CV P-309/307 G E B R U I K E R S H A N D L E I D I N G BELANGRIJK —controleer de spanningsvoorziening— Controleer of het voltage van het stopcontact overeenkomt met het voltage dat op het naamplaatje staat dat u kunt vinden op het onderpaneel. In sommige gebieden is er naast het netsnoer een voltageschakelaar aanwezig op het onderpaneel van het keyboard. Zorg dat de voltageschakelaar is ingesteld op het juiste voltage. Af fabriek staat de schakelaar op 240 Volt.
SPECIAL MESSAGE SECTION PRODUCT SAFETY MARKINGS: Yamaha electronic Battery Notice: This product MAY contain a small non- products may have either labels similar to the graphics shown below or molded/stamped facsimiles of these graphics on the enclosure. The explanation of these graphics appears on this page. Please observe all cautions indicated on this page and those indicated in the safety instruction section. rechargable battery which (if applicable) is soldered in place.
VOORZICHTIG LEES DIT ZORGVULDIG DOOR VOORDAT U VERDERGAAT * Bewaar deze gebruikershandleiding op een veilige plaats voor eventuele toekomstige raadpleging. WAARSCHUWING Volg altijd de algemene voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om te voorkomen dat u gewond raakt of zelfs sterft als gevolg van elektrische schokken, kortsluiting, schade, brand of andere gevaren.
Aansluitingen De bank gebruiken (indien meegeleverd) • Voordat u het instrument aansluit op andere elektronische componenten, moet u alle betreffende apparatuur uitzetten. Voordat u alle betreffende apparatuur aanof uitzet, moet u alle volumes op het minimum zetten. Voer de volumes van alle componenten, na het aanzetten, geleidelijk op tot het gewenste luisterniveau, terwijl u het instrument bespeelt. Onderhoud • (CVP-309 inclusief vleugelmodel) Verwijder stof en vuil voorzichtig met een zachte doek.
Dank u voor de aanschaf van deze Yamaha Clavinova Wij adviseren u deze handleiding zorgvuldig te lezen zodat u optimaal gebruik kunt maken van de geavanceerde en handige functies van de Clavinova. We adviseren u ook deze gebruikershandleiding op een veilige en handige plaats te bewaren voor toekomstige raadpleging. Over deze gebruikershandleiding en de Data List Deze handleiding bestaat uit de volgende gedeelten. Gebruikershandleiding Inleiding (pagina 12) ............................
Accessoires Guide to Yamaha Online Member Product User Registration '50 Greats for the Piano' (Muziekboek) Gebruikershandleiding Data List De volgende items kunnen bijgeleverd of optioneel zijn, afhankelijk van uw locatie: Diskettedrive SmartMedia-kaart Bank ■ Stemmen In tegenstelling tot een akoestische piano hoeft de Clavinova niet gestemd te worden. Deze blijft altijd perfect gestemd. ■ Transport Als u verhuist, kunt u de Clavinova samen met uw andere bezittingen transporteren.
Inhoudsopgave Inleiding Basisbediening Welkom bij de prachtige muziekwereld van de Clavinova CVP! .................................... 10 Paneelregelaars ............................................... 12 Het toetsenbord bespelen .............................. 14 Opstellen van de Clavinova ............................ 16 Muziekstandaard .......................................... 16 Bladmuzieksteuntjes ..................................... 16 Klep (CVP-309 vleugelmodel) ......................
De automatische begeleidingsstijlen gebruiken, creëren en bewerken ...101 De Clavinova rechtstreeks verbinden met internet ...................................170 Stijlkarakteristieken ....................................... 101 Een type vingerzetting voor akkoorden selecteren ...................................................... 101 Alleen de ritmekanalen van een stijl spelen ... 102 Instellingen die betrekking hebben op het afspelen van stijl .....................................
Appendix Inleiding Using Your Instrument with Other Devices Problemen oplossen ...................................... 201 CVP-309 vleugelmodel: Montage van de pianostandaard ............................................. 206 CVP-309/307: Montage van de pianostandaard ............................................. 209 De diskdrive installeren (bijgeleverd/optioneel) ................................ 212 Specificaties ................................................... 213 Index ................................
Welkom bij de prachtige muziekwereld van de Clavinova CVP! Authentieke op akoestische piano lijkende aanslag Inleiding Natural Wood-toetsenbord (CVP-309 inclusief het vleugelmodel) Voor het speciale Natural Wood-toetsenbord van de CVP-309 is echt hout gebruikt, om de ervaring van het bespelen van een echte akoestische vleugel zo dicht mogelijk te benaderen.
Speel samen met een complete band — afspelen van songs ............................................................. pagina 34 Speel mee met reeds opgenomen songdata, en vul uw solospel op met het geluid en arrangement van een complete band of compleet orkest. SONG SELECT Inleiding Begin rustig aan met het spelen van achtergrondpartijen bij songs, — speelassistentietechnologie ...............................................
