Operation Manual

126
CTL Assign1 (Controller Toewij-
zing 1)
Hier kunt u met Knoppen [C], [1] en [2] Control-
nummers toewijzen aan respectievelijk de Breath
Controller, Knop [1] en Knop [2]. De geselecteerde
functie wordt links in de display afgebeeld.
BC (Breath Controller)
Stelt het Control Change nummer in dat istoege-
wezen aan de Breath Controller. De Breath
Controller is aangesloten op de BREATH-aanslui-
ting (pag. 18)
Instellingen: Details zijn te vinden in de aparte Controllijst.
Knop 1/2
Stelt het Control Change nummer in dat wordt
toegewezen aan de Knoppen [1] en [2] op het
regelpaneel.
CTL Assign2 (Controller Toewij-
zing 2)
Hier kunt u met Knoppen [C] en [1] de Control
Change nummers toewijzen aan respectievelijk het
voetpedaal en de Ribbon Controller. De geselec-
teerde functie wordt links in de display afgebeeld.
Selecteer de Ribbon Controller met Knop [2].
Common EQ (Equalizer)
Hier kunt u alle vijf beschikbare Equalizerbanden
aan de gehele performance toewijzen. De volgende
vijf schermen zijn beschikbaar.
EQ Low
EQ LowMid (Low Middle Range)
EQ Mid (Middle Range)
EQ HighMid (High Middle Range)
EQ High
EQ Low (EQ Laagbereik)
Deze Equalizer bepaalt de lage frequenties. U kunt
het signaalniveau op de gespecificeerde frequentie
aanpassen. U kunt tevens verschillende Equalizer
Shapes (vormen) selecteren.
Shape (vorm)
SHIFT PAGE
PART
/
ELEMENT
DATAABC1 2
CTLíAssign1) BC Knob1 Knob2
Common [FootCtrl] 02 16 17
Control Change Naam Control Change Nummers
SHIFT PAGE
PART
/
ELEMENT
DATAABC1 2
CTLíAssign2) FC RB----Mode
Common [FootCtrl] 04 PB reset
Control Change Naam
Control Change Nummer
Mode
Q (Frequentie Karakteristiek)
Gain
Freq (Frequentie)
0
MEQíLow) Shape Gain Freq Q
Common peak +12dB 50Hz 12.0
Frequentie
-
+
0
EQ Low
Freq1
EQ Low
Freq2
Selecteert een Shelving-type of een Peaking-type
equalizer. Het Peaking-type verzwakt/versterkt
het signaal op de geselecteerde frequentie instel-
ling, terwijl het Shelving-type het signaal op de
frequenties boven en onder de geselecteerde
frequentie instelling verzwakt/versterkt.
Instellingen: shelv (Shelving), peak (Peaking)
shelv (Shelving)
FC (voetpedaal)
Wijst een Controller Change nummer toe aan het
voetpedaal. Het voetpedaal is aangesloten op de
FOOT CONTROLLER-aansluiting op het achter-
paneel (pag. 18).
Instellingen: Details zijn te vinden in de aparte
Controllijst.
RB (Ribbon Controller)
Wijst een Control Change nummer toe aan de
Ribbon Controller op het regelpaneel. Het gedrag
van de Ribbon Controller hangt af van de Mode
parameterinstelling.
Instellingen: Details zijn te vinden in de aparte
Controllijst.
Mode
Stelt het gedrag van de Ribbon Controller in. Als
u “hold” selecteert, dan behoudt de parameter de
door de Ribbon Controller bestuurde waarde,
zelfs nadat u de Ribbon Controller loslaat. Als u
“reset” selecteert, dan keert de waarde terug naar
de standaardinstelling in het midden van de
Ribbon Controller.
Instellingen: hold, reset