Specifications

Table Of Contents
Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE)
CVP-409/407 Gebruikershandleiding
93
Voices gebruiken, creëren en bewerken
6 Selecteer het gedeelte waarop u het effect wilt toepassen met de
knoppen [3
ππ
ππ
]/[4
ππ
ππ
].
7 Selecteer de effect-CATEGORY met de knoppen [5
ππ
ππ
]/[6
ππ
ππ
].
8 Selecteer het effect-TYPE met de knoppen [7
ππ
ππ
]/[8
ππ
ππ
].
Als u de effectparameters wilt bewerken, gaat u verder met de volgende handeling.
Het effect bewerken en opslaan
9 Druk op de knop [F] (PARAMETER) om de display op te roepen voor
het bewerken van de effectparameters.
Effectblok Gedeelten waarop het effect
invloed heeft
Effectkarakteristieken
REVERB Alle gedeelten Reproduceert de warme entourage van het
spelen in een concertzaal of jazzclub.
CHORUS Alle gedeelten Produceert een vol, 'dik' geluid alsof
verscheidene gedeelten tegelijk worden
gespeeld.
DSP1 STYLE PART
SONG CHANNEL 1–16
In aanvulling op de Reverb en Chorus types
heeft het instrument ook nog speciale DSP
effecten die extra effecten bevatten, die
gewoonlijk gebruikt worden voor een
specifieke part, zoals bijvoorbeeld distortion
en tremolo.
DSP2
DSP3
DSP4
DSP5
RIGHT 1, RIGHT 2, LEFT,
SONG CHANNEL 1–16
Alle ongebruikte DSP-blokken worden, indien
nodig, automatisch toegewezen aan de
geschikte gedeelten (kanalen).
DSP6 Microfoongeluid Speciaal bedoeld voor gebruik met het
microfoongeluid.