Inleiding Paneelregelaars SCORE REC STOP KARAOKE SONG SELECT PLAY/ PAUSE STYLE SELECT 1 [POWER]-schakelaar ....................................................... P. 14 2 SmartMedia-sleuf ............................................................. P. 22 STIJLBESTURING M Knop [ACMP ON/OFF] .................................................... P. 45 N Knop [OTS LINK] ............................................................. P. 50 MIC. 3 Knop [MIC SETTING/VOCAL HARMONY] ......................
Inleiding DEMO ORGAN FLUTES PIANO REGIST. BANK VOICE k Knoppen VOICE............................................................... P. 31 l Knop [VOICE EFFECT] ..................................................... P. 80 m Knop [iAFC SETTING]...................................................... P. 76 ONE TOUCH SETTING n Knoppen [1]–[4] .............................................................. P. 49 o Knop [LEFT HOLD].......................................................... P.
Het toetsenbord bespelen Het netsnoer aansluiten Sluit eerst de plug van het netsnoer aan op de AC aansluiting op de Clavinova en steek vervolgens de stekker van het netsnoer in een passend stopcontact. Inleiding 1 (De uitvoering van de stekker kan per locatie verschillen.) 2 De toetsenklep openen Til de toetsenklep op met behulp van de handgreep aan de voorkant. LET OP Houd de klep met beide handen vast als u deze verplaatst. Laat de klep pas los als deze volledig geopend of gesloten is.
4 Het toetsenbord bespelen Bespeel het toetsenbord om geluid te produceren. Inleiding Het volume aanpassen Terwijl u het toetsenbord bespeelt, kunt u het volumeniveau aanpassen met de regelaar [MASTER VOLUME] aan de linkerzijde van het paneel. 5 6 Het instrument uitzetten Druk op de [POWER]-schakelaar om het instrument uit te zetten. Het scherm en de POWER-indicator gaan uit. De toetsenklep sluiten Pak de metalen rand aan de bovenzijde van het paneel vast en sluit de toetsenklep.
Opstellen van de Clavinova Muziekstandaard LET OP Inleiding Probeer de muziekstandaard niet in een half opgezette positie te gebruiken. Laat ook de muziekstandaard tijdens het neerlaten pas los als deze helemaal beneden is. LET OP Als u de muziekstandaard opzet of neerlaat, laat deze dan pas los wanneer deze helemaal omhoog of neer is. LET OP Klap de bladmuzieksteuntjes neer (zie hieronder), voordat u de muziekstandaard neerlaat.
Een hoofdtelefoon gebruiken Gebruik voor de lange steun de binnenste uitsparing, en voor de korte steun de buitenste uitsparing om de klep te steunen. Inleiding Korte steun Lange steun LET OP ■ De klep sluiten: 1 1 Houd de klepsteun vast en licht de klep iets op. 3 2 Houd de klep omhoog en klap de steun neer. 2 3 Laat de klep voorzichtig zakken.
De displaytaal veranderen De displaytaal veranderen Hiermee kunt u de taal bepalen die wordt gebruikt in de display voor berichten, file-namen en tekeninvoer. Inleiding 1 2 Roep de bedieningsdisplay op. [FUNCTION] → [I] UTILITY → TAB[√][®] OWNER Druk op de knop [4π†]/[5π†] om een taal te selecteren. 1 2 3 4 5 6 7 8 Displayinstellingen Het contrast van de display aanpassen U kunt het contrast van de display aanpassen door aan de knop [LCD CONTRAST] rechts van de display te draaien.
Displayinstellingen De helderheid van de display aanpassen Hiermee past u de helderheid aan van de display aan. 2 Roep de bedieningsdisplay op. [FUNCTION] → [I] UTILITY → TAB[√][®] CONFIG 2 Inleiding 1 Druk op de knop [2π†] om de helderheid van de display aan te passen. 1 2 3 4 5 6 7 8 Een illustratie voor de achtergrond van de hoofddisplay selecteren Deze functie laat u uw favoriete illustratie gebruiken als achtergrond voor de hoofddisplay (pagina 25). 1 2 3 Roep de bedieningsdisplay op.
Displayinstellingen Druk na het selecteren op de knop [DIRECT ACCESS] en vervolgens op de knop [EXIT] om terug te keren naar de hoofddisplay. De nu geselecteerde illustratie wordt weergegeven als achtergrond van de hoofddisplay. Inleiding De rechts afgebeelde beschrijving van illustratiecompatibiliteit is ook van toepassing op de achtergrond van de display SONG LYRICS.
Omgaan met de diskdrive (FDD) en diskettes (De diskettedrive kan meegeleverd zijn of als accessoire worden geleverd, afhankelijk van uw locatie. Zie pagina 212 voor installatieinstructies voor de diskettedrive.) Diskettecompatibiliteit • Er kunnen 2DD- en 2HD-diskettes van 3,5 inch worden gebruikt. Een diskette formatteren • Als u problemen ondervindt met het gebruik van nieuwe, lege diskettes of oude diskettes die met andere apparaten zijn gebruikt, kan het zijn dat u ze moet formatteren.
Omgaan met SmartMediaTM*-geheugenkaarten *is een handelsmerk van de Toshiba Corporation. Inleiding Dit instrument beschikt over een ingebouwde SmartMediakaartsleuf (op het bedieningspaneel). Hiermee kunt u de originele data die u op het instrument heeft gecreëerd opslaan op een SmartMedia-kaart, en data van een kaart in het instrument laden. Zorg ervoor dat u zorgvuldig om gaat met SmartMedia-kaarten. Volg de onderstaande belangrijke voorzorgsmaatregelen.
