Operation Manual

Table Of Contents
Voices selecteren en bespelen
CLP-240/230 Gebruikershandleiding
25
Twee voices combineren (duale modus)
U kunt tegelijkertijd twee voices over het hele toetsenbord bespelen. Op deze manier kunt u
een melodisch duet nabootsen of twee gelijksoortige voices combineren om zo een voller geluid
te creëren.
1. Activeer de duale modus.
Druk tegelijkertijd op twee voiceknoppen (of druk op één voiceknop terwijl u
een andere ingedrukt houdt). De voice-indicators van beide geselecteerde voices
lichten op als de duale modus actief is.
Overeenkomstig de
voicenummerprioriteit, die wordt
weergegeven in het diagram rechts,
worden lagere voicenummers als
eerste voice aangewezen (de andere
voice wordt dan als tweede voice
aangewezen).
De functiemodus van de CLP-240/230 geeft toegang tot een aantal andere
functies in de duale modus, zoals instelling van volumebalans of octaafinstelling
(pagina 49). (Als u de functies in de duale modus niet instelt, worden de
bijbehorende instellingen standaard uitgevoerd voor elke voice.)
2. Verlaat de duale modus en ga terug naar de
normale speelmodus.
Als u wilt terugkeren naar de normale speelmodus met één voice, drukt u op
een willekeurige voiceknop.
MAX
MIN
MASTER V
O
LUME
DE
M
O
ON
TRANSPOSE
LEFT RIGHT
S
O
NG SELE
C
T
FILE
PLAY
/
PAU SESTOP
REC
SONG
SYNC START
METR
O
N
O
ME
+
/
YES
/
N
O
ON
/
OFF
TEMP
O
/
FUNCTI
O
N#
TEMP
O
/
O
THER VALUE
USB
USER
PRESET
SAVE
/
EXP.
L
O
AD
F
O
RMAT
/
DEL.
BRILLIAN
C
E
BRIGHT
N
O
RMAL
MELL
O
W
REVERB
HALL 1
R
OO
M
HALL 2
STAGE
EFFECT
PHASER
CH
O
RUS
TREM
O
L
O
R
O
TA R Y
SP
TOUCH
DDE
HARD
MEDIUM
S
O
FT
TEMP
O
FUN
C
TI
O
N#
VA R I AT I
O
N
SPLI T
ON
GUI TA R
VIBRA
-
PH
O
NE
E.CLAVI
-
C
H
O
RD
HARPSI
-
CH
O
RD
W
OO
D
BASS
E.BASS
E.PIAN
O
2
E.PIAN
O
1
GRAND
PIA NO 1
CHURCH
ORGAN
JAZZ
O
RGAN
GRAND
PIA N
O
2
STRI NGS
CH
O
IR
V
O
ICE
CLP
-
240
12
Procedure
OPMERKING (CLP-240)
De splitmodus en de duale
modus (pagina 26) kunnen niet
tegelijkertijd actief zijn.
OPMERKING
[VARIATION] in de duale modus
(CLP-240)
De indicator van de knop [VARIA-
TION] licht op als de variatie is
geactiveerd voor één of beide voi-
ces van de voices in de duale
modus. Terwijl de duale modus
actief is, kan de knop [VARIATION]
worden gebruikt om de variatie
voor beide voices in of uit te scha-
kelen. Als u de variatie alleen voor
één van de voices wilt in- of uit-
schakelen, houdt u de voiceknop
van de andere voice ingedrukt en
drukt u op de knop van de voice
waarvan u de variatie wilt wijzigen.
OPMERKING
[REVERB] in de duale modus
Het reverbtype dat is toegewezen
aan de eerste voice krijgt voorrang
boven de andere. (Als de reverb is
ingesteld op UIT, wordt het
reverbtype van de tweede voice
gebruikt.) De instelling voor de
reverbdiepte die via de paneelre-
gelaars wordt uitgevoerd (door op
de knop [–/NO] of [+/YES] te druk-
ken terwijl de knop [REVERB]
wordt ingedrukt (zie pagina 21),
wordt alleen toegepast op de eer-
ste voice.
OPMERKING
[EFFECT] in de duale modus
Afhankelijk van de omstandighe-
den krijgt één effecttype voorrang
krijgen boven de andere. De
diepte wordt bepaald aan de hand
van de standaarddieptewaarde
van de voicecombinatie. Door ech-
ter de functie F3 (pagina 49) te
gebruiken, kunt u de dieptewaarde
van elke voice naar wens wijzigen.
De instelling voor de effectdiepte
die via de paneelregelaars wordt
uitgevoerd (door op de knop
[–/NO] of [+/YES] te drukken terwijl
de knop [EFFECT] wordt ingedrukt
(zie pagina 22), wordt alleen
toegepast op de eerste voice.
GUITAR
VIBRA
-
PH
O
NE
E.CLAVI
-
C
H
O
RD
HARPSI
-
CH
O
RD
W
OO
D
BASS
E.BASS
E.PIAN
O
2
E.PIAN
O
1
GRAND
PIANO 1
CHURCH
ORGAN
JAZZ
O
RGAN
GRAND
PIAN
O
2
STRINGS
CH
O
IR
V
O
ICE
12
12 13 14
34567
8 9 10 11
Prioriteit van voicenummers