media plaatsen op pagina 47 • Afdrukken op speciale media op pagina 57 • Afdrukopties selecteren op pagina 60 • Op beide zijden van het papier afdrukken op pagina 65 • Papier selecteren voor gebruik op pagina 67 • Meerdere pagina's op één vel papier afdrukken (N op 1) op pagina 68 • Katernen afdrukken op pagina 69 • Kleurcorrecties gebruiken op pagina 72 • Afdrukke
Afdrukken Afdrukken - overzicht 1. Selecteer relevant papier. 2. Plaats papier in de lade en geef op het aanraakscherm van de printer het formaat, de kleur en de soort op. 3. Open de afdrukinstellingen in uw softwaretoepassing (CTRL+P in Windows of CMD+P op een Macintosh voor de meeste softwaretoepassingen). 4. Selecteer uw printer in de lijst. 5. Open de printerdriverinstellingen door Eigenschappen of Voorkeuren (Windows), Xerox-functies voor Macintosh.
Afdrukken Ondersteunde media In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Aanbevolen media op pagina 45 • Algemene richtlijnen voor het plaatsen van media op pagina 45 • Media die de printer kan beschadigen op pagina 46 • Richtlijnen voor papieropslag op pagina 46 Deze printer kan verschillende typen media verwerken. Volg de richtlijnen in dit gedeelte voor de beste afdrukkwaliteit en ter voorkoming van papierstoringen.
Afdrukken Media die de printer kan beschadigen Op deze printer kunnen verschillende papier- en mediasoorten voor afdrukopdrachten worden gebruikt. Het gebruik van bepaalde soorten media kan echter de afdrukkwaliteit negatief beïnvloeden, meer papierstoringen dan normaal tot gevolg hebben of schade aan de printer veroorzaken.
Afdrukken Media plaatsen In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Papier in lade 1 of lade 2 plaatsen op pagina 47 • Papier in lade 3 of lade 4 plaatsen op pagina 49 • Papier in lade 5 (handmatige invoer) plaatsen op pagina 51 • Papier in lade 6 (optionele grote papierlade) plaatsen op pagina 53 • Enveloppen plaatsen op pagina 55 • Voorgesneden tabbladen plaatsen op pagina 56 Selecteer het juiste lade, afhankelijk van de media die u wilt gebruiken.
Afdrukken Papier in lade 1 of 2 plaatsen: 1. Trek de papierlade naar u toe naar buiten. wc77xx-024 2. Voordat u het papier in de papierladen plaatst, waaiert u de randen van het papier even uit om te voorkomen dat er vellen papier aan elkaar vast blijven zitten. Dit vermindert de kans op papierstoringen. 3. Schuif de papierladegeleiders desgewenst verder naar buiten om het nieuwe papier te kunnen plaatsen.
Afdrukken 4. Duw de lade helemaal in de printer. wc77xx-026 5. Kies zonodig het formaat, de soort of de kleur van het papier op het aanraakscherm van de printer en druk vervolgens op Bevestigen. 6. Als u de mediasoort niet hebt gewijzigd, raakt u Bevestigen aan op het aanraakscherm.
Afdrukken Papier plaatsen in lade 3 of lade 4: 1. Trek de papierlade naar u toe naar buiten. 4 3 wc77xx-029 2. Voordat u het papier in de papierladen plaatst, waaiert u de randen van het papier even uit om te voorkomen dat er vellen papier aan elkaar vast blijven zitten. Dit vermindert de kans op papierstoringen. 3. Schuif de papierladegeleiders desgewenst verder naar buiten om het nieuwe papier te kunnen plaatsen.
Afdrukken 4. Duw de lade helemaal in de printer. 4 3 wc77xx-103 5. Kies zonodig de papiersoort of -kleur op het aanraakscherm van de printer en druk vervolgens op Bevestigen. 6. Als u de mediasoort niet hebt gewijzigd, raakt u Bevestigen aan op het aanraakscherm. Papier in lade 5 (handmatige invoer) plaatsen De lade voor handmatige invoer kan worden gebruikt voor vele verschillende mediasoorten en aangepaste formaten.
Afdrukken • • • • Extra zwaar glans Zijde 2 zwaar glans Voorgesneden tabbladen Enveloppen In lade 5 (handmatige invoer) kunnen maximaal circa 280 vellen bankpostpapier met een gewicht van 20 lb. (75 g/m²) worden geplaatst. In lade 5 (handmatige invoer) kan papier met een formaat variërend van X: 148 tot 488 mm (5,8 tot 19,2 inch) en Y: 100 to 330 mm (3,9 tot 13 inch) worden geplaatst. In lade 5 (handmatige invoer) kan papier met een gewicht van 17 lb (bankpostpapier) tot 111 lb.
Afdrukken 2. Plaats het papier met de korte of de lange kant eerst. Grotere papierformaten kunnen alleen met de korte kant eerst worden ingevoerd. wc77xx-028 3. Stel de geleiders zo af dat deze net de randen van het papier raken. Opmerkingen: • Plaats voorbedrukt KKE-papier (korte kant eerst) met de beeldzijde omhoog in de lade, waarbij de bovenkant van de pagina naar de rechterkant van de lade wijst.
Afdrukken In lade 6 kunnen maximaal 2000 vellen bankpostpapier met een gewicht van 20 lb. (75 g/m²) en met een formaat van 8,5 x 11 inch (A4: 210 x 297 mm) worden geplaatst. 1. Trek de papierlade naar u toe naar buiten. wc77xx-034 2. Voordat u het papier in de papierladen plaatst, waaiert u de randen van het papier even uit om te voorkomen dat er vellen papier aan elkaar vast blijven zitten. Dit vermindert de kans op papierstoringen. Plaats het papier tegen de rechterzijde van de lade.
Afdrukken 4. Kies zonodig de papiersoort of -kleur op het aanraakscherm van de printer en druk vervolgens op Bevestigen. 5. Als u de mediasoort niet hebt gewijzigd, raakt u Bevestigen aan op het aanraakscherm. Enveloppen plaatsen Enveloppen kunnen alleen in lade 5 (handmatige invoer) worden geplaatst. In lade 5 (handmatige invoer) kunnen C5-enveloppen van 229 mm x 324 mm (9 x 12,75 inch) en C4-enveloppen van 162 mm x 229 mm (6,3 x 9 inch) worden geplaatst.
Afdrukken Voorgesneden tabbladen plaatsen Voorgesneden tabbladen kunnen alleen in lade 5 (handmatige invoer) worden geplaatst. Recht voorgesneden tabbladen in lade 5 (handmatige invoer) plaatsen: 1. Plaats de voorgesneden tabbladen in lade 5 (handmatige invoer) met de tabs aan de achterrand enmet de te bedrukken zijde omhoog. wc77xx-163 2. Stel de geleiders zo af dat deze net de randen van de voorgesneden tabbladen raken.
Afdrukken Afdrukken op speciale media In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Afdrukken op transparanten op pagina 57 • Afdrukken op enveloppen op pagina 58 • Afdrukken op etiketten op pagina 58 • Afdrukken op glanspapier op pagina 59 • Afdrukken op papier van aangepast formaat op pagina 59 Afdrukken op transparanten Er kan vanuit lade 1, 2, 3, 4 en 5 (handmatige invoer) op transparanten worden afgedrukt. Gebruik voor de beste resultaten uitsluitend aanbevolen Xerox-transparanten.
Afdrukken Afdrukken op enveloppen Er kan alleen vanuit lade 5 (handmatige invoer) op enveloppen worden afgedrukt. Richtlijnen • • • • • Een geslaagd resultaat bij het afdrukken op enveloppen is afhankelijk van de kwaliteit en de samenstelling van de enveloppen. Probeer een ander merk enveloppen als u niet de gewenste resultaten behaalt. Zorg voor een constante omgevingstemperatuur en relatieve vochtigheidsgraad.
Afdrukken • • • Draai de stapel vellen regelmatig om. Als etiketten erg lang onder extreme omstandigheden zijn opgeslagen, kunnen ze omkrullen en vastlopen in de printer. Extra zware etiketten kunnen alleen worden ingevoerd vanuit lade lade 5 (handmatige invoer). Selecteer in de printerdriver Etiketten, Zware etiketten of Extra zware etiketten als papiersoort of selecteer de lade waarin de etiketten zijn geplaatst.
Afdrukken Afdrukopties selecteren Afdrukopties, ook wel printerdriveropties genoemd, worden in Windows ingesteld in Voorkeursinstellingen voor afdrukken en in Macintosh in Xerox-functies. Afdrukopties bestaan onder meer uit instellingen voor 2-zijdig afdrukken, pagina-opmaak en afdrukkwaliteit.
Afdrukken Tabblad PostScript-afdrukopties PCL 6-afdrukopties Geavanceerd Papier/aflevering • Kopieën • Sets • Afleveringsopties • Voorblad • Sets staffelen • Invoerrand Beeldopties • Beeld 180 graden roteren • Verkleinen/vergroten • Kantlijnen • Gespiegelde aflevering • PostScript-doorvoer • Kleurconfiguratie Katernopmaak • Beeldvolgorde Geavanceerde afdrukfuncties Fontvervanging Font downloaden PostScript-uitvoer PostScript-taalniveau Handler voor PostScript-fouten Papier/aflevering • Kopieën • Sets
Afdrukken Afdrukopties selecteren voor een specifieke opdracht in Windows Als u speciale afdrukopties voor een bepaalde opdracht wilt gebruiken, wijzigt u de voorkeursinstellingen voordat u de opdracht naar de printer verzendt. Als u bijvoorbeeld de afdrukkwaliteit Verbeterd wilt gebruiken bij het afdrukken van een bepaald document, selecteert u deze instelling bij Voorkeursinstellingen voordat u de betreffende opdracht afdrukt. 1.
Afdrukken Afdrukopties voor Macintosh Raadpleeg de volgende tabel voor specifieke afdrukopties in de PostScript-printerdriver voor Macintosh.
Afdrukken Een set veelgebruikte afdrukopties opslaan in Macintosh U kunt een set opties definiëren en opslaan, zodat u deze snel kunt toepassen op toekomstige afdrukopdrachten. Een set afdrukopties opslaan: 1. Selecteer de gewenste afdrukopties in de vervolgkeuzelijsten in het menuscherm Druk af. 2. Selecteer op Bewaar als in het menu Instellingen om de set afdrukopties op te slaan en te benoemen. 3. De set opties is opgeslagen en wordt weergegeven in de lijst Instellingen.
Afdrukken Op beide zijden van het papier afdrukken • • • Automatisch 2-zijdig afdrukken op pagina 65 Een 2-zijdig document afdrukken op pagina 66 Opmaakopties voor 2-zijdige pagina op pagina 66 Automatisch 2-zijdig afdrukken Een 2-zijdig document kan worden afgedrukt op ondersteund papier. Voordat u een 2-zijdig document afdrukt, controleert u of de papiersoort en het papiergewicht worden ondersteund. U kunt papiergewichten tussen 64 – 176 g/m² (17 – 47 lb.
Afdrukken Een 2-zijdig document afdrukken Zie de volgende tabel voor printerdriverinstellingen voor 2-zijdige documenten. Besturingssysteem Procedure Windows 2000, XP, Vista of Windows Server 2003 1. Klik op het tabblad Papier/uitvoer. 2. Klik op een optie bij 2-zijdig afdrukken: • 2-zijdig afdrukken • 2-zijdig afdrukken, omslaan via korte kant Mac OS X, versie 10.3 of later 1. Klik in het dialoogvenster Druk af op Xerox-functies. 2. Klik op een optie bij 2-zijdig afdrukken.
Afdrukken Papier selecteren voor gebruik Als u een afdrukopdracht naar de printer verzendt, kunt u de printer automatisch het papier laten selecteren op basis van het documentformaat, de papiersoort en -kleur die u hebt geselecteerd, of een specifieke lade opgeven. Papier selecteren in een ondersteunde driver Windows 1. Klik in de printerdriver op het tabblad Papier/aflevering. 2.
Afdrukken Meerdere pagina's op één vel papier afdrukken (N op 1) Wanneer u een document van meerdere pagina's afdrukt, kunt u meer dan één pagina op een vel papier afdrukken. U kunt één, twee, vier, zes, negen of zestien pagina's per zijde afdrukken. 1 2 3 4 N op 1 afdrukken met behulp van een ondersteunde driver Windows 1. Klik in de printerdriver op het tabblad Opmaak/watermerk. 2. Klik op Pagina's per vel (N op 1). 3. Klik op de toets voor het aantal pagina's dat u op één zijde wilt afdrukken.
Afdrukken Katernen afdrukken Met behulp van de functie 2-zijdig afdrukken kunt u een document in de vorm van een klein boekje afdrukken. U kunt katernen maken met elk papierformaat dat wordt ondersteund voor 2-zijdig afdrukken. Het stuurprogramma verkleint elk paginabeeld automatisch en drukt vier pagina's per vel af (aan iedere zijde twee pagina's). De pagina's worden in de juiste volgorde afgedrukt, zodat u deze kunt vouwen en nieten om een katern te maken.
Afdrukken 3. Voer bij Katernopmaak een van volgende stappen uit: • Als uw document al als katern is opgemaakt, klikt u op Geen. • Als u wilt dat de printer de pagina's als katern rangschikt, klikt u op Katernopmaak. Klik desgewenst op Paginakaders aanbrengen. 4. Het papierformaat wordt automatisch geselecteerd. Om het papierformaat handmatig te selecteren, schakelt u bij Papierformaat katern het selectievakje Auto-selectie uit, klikt u op de pijl omlaag en selecteert u vervolgens het papierformaat. 5.
Afdrukken 4. De waarden voor de bindrug en de verschuiving worden automatisch ingesteld. Als u deze waarden handmatig wilt instellen, klikt u op de pijltoetsen om de waarden voor de bindrug en de verschuiving in te stellen. 5. Klik op OK. 6. Selecteer desgewenst Paginakaders aanbrengen in de vervolgkeuzelijst. 7. Klik op OK. Macintosh 1. Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal & pagina's, klik op Xerox-functies en klik vervolgens op Opmaak/watermerk. 2. Klik bij Katernopmaak op Ingeschakeld. 3.
Afdrukken Kleurcorrecties gebruiken In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Kleurcorrecties voor Windows op pagina 72 • Kleurcorrecties voor Macintosh op pagina 73 • Kleurcorrectie selecteren op pagina 73 • Meer kleuraanpassingen selecteren op pagina 73 • Geavanceerde kleuropties voor press match selecteren op pagina 74 De opties voor kleurcorrectie bieden simulaties van verschillende kleurenapparaten. Automatisch is de standaardcorrectie voor algemene beeldverwerking.
Afdrukken Kleurcorrecties voor Macintosh Kleurcorrectie Beschrijving Automatisch (aanbevolen) Hiermee wordt de beste kleurcorrectie toegepast op elk grafisch element: tekst, afbeeldingen en foto's. sRGB-weergave Hiermee wordt een CRT-computerscherm gesimuleerd. Zwart/wit Hiermee worden alle kleuren omgezet in zwart/wit of grijstinten. Press Match Hiermee kan een opgegeven drukpers worden gesimuleerd. Kleurcorrectie selecteren Windows 1. Klik in de printerdriver op het tabblad Kleuropties. 2.
Afdrukken Contrast: schuif de balk naar rechts voor meer contrast of naar links voor minder contrast. Als het contrast hoger is, worden verzadigde kleuren meer verzadigd, donkere kleuren donkerder en lichtere kleuren witter. • Kleurzweem. Gepaarde kleuren zijn complementaire kleuren van elkaar. • Cyaan/rood: verschuif de balk om de kleurvariatie tussen cyaan en rood te wijzigen. Als u cyaan verhoogt, wordt er minder rood gebruikt en andersom.
Afdrukken Contrast: schuif de balk naar rechts voor meer contrast of naar links voor minder contrast. Als het contrast hoger is, worden verzadigde kleuren meer verzadigd, donkere kleuren donkerder en lichtere kleuren witter. • Kleurzweem. Gepaarde kleuren zijn complementaire kleuren van elkaar. • Cyaan/rood: verschuif de balk om de kleurvariatie tussen cyaan en rood te wijzigen. Als u cyaan verhoogt, wordt er minder rood gebruikt en andersom.
Afdrukken Afdrukken in zwart/wit Afdrukken in zwart/wit met behulp van een ondersteunde driver Windows 1. Klik in de dialoogvenster Afdrukken op Eigenschappen en klik vervolgens op het tabblad Kleuropties. 2. Klik bij Kleurcorrecties op Zwart/wit en klik vervolgens op OK. Macintosh 1. Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal & pagina's, klik op Xerox-functies en klik vervolgens op Kleuropties. 2. Klik bij Kleurcorrecties op Zwart/wit.
Afdrukken Invoegpagina's afdrukken Een invoeging is een scheidingsvel of tussenvel die kan worden ingevoegd na een afdrukopdracht, tussen de exemplaren van een afdrukopdracht of tussen de afzonderlijke pagina's van een afdrukopdracht. Geef de lade op die als bron voor de invoegpagina's moet worden gebruikt. Invoegpagina's afdrukken met behulp van een ondersteunde driver Windows 1. Klik op het tabblad Speciale pagina's en klik vervolgens op Invoegingen toevoegen. 2.
Afdrukken Omslagen afdrukken Een omslag is de eerste of de laatste pagina van een document. U kunt op de printer voor de omslag een andere papierbron selecteren dan voor de resterende pagina's van een document. Gebruik bijvoorbeeld het briefhoofdpapier van uw bedrijf voor de eerste pagina van een document of gebruik zwaar papier voor de eerste en laatste pagina van een rapport. • U kunt elke geschikte papierlade gebruiken als bron voor het afdrukken van omslagen.
Afdrukken Als bij 2-zijdig afdrukken niet mag worden afgedrukt op de achterkant van de voorste omslag, moet pagina twee van uw document leeg zijn. Als niet mag worden afgedrukt op de achteromslag van uw document, raadpleegt u de volgende tabel voor het invoegen van blanco pagina's. Afdrukoptie Laatste pagina met tekst 1-zijdig afdrukken 2-zijdig afdrukken Blanco pagina's Voeg één blanco pagina toe aan het einde van het document. Oneven Voeg twee blanco pagina's toe aan het einde van het document.
Afdrukken Afwijkende documentpagina's afdrukken De printer stelt u in staat kenmerken op te geven van pagina's in de afdrukopdracht, die afwijken van de instellingen voor de rest van de afdrukopdracht. Uw afdrukopdracht bestaat bijvoorbeeld uit 30 pagina's die op papier van standaardformaat moeten worden afgedrukt en twee pagina's die op papier van een ander formaat moeten worden afgedrukt.
Afdrukken Afwijkende documentpagina's afdrukken met behulp van een ondersteunde driver Windows 1. Klik in de printerdriver op het tabblad Speciale pagina's. 2. Klik op de knop Afwijkende documentpagina's toevoegen. 3. Klik op de gewenste instellingen en klik vervolgens op OK. Macintosh 1. Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal & pagina's en klik vervolgens op Xerox-functies. 2. Klik op Speciale pagina's en klik vervolgens op Afwijkende documentpagina's. 3.
Afdrukken Schalen Als u de afgedrukte paginabeelden wilt verkleinen of vergroten, selecteert u een schalingswaarde tussen 25 en 400 procent. De standaardinstelling is 100 procent. 50% 100% 200% Schaling instellen met behulp van een ondersteunde driver Windows 1. Klik in de printerdriver op het tabblad Papier/aflevering. 2. Klik op de pijl omlaag rechts van het gedeelte Papier en klik vervolgens op Ander formaat. 3.
Afdrukken Watermerken afdrukken Een watermerk is aanvullende tekst die op een of meerdere pagina's kan worden afgedrukt. Zo kunt u bijvoorbeeld termen als Concept en Vertrouwelijk, die u op een pagina zou willen weergeven voordat u het document verspreidt, met een watermerk invoegen. Met sommige printerdrivers kunt u: • Een watermerk maken. • De tekst, kleur, locatie en hoek van een bestaand watermerk bewerken. • Een watermerk op de eerste pagina of op alle pagina's van een document plaatsen.
Afdrukken Macintosh 1. Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal & pagina's en klik vervolgens op Xerox-functies. • Klik op de pijl omlaag bij Watermerk en klik vervolgens op het gewenste bestaande watermerk. • Als u het watermerk wilt bewerken, klikt u op de pijl omlaag bij Watermerk en klikt u vervolgens op de toets Bewerken om het dialoogvenster Watermerk maken/bewerken weer te geven.
Afdrukken Spiegelbeelden afdrukken U kunt pagina's als een spiegelbeeld afdrukken. Beelden worden van links naar rechts gespiegeld bij het afdrukken. Spiegelbeelden afdrukken met behulp van een ondersteunde driver Windows 1. Klik in de printerdriver op het tabblad Geavanceerd. 2. Klik op Ja bij Gespiegelde aflevering in Beeldopties aflevering. Macintosh 1. Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal & pagina's en klik vervolgens op Xerox-functies. 2.
Afdrukken Aangepaste formaten maken en opslaan Aangepaste papierformaten kunnen vanuit lade 5 (handmatige invoer) worden afgedrukt. Aangepaste papierformaten kunnen via een ondersteund printerstuurprogramma worden opgeslagen. Deze aangepaste formaten worden in het besturingssysteem van uw computer opgeslagen, zodat u ze kunt selecteren in alle applicaties. Opmerking: Zie Afdrukken op papier van aangepast formaat op pagina 59 voor meer informatie.
Afdrukken Berichtgeving voltooide opdrachten voor Windows U kunt kiezen of u een bericht wilt ontvangen wanneer uw opdracht is afgedrukt. Rechts onder in het scherm van uw computer wordt een bericht weergegeven met de naam van de opdracht en de naam van de printer waarop de opdracht is afgedrukt. Opmerking: Deze toepassing is alleen beschikbaar wanneer de printer via een netwerk met de computer is verbonden. Berichtgeving voltooide opdrachten inschakelen 1.
Afdrukken Speciale opdrachttypen afdrukken U kunt de volgende speciale opdrachttypen toekennen vanuit de Windowns- of Macintosh-printerdrivers.
Afdrukken Een proefafdruk afdrukken Met het opdrachttype Proefafdruk kunt u een opdracht verzenden die uit meerdere exemplaren bestaat, en daarbij eerst een proefafdruk van de opdracht maken en de overige exemplaren van de opdracht op de printer vasthouden. Nadat u de proefafdruk hebt bekeken, kunt u de resterende exemplaren vrijgeven of verwijderen. Windows 1. Klik in de printerdriver op Papier/aflevering, klik op het menu Opdrachttype en klik vervolgens op Proefafdruk. 2. Klik op OK. Macintosh 1.
Afdrukken Een afdrukopdracht opslaan op de printer Met het opdrachttype Opgeslagen opdracht wordt de afdrukopdrcht op de printer opgeslagen, zodat u de opdracht via het bedieningspaneel van de printer kunt afdrukken. De opdracht wordt niet automatisch verwijderd na het afdrukken, maar kan handmatig worden verwijderd via het bedieningspaneel van de printer. Windows 1. Klik in de printerdriver op Papier/aflevering, klik op het menu Opdrachttype en klik vervolgens op Opgeslagen opdracht. 2.
Afdrukken 5. Klik op OK. 6. Klik op OK om de fax te verzenden. Macintosh 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal en pagina's en klik vervolgens op Xerox-functies. Klik op het menu Opdrachttype en klik vervolgens op Fax. Voer in het dialoogvenster Fax de gegevens van de ontvanger in. Klik desgewenst op Voorblad en voer de gegevens voor het voorblad in. Klik desgewenst op Opties en selecteer vervolgens de gewenste faxopties. Klik op OK. Klik op Druk af om de fax te verzenden.
Afdrukken 92 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding
5 Kopiëren In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld: • Eenvoudige kopieertaken op pagina 94 • Kopieeropties wijzigen op pagina 95 Zie ook: System Administrator Guide (Handleiding voor de Systeembeheerder) op www.xerox.com/office/WC7755_WC7765_WC7775docs voor informatie over het beheer van de kopieerfuncties.
Kopiëren Eenvoudige kopieertaken Kopieën maken: 1. Druk op het bedieningspaneel op de toets Alles wissen om eerdere kopieerinstellingen te verwijderen. 2. Plaats uw originelen. Gebruik de glasplaat voor opdrachten van een enkele pagina of voor originelen die niet via de AOD (documentinvoer) kunnen worden ingevoerd. Gebruik de AOD voor documenten van één of meer pagina's. .
Kopiëren Kopieeropties wijzigen In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Basisinstellingen op pagina 95 • Aanpassingen afdrukkwaliteit op pagina 100 • Opmaakaanpassingen op pagina 103 • Aanpassingen aan afleveringsopmaak op pagina 106 • Geavanceerd kopiëren op pagina 113 Basisinstellingen Als op de toets Kopiëren op het aanraakscherm wordt gedrukt, verschijnt het tabblad Kopiëren.
Kopiëren 3. Extra opties weergeven: a. Druk op Meer en selecteer een van de volgende opties: • Auto-vaststellen: hiermee wordt de kleurinhoud van het origineel gedetecteerd en worden kopieën in 4 kleuren gemaakt als het origineel een kleurendocument is, of worden kopieën in zwart/wit gemaakt als het origineel een zwart/wit-document is. • Zwart/wit: met deze optie worden kopieën alleen in zwart/wit gemaakt. Kleuren in het origineel worden naar grijstinten geconverteerd.
Kopiëren Lade voor kopieerpapier selecteren U kunt kopieën maken op briefhoofdpapier, gekleurd papier, verschillende papierformaten, of transparanten door een papierlade te selecteren waarin het gewenste medium is geplaatst. De lade selecteren die u wilt gebruiken: 1. Druk op Kopiëren op het aanraakscherm. 2. Druk op de gewenste lade onder Papiertoevoer. 3. Een andere lade gebruiken: a. Druk op Meer. b. Selecteer de gewenste lade. c. Druk op Opslaan.
Kopiëren Kopieën in sets Kopieeropdrachten van meerdere pagina's kunnen automatisch in sets worden gesorteerd. Wanneer u bijvoorbeeld van een document van zes pagina's drie enkelzijdige kopieën in sets maakt, worden de kopieën in onderstaande volgorde afgedrukt: 1, 2, 3, 4, 5, 6; 1, 2, 3, 4, 5, 6; 1, 2, 3, 4, 5, 6 Kopieën in sets kiezen: 1. Druk op Kopiëren op het aanraakscherm. 2. Druk in Aflevering kopieën op de optie Sets.
Kopiëren Kopieën vouwen Als uw printer is voorzien van de professionele afwerkeenheid of de Lichte Productieafwerkeenheid (Light Production Finisher), kunnen kopieën automatisch worden gevouwen.
Kopiëren Kopieën perforeren Als uw printer is voorzien van de geavanceerde afwerkeenheid, de professionele afwerkeenheid of de Lichte Productieafwerkeenheid (Light Production Finisher), kunnen kopieën automatisch worden geperforeerd. Opmerking: De opties voor perforeren zijn afhankelijk van het papierformaat en de invoerrichting. Het papier kan met de korte kant of met de lange kant eerst worden ingevoerd.
Kopiëren Aanpassen van donkerheid, scherpte en verzadiging U kunt kopieën lichter of donkerder maken en de scherpte en verzadiging aanpassen. Deze beeldopties aanpassen: 1. Druk op Kopiëren op het aanraakscherm en druk dan op het tabblad Afdrukkwaliteit. 2. Druk op Beeldopties. 3. Voer in het venster Beeldopties het volgende uit: a. Verplaats de aanwijzer van Lichter/donkerder omhoog of omlaag om het beeld lichter of donkerder te maken. b.
Kopiëren Voorinstellingen voor kleur selecteren Als u een kleurenorigineel hebt, kunt u de kopiekleuren aanpassen via voorinstellingen genaamd Kleureffecten. De kopiekleuren kunnen helderder of koeler worden gemaakt. Een vooringestelde kleuroptie selecteren: 1. Druk op Kopiëren op het aanraakscherm en druk dan op het tabblad Afdrukkwaliteit. 2. Druk op de toets Kleureffecten. 3. Raak de gewenste voorinstelling voor kleur aan. In het voorbeeld wordt getoond hoe de kleuren er met de verandering uitzien. 4.
Kopiëren Opmaakaanpassingen Gebruik het tabblad Opmaakaanpassing om de volgende instellingen te wijzigen: • De richting van het origineel opgeven op pagina 103 • Origineelformaat opgeven op pagina 103 • Kopiëren (boek) op pagina 104 • Beeld verschuiven op pagina 104 • Randen van kopieën wissen op pagina 105 • Het beeld omkeren op pagina 105 De richting van het origineel opgeven Als u de kopieën automatisch wilt laten nieten, geeft u de richting op: 1.
Kopiëren Kopiëren (boek) Wanneer u een boek, tijdschrift of ander ingebonden document kopieert, kunt u ofwel de linker- of de rechterpagina kopiëren, of kunt u beide pagina's op een enkel vel kopiëren. Opmerking: Gebruik de glasplaat voor het kopiëren van boeken, tijdschriften en andere ingebonden documenten. Plaats geen ingebonden originelen in de AOD. Beelden in een boek kopiëren: 1. Druk op Kopiëren op het aanraakscherm en druk dan op het tabblad Opmaakaanpassing. 2. Druk op Kopiëren (boek). 3.
Kopiëren 4. Positie van het beeld opgeven: a. Druk op Kantlijnverschuiving. b. Druk op de pijltoetsen om de hoeveelheid verschuiving Omhoog/omlaag en Links/rechts voor zijde 1 op te geven. c. Voor 2-zijdige kopieën drukt u op de pijltoetsen om de hoeveelheid verschuiving Omhoog/omlaag en Links/rechts voor zijde 2 op te geven, of kiest u Zijde 1 spiegelen. Opmerking: Indien de systeembeheerder reeds voorinstellingen heeft opgeslagen, kunt u de voorinstelling linksonder in het venster selecteren. 5.
Kopiëren 3. Als u beelden wilt spiegelen, drukt u op Spiegelbeeld. De standaardinstelling is Normaal beeld, waarmee de beelden niet worden gespiegeld. 4. Als u negatieve beelden wilt maken, drukt u op Negatief beeld. De standaardinstelling is Positief beeld, waarmee het beeld normaal wordt afgedrukt. 5. Druk op Opslaan.
Kopiëren Omslagen opnemen Als u omslagen aan een kopieeropdracht wilt toevoegen, dient u voor de eerste en laatste pagina een andere lade te selecteren. In deze laden kunnen zwaarder papier, gekleurd papier of voorbedrukt papier worden geplaatst. De omslagen kunnen blanco of bedrukt zijn. Opmerking: Het papier dat voor de omslagen wordt gebruikt, moet hetzelfde formaat hebben als het papier dat voor de rest van het document wordt gebruikt. Het type omslagen en de lade voor het omslagpapier selecteren: 1.
Kopiëren 7. Alleen een vooromslag of alleen een achteromslag opnemen: a. Druk op Alleen vooromslag of Alleen achteromslag. b. Selecteer een afdrukoptie voor de omslagen: Blanco omslag, Afdrukken op zijde 1, Afdrukken op zijde 2, of Afdrukken op beide zijden. c. Als u Afdrukken op beide zijden hebt geselecteerd, kan het beeld op zijde 2 180 graden worden gedraaid door op Zijde 2 roteren te drukken. d. Selecteer onder Papiertoevoer de lade waarin het materiaal voor de omslag is geplaatst. 8. Druk op Opslaan.
Kopiëren Invoegingen toevoegen Op specifieke plaatsen in uw kopieeropdracht kunnen blanco of voorbedrukte vellen worden tussengevoegd. De lade die voor de invoegvellen moet worden gebruikt, kan worden opgegeven. Opmerking: Het papier dat voor de invoegingen wordt gebruikt, moet hetzelfde formaat hebben als het papier dat voor de rest van het document wordt gebruikt. U kunt geen invoegingen gebruiken als Katern maken is geselecteerd. Invoegingen toevoegen: 1.
Kopiëren 3. Voer de beginwaarde van de reeks pagina's die op papier uit een andere lade moet worden gedrukt, in via het alfanumerieke toetsenpaneel. Druk op het vakje voor de eindwaarde van de reeks en voer dan de eindwaarde in via het alfanumerieke toetsenpaneel. Als u een enkele pagina als een uitzondering wilt opgeven, voert u het nummer van deze pagina in als startwaarde en als eindwaarde. 4. De lade opgeven voor de uitzonderingspagina's: a. Druk op Papiertoevoer. b.
Kopiëren 4. Een opmerking invoegen: a. Druk op Opmerking en vervolgens op Aan. b. Druk op Toepassen op om de opmerking op alle pagina's op te nemen, op alle pagina's behalve de eerste pagina, of alleen op de eerste pagina. c. Druk op een bestaande opmerking. Als u een nieuwe opmerking wilt maken, drukt u op een lege rij, voert u de tekst (maximaal 50 tekens) voor de opmerking in via het toetsenbord op het aanraakscherm, en drukt u op Opslaan. d.
Kopiëren Scheidingen voor transparanten invoegen Tussen transparanten kan automatisch een blanco vel papier worden ingevoegd. De scheidingsvellen moeten hetzelfde formaat en dezelfde richting hebben als de transparanten. Opmerking: Als de papiertoevoer is ingesteld op Auto-selecteren kunnen er geen scheidingsvellen voor transparanten worden ingevoegd. Scheidingsvellen voor transparanten selecteren: 1. Druk op Kopiëren op het aanraakscherm en vervolgens op het tabblad Afleveringsopmaak. 2.
Kopiëren 3. Druk op de betreffende toets om het beeld twee, vier, zes of negen keer op iedere zijde van het papier te herhalen. Opmerking: Rechts in het venster wordt een schema getoond van de opmaak van het beeld. 4. Verschillende aantallen opgeven: a. Druk op Rijen en kolommen opgeven. b. Druk op de pijltoetsen om het aantal rijen te wijzigen. c. Druk op de pijltoetsen om het aantal kolommen te wijzigen. Opmerking: Rechts in het venster wordt een schema getoond van de opmaak van het beeld. 5.
Kopiëren 4. Herhaal stap 3 voor ieder segment. 5. Als alle segmenten zijn geprogrammeerd en gescand: a. Als het venster Opbouwopdracht niet wordt weergegeven, drukt u op het tabblad Opdrachtmodule en vervolgens op Opbouwopdracht. b. Voer het aantal exemplaren in het vak Aantal voor hele opdracht in via het alfanumerieke toetsenpaneel. c. Druk op de toets Opdracht afdrukken, rechtsboven in het venster Opbouwopdracht. Het venster met de opdrachtstatus wordt weergegeven.
Kopiëren 4. Voer een naam in voor de instellingen via het toetsenbord op het aanraakscherm. 5. Druk op Opslaan. Opgeslagen kopieerinstellingen ophalen Eerder opgeslagen kopieerinstellingen kunnen voor huidige opdrachten worden opgehaald en gebruikt. Opmerking: Zie Kopieerinstellingen opslaan op pagina 114 voor het opslaan van de kopieerinstellingen. Opgeslagen instellingen ophalen: 1. Druk op het aanraakscherm op Kopiëren. 2.
Kopiëren 116 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding
6 Scannen In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld: • Scannen - overzicht op pagina 118 • Originelen plaatsen op pagina 119 • Scannen naar een map op pagina 120 • Scannen naar een bestandsopslagplaats op het netwerk op pagina 123 • Scannen naar een e-mailadres op pagina 124 • Scannen naar eigen bestemming op pagina 126 • Xerox-scanprogramma gebruiken op pagina 127 • Scanopties instellen op pagina 140 Zie ook: System Administrator Guide (Handleiding voor de Systeembeheerder) op www.xerox.
Scannen Scannen - overzicht Scannen is een optionele printertoepassing die verschillende methode biedt voor het scannen en opslaan van een origineel. De scanprocedure die wordt gebruikt met de WorkCentre 7755/7765/7775 is anders dan die van bureaubladscanners. Aangezien de printer gewoonlijk is verbonden met een netwerk in plaats van met een enkele computer, selecteert u een bestemming voor het gescande beeld op de printer.
Scannen Originelen plaatsen Alle scantaken beginnen met het plaatsen van het origineel in de printer. U kunt de glasplaat gebruiken voor opdrachten die uit één pagina bestaan of voor originelen die niet door de AOD kunnen. Gebruik de AOD voor opdrachten die uit één of meerdere pagina's bestaan. De glasplaat gebruiken Til de klep van de AOD omhoog en plaats het origineel met de beeldzijde omlaag in de hoek linksachter van de glasplaat, zoals aangegeven.
Scannen Scannen naar een map In dit gedeelte worden de volgende onderwerpen behandeld: • Scannen naar een openbare map op pagina 120 • Scanbestanden ophalen en op uw computer plaatsen met behulp van CentreWare IS op pagina 121 • Een privé-map gebruiken op pagina 121 Scannen naar een map is de eenvoudigste scanmethode. Een map is een opslagruimte op de interne harde schijf van de printer. Als u een document op de printer scant, wordt het scanbestand in een map op de harde schijf opgeslagen.
Scannen Scanbestanden ophalen en op uw computer plaatsen met behulp van CentreWare IS Gescande bestanden kunnen worden opgehaald door ze vanaf de printer te kopiëren naar de harde schijf van uw computer. 1. Open uw webbrowser vanaf uw computer. 2. Typ het IP-adres van de printer in de adresbalk van de webbrowser en druk vervolgens op Enter om CentreWare IS te openen. Opmerking: Als u het IP-adres van de printer niet kent, raadpleegt u Het IP-adres van uw printer opzoeken op pagina 40. 3.
Scannen 5. Klik in het gedeelte Scannen naar mailbox op Map maken. 6. Voer een naam in voor de map en stel desgewenst een toegangscode in. 7. Klik op de toets Toepassen. Uw privé-map is nu klaar voor gebruik en wordt weergegeven in de lijst met mappen in CentreWareIS en op het aanraakscherm van de printer bij Lokale sjablonen. Dit geeft aan dat de mapinhoud lokaal op de harde schijf van de printer wordt opgeslagen.
Scannen Scannen naar een bestandsopslagplaats op het netwerk Scannen naar een bestandsopslagplaats op het netwerk is een toepassing van Werkstroomscannen. Door u gescande documenten worden verzonden naar een documentenopslagplaats op een netwerkserver, die is geconfigureerd door uw systeembeheerder. Opmerking: Scannen naar bestandsopslagplaats op het netwerk moet door uw systeembeheerder worden ingeschakeld. De toepassing voor scannen naar een bestandsopslagplaats op het netwerk gebruiken: 1.
Scannen Scannen naar een e-mailadres Scannen naar een e-mailadres is een toepassing van Werkstroomscannen. Gescande documenten worden als bijlage bij een e-mail verzonden. Opmerking: Scannen naar een e-mailadres moet door uw systeembeheerder worden ingeschakeld. Een gescand beeld naar een e-mailadres verzenden: 1. Druk op het bedieningspaneel van de printer op de toets Startpagina Functies. 2. Druk op het pictogram E-mail. 3. Druk op Van… om het adres in het veld Van… te wijzigen.
Scannen E-mailopties instellen U kunt de sjablooninstellingen onderdrukken en de volgende e-mailinstellingen wijzigen: • Bestandsnaam • Bestandsindeling • Bericht • Antwoorden aan De e-mailopties Bestandsnaam, Bericht en Antwoord aan wijzigen: 1. Druk op het bedieningspaneel van de printer op de toets Startpagina Functies. 2. Druk op E-mail en druk vervolgens op het tabblad E-mailopties. 3.
Scannen Scannen naar eigen bestemming Met de toepassing Scannen naar eigen bestemming kunt u een document naar een eigen bestemming scannen. Opmerking: Scannen naar eigen bestemming moet door uw systeembeheerder worden ingeschakeld. De toepassing Scannen naar eigen bestemming gebruiken: 1. Druk op het bedieningspaneel van de printer op de toets Startpagina Functies. 2. Selecteer in Alle sjablonen de sjabloon die door uw systeembeheerder is gemaakt. 3.
Scannen Xerox-scanprogramma gebruiken In dit gedeelte worden de volgende onderwerpen behandeld: • Scannen met behulp van het Xerox-scanprogramma op pagina 127 • Scansjablonen maken op pagina 128 • Scansjablonen verwijderen op pagina 130 • Map- en e-mailprofielen voor Xerox-scanprogramma beheren op pagina 131 • Gescande bestanden in een applicatie importeren op pagina 137 Met het Xerox-scanprogramma (XSU) kunt u beelden van de printer rechtstreeks naar uw computer scannen.
Scannen Scansjablonen maken In dit gedeelte worden de volgende onderwerpen behandeld: • Een sjabloon maken met een instelling voor beeldweergave op pagina 128 • Een sjabloon maken voor rechtstreeks scannen van beelden naar een map op pagina 129 • Bestandsindelingen en namen voor sjablonen op pagina 129 • Unieke beeldbestandsnamen maken op pagina 130 Scansjablonen bevatten instellingen voor bestandstype, resolutie en origineelformaat.
Scannen Een sjabloon maken voor rechtstreeks scannen van beelden naar een map Een sjabloon maken waarmee gescande beelden in een specifieke mailbox op uw computer worden geplaatst: 1. Open het Xerox-scanprogramma op uw computer: • Windows: klik met de rechtermuisknop op het pictogram Xerox-scanprogramma op de taakbalk en selecteer Xerox-scanprogramma openen.
Scannen Niet-ondersteunde bestandstypes: • BMP • GIF Bestandsnaamindeling voor single-page bestanden (JPEG en Single-page TIFF): DOC_xxx_jjjj-mmdd_uu-mm-ss.JPG (of .tif), waarbij xxx = volgnummer (paginanummer) is, enz. Bestandsnaamindeling voor multi-page bestanden (Multi-page TIFF, PDF, PDF/A, XPS): DOC_jjjj-mmdd_uu-mm-ss.tif (of .pdf of .xps).
Scannen Map- en e-mailprofielen voor Xerox-scanprogramma beheren In dit gedeelte worden de volgende onderwerpen behandeld: • E-mailprofielen maken of bewerken op pagina 131 • E-mailprofielen verwijderen op pagina 132 • Mapprofielen maken of bewerken op pagina 132 • Mapprofielen verwijderen op pagina 133 Met het Xerox-scanprogramma kunt u profielen maken, die telkens opnieuw gebruikt kunnen worden voor het verzenden van gescande beelden als e-mailbijlagen of wanneer gescande beelden naar specifieke mailboxe
Scannen E-mailprofielen verwijderen Een e-mailprofiel verwijderen: 1. Open het Xerox-scanprogramma op uw computer: • Windows: klik met de rechtermuisknop op het pictogram Xerox-scanprogramma op de taakbalk en selecteer Xerox-scanprogramma openen. Als het pictogram niet op de taakbalk wordt weergegeven, klikt u op Start en selecteert u achtereenvolgens Alle programma's (of Programma's als u de klassieke weergave van Windows gebruikt), Xerox Office Printing, > Scannen > en Xerox-scanprogramma.
Scannen Mapprofielen verwijderen Een mailboxprofiel verwijderen: 1. Open het Xerox-scanprogramma op uw computer: • Windows: klik met de rechtermuisknop op het pictogram Xerox-scanprogramma op de taakbalk en selecteer Xerox-scanprogramma openen. Als het pictogram niet op de taakbalk wordt weergegeven, klikt u op Start en selecteert u achtereenvolgens Alle programma's (of Programma's als u de klassieke weergave van Windows gebruikt), Xerox Office Printing, > Scannen > en Xerox-scanprogramma.
Scannen Een e-mailprofiel gebruiken voor gescande beelden als bijlage Gescande beelden als bijlagen bij een e-mail verzenden met gebruik van een e-mailprofiel: 1. Open het Xerox-scanprogramma op uw computer: • Windows: klik met de rechtermuisknop op het pictogram Xerox-scanprogramma op de taakbalk en selecteer Xerox-scanprogramma openen.
Scannen 4. Voer een naam in het veld Basisbijlagenaam in. Het Xerox-scanprogramma voegt de datum en het tijdstip van de scan van ieder beeld toe aan het einde van de bestandsnaam. Opmerking: Voorbeeld: als u een beeld scant om 10:15:07 op 27 april 2008, PDF als de bestandsnaamextensie selecteert en als nieuwe bestandsnaam rapport invoert in het veld Basisbijlagenaam, is de uiteindelijke bestandsnaam: rapport_2008-04-27_10.15.07.pdf. 5.
Scannen Nieuwe mapinstellingen selecteren bij het kopiëren van gescande beelden naar een map Gescande beelden naar een mailbox kopiëren zonder gebruik van een profiel: 1. Open het Xerox-scanprogramma op uw computer: • Windows: klik met de rechtermuisknop op het pictogram Xerox-scanprogramma op de taakbalk en selecteer Xerox-scanprogramma openen.
Scannen Gescande bestanden in een applicatie importeren U kunt beelden die vanaf uw printer naar uw computer zijn gescand, in Windows- of Macintoshtoepassingen op uw computer importeren.
Scannen WIA-beeldbeheer gebruiken in een Windows-applicatie U kunt beelden die u vanaf de printer naar uw computer hebt gescand, in een toepassing importeren met gebruik van WIA-beeldbeheer in Windows XP, Windows Vista en Windows Server 2003. Gescande beelden in een toepassing importeren: 1. Open het bestand waarin u het beeld wilt plaatsen. 2. Selecteer het menu-item in de toepassing om het beeld op te halen. Als u bijvoorbeeld Microsoft Word 2003 gebruikt om een beeld in een document te plaatsen: a.
Scannen Het Xerox-scanprogramma in een Macintosh OS X-applicatie (TWAIN) gebruiken Beelden in een toepassing importeren: 1. Open het bestand waarin u het beeld wilt plaatsen. 2. Selecteer het menu-item in de toepassing om het beeld op te halen. Als u bijvoorbeeld Microsoft Word 2004 for Mac gebruikt om een beeld in een document te plaatsen: a. Klik op Invoegen. b. Selecteer Foto. c. Selecteer Van scanner of camera. d. Selecteer de scanner en klik op de toets Ophalen.
Scannen Scanopties instellen De scantoepassingen op uw printer maken gebruik van sjablonen waarin de scaninstellingen en de bestemming voor het beeld worden gedefinieerd. Als u de scaninstellingen wilt wijzigen, gebruikt u de vier toetsen onder aan het aanraakscherm van het bedieningspaneel: • Afdrukkleur • 2-zijdig scannen • Origineelsoort • Voorinstellingen Scannen De scaninstellingen wijzigen: 1. Druk op het aanraakscherm van de printer op Startpagina Functies. 2.
Scannen Geavanceerde instellingen Met geavanceerde instellingen kunt u beeldopties, beeldverbeteringen, scanresolutie. bestandsgrootte en het bijwerken van sjablonen beheren. Geavanceerde instellingen gebruiken: 1. Druk op het aanraakscherm van de printer op Startpagina Functies. 2. Druk op Werkstroomscannen en druk vervolgens op het tabblad Geavanceerde instellingen. 3. Druk op de gewenste instelling. Er is help beschikbaar bij elke instelling door op de toets Help van de printer te drukken.
Scannen Opslagopties De opties voor archiveren voorzien in extra instellingen voor het benoemen van beelden, het kiezen van beeldindelingen en de procedure wanneer een bestandsnaam al bestaat. Opties voor archiveren gebruiken: 1. Druk op het aanraakscherm van de printer op de toets Startpagina Functies. 2. Druk op Werkstroomscannen en druk vervolgens op het tabblad Opslagopties. 3. Druk op de gewenste instelling. Er is help beschikbaar bij elke instelling door op de toets Help van de printer te drukken.
7 Faxen In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld: • Fax - Overzicht op pagina 144 • Faxen verzenden op pagina 145 • Serverfax op pagina 147 • Een internetfax verzenden op pagina 148 • Faxen verzenden vanaf uw computer op pagina 149 • Faxopties selecteren op pagina 151 • Faxen naar mailboxen op pagina 155 • Fax pollen op pagina 157 • Snelkiesnummers toevoegen op pagina 159 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding 143
Faxen Fax - Overzicht De faxfunctie is leverbaar in vier configuraties. • Interne fax: het document wordt gescand en rechtstreeks naar een faxapparaat gestuurd. • Serverfax: het document wordt gescand en via een Ethernet-netwerk verzonden naar een faxserver, die de fax dan naar een faxapparaat stuurt. • Internetfax: het document wordt gescand en als bijlage bij een e-mailbericht naar een ontvanger verzonden. • Faxen vanaf uw computer: de huidige afdrukopdracht wordt als een fax verzonden.
Faxen Faxen verzenden Een fax sturen via de Interne fax van de printer: 1. Plaats het document. • Glasplaat: leg de eerste pagina van het document met de afdrukzijde omlaag tegen de linkerbovenhoek van de glasplaat. • AOD: verwijder alle nietjes en paperclips van de pagina's en plaats de pagina's met de beeldzijde omhoog in de AOD. • Druk op het aanraakscherm van de printer op Services Home en vervolgens op Faxen. 2.
Faxen 4. Wijzig zo nodig de faxopties. Zie Faxopties selecteren op pagina 151 voor meer informatie. 5. Druk op de groene toets Start. De printer scant de pagina's en verzendt het document zodra alle pagina's zijn gescand. Pauzes in faxnummers invoegen Voor sommige faxnummers zijn een of meer pauzes nodig tijdens het kiezen van het nummer.
Faxen Serverfax Als er een faxserver op het netwerk is aangesloten, kan een document vanaf de printer naar een faxapparaat worden verzonden zonder dat hiervoor een telefoonlijn nodig is. Bij gebruik van een serverfax wordt het document gescand en naar een locatie in het netwerk (een faxopslagplaats) verzonden. De faxserver verzendt de fax via een telefoonlijn naar een faxapparaat (telefoonnummer).
Faxen Een internetfax verzenden Als er een SMTP-server (e-mail) met uw netwerk is verbonden, kunt u een document naar een e-mailadres verzenden. Dankzij deze functie is een aparte telefoonlijn overbodig en wordt bespaard op de kosten hiervan. Bij gebruik van Internetfax wordt het document gescand en naar een e-mailadres verzonden. Opmerking: De functie Internetfax moet zijn ingeschakeld en er moet een SMTP-server zijn geconfigureerd voordat deze functie kan worden gebruikt.
Faxen Faxen verzenden vanaf uw computer Met gebruik van de printerdriver kan een document dat op uw computer is opgeslagen, als een fax worden verzonden. Opmerking: De faxfunctie moet in de printer zijn geïnstalleerd en door de systeembeheerder zijn ingeschakeld om een fax vanaf uw computer te kunnen verzenden. Fax verzenden 1. Open het document in de betreffende toepassing en open het dialoogvenster Afdrukken. • Windows: CTRL+P (voor de meeste toepassingen).
Faxen Opties instellen 1. Klik in het venster Faxen op Opties. 2. Selecteer de gewenste opties. Als u niet bekend bent met de instellingen, neemt u contact op met uw systeembeheerder. 3. Klik op OK. Groepen van ontvangers maken Als u regelmatig naar dezelfde groep ontvangers faxt, kunt u ze als een groep toevoegen en de fax in het vervolg aan de groep sturen. 1. Klik in het venster Faxen op het tabblad Ontvangers. 2.
Faxen Faxopties selecteren In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Instellen van 2-zijdig faxen op pagina 151 • Origineeltype selecteren op pagina 151 • Faxresolutie instellen op pagina 151 • Afdrukkwaliteit aanpassen op pagina 151 • Opmaak aanpassen op pagina 152 • Verdere faxopties op pagina 153 Instellen van 2-zijdig faxen 1. Druk op Faxen op het aanraakscherm. 2. Druk op 2-zijdig scannen en selecteer dan de gewenste optie (1-zijdig, 2-zijdig, 2-zijdig, zijde 2 roteren).
Faxen 3. Druk op Auto-onderdrukken. 4. Als u het beeldcontrast (het verschil tussen lichte en donkere gebieden van een afbeelding) handmatig wilt instellen, drukt u op Handmatig contrast en zet u de aanwijzer op het gewenste niveau. Standaard is het contrast ingesteld op Auto-contrast. 5. Druk op Opslaan. Opmaak aanpassen Origineelformaat aanpassen 1. Druk op Faxen op het aanraakscherm. 2. Druk op het tabblad Opmaakaanpassing en vervolgens op Origineelformaat. 3.
Faxen Verdere faxopties Verzendrapport selecteren 1. Druk op Faxen op het aanraakscherm. 2. Druk op het tabblad Faxopties en op Verzendrapport. 3. Selecteer een van de volgende opties: • Bevestiging afdrukken voor alle faxopdrachten. • Alleen bij fout. 4. Druk op Opslaan. Startsnelheid selecteren Selecteer de hoogste startsnelheid, tenzij u een fax verzendt naar een faxbestemming met speciale vereisten. De verzendsnelheid voor een fax selecteren: 1. Druk op Faxen op het aanraakscherm. 2.
Faxen 3. Selecteer een van de volgende opties: • Uit (standaardinstelling). • Aan. 4. Druk op Opslaan. Opmerking: Voor meer informatie raadpleegt u de System Administrator Guide (Handleiding voor de Systeembeheerder) op www.xerox.com/office/WC7755_WC7765_WC7775docs.
Faxen Faxen naar mailboxen Een fax kan plaatselijk in de printer of op een extern faxapparaat worden opgeslagen Fax in een lokale mailbox opslaan Opmerking: Alvorens deze functie kan worden gebruikt, moet er eerst mailbox worden gemaakt. Voor meer informatie raadpleegt u Scannen naar een map op pagina 120, of de System Administrator Guide (Handleiding voor de Systeembeheerder) op www.xerox.com/office/WC7755_WC7765_WC7775docs. Druk op het aanraakscherm op Faxen.
Faxen 4. Voer met behulp van het alfanumerieke toetsenpaneel het volgende in: • Mailboxnummer. • Mailbox-toegangscode. 5. Druk op Alle documenten afdrukken. Opgeslagen faxen verwijderen Druk op het aanraakscherm op Faxen. Druk op het tabblad Faxopties en op Mailboxen. Selecteer Lokale mailboxdocumenten verwijderen. Voer met behulp van het alfanumerieke toetsenpaneel het volgende in: • Mailboxnummer. • Mailbox-toegangscode. 5. Druk op Alle documenten verwijderen. 1. 2. 3. 4.
Faxen Fax pollen Faxdocumenten kunnen op de printer worden opgeslagen en beschikbaar worden gemaakt voor andere faxapparaten. Tevens kunnen faxen die op andere faxapparaten zijn opgeslagen, worden binnengehaald. Opmerking: Om deze toepassing te kunnen gebruiken, moeten beide apparaten over deze functie beschikken. Fax opslaan voor extern pollen Opgeslagen faxdocumenten kunnen beschikbaar worden gemaakt voor extern pollen door Onbeveiligd lokaal pollen of Beveiligd lokaal pollen in te schakelen. 1.
Faxen Een externe fax pollen Druk op het aanraakscherm op Faxen. Druk op het tabblad Faxopties en op Extern pollen. Selecteer Externe fax pollen. Geef het faxnummer op van het externe faxapparaat dat u wilt pollen door Kiestekens of Adresboek te selecteren en druk dan op Toevoegen. Voeg zo nodig verdere faxnummers toe. 5. Een tijd instellen waarop uw printer de faxen bij een ander faxapparaat moet ophalen: a. Druk op Uitgesteld verzenden. b. Druk op Bepaalde tijd om de tijd in te stellen. c.
Faxen Snelkiesnummers toevoegen In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Persoonsvermelding toevoegen op pagina 159 • Groep toevoegen op pagina 159 • Snelkiesnummers bewerken of verwijderen op pagina 160 • Opvolgend kiezen gebruiken op pagina 160 Persoonsvermelding toevoegen Er kunnen maximaal 200 snelkiesvermeldingen in de printer worden opgeslagen. Als u meerdere ontvangers in één snelkiestoets wilt onderbrengen, slaat u de ontvangers op als een kiesgroep voor Groepskiezen.
Faxen 4. Druk op Groepsnaam en geef de naam op via het toetsenbord op het aanraakscherm. Druk dan op Opslaan. 5. Druk op Ontvanger toevoegen. 6. Druk op de pijl omlaag en selecteer Individuele ontvangers om een individuele ontvanger aan de snelkieslijst toe te voegen, of Groepen om een groepsvermelding toe te voegen. 7. Druk op het gewenste snelkiesnummer en selecteer Toevoegen aan groep. 8. Wanneer alle vermeldingen zijn ingevoerd, drukt u op Opslaan en dan op Sluiten.
8 Onderhoud In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld: • Onderhoud en reiniging op pagina 162 • Verbruiksartikelen bestellen op pagina 168 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding 161
Onderhoud Onderhoud en reiniging In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Algemene voorzorgsmaatregelen op pagina 162 • Plaats van het serienummer op pagina 163 • Tellers op pagina 164 • Tellers van items voor routineonderhoud op nul zetten op pagina 164 • De printer reinigen op pagina 165 • Nietjes plaatsen op pagina 170 Zie ook: Veiligheid op pagina 11 Algemene voorzorgsmaatregelen Waarschuwing: Bij het reinigen van uw printer GEEN organische of sterke chemische oplosmiddelen, of rein
Onderhoud Plaats van het serienummer Tijdens het bestellen van verbruiksartikelen en telefonisch contact met het Xerox Welcome Centre wordt u om het serienummer van de printer gevraagd. Het serienummer kan op het aanraakscherm van de printer worden afgelezen. 1. Druk op de toets Apparaatstatus. Druk zo nodig op het tabblad Apparaatinformatie. 2. Het serienummer staat aan de linkerkant van het scherm Apparaatinformatie.
Onderhoud 3. Trek aan de ontgrendelingshendel en open de zijdeur links. wc77xx-066 4. 5. 6. 7. Het serienummer staat op de rechterkant van het frame. Sluit de zijdeur links. Zet lade 5 omlaag. Schuif zo nodig de volledige module van de grote papierlade 6 naar rechts in zijn oorspronkelijke positie. Tellers De tellers bevatten alle informatie over het gebruik van de printer en de factureringsinformatie. 1. Druk op de toets Apparaatstatus. 2. Druk op het tabblad Factureringsinformatie.
Onderhoud De printer reinigen • • • • Glasplaat en AOD reinigen op pagina 165 De buitenkant van de printer reinigen op pagina 166 De invoerrollen van de AOD reinigen op pagina 167 Verbruiksartikelen bestellen op pagina 168 Glasplaat en AOD reinigen Reinig de glazen oppervlakken van de printer regelmatig voor een optimale afdrukkwaliteit. Hiermee wordt voorkomen dat strepen en vlekken op de glasplaat tijdens het scannen ook op de afdrukken worden weergegeven.
Onderhoud De buitenkant van de printer reinigen Reinig het aanraakscherm en het bedieningspaneel regelmatig om ze vrij van stof en vuil te houden. Verwijder vingerafdrukken en vegen op het bedieningspaneel en het aanraakscherm met een zachte, pluisvrije doek.
Onderhoud De invoerrollen van de AOD reinigen Vuil op de invoerrollen van de AOD kan papierstoringen of een verslechterde afdrukkwaliteit tot gevolg hebben. Reinig voor de beste prestaties de invoerrollers van de AOD een keer per maand. 1. Open de bovenklep van de AOD tot deze niet verder meer kan. Het linkerdeksel van de AOD wordt automatisch geopend. wc77xx-049 2. Draai de rollen terwijl u ze met een schone, pluisvrije doek die licht met water is bevochtigd, schoonveegt.
Onderhoud Verbruiksartikelen bestellen In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Verbruiksartikelen op pagina 168 • Items voor routineonderhoud op pagina 168 • Wanneer moeten verbruiksartikelen worden besteld? op pagina 168 • Verbruiksartikelen recyclen op pagina 169 Bepaalde verbruiksartikelen en artikelen voor routineonderhoud moeten van tijd tot tijd worden besteld. Alle verbruiksartikelen worden met installatie-instructies geleverd.
Onderhoud Als u verbruiksartikelen wilt bestellen, neemt u contact op met uw plaatselijke Xerox-leverancier of gaat u naar de Xerox-website met verbruiksartikelen op: www.xerox.com/office/WC7755_WC7765_WC7775supplies. Voorzichtig: Het gebruik van niet-Xerox-verbruiksartikelen wordt afgeraden.
Onderhoud Nietjes plaatsen Als de optionele geavanceerde afwerkeenheid, de optionele professionele afwerkeenheid, of de optionele Lichte Productieafwerkeenheid (Light Production Finisher) op uw printer is geïnstalleerd, verschijnt er een bericht op het aanraakscherm van de printer als een nietcassette leeg is en moet worden vervangen.
Onderhoud 3. Pak de nietcassettehouder aan de oranje hendel vast en haal hem uit de afwerkeenheid door hem stevig naar u toe te trekken. wc77xx-099 4. Knijp beide zijden van de nietjeshouder (1) in en haal de nietjeshouder uit de cassette (2). 2 1 1 wc77xx-136 5. Plaats de voorkant van de nieuwe nietjeshouder in de nietcassette (1) en druk dan de achterkant in de cassette (2). 2 1 wc77xx-137 6. Pak de nietcassette vast aan de oranje hendel en duw hem in de nietcassettehouder totdat hij vastklikt.
Onderhoud 7. Sluit de klep van de afwerkeenheid. Nietjes in de AVH vervangen bij de professionele afwerkeenheid en de Lichte Productieafwerkeenheid (Light Production Finisher) Opmerking: De AVH gebruikt twee nietcassettes, aangegeven met R2 en R3. Voor het nieten van katernen moeten beide nietcassettes nietjes bevatten. Waarschuwing: Voer deze procedure niet uit wanneer de printer bezig is met kopiëren of afdrukken. 1. Open de klep van de afwerkeenheid. wc77xx-068 2.
Onderhoud 3. Pak de oranje tabs aan beide zijden van de nietcassette R2 vast. wc77xx-105 4. Draai de nietcassette (die u aan de oranje tabs vasthoudt) in de aangegeven richting. wc77xx-106 5. Til de nietcassette uit de nietcassettehouder.
Onderhoud 6. Duw de nieuwe nietcassette terug in de nietcassettehouder tot deze vastklikt. wc77xx-109 7. Herhaal stap 3 t/m 6 voor nietcassette R3. 8. Zet de nietcassettehouder weer in de oorspronkelijke positie terug. wc77xx-110 9. Sluit de klep van de afwerkeenheid.
Onderhoud Nietjes in de hoofdeenheid vervangen bij de Lichte Productieafwerkeenheid (Light Production Finisher) Waarschuwing: Voer deze procedure niet uit wanneer de printer bezig is met kopiëren of afdrukken. 1. Open de rechterdeur van de afwerkeenheid. wc77xx-140 2. Pak de nietcassette aan de oranje hendel vast en verwijder hem door hem stevig naar u toe te trekken. wc77xx-141 3. Verwijder de nietjeshouder uit de nietcassette.
Onderhoud 4. Plaats de nieuwe nietjeshouder in de nietcassette. wc77xx-143 5. Pak de nietcassette vast aan de oranje hendel en duw hem in de nietcassettehouder totdat hij vastklikt. wc77xx-144 6. Sluit de rechterdeur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen 9 In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld: • Berichten op het bedieningspaneel op pagina 178 • Algemene problemen oplossen op pagina 179 • Papierstoringen oplossen op pagina 182 • Storingen bij nieten oplossen op pagina 223 • Problemen met de afdrukkwaliteit op pagina 233 • Problemen bij kopiëren en scannen op pagina 234 • Problemen bij faxen op pagina 235 • Help-informatie op pagina 238 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding 177
Problemen oplossen Berichten op het bedieningspaneel Op het aanraakscherm van het bedieningspaneel wordt informatie en hulp geboden voor het oplossen van problemen. Als er zich een fout- of waarschuwingssituatie voordoet, geeft het aanraakscherm een bericht weer. Er kan ook een bewegende plaatje op het aanraakscherm verschijnen, dat de locatie van het probleem aangeeft, bijvoorbeeld de locatie van een papierstoring. Problemen waardoor de printer niet meer goed werkt, hebben bijbehorende storingscodes.
Problemen oplossen Algemene problemen oplossen In dit gedeelte vindt u procedures om u te helpen bij het vinden en oplossen van problemen. Sommige problemen kunnen eenvoudige worden opgelost door de printer opnieuw te starten. De printer opnieuw starten: 1. Zoek de AAN/UIT-schakelaar boven op de printer op. 2. Zet de schakelaar UIT, wacht 2 minuten en zet de schakelaar weer AAN.
Problemen oplossen Het afdrukken duurt te lang Mogelijke oorzaken Oplossingen De printer is ingesteld op een langzamere afdrukmodus (bijvoorbeeld zwaar papier of transparanten). Afdrukken op speciale media neemt meer tijd in beslag. Controleer of de mediasoort juist is ingesteld in de driver en op het bedieningspaneel van de printer. De printer staat in de energiespaarstand. Het duurt even voordat het afdrukken van start gaat wanneer het apparaat in de energiespaarstand staat.
Problemen oplossen Problemen met 2-zijdig afdrukken Mogelijke oorzaken Oplossingen De media of de instellingen zijn niet juist. Controleer of u de juiste media gebruikt. Zie Ondersteunde media op pagina 45 voor meer informatie. Enveloppen, etiketten, glanspapier, extra zwaar papier en transparanten kunnen niet worden gebruikt voor 2-zijdig afdrukken. Kies 2-zijdig afdrukken in de printerdriver. Fout in scanner Mogelijke oorzaken Oplossingen De scanner communiceert niet.
Problemen oplossen Papierstoringen oplossen Als er een storing optreedt, verschijnt er een bewegend plaatje op het aanraakscherm van het bedieningspaneel waarop de locatie van de storing wordt aangegeven.
Problemen oplossen Papierstoringen oplossen in lade 1 en lade 2 1. Trek de lade naar u toe tot deze niet meer verder kan. wc77xx-039 2. Verwijder het papier uit de lade. 3. Als het papier is gescheurd, verwijdert u de lade helemaal en zoekt u in de printer naar papiersnippers. wc77xx-040 4. Vul de lade met onbeschadigd papier en duw de lade naar binnen totdat deze niet verder kan. 5. Druk op het aanraakscherm van de printer op Bevestigen.
Problemen oplossen Papierstoringen oplossen in lade 3 en lade 4 1. Trek de lade naar u toe tot deze niet meer verder kan. wc77xx-041 2. Verwijder het papier uit de lade. wc77xx-042 3. Als het papier is gescheurd, verwijdert u de papiersnippers uit de lade en controleert u of er geen papiersnippers in de printer zijn achtergebleven. wc77xx-123 4. Vul de lade met onbeschadigd papier en duw de lade naar binnen totdat deze niet verder kan. 5. Druk op het aanraakscherm van de printer op Bevestigen.
Problemen oplossen Papierstoringen oplossen in lade 5 (handmatige invoer) 1. Open het paneel van lade 5 (handmatige invoer) wc77xx-043 2. Controleer of er vellen papier in het gebied in en rondom de papierinvoer zijn achtergebleven en verwijder eventueel vastgelopen papier. 3. Als het papier is gescheurd, controleert u of er papiersnippers in de printer zijn achtergebleven. 4. Sluit het paneel van lade 5. 5.
Problemen oplossen Papierstoringen oplossen in lade 6 (grote papierlade) 1. Schuif de volledige module van lade 6 (grote papierlade) naar links totdat deze niet verder kan. . wc77xx-045 2. Trek de lade naar u toe tot deze niet meer verder kan. Als het vastgelopen papier zichtbaar is, verwijdert u het. Als het papier is gescheurd, controleert u of er papiersnippers in de printer zijn achtergebleven. wc77xx-044 3.
Problemen oplossen Papierstoringen oplossen in de AOD 1. Open de bovenklep van de AOD totdat deze niet verder kan. De linkerklep van de AOD gaat automatisch open. wc77xx-049 2. Als het papier niet in de AOD is vastgelopen, trekt u het in de aangegeven richting naar buiten. wc77xx-050 3. Als het papier in de AOD is vastgelopen, trekt u de hendel omhoog en opent u de binnenklep. Verwijder het vastgelopen papier.
Problemen oplossen 4. Sluit de binnenklep, sluit de bovenklep totdat deze vastklikt en sluit daarna de linkerklep totdat deze vastklikt. wc77xx-052 5. Als het vastgelopen papier niet zichtbaar is, tilt u de AOD op. Trek aan de groene hendel en verwijder het vastgelopen papier onder de AOD of van de glasplaat. Zet de groene hendel weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-053 6. Sluit de AOD. 7.
Problemen oplossen 9. Plaats originelen nogmaals in de AOD. Voorzichtig: Gescheurde, gekreukelde of gevouwen originelen kunnen papierstoringen veroorzaken en de printer beschadigen. Gebruik de glasplaat om deze originelen te kopiëren. Papierstoringen oplossen in de transportmodule Waarschuwing: Voer deze handeling niet uit als de printer bezig is met kopiëren of afdrukken. 1. Open de voorklep van de printer. . wc77xx-063 2.
Problemen oplossen 3. Verwijder het vastgelopen papier. Opmerking: Als het papier gescheurd is, moet u alle gescheurde stukjes uit de printer halen. wc77xx-055 4. Als het vastgelopen papier niet zichtbaar is, draait u de groene hendel 2a naar rechts, verwijdert u het vastgelopen papier en laat u daarna de groene hendel 2a los. wc77xx-056 5. Als het vastgelopen papier niet zichtbaar is, trek u de groene hendel 2b naar beneden en verwijdert u het vastgelopen papier. wc77xx-057 6.
Problemen oplossen 7. Duw de transportmodule helemaal terug in de printer en draai vervolgens groene hendel 2 naar links totdat deze in de verticale stand staat en niet verder kan. wc77xx-058 8. Sluit het voorpaneel. wc77xx-064 Papierstoringen oplossen in de opvangbak Verwijder het vastgelopen papier uit de opvangbak. Opmerking: Als het papier gescheurd is, moet u alle gescheurde stukjes uit de printer halen.
Problemen oplossen Papierstoringen oplossen achter paneel linksonder 1. Als lade 6 is geïnstalleerd, schuift u de volledige module van lade 6 (grote papierlade) naar links totdat deze niet verder kan. wc77xx-045 2. Til lade 5 (handmatige invoer) op. wc77xx-065 3. Trek aan de ontgrendelingshendel en open het paneel links onder. wc77xx-066 4. Verwijder het vastgelopen papier. Opmerking: Als het papier gescheurd is, moet u alle gescheurde stukjes uit de printer halen. 5. Sluit het paneel linksonder.
Problemen oplossen 6. Laat lade 5 (handmatige invoer) zakken. 7. Schuif zonodig de volledige module van lade 6 (grote papierlade) naar rechts in de oorspronkelijke stand. Papierstoringen oplossen achter paneel rechtsonder 1. Als er een afwerkeenheid is geïnstalleerd, opent u de deur van de afwerkeenheid. wc77xx-068 2. Draai de groene hendel 1a naar rechts. wc77xx-085 3. Duw de ontgrendelingshendel naar beneden en open het paneel.
Problemen oplossen 4. Verwijder het vastgelopen papier boven- en onderin. Opmerkingen: • Als er een afwerkeenheid is geïnstalleerd, ontbreekt de opvangbak die op het plaatje wordt aangegeven. • Papier kan blijven vastzitten aan de binnenkant van het paneel of onder het transport. • Als het papier gescheurd is, moet u alle gescheurde stukjes uit de printer halen. wc77xx-061 5. Sluit het paneel rechtsonder.
Problemen oplossen 6. Als er een afwerkeenheid is geïnstalleerd, duwt u de groene hendel 1a naar links totdat deze vastklikt. Sluit vervolgens de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen 2. Draai de groene hendel 1a naar rechts. wc77xx-085 3. Verwijder het vastgelopen papier. wc77xx-086 4. Zet hendel 1a weer terug in de oorspronkelijke stand. 1a wc77xx-088 5. Sluit de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen Papierstoringen in 1b in de afwerkeenheid 1. Open de deur van de afwerkeenheid. wc77xx-068 2. Draai de groene hendel 1b naar rechts. wc77xx-089 3. Verwijder het vastgelopen papier.
Problemen oplossen 4. Zet hendel 1b weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-091 5. Sluit de deur van de afwerkeenheid. Papierstoringen in 1d in de afwerkeenheid (met behulp van knop 1c) 1. Open de deur van de afwerkeenheid. wc77xx-068 2. Draai de groene hendel 1d naar links.
Problemen oplossen 3. Draai de groene knop 1c in de aangegeven richting om het papier los te maken. wc77xx-091 4. Verwijder het vastgelopen papier. wc77xx-092 5. Zet hendel 1d weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-097 6. Sluit de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen Papierstoringen in 2a in de afwerkeenheid 1. Als u het papier bij de uitgang van de opvangbak kunt zien, verwijdert u het papier voorzichtig door het in de aangegeven richting naar buiten te trekken. wc77xx-067 2. Open de deur van de afwerkeenheid. wc77xx-068 3. Draai de groene hendel 2a naar rechts.
Problemen oplossen 4. Verwijder het vastgelopen papier. wc77xx-070 5. Zet hendel 2a weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-152 6. Sluit de deur van de afwerkeenheid. Papierstoringen in 2a in de afwerkeenheid (met behulp van knop 2c) 1. Open de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen 2. Draai de groene hendel 2a naar rechts. wc77xx-0071 3. Draai de groene knop 2c in de aangegeven richting om het papier los te maken. wc77xx-072 4. Verwijder het vastgelopen papier. wc77xx-073 5. Zet hendel 2a weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-152 6. Sluit de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen Papierstoringen in 2b in de afwerkeenheid 1. Open de deur van de afwerkeenheid. wc77xx-068 2. Draai de groene hendel 2b naar rechts en verwijder het vastgelopen papier. 2b wc77xx-074 3. Zet hendel 2b weer terug in de oorspronkelijke stand. 2b wc77xx-153 4. Sluit de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen Papierstoringen in 2b in de afwerkeenheid (met behulp van knop 2c) 1. Open de deur van de afwerkeenheid. wc77xx-068 2. Draai de groene hendel 2b naar rechts. 2b wc77xx-075 3. Draai de groene knop 2c in de aangegeven richting om het papier los te maken.
Problemen oplossen 4. Verwijder het vastgelopen papier. wc77xx-077 5. Zet hendel 2b weer terug in de oorspronkelijke stand. 2b wc77xx-153 6. Sluit de deur van de afwerkeenheid. Papierstoringen in 3 in de afwerkeenheid 1. Open de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen 2. Trek groene hendel 3 naar beneden. wc77xx-078 3. Verwijder het vastgelopen papier. wc77xx-079 4. Zet hendel 3 weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-154 5. Sluit de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen Papierstoringen in 5 de afwerkeenheid 1. Open uitgangspaneel 5 van de afwerkeenheid (aan rechterkant van afwerkeenheid boven de opvangbak) door deze het groene tabel 5 omhoog te tillen. wc77xx-080 2. Verwijder het vastgelopen papier door het in de aangegeven richting te trekken. 3. Zet uitgangspaneel 5 van de afwerkeenheid weer terug in de oorspronkelijke stand. Papierstoringen in 4a in de AVH-module 1. Open de deur van de afwerkeenheid. wc77xx-068 2.
Problemen oplossen 3. Draai de groene knop 4a in de aangegeven richting om het vastgelopen papier te verwijderen. wc77xx-150 4. Zet eenheid 4 weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-155 5. Sluit de deur van de afwerkeenheid. Papierstoringen in 4b in de AVH-module 1. Open de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen 2. Draai de groene hendel 4b naar links. wc77xx-083 3. Als het vastgelopen papier zichtbaar is, verwijdert u het papier door het in de aangegeven richting te trekken. wc77xx-084 4. Gebruik de groene hendel om eenheid 4 naar buiten te trekken totdat deze niet verder kan. wc77xx-081 5. Verwijder het vastgelopen papier uit de linkerbovenkant en binnenkant van de eenheid.
Problemen oplossen 6. Zet eenheid 4 weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-155 7. Zet hendel 4b weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-160 8. Sluit de deur van de afwerkeenheid. Papierstoringen oplossen in de opvangbak voor katernen 1. Open de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen 2. Draai de groene knop 4a in de aangegeven richting om het vastgelopen papier los te maken. wc77xx-095 3. Verwijder het vastgelopen papier door het in de aangegeven richting te trekken. wc77xx-096 4. Sluit de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen Papierstoringen oplossen in de Lichte Productieafwerkeenheid (Light Production Finisher) In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Papierstoringen oplossen in 1a (met behulp van knop 1c) op pagina 212 • Papierstoringen oplossen in 2a op pagina 213 • Papierstoringen oplossen in 3e (met behulp van knop 3c) op pagina 214 • Papierstoringen in 4a in de AVH-module op pagina 215 • Papierstoringen in 4b in de AVH-module op pagina 217 • Papierstoringen oplossen in de opvangbak vo
Problemen oplossen 3. Draai de groene knop 1c in de aangegeven richting en verwijder het vastgelopen papier. 1c 1a wc77xx-111 4. Zet hendel 1a weer terug in de oorspronkelijke stand. 1a wc77xx-088 5. Sluit de linkerdeur van de afwerkeenheid. Papierstoringen oplossen in 2a 1. Open de rechterdeur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen 2. Til groene hendel 2a op en verwijder het vastgelopen papier. Draai zonodig de groene knop 2c in de aangegeven richting om het papier los te maken. 2a 2c wc77xx-112 3. Zet hendel 2a weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-115 4. Sluit de rechterdeur van de afwerkeenheid. Papierstoringen oplossen in 3e (met behulp van knop 3c) 1. Open de rechterdeur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen 2. Draai de groene hendel 3e naar rechts. Draai zonodig de groene knop 3c in de aangegeven richting om het papier los te maken. Verwijder het vastgelopen papier. Als het papier is gescheurd, controleert u of er papiersnippers in de printer zijn achtergebleven. 3e 3c wc77xx-113 3. Zet hendel 3e weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-114 4. Sluit de rechterdeur van de afwerkeenheid. Papierstoringen in 4a in de AVH-module 1. Open de rechterdeur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen 2. Gebruik de groene hendel om eenheid 4 naar buiten te trekken totdat deze niet verder kan. wc77xx-149 3. Draai de groene knop 4a in de aangegeven richting om het vastgelopen papier te verwijderen. wc77xx-150 4. Zet eenheid 4 weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-155 5. Sluit de rechterdeur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen Papierstoringen in 4b in de AVH-module 1. Open de rechterdeur van de afwerkeenheid. wc77xx-140 2. Draai de groene hendel 4b naar links. wc77xx-157 3. Als het vastgelopen papier zichtbaar is, verwijdert u het papier door het in de aangegeven richting te trekken.
Problemen oplossen 4. Gebruik de groene hendel om eenheid 4 naar buiten te trekken totdat deze niet verder kan. wc77xx-156 5. Verwijder het vastgelopen papier uit de linkerbovenkant en binnenkant van de eenheid. wc77xx-159 6. Zet eenheid 4 weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-155 7. Zet hendel 4b weer terug in de oorspronkelijke stand. wc77xx-160 8. Sluit de rechterdeur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen Papierstoringen oplossen in de opvangbak voor katernen 1. Open de rechterdeur van de afwerkeenheid. wc77xx-140 2. Draai de groene knop 4a in de aangegeven richting. Verwijder het vastgelopen papier uit de lade. wc77xx-116 3. Sluit de rechterdeur van de afwerkeenheid. Papierstoringen oplossen in de lade van de afwerkeenheid 1. Verwijder het vastgelopen papier uit de lade. Als het papier is gescheurd, kijkt u of er papiersnippers in de printer zijn achtergebleven.
Problemen oplossen 2. Open en sluit de rechterdeur van de afwerkeenheid. wc77xx-140 Papierstoringen oplossen in de opvangbak 1. Verwijder het vastgelopen papier uit de opvangbak. Als het papier is gescheurd, kijkt u of er papiersnippers in de printer zijn achtergebleven. wc77xx-117 Papierstoringen oplossen in lade 8 1. Druk op de knop van de klep.
Problemen oplossen 2. Open de klep en verwijder het vastgelopen papier. wc77xx-119 3. Sluit de klep totdat deze op zijn plaats vastklikt. wc77xx-120 4. Verwijder al het papier uit de lade en plaats het weer terug. Storingen bij perforeren oplossen 1. Open de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen 2. Verwijder de perforatorafvalcontainer bij R4. wc77xx-121 3. Maag de afvalcontainer leeg. wc77xx-122 4. Plaats de container en schuif hem helemaal terug in de afwerkeenheid. wc77xx-151 5. Zoek eventueel vastgelopen papier op en verwijder het. 6. Sluit de deur van de afwerkeenheid.
Problemen oplossen Storingen bij nieten oplossen In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Storingen bij nieten oplossen in de geavanceerde afwerkeenheid en de professionele afwerkeenheid op pagina 223 • Storingen in de primaire nieteenheid oplossen in de Lichte Productieafwerkeenheid (Light Production Finisher) op pagina 225 • Storingen bij katernnieten oplossen in de professionele afwerkeenheid en de Lichte Productieafwerkeenheid (Light Production Finisher) op pagina 227 Storingen bij n
Problemen oplossen 3. Pak de nietcassette bij de oranje hendel vast en verwijder hem door hem stevig naar u toe te trekken. Controleer de binnenkant van de afwerkeenheid op eventuele losse nietjes en verwijder ze. wc77xx-099 4. Open de klem van de nietcassette door deze stevig in de aangegeven richting te trekken. wc77xx-100 5. Verwijder de vastgelopen nietjes (1) en druk de klem in de aangegeven richting totdat deze in de vergrendelde positie (2) vastklikt.
Problemen oplossen 6. Pak de nietcassette bij de oranje hendel vast en duw hem in de nietcassettehouder totdat hij vastklikt. wc77xx-102 7. Sluit de voordeur van de afwerkeenheid. Storingen in de primaire nieteenheid oplossen in de Lichte Productieafwerkeenheid (Light Production Finisher) 1. Open de rechterdeur van de afwerkeenheid. wc77xx-140 2. Pak de nietcassette bij de oranje hendel vast en verwijder hem door hem stevig naar u toe te trekken.
Problemen oplossen 3. Open het deksel van de nietcassette en verwijder de vastgelopen nietjes. Waarschuwing: De uiteinden van de vastgelopen nietjes zijn scherp. Verwijder de vastgelopen nietjes voorzichtig. wc77xx-147 4. Sluit het deksel van de nietcassette. wc77xx-146 5. Pak de nietcassette bij de oranje hendel vast en duw hem in de nietcassettehouder totdat hij vastklikt.
Problemen oplossen 6. Sluit de rechterdeur van de afwerkeenheid. wc77xx-145 Storingen bij katernnieten oplossen in de professionele afwerkeenheid en de Lichte Productieafwerkeenheid (Light Production Finisher) De katernnieteenheid gebruikt twee nietcassettes, aangegeven met R2 en R3. Voor het nieten van katernen mogen er geen vastgelopen nietjes in beide nietcassettes bevinden. Waarschuwing: Voer deze procedure niet uit wanneer de printer bezig is met kopiëren of afdrukken. 1.
Problemen oplossen 2. Knijp de oranje hendels (R2 en R3) samen (1) en trek de nietcassettehouder uit de afwerkeenheid totdat hij stopt (2). Opmerking: De nietcassettehouder hoeft niet uit de afwerkeenheid los te komen. 1 2 wc77xx-104 3. Pak de oranje tabs aan beide zijden van de nietcassette vast. wc77xx-105 4. Draai de nietcassette (die u aan de oranje tabs vasthoudt) in de aangegeven richting.
Problemen oplossen 5. Til de nietcassette uit de nietcassettehouder. wc77xx-107 6. Verwijder de vastgelopen nietjes door ze in de aangegeven richting te trekken. Waarschuwing: De uiteinden van de vastgelopen nietjes zijn scherp. Verwijder de vastgelopen nietjes voorzichtig. wc77xx-108 7. Duw de nietcassette terug in de nietcassettehouder.
Problemen oplossen 8. Zet de nietcassettehouder weer in de oorspronkelijke positie terug. wc77xx-110 9. Als u geen vastgelopen nietjes hebt gevonden, herhaalt u stap 3 tot 8 voor de andere nietcassette. 10. Sluit de deur van de afwerkeenheid. Problemen met papierstoringen oplossen De printer is ontwikkeld om te functioneren met minimale papierstoringen waarbij alleen door Xerox ondersteunde papiersoorten worden gebruikt. Andere papiersoorten kunnen vaker papierstoringen tot gevolg hebben.
Problemen oplossen Mogelijke oorzaken Oplossingen Niet-ondersteunde media. Gebruik alleen media die door Xerox zijn goedgekeurd. Zie Ondersteunde media op pagina 45. De vochtigheid is te hoog voor gecoat papier. Voer de vellen papier één voor één in. Het bericht over de papierstoring blijft in beeld Mogelijke oorzaken Oplossingen Er is nog wat vastgelopen papier in de printer achtergebleven. Controleer de papierbaan nogmaals en zorg dat u al het vastgelopen papier hebt verwijderd.
Problemen oplossen Media wordt verkeerd ingevoerd Mogelijke oorzaken Oplossingen Het papier is niet op de juiste manier in de lade geplaatst. Verwijder het verkeerd ingevoerde papier en plaats het opnieuw op de juiste manier in de lade. Zorg ervoor dat de papiergeleiders in de lade goed zijn geplaatst. Het aantal vellen in de lade overschrijdt het maximaal toegestane aantal vellen. Verwijder het teveel aan papier en plaats het papier onder de vullijn.
Problemen oplossen Problemen met de afdrukkwaliteit Uw printer is ontworpen om altijd afdrukken van hoge kwaliteit te genereren.
Problemen oplossen Problemen bij kopiëren en scannen Als de kopieer- of scankwaliteit niet goed is, kunt u het probleem oplossen door in de volgende tabel het symptoom te selecteren dat het meest in de buurt komt. Als de kwaliteit van de kopieën niet beter wordt nadat u de desbetreffende actie hebt ondernomen, kunt u contact opnemen met het Xerox Welcome Centre of met uw leverancier. Symptoom Oplossingen Lijnen en strepen alleen op kopieën gemaakt via de AOD. Er ligt vuil op de glasplaat.
Problemen oplossen Problemen bij faxen Als de fax niet goed wordt verzonden of ontvangen, kunt u de volgende tabel raadplegen en de aangegeven handeling uitvoeren. Als de fax zelfs na het uitvoeren van de beschreven handelingen nog steeds niet goed wordt verzonden of ontvangen, moet u contact opnemen met het Xerox Welcome Centre.
Problemen oplossen Symptoom Oorzaak Oplossing Fax is niet verzonden. Mogelijk is het faxnummer niet juist. Controleer het faxnummer. Mogelijk is de sneltoets of het snelkiesnummer niet goed geprogrammeerd. Controleer of de toetsen goed zijn ingesteld. Mogelijk is de telefoonlijn niet goed aangesloten. Controleer de aansluiting van de telefoonlijn. Als de telefoonlijn niet is aangesloten, doet u dit alsnog. Mogelijk is er een probleem met het faxapparaat van de ontvanger.
Problemen oplossen Symptoom Oorzaak Oplossing Faxen kunnen niet automatisch worden ontvangen. De printer is ingesteld om faxen handmatig te ontvangen. Stel de printer in op automatische ontvangst. Het geheugen is vol. Plaats papier in de printer als deze leeg is en druk vervolgens de faxen af die in het geheugen zijn opgeslagen. Mogelijk is de telefoonlijn niet goed aangesloten. Controleer de aansluiting van de telefoonlijn. Als de telefoonlijn niet is aangesloten, doet u dit alsnog.
Problemen oplossen Help-informatie In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld: • Berichten op het bedieningspaneel op pagina 238 • Fax- en scanwaarschuwingen op pagina 238 • Onderhoudsassistent op pagina 238 • Online Support-assistent op pagina 239 • Handige webkoppelingen op pagina 239 Berichten op het bedieningspaneel Xerox biedt meerdere automatische diagnoseprogramma's die u helpen om afdrukken van hoge kwaliteit voor al uw toepassingen te genereren.
Problemen oplossen Online Support-assistent De Online Support-assistent is een kennisdatabase die instructies en hulp bij het oplossen van printerproblemen biedt. U vindt hier oplossingen voor problemen met de afdrukkwaliteit, kopieerkwaliteit, papierstoringen, software-installatie en nog veel meer. Voor toegang tot de Online Support-assistent gaat u naar www.xerox.
Problemen oplossen 240 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding
Printerspecificaties 10 In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld: • Fysieke specificaties op pagina 242 • Omgevingsspecificaties op pagina 243 • Elektrische specificaties op pagina 244 • Prestatiespecificaties op pagina 245 • Omgevingsspecificaties op pagina 246 Zie Ondersteunde media op pagina 45 voor mediaspecificaties en -mogelijkheden.
Printerspecificaties Fysieke specificaties Configuratie met staffelopvangbak • • • • Breedte: 1574 mm (62.0 inch) Diepte: 782 mm (30,8 inch) Hoogte: 1369 mm (53,9 inch) Gewicht: 274,5 kg (604 lb.) Configuratie met geavanceerde kantoorafwerkeenheid • • • • Breedte: 2096 mm (82,5 in.) Diepte: 782 mm (30,8 inch) Hoogte: 1369 mm (53,9 inch) Gewicht: 351,8 kg (775,5 lb.
Printerspecificaties Omgevingsspecificaties Temperatuur In werking: 10° tot 28° C / 50° tot 90° F Relatieve luchtvochtigheid In werking: 10% tot 85% WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding 243
Printerspecificaties Elektrische specificaties • • • 110-127 VAC, 50-60 Hz; Stroomverbruik: 1,131 KVA maximaal voortdurend afdrukken 220-240 VAC, 50-60 Hz; Stroomverbruik: 1,096 KVA maximaal voortdurend afdrukken ENERGY STAR-gecertificeerd product 244 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding
Printerspecificaties Prestatiespecificaties Resolutie Maximale resolutie: 2400x2400 dpi Afdruksnelheid WorkCentre 7755 Kleur: 40 ppm Zwart/wit: 55 ppm WorkCentre 7765 Kleur: 50 ppm Zwart/wit: 65 ppm WorkCentre 7775 Kleur: 50 ppm Zwart/wit: 75 ppm WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding 245
Printerspecificaties Omgevingsspecificaties Processor 1.
Informatie over regelgeving A In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld: • Fundamentele regelgeving op pagina 248 • Regelgeving met betrekking tot het kopiëren van documenten op pagina 250 • Regelgeving met betrekking tot het faxen van documenten op pagina 253 • Gegevensbladen over materiaalveiligheid op pagina 257 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding 247
Informatie over regelgeving Fundamentele regelgeving Xerox heeft dit product getest aan de hand van standaarden voor elektromagnetische emissie en immuniteit. Deze standaarden zijn ontworpen om storingen die door dit product worden veroorzaakt of worden ontvangen in een normale kantooromgeving te beperken. Verenigde Staten (FCC-regels) Deze apparatuur is getest en voldoet aan de normen voor een digitaal apparaat van Klasse A conform Deel 15 van de FCC-regels.
Informatie over regelgeving Europese Unie Waarschuwing: Dit is een Klasse A-product. Mogelijk veroorzaakt dit product in een woonomgeving radiostoringen, in welk geval de gebruiker afdoende maatregelen moet nemen.
Informatie over regelgeving Regelgeving met betrekking tot het kopiëren van documenten Verenigde Staten Het Congres heeft de reproductie van de volgende onderwerpen onder bepaalde omstandigheden wettelijk verboden. Personen die zich schuldig maken aan dergelijke reproducties, riskeren een geldboete of gevangenisstraf. 1.
Informatie over regelgeving 4. Bewijzen van staatsburgerschap of naturalisatie. Buitenlandse naturalisatiebewijzen mogen worden gefotografeerd. 5. Paspoorten. Buitenlandse paspoorten mogen worden gefotografeerd. 6. Immigratiedocumenten. 7. Registratiekaarten dienstplicht. 8. Documenten m.b.t.
Informatie over regelgeving 7. Afgedrukte of zelfklevende stempels die voor belastingdoeleinden worden gebruikt door de Canadese regering of een Canadese provincie of door een regering van een andere staat dan Canada. 8. Documenten, bestanden en gegevens die bij de overheid worden bewaard en waar alleen door overheidsmedewerkers gecertificeerde kopieën van kunnen worden gemaakt, waarbij de kopie valselijk als een gecertificeerde kopie wordt gebruikt. 9.
Informatie over regelgeving Regelgeving met betrekking tot het faxen van documenten Verenigde Staten Vereisten voor de kopregel van de fax Volgens de Wet op de Bescherming van Telefoongebruikers van 1991 is het onwettig om een computer of een ander elektronisch apparaat, inclusief een faxapparaat, te gebruiken voor het verzenden van berichten, tenzij aan de boven- en onderkant van elk bericht of op de eerste pagina van de verzending duidelijk wordt aangegeven op welke datum en op welk tijdstip het bericht
Informatie over regelgeving Als u de juiste service wilt bestellen bij het plaatselijke telecombedrijf, dient u mogelijk ook de onderstaande codes te vermelden: • Facility Interface Code (FIC) = 02LS2 • Service Order Code (SOC) = 9.0Y Waarschuwing: Vraag bij uw plaatselijk telefoonbedrijf na welke soort modulaire telefoonaansluiting op uw lijn is geïnstalleerd. Als dit apparaat op een niet-toegestane aansluiting wordt aangesloten, kan de apparatuur van het telefoonbedrijf beschadigd raken.
Informatie over regelgeving Canada Opmerking: Met het label Industry Canada wordt gecertificeerde apparatuur erkend. Deze certificering betekent dat de apparatuur voldoet aan bepaalde vereisten met betrekking tot de beveiliging, werking en veiligheid van telecommunicatienetwerken, zoals voorgeschreven in de desbetreffende documenten voor technische vereisten van terminalapparatuur. De Afdeling kan niet garanderen dat de apparatuur naar tevredenheid van de gebruiker werkt.
Informatie over regelgeving Dit product is getest aan de hand van de normen van ES 203 021-1, -2, -3, een specificatie voor terminalapparatuur voor gebruik op analoog-geschakelde telefoonnetwerken in de Europese Economische Ruimte. Aan deze normen wordt voldaan. Dit product biedt de mogelijkheid om de landcode zelf in te stellen. Raadpleeg de gebruikersdocumentatie voor deze procedure. Landcodes dienen te zijn ingesteld voordat u dit product op het netwerk aansluit.
Informatie over regelgeving Gegevensbladen over materiaalveiligheid Voor veiligheidsinformatiebladen met betrekking tot de printer gaat u naar: Noord-Amerika: www.xerox.com/msds Europese Unie: www.xerox.com/environment_europe Voor de telefoonnummers van het Xerox Welcome Centre gaat u naar www.xerox.com/office/worldcontacts.
Informatie over regelgeving 258 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding
Recycling en weggooien B Deze hoofdstuk bevat richtlijnen en informatie over het recyclen en weggooien van producten in: • Alle landen op pagina 260 • Noord-Amerika op pagina 260 • Europese Unie op pagina 260 • Andere landen op pagina 262 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding 259
Recycling en weggooien Richtlijnen en informatie Alle landen Als u verantwoordelijk bent voor het afvoeren van uw Xerox-product, houd er dan rekening mee dat het product een aantal lampen met kwik bevat, en verder lood, perchloraat en andere stoffen kan bevatten die om milieutechnische redenen alleen onder bepaalde voorwaarden mogen worden afgevoerd.
Recycling en weggooien Professioneel en zakelijk gebruik Dit symbool op uw apparatuur betekent dat u deze apparatuur moet afvoeren in overeenstemming met de daartoe door de overheid vastgestelde procedures. In overeenstemming met de Europese wetgeving moeten elektrische en elektronische apparaten waarvan de bruikbaarheidsduur is verlopen, worden verwerkt volgens de overeengekomen procedures.
Recycling en weggooien Informatie over het afvoeren in landen buiten de Europese Unie Deze symbolen zijn alleen geldig in de Europese Unie. Als u deze artikelen wilt afvoeren, neemt u contact op met uw lokale autoriteiten of dealer en vraagt u naar de juiste methode van afvoeren. Opmerking over het batterijsymbool Dit symbool met een afvalbak op wielen kan in combinatie met een chemisch symbool worden gebruikt. Dit betekent dat wordt voldaan aan de vereisten van de richtlijn.
Index A aanbevolen media, 45 aangepast papierformaat aangepaste formaten maken, 86 afdrukken, 59 accountadministratie, 30 afdrukken aangepast papierformaat, 59 aangepaste formaten maken, 86 afwijkende documentpagina's, 80 beveiligde afdrukopdracht, 88 enveloppen, 58 etiketten, 58 gegevenspagina's, 28 glanspapier, 59 invoegingen, 77 invoegpagina's, 77 katernen, 69 meerdere pagina's op één vel (N op 1), 68 omslagen, 78 op beide zijden van papier, 65 opties, 60 Macintosh PostScript, 63 Windows PCL, 60 Windows
Index H O help, 238 bedieningspaneelberichten, 238 bronnen, 31 faxwaarschuwingen, 238 onderhoudsassistent, 238 online support-assistent, 239 technische ondersteuning, 31 Webkoppelingen, 239 omgevingsspecificaties, 243 onderdelen van de printer, 21 onderhoud, 161 ondersteunde media, 45 origineelformaat scansjabloon instellen, 128 I index afdrukken, 43 informatie Handleiding voor snel gebruik, 31 hulpprogramma's voor printerbeheer, 31 op bedieningspaneel, 27 over uw printer, 31 technische ondersteuning,
Index problemen oplossen, 177 afdrukkwaliteitsproblemen, 233 faxen, 235 kopieer-/scanproblemen, 234 technische ondersteuning, 31 vastgelopen nietjes verwijderen, 177 vastgelopen papier verwijderen, 177 T R U regelgeving Canada, 248 Europa, 249 Verenigde Staten, 248 reinigen, printer, 165 buitenkant, 166 documentinvoerrollen, 167 documentklep, 165 glasplaat, 165 routineonderhoud, items, 168 UNIX- en Linux-stuurprogramma's, 39 S scannen, 117 documenten plaatsen, 119 geavanceerde opties, 140 gescande be
Index verlengsnoer, 12 vervangingsonderdelen, 168 voordat u de printer gebruikt, 20 W webkoppelingen informatie, 31 WIA, 36 Windows-stuurprogramma's, 35 X Xerox-scanprogramma beelden aan e-mail koppelen, 133 profielen beheren, 131 scansjablonen maken, 128 scansjablonen verwijderen, 130 toepassing scannen naar eigen bestemming, 126 WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding 266