Beknopte handleiding De demo's afspelen De demo's zijn meer dan alleen maar songs. Ze voorzien ook in handige, makkelijk te begrijpen introducties van de eigenschappen, functies en werkwijzen van het instrument. Eigenlijk zijn de demo's een soort interactieve 'mini-handleiding', compleet met geluidsdemonstraties en tekst die tonen wat het instrument voor u kan doen. DEMO Beknopte handleiding 1 Selecteer de gewenste taal. 1 2 Druk op de knop [HELP] om de selectiedisplay LANGUAGE op te roepen.
Specifieke demonstratieonderwerpen tonen 1 Druk op de knoppen [7π†]/[8π†] in de display DEMO om het specifieke DEMO-menu op te roepen. Beknopte handleiding 1 2 2 3 8 7 6 5 4 Druk op één van de knoppen [A]–[I] om een specifieke demo weer te geven. Als u wilt terugkeren naar de vorige display, drukt u op de knop [J]. A F B G C H D I E J Als de demo meer dan één scherm bevat. Druk op een knop [π†] die overeenkomt met het schermnummer.
Handelingen in de basisdisplays Om te beginnen zou u iets over de basisdisplays moeten weten die in de Beknopte handleiding voorkomen. Er zijn drie basisdisplays: Hoofddisplay ➤ Zie hieronder. Display voor file-selectie ➤ Zie hieronder. Functiedisplay ➤ pagina 26 Beknopte handleiding Bediening van de hoofddisplay In de hoofddisplay worden de basisinstellingen en belangrijke informatie van het instrument weergegeven.
1 2 Druk op de knop [SONG SELECT] om de display voor songselectie op te roepen. Druk op de knoppen TAB [√]/[®] om de gewenste drive (PRESET/USER/CARD) te selecteren. Over PRESET/USER/CARD Beknopte handleiding PRESET .............. Intern geheugen waarin voorgeprogrammeerde data als vooraf ingestelde data zijn geïnstalleerd. USER ................. Intern geheugen dat zowel het schrijven als lezen van data toelaat. CARD ................
2 Druk op de knop [D] om de categorie CONTROLLER te selecteren. Als de geselecteerde categorie is onderverdeeld in subcategorieën, zullen de tabs in de display worden getoond. A B C D E Beknopte handleiding 3 Druk op de knop TAB [®] om de tab KEYBOARD/PANEL te selecteren. Als de instelling verder is onderverdeeld in bijkomende instellingen, zal er een overzicht in de display worden getoond. 4 Druk op de knop [A] om '1 INITIAL TOUCH' te selecteren.
Voices bespelen De Clavinova beschikt over een verscheidenheid aan voices, waaronder uitzonderlijk realistische pianovoices. Knoppen VOICE (pagina 31) Beknopte handleiding Knop METRONOME [ON/OFF] (pagina 30) ORGAN FLUTES PIANO Knop [PIANO] (zie onder) De pianovoice bespelen Hier roepen we de pianovoice op en bespelen we deze. U kunt de pianovoice bespelen terwijl u de pedalen of de metronoom gebruikt.
De aanslaggevoeligheid van het toetsenbord instellen U kunt een aanslagreactie aangeven (hoe het geluid reageert op de manier waarop u op de toetsen speelt). Het aanslaggevoeligheidstype wordt de algemene instelling voor alle voices. Roep de bedieningsdisplay op: [FUNCTION] → [D] CONTROLLER → TAB [®] KEYBOARD/ PANEL → [A] 1 INITIAL TOUCH 2 Druk op de knoppen [1π†]/[2π†] om de aanslagreactie aan te geven. HARD 2 ..... Krachtig spel is vereist om een hoog volume te produceren.
● Voetregelaar/Voetschakelaar Een optionele Yamaha voetregelaar (FC7) of voetschakelaar (FC4 of FC5) kan op de AUX PEDAL-aansluiting worden aangesloten en worden gebruikt om verscheidene toegewezen functies te regelen (pagina 186). Instellingen voor de pedalen maken U kunt één van de verscheidene functies toewijzen aan elk van de drie pedalen of een optionele voetregelaar/ voetschakelaar, om dingen te doen zoals het starten en stoppen van de stijl (pagina 186).
2 Stel de parameters in door op de knoppen [2π†]–[7π†] te drukken. Hiermee wordt het niveau bepaald van het metronoomgeluid. SOUND Hiermee wordt bepaald welk geluid wordt gebruikt voor de metronoom. Bell Off............... Conventioneel metronoomgeluid, zonder bel. Bell On............... Conventioneel metronoomgeluid, met bel. English Voice ...... Tellen in het Engels German Voice .... Tellen in het Duits Japanese Voice ... Tellen in het Japans French Voice....... Tellen in het Frans Spanish Voice .....
