Operation Manual

164
Vel (Toetsenbord Aanslaggevoeligheidscurve)
Stelt de aanslaggevoeligheidscurve in die bepaalt
in welke mate het geluidssignaal beïnvloed wordt
door aanslaggevoeligheid.
Instellingen: norm, soft, hard, wide, fixed
norm (normaal)
De aanslaggevoeligheid is in verhouding met het volumeniveau.
soft (zacht)
Zacht spelen geeft een hoger volumeniveau dan normaal.
hard
Hard spelen geeft een lager volumeniveau dan normaal.
Wide
Zachter spelen geeft een lager volumeniveau dan normaal en
harder spelen geeft een hoger volumeniveau dan normaal.
Als resultaat verkrijgt u een breder dynamisch bereik.
fixed
Selecteer deze curve als u wilt dat de toongenerator reageert
op een specifiek volume, klank e.d.. Met deze instelling
wordt iedere aanslaggevoeligheidswaarde gewijzigd in een
vaste waarde die u bepaalt met de Fixed (Vaste Toetsenbord
Aanslaggevoeligheid) parameter hieronder.
Fixed (Vaste Toetsenbord Aanslaggevoeligheid)
De aanslaggevoeligheid wordt vastgezet in de Vel
instelling. Het geluidssignaal is altijd hetzelfde,
ongeacht hoe hard of zacht u de toetsen op het
toetsenbord aanslaat. De vel parameter is alleen
beschikbaar als u de “fixed” Velocity Curve
selecteert.
(Alleen beschikbaar als Vel is ingesteld op “fixed)
MSTR EF Bypass (Algehele Ef-
fect Bypass)
Stelt de parameters in die in verband staan met de
[EF BYPASS]-knop op het regelpaneel.
Insert (Insertie), Reverb, Chorus
Als de [EF BYPASS]-knop wordt ingedrukt (de
LED gaat branden), passeren de signalen de
verschillende effecten onbeïnvloedt.
Plug-in Board Variaties (Variatie Effecten) worden
gepasseerd aan de hand van de Insert-instelling.
MSTR Other (Algehele Overigen)
Stelt andere parameters in die gelden voor het
algehele systeem.
Kracht waarmee het toetsenbord
wordt aangeslagen
Volume
Kracht waarmee het toetsenbord
wordt aangeslagen
Volume
Kracht waarmee het toetsenbord
wordt aangeslagen
Volume
Kracht waarmee het toetsenbord
wordt aangeslagen
Volume
Kracht waarmee het toetsenbord
wordt aangeslagen
Volume
MSTR EF Bypass) Insert Reverb Chorus
Sys off on on
MSTR Other) PowerOnMode Ctrl BCCurve
Sys Voice(INT) hold thru
N.B.
N.B.
PowerOnMode (mode na aanzetten)
Selecteert de Mode waar u het eerst naar toe gaat
als u de synthesizer aanzet.
Instellingen:
Performance:
U gaat eerst naar de Performance Play Mode en het eerste
Programnummer (INT: 001) wordt automatisch geselecteerd.
Voice (INT):
U gaat eerst naar de Voice Play Mode en het eerste Programnummer
van het Interne geheugen (INT: 001) wordt automatisch geselecteerd.
Voice (PRE1):
U gaat eerst naar de Voice Play Mode en het eerste Programnummer
van het Preset geheugen (PRE: 001) wordt automatisch geselecteerd.
last:
Het Voice/Performance Program dat u selecteerde voordat u
de synthesizer uitzette wordt weer opgeroepen. Als u zich
echter als laatste in de Phrase Clip Play Mode bevond, dan
wordt automatisch de voorheen geselecteerde Voice in Voice
Mode geselecteerd.
Ctrl (Controller)
Selecteert of de status/positie van de controller
(Modulatie Wiel, Aftertouch, voetschakelaar,
Breath Controller, Ribbon Controller (CS6x),
Knoppen) wordt behouden (hold) of wordt
gereset als u naar andere Voices gaat.
Instellingen: hold, reset
Als u “reset” selecteert, dan worden de controllers naar de
volgende posities (status) gereset:
Pitch Bend.......................Midden
Modulatie Wiel................Minimum
Aftertouch........................Minimum
Voetpedaal (FC)...............Maximum
Breath Controller.............Maximum
Ribbon Controller............Midden
Voetschakelaar.................Uit (Off)
Expression........................Maximum