Operation Manual

Afmeten
81
03D—Nederlandstalige Handleiding
Selecteer met de volgende Pre/Post-meterpagina de signaalbronpunten voor de ingang- en
uitgangmeters. De Peak Hold-functie wordt gereset als u een ander bronpunt selecteert
.
4.
Selecteer met de
cursorknoppen een meterpuntschakelaar en druk op de
[ENTER] knp om het te activeren.
Klik, als u een muis gebruikt, op de meterpuntschakelaars.
INPUTMETERS
—De meterbronpunt van de 24 inputkanalen, het stereo-inputkanaal
en de effect returns kunnen als PRE EQ, PRE FADER, of POST FADER worden inge-
steld.
OUTPUTMETERS
—De meterbronpunt van de aux sends en bus outs kunnen worden
ingesteld als PRE EQ, POST FADER, of POST ON.
Signal & Peak Indicatoren
Bovenin de display zijn de signal- en peakindicatoren (signaal en piek) voor alle in- en
uitgangen beschikbaar. Deze indicatoren zijn altijd beschikbaar en ondervinden geen
effect van de displaypagina’s. Er zijn twee soorten signal- en peakindicatoren. Eén voor
inputkanaal 1 t/m 16, het stereo-inputkanaal en de effect returns. De andere voor input-
kanalen 17 t/m 24, de aux sends en de bus outs. Het stereo-inputkanaal en de effect
returns indicatoren verschijnen in beide sets. Deze sets worden automatisch gewisseld
als de mixing layer wordt gewijzigd.
Als de 1–16 Mixing Layer wordt geselecteerd, verschijnen de peak- en signalindicato-
ren van inputkanalen 1 t/m 16, het stereo-inputkanaal en de effect returns, zoals hier-
onder wordt getoond.
Als de 17–24/MASTER Mixing Layer wordt geselecteerd, verschijnen de peak en sig-
nalindicatoren voor inputkanalen 17 tot 24, de aux sends en de bus outs.
De SIGNAL indicatoren gaan branden als een signaalniveau van –24 dB wordt gesig-
naleerd en zijn bedoeld om aan te tonen dat het signaal aanwezig is.
De PEAK indicatoren gaan branden als het signaal het niveau –3 dB bereikt.