3 A F B G C H D I E J Beknopte handleiding 4 4 4 Druk op één van de knoppen [A]–[J] om de gewenste voice te selecteren. OPMERKING U kunt onmiddellijk terugspringen naar de hoofddisplay door te dubbelklikken op één van de knoppen [A]–[J]. 5 Bespeel het toetsenbord OPMERKING De piano-instellingen herstellen Druk op de vleugelvormige knop [PIANO].
Geluidseffecten selecteren U kunt afzonderlijke geluidseffecten, zoals vogelgetjilp en oceaangeluiden via het toetsenbord bespelen. De geluidseffecten zijn gecategoriseerd als 'GM&XG'/'GM2'. Druk op de knop PART SELECT [RIGHT 1] om de display voor voice-selectie op te roepen. Druk op de knop [8π] (UP) om de voicecategorieën op te roepen. Druk nogmaals op de knop [2π] om pagina 2 weer te geven. Druk op de knop [E]/[F] om 'GM&XG'/'GM2' te selecteren. Druk nogmaals op de knop [2π] om pagina 2 weer te geven.
Oefenen met de vooraf ingestelde songs Beknopte handleiding SCORE KARAOKE SONG SELECT OPMERKING Song Op de Clavinova worden speeldata een 'song' genoemd. Songs afspelen voor het oefenen De Clavinova bevat niet alleen de vooraf ingestelde demosongs, maar ook vele vooraf ingestelde songs. Dit gedeelte bestrijkt basisinformatie over het afspelen van vooraf ingestelde songs of songs die zijn opgeslagen op een SmartMediakaart.
5 Druk op de knop SONG [PLAY/PAUSE] om het afspelen te starten. REC 6 STOP PLAY/ PAUSE Druk op de knop SONG [STOP] om het afspelen te stoppen. STOP Beknopte handleiding REC PLAY/ PAUSE Een song van SmartMedia-kaart afspelen LET OP Zorg dat u pagina 22 leest voor informatie over het omgaan met SmartMedia-kaarten en de kaartsleuf. 1 Houd de SmartMedia-kaart zo vast dat het connectorgedeelte (goudkleurig) van de kaart naar beneden en naar voren is gericht, in de richting van de kaartsleuf.
Het volume verhogen van het gedeelte dat moet worden geoefend Op de CVP kan een enkele song afzonderlijke data voor tot zestien MIDI-kanalen bevatten. Geef het oefenkanaal aan en verhoog het afspeelvolume van het kanaal. 1 Selecteer een song. De methode voor het selecteren van een song is hetzelfde als bij 'Een vooraf ingestelde song afspelen (pagina 34)' of 'Een song van SmartMedia-kaart afspelen (pagina 35)'. 2 Druk op de knop [MIXING CONSOLE] om de display MIXING CONSOLE op te roepen.
Muzieknotatie weergeven (Score) U kunt de muzieknotatie van de geselecteerde song bekijken. Het verdient aanbeveling de muzieknotatie door te lezen voordat u met oefenen begint. OPMERKING • De Clavinova kan de muzieknotatie weergeven van commercieel beschikbare muziekdata of van uw opgenomen songs. • De weergegeven notatie wordt gegenereerd door de Clavinova op basis van de songdata.
Stel naar wens de gedetailleerde parameters in voor de notatieweergave. 1 2 Druk op de knop [8π†] (SET-UP) om de gedetailleerde instellingsdisplay op te roepen. Druk op de knoppen [1π†]–[6π†] om de notatieweergave in te stellen. Beknopte handleiding Hiermee wordt bepaald welk MIDI-kanaal in de songdata wordt gebruikt voor het linkerhand-/ rechterhandgedeelte. Deze instelling gaat terug naar AUTO als er een andere song wordt geselecteerd.
3 Druk op de knop SONG [TRACK 1 (R)] om het rechterhandgedeelte te dempen. De indicator van de knop [TRACK 1 (R)] gaat uit. U kunt nu die partij zelf spelen. 4 Druk op de knop SONG [PLAY/PAUSE] om het afspelen te starten. Oefen de gedempte partij met behulp van de gidslampjes. OPMERKING Het tempo aanpassen Beknopte handleiding 1 Druk op de knop TEMPO [–]/[+] om de display TEMPO op te roepen. 2 Druk op de knop TEMPO [–]/[+] om het tempo te veranderen.
Het linkerhandgedeelte (TRACK 2) oefenen door de gidslampjes te gebruiken 1,2 3 Volg dezelfde stappen als bij 'Het rechterhandgedeelte (TRACK 1) oefenen door de gidslampjes te gebruiken' op pagina 38. Druk op de knop [TRACK 2] om het linkerhandgedeelte te dempen. Beknopte handleiding De indicator van de knop [TRACK 2 (L)] gaat uit. U kunt nu die partij zelf spelen. 4 Druk op de knop SONG [PLAY/PAUSE] om het afspelen te starten en de gedempte partij met de gidslampjes te oefenen.
Overige methoden voor het aangeven van het A–B-herhalingsbereik ● Het herhalingsbereik aangeven terwijl de songs zijn gestopt. 1 2 3 4 Druk op de knop [FF] om verder te gaan naar de positie van punt A. Druk op de knop [REPEAT] om punt A aan te geven. Druk op de knop [FF] om verder te gaan naar de positie van punt B. Druk nogmaals op de knop [REPEAT] om punt B aan te geven. ● Het herhalingsbereik tussen punt A en het eind van de song aangeven.
6 Druk op de knop SONG [PLAY/PAUSE] om het opgenomen spel terug te spelen. REC 7 Beknopte handleiding 1 2 3 4 5 STOP PLAY/ PAUSE Sla het opgenomen spel op. Druk op de knop [SONG SELECT] om de display voor songselectie op te roepen. Druk op de knoppen TAB [√]/[®] om de juiste tab (USER, CARD, enz.) te selecteren waarnaar u de data wilt opslaan. Selecteer USER om de data naar het interne geheugen op te slaan of selecteer CARD om de data op te slaan naar een SmartMedia-kaart.
2 Druk op de knop [PERFORMANCE ASSISTANT] om de functie aan te zetten. SCORE 3 SONG SELECT Druk op de knop SONG [PLAY/PAUSE] om het afspelen te starten. REC STOP PLAY/ PAUSE Beknopte handleiding 4 KARAOKE Bespeel het toetsenbord Het instrument stemt uw spel op het toetsenbord automatisch af op het afspelen van de song en de akkoorden, ongeacht welke toetsen u indrukt. Het past zelfs het geluid aan in overeenstemming met uw manier van spelen.
Begeleiding afspelen met de automatische begeleidingsfunctie (stijl afspelen) Beknopte handleiding Met de automatische begeleidingsfunctie kunt u automatische begeleidingen afspelen door gewoon 'akkoorden' met uw linkerhand te spelen. Hierdoor kunt u automatisch opnieuw het geluid van een complete band of orkest creëren, zelfs als u alleen speelt. Het automatische begeleidingsgeluid wordt opgebouwd met de ritmepatronen van de stijlen.
1 Druk op de knop [STYLE SELECT] om de display voor stijlselectie op te roepen. 2 STYLE SELECT F B G C H D I E J 3, 4 3, 4 1 2 Beknopte handleiding 1 A 2 3 4 5 6 7 8 Druk op de knop TAB [√] om de tab PRESET te selecteren. OPMERKING Het stijltype en de bepalende karakteristieken worden aangegeven boven de vooraf ingestelde stijlnaam. Zie pagina 101 voor details over de karakteristieken. 3 Druk op één van de knoppen [A]–[J] om de stijlcategorie 'Country' te selecteren.
8 Speel automatisch een passend einde door te drukken op de knop [ENDING], op het punt in de notatie dat wordt aangegeven door 'Ending'. Als het afspelen van Ending is voltooid, stopt het afspelen van de stijl automatisch. OPMERKING • Over de verschillende stijlen Beknopte handleiding Zie het stijloverzicht in het afzonderlijke Data List-boekje.
Tijdens afspelen van stijl STYLE SELECT ● Main Dit wordt gebruikt voor het spelen van het hoofdgedeelte van de song. Er wordt een begeleidingspatroon afgespeeld van verscheidene maten en dit wordt eindeloos herhaald. Elke vooraf ingestelde stijl beschikt over vier verschillende patronen. Druk op één van de knoppen MAIN [A]–[D] tijdens het afspelen van stijl.
• Het sectiepatroon vastleggen op óf intro, óf main (Section Set) U kunt deze functie bijvoorbeeld instellen op Intro om gemakkelijk automatisch een intro te laten spelen telkens wanneer u een stijl selecteert (pagina 105). Over de lampjes van de sectieknoppen (INTRO/MAIN/ENDING, enz.) Beknopte handleiding • Groen De sectie is niet geselecteerd. • Rood De sectie is momenteel geselecteerd. • Uit De sectie bevat geen data en kan niet worden gespeeld.
Controleren hoe de akkoorden moeten worden gespeeld via de gidslampjes Voor songs die akkoorddata bevatten, kunt u de afzonderlijke noten van het akkoord laten aangegeven door de gidslampjes op het instrument. 1 2 Selecteer een song (pagina 34). 3 Druk op de knop [ACMP ON/OFF] om de automatische begeleiding aan te zetten. 4 Druk op de knop [GUIDE]. 5 Druk op de knop SONG [PLAY/PAUSE] om het afspelen te starten.
Handige tips voor het gebruik van One Touch Setting ● Automatisch de One Touch Settings veranderen met de Main-secties (OTS Link) Met de handige OTS (One Touch Setting) Link-functie kunt u automatisch de One Touch Settings wijzigen als u een andere Main-sectie (A–D) selecteert. Druk op de knop [OTS LINK] om de functie OTS Link te gebruiken.
2 1 2 3 4 5 6 7 Beknopte handleiding 1 8 3 2 Druk op de knop TAB [√] om de tab ALL te selecteren. De tab ALL bevat de vooraf ingestelde records. 3 Selecteer de gewenste record door de volgende vier zoekcategorieën te gebruiken. Druk op de knoppen [2π†]/[3π†] om een record te selecteren OPMERKING • U kunt ook de gewenste record selecteren door de knop [DATA ENTRY] te gebruiken en vervolgens op de knop [ENTER] te drukken.
Met afgespeelde songs meezingen (Karaoke) of met uw eigen spel Door een microfoon op de CVP aan te sluiten, kunt u plezier beleven aan het meezingen met een afspelende song (Karaoke) of met uw eigen spel. De songteksten kunnen worden getoond als de song songtekstdata bevat. Zing met de microfoon terwijl u de songteksten zingt die in de display worden aangegeven. Songteksten kunnen ook met de muzieknotatie worden weergegeven, waardoor u met de notatie en songteksten kunt meespelen en meezingen.
Zingen met de display LYRICS Probeer te zingen terwijl u een song afspeelt die songtekstdata bevat Selecteer een song (pagina 34). 2 Druk op de knop [KARAOKE] om de songteksten weer te geven. 3 Druk op de knop SONG [PLAY/PAUSE] om het afspelen te starten. Beknopte handleiding 1 Zing mee terwijl u de songteksten in de display volgt. De kleur van de songteksten verandert terwijl de song speelt. 4 Druk op de knop SONG [STOP] om het afspelen te stoppen.
Druk op de knop [EXIT] om de display TRANSPOSE te sluiten. Effecten op uw stem toepassen Beknopte handleiding U kunt ook verscheidene effecten op uw stem toepassen. 1 2 Druk op de knop [MIC SETTING/VOCAL HARMONY] om de display MIC SETTING op te roepen. Druk op de knoppen [4π†]/[5π†] om het effect aan te zetten. OPMERKING Een effecttype selecteren U kunt het effecttype selecteren in de Mixing Console (pagina 86).
4 Druk op de knop [H] om de VOCAL HARMONY-selectiedisplay op te roepen. 5 Druk op één van de knoppen [A]–[J] om een Vocal Harmony-type te selecteren. Ze de afzonderlijke Data List voor details over de Vocal Harmony-typen. F B G C H D I E J 6 Druk op de knop [ACMP ON/OFF] om de automatische begeleiding aan te zetten. 7 Druk op de knop SONG [PLAY/PAUSE] en zing in de microfoon. Beknopte handleiding A De harmonie wordt overeenkomstig de akkoorddata op uw stem toegepast.
●KEYBOARD Transponeert de toonhoogte van de via het toetsenbord bespeelde voices en het afspelen van de stijl (geregeld door wat u in het akkoordgedeelte van het toetsenbord speelt). ●SONG Transponeert de toonhoogte van het afspelen van songs. ●MASTER Hiermee wordt de algehele toonhoogte van de CVP getransponeerd. 3 Druk op de knop TRANSPOSE [–]/[+] om te transponeren. Beknopte handleiding U kunt de waarde instellen in stappen van halve noten.
Basisbediening De basisvoorzieningen (Help) uitproberen De Help-functie maakt u bekend met enkele basisvoorzieningen van het instrument. Probeer ze uit door de aanwijzingen in de display Help op te volgen. 1 Druk op de knop [HELP] om de display HELP op te roepen. De hier geselecteerde taal wordt ook gebruikt voor verschillende 'berichten' die tijdens de bediening te zien zijn.
Onmiddellijke selectie van de displays, Direct Access (directe toegang) Onmiddellijke selectie van de displays, Direct Access (directe toegang) Met de handige functie Direct Access kunt u ogenblikkelijk de gewenste display oproepen door slechts op één extra knop te drukken. 1 Basisbediening 2 Druk op de knop [DIRECT ACCESS]. Er verschijnt een bericht in de display waarin u wordt gevraagd op de geschikte knop te drukken.
Basisdisplays (hoofddisplay en display voor file-selectie) Basisdisplays (hoofddisplay en display voor file-selectie) Er zijn twee basistypen displays – hoofddisplay en selectiedisplay. Hier volgt een beschrijving van de verschillende displaysegmenten en de basisbediening ervan. Hoofddisplay (display MAIN) In de hoofddisplay worden de huidige basisinstellingen weergegeven van het instrument, zoals de momenteel geselecteerde voice en stijl, zodat u deze in één oogopslag kunt zien.
Basisdisplays (hoofddisplay en display voor file-selectie) Configuratie en basisbediening van de display voor file-selectie De display voor de file-selectie wordt weergegeven als u op één van de knoppen in de volgende illustratie drukt. Van hieruit kunt u voices, stijlen en andere data selecteren. Selectieknoppen voor de VOICE-categorie Basisbediening Knop SONG SELECT Knop STYLE SELECT Selectieknop REGIST.
Basisdisplays (hoofddisplay en display voor file-selectie) Basisbediening voor display voor file-selectie 1 A F B G C H D I E J 3 3 3 2 1 2 3 4 2 3 4 5 7 6 Basisbediening 4 1 8 Selecteer de tab die de gewenste file bevat met de knoppen TAB [√]/[®]. Selecteer de pagina die de gewenste file bevat met de knoppen [1π]–[7π] (knoppen [1π]–[6π] voor voice en song). Selecteer de file. Er zijn twee manieren om dit te doen. • Druk op één van de knoppen [A]–[J].
Basisdisplays (hoofddisplay en display voor file-selectie) Handelingen voor files en mappen in de display voor file-selectie • Files opslaan ........................................................................................ pagina 63 • Files/mappen kopiëren (Copy & Paste).................................................. pagina 64 • Files verplaatsen (Cut & Paste) .............................................................. pagina 65 • Files/mappen wissen (Delete) ..................................
Basisdisplays (hoofddisplay en display voor file-selectie) Files opslaan Met deze handeling kunt u uw originele data (zoals songs en voices die u heeft gecreëerd) wegschrijven naar een file. 1 Druk op de displayknop [SAVE], nadat u een song of voice heeft gecreëerd in de betreffende SONG CREATOR- of SOUND CREATORdisplay. De display voor de fileselectie voor de desbetreffende data verschijnt. Houd in gedachte dat de opslaghandeling wordt uitgevoerd via de display voor de fileselectie.
Basisdisplays (hoofddisplay en display voor file-selectie) Basisbediening Beperkingen voor beveiligde songs Commercieel beschikbare songdata kunnen tegen kopiëren zijn beveiligd om illegaal kopiëren of onbedoeld wissen te voorkomen. Ze worden aangegeven door de indicaties linksboven aan de zijkant van de filenamen. Hieronder volgt een gedetailleerde beschrijving van de indicaties en de van toepassing zijnde beperkingen. Prot.
Basisdisplays (hoofddisplay en display voor file-selectie) Files verplaatsen (Cut & Paste) Met deze handeling kunt u een file knippen en op een andere locatie (map) plakken. 1 2 3 Roep de display op met de file die u wilt verplaatsen. Druk op de knop [2†] (CUT) om de file te knippen. Het pop-upvenster voor de knipbewerking verschijnt onderin de display. Basisbediening Druk bij de knoppen [A]–[J] op de knop die overeenkomt met de gewenste file.
Basisdisplays (hoofddisplay en display voor file-selectie) 4 5 Alle data op een SmartMediakaart in één keer wissen Door een SmartMedia-kaart te formatteren worden alle data op de kaart volledig verwijderd (pagina 62). Druk op de knop [7†] (OK) om de file-/mapselectie te bevestigen. Druk op de knop [8†] (CANCEL) om de wishandeling te annuleren. Volg de display-instructies op. YES ........................De file/map wissen YES ALL .................Alle geselecteerde files/mappen wissen NO ..................
Basisdisplays (hoofddisplay en display voor file-selectie) Een nieuwe map maken Met deze handeling kunt u nieuwe mappen creëren. Mappen kunnen naar wens worden gecreëerd, benoemd en georganiseerd, waardoor het makkelijker wordt uw originele data te vinden en te selecteren. 1 2 Druk op de knop [7†] (FOLDER) om de naamgevingsdisplay op te roepen voor een nieuwe map. Voer de naam in van de nieuwe map (zie hieronder).
Basisdisplays (hoofddisplay en display voor file-selectie) 3 Druk op de knoppen [2π†]–[6π†] en [7π], in overeenstemming met het teken dat u wilt invoeren. Er is een aantal verschillende tekens toegewezen aan elke knop. Telkens wanneer u op de knop drukt, wordt dus een ander teken weergegeven.
De fabrieksgeprogrammeerde instellingen herstellen De fabrieksgeprogrammeerde instellingen herstellen Het fabrieksgeprogrammeerde systeem herstellen Zet de knop [POWER] op ON, terwijl u de toets c7 (de meest rechtse toets op het toetsenbord) ingedrukt houdt. Deze handeling heeft hetzelfde resultaat als, en is een kortere manier voor, de herstelhandeling van System Setup die in stap 2 van het volgende gedeelte wordt uitgelegd.
De fabrieksgeprogrammeerde instellingen herstellen 3 4 Plaats een vinkje in het vak van het item dat moet worden teruggezet naar de fabrieksgeprogrammeerde instellingen door op de knop [4π†] te drukken. Druk op de knop [D] om de Factory Reset-handeling uit te voeren voor alle afgevinkte items. Uw originele instellingen opslaan en terugroepen als een enkele file Basisbediening Voor de onderstaande items kunt u uw originele instellingen opslaan als een enkele file, zodat u ze later kunt terugroepen.
Databack-up Databack-up 4 Voor de maximale veiligstelling van data beveelt Yamaha u aan belangrijke data te kopiëren of op te slaan naar afzonderlijke opslagmedia, zoals een SmartMedia-kaart of USB-opslagapparaat. Zo is er nog een handige back-up als het interne geheugen is beschadigd.
Voices gebruiken, creëren en bewerken Verwijzingen naar bladzijden van de Beknopte handleiding Naslaginformatie Voices gebruiken......................................................................... pagina 28 De pianovoice bespelen ....................................................... pagina 28 Verschillende voices gebruiken ............................................
Verschillende voices tegelijkertijd gebruiken Verschillende voices tegelijkertijd gebruiken Naslaginformatie Het toetsenbord van de Clavinova beschikt over verscheidene functies en speelhulpen die gewoon niet beschikbaar zijn op een akoestisch instrument. U kunt verschillende voices samen op een laag gebruiken, of u kunt één voice met de linkerhand spelen terwijl u een andere voice (of zelfs twee gelaagde voices) met de rechterhand speelt.
Verschillende voices tegelijkertijd gebruiken Twee voices gelijktijdig spelen (gedeelten Rechts 1 en 2) U kunt twee voices gelijktijdig spelen met de gedeelten Rechts 1 en 2. Voor het geselecteerde gedeelte wordt de markering √ rechts naast de naam van de voice weergegeven in de hoofddisplay. Voices gebruiken, creëren en bewerken Snel voices selecteren voor de gedeelten Rechts 1 en 2 U kunt de voices voor de gedeelten Rechts 1 en 2 snel selecteren met de Voiceknoppen.
Verschillende voices tegelijkertijd gebruiken Verschillende voices spelen met de linker- en rechterhand (gedeelten Rechts 1 en Links) U kunt verschillende voices spelen met de linker- en rechterhand (gedeelten Rechts 1 en Links) 1 2 3 Zorg dat de knop PART ON/OFF [RIGHT 1] is ingeschakeld. Druk op de knop PART ON/OFF [LEFT] om deze in te schakelen. Voor het geselecteerde gedeelte wordt de markering √ rechts naast de naam van de voice weergegeven in de hoofddisplay.
Het akoestische realisme van het geluid verbeteren (iAFC) Het akoestische realisme van het geluid verbeteren (iAFC) iAFC kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt. • (CVP-309 vleugelmodel) Als de klep dicht is of open met de korte steun. • Als de Speaker-instelling 'Headphone SW' is (pagina 17) en er een hoofdtelefoon is aangesloten. • Als de Speaker-instelling 'Off' is.
Het akoestische realisme van het geluid verbeteren (iAFC) • NATURAL SOUND BOARD Dit creëert de resonantie en versterkt het akoestische realisme van het geluid, dat karakteristiek is voor akoestische instrumenten. Als dit wordt gebruikt bij een vleugelgeluid, produceert dit een nog natuurlijker klinkende vleugel. Het geluid van het instrument zelf wordt opgevangen door een microfoon, en verwerkt om een virtuele klankkast te creëren.
Toonhoogte wijzigen Toonhoogte wijzigen Transponeren U kunt de toonhoogte van het toetsenbord omhoog of omlaag transponeren (in halve tonen). • Transponeren tijdens het spel De gewenste transponering van het totaalgeluid van het instrument kan eenvoudig worden ingesteld door te drukken op de knoppen TRANSPOSE [–]/[+]. • Transponeren vóór het spel U wijzigt de transponeringsinstellingen in de display MIXING CONSOLE (mengpaneel).
Toonhoogte wijzigen 4 Wijzig de volgende instellingen, wanneer dit nodig is. • De afzonderlijke noten van het toetsenbord stemmen (TUNE) 1 2 Druk op de knop [3π†] om de toon te selecteren voor het stemmen. Stel de stemming in in cents met de knoppen [4π†]/[5π†]. • Instelling waarmee de grondtoon wordt bepaald voor elke toonschaal. Druk op de knop [2π†] om de grondtoon te selecteren. Als de grondtoon wordt gewijzigd, wordt de toonhoogte van het toetsenbord getransponeerd.
Effecten toevoegen aan voices die op het toetsenbord worden gespeeld Effecten toevoegen aan voices die op het toetsenbord worden gespeeld De CVP heeft een geavanceerd multi-processoreffectsysteem dat een buitengewone diepte en expressie aan uw klank kan toevoegen. 1 Voices gebruiken, creëren en bewerken 2 Selecteer het gewenste gedeelte waarvoor u effecten wilt toevoegen door op een van de PART SELECT-knoppen te drukken. Druk op de knop [VOICE EFFECT] om de display VOICE EFFECT op te roepen.
Effecten toevoegen aan voices die op het toetsenbord worden gespeeld Harmony/Echo-typen De Harmony/Echo-typen zijn onderverdeeld in de volgende groepen, afhankelijk van het specifieke effect dat wordt toegepast. Harmony-typen Met deze typen wordt het Harmony-effect toegepast op noten die worden gespeeld in het rechterhandgedeelte van het toetsenbord, volgens het akkoord dat wordt opgegeven in het linkerhandgedeelte van het toetsenbord.
Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE) Voices gebruiken, creëren en bewerken Harmony/Echo-instellingen VOLUME Deze parameter is beschikbaar voor alle typen met uitzondering van 'Multi Assign'. De parameter bepaalt het niveau van de harmony/echonoten die worden gegenereerd door het Harmony/Echo-effect. SPEED Deze parameter is alleen beschikbaar als Echo, Tremolo of Trill is geselecteerd bij Type hierboven. De parameter bepaalt de snelheid van de Echo-, Tremolo- en Trill-effecten.
Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE) 3 4 5 6 Druk herhaaldelijk op de knop [MIXING CONSOLE] om de display MIXING CONSOLE op te roepen voor de gewenste gedeelten. De displays van MIXING CONSOLE bestaan in feite uit een aantal displays voor de verschillende gedeelten. De naam van het gedeelte wordt bovenaan in de display weergegeven.
Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE) Aanpasbare items (parameters) in de displays van MIXING CONSOLE In het volgende gedeelte worden de items (parameters) beschreven die beschikