Operation Manual
26
Geavanceerde functies
Diverse muziekinstrumentgeluiden spelen (Voices)
Transponeren in- en uitschakelen
Telkens wanneer u op de knop [TRANSPOSE] drukt, wordt transponeren in- of 
uitgeschakeld. Als het lampje knippert, is de functie ingeschakeld. Als de functie 
is uitgeschakeld of als de transponeerwaarde 0 is, knippert het lampje niet. 
Met deze functie kunt u twee verschillende voices tegelijk stapelen en afspelen. U kunt voices van twee 
verschillende categorieën of twee verschillende voices van dezelfde categorie stapelen en een samengestelde 
voice maken met meer kleur en structuur. 
1. Roep de dual-modus op.
Druk gelijktijdig op twee voiceknoppen. De voice-indicatoren van beide 
geselecteerde voices gaan branden wanneer de dual-modus actief is.
Speel iets op het toetsenbord en luister naar het resulterende geluid. 
Voice 1/ Voice 2 
Volgens de prioriteit van 
voicenummers zoals rechts 
weergegeven wordt het lagere 
voicenummer aangeduid als voice 1 
en de andere voice als voice 2.
De functiemodus geeft toegang tot een aantal andere functies in de 
dual-modus, zoals instelling van volumebalans of octaafinstelling 
(pagina 51).
2. Sluit de dual-modus af en ga terug naar de normale 
speelmodus.
Als u wilt teruggaan naar de normale speelmodus met één voice, drukt u 
op een willekeurige voiceknop.
OPMERKING
Het afspelen van audiosongs kan 
niet worden getransponeerd.
Twee voices stapelen (dual-modus)
21
OPMERKING
(CLP-470/440/S408/S406)
De dual-modus en de splitmodus 
(pagina 27) kunnen niet tegelijk 
worden opgeroepen.
(CLP-470/440/S408/S406)
[VARIATION] in de dual-modus
De indicator van de knop 
[VARIATION] gaat branden 
wanneer de variatie is 
ingeschakeld voor één of beide 
voices in de dual-modus. Terwijl 
de dual-modus wordt 
opgeroepen, kan de knop 
[VARIATION] worden gebruikt om 
de variatie voor beide voices in of 
uit te schakelen. Als u de variatie 
wilt in- of uitschakelen voor 
slechts een van de voices, houdt 
u de voiceknop voor de andere 
voice ingedrukt en drukt u op de 
knop van de voice waarboor u de 
variatie wilt wijzigen.
[REVERB] in de dual-modus
Er wordt automatisch een 
optimaal reverbtype voor de 
combinatie van voices 
toegewezen.
[EFFECT] in de dual-modus
Afhankelijk van de 
omstandigheden krijgt één 
effecttype voorrang boven het 
andere. Als u de effectdiepte wilt 
wijzigen, drukt u op de knop 
[-/NO] of [+/YES] terwijl u de knop 
[EFFECT] ingedrukt houdt. Dit 
wordt alleen op voice 1 
toegepast. De diepte kan ook 
worden gewijzigd in de 
functiemodus (pagina 51).
12
12 13 14
34567
8 91011
Prioriteit van voicenummers
CLP470E.book Page 26 Monday, December 27, 2010 6:49 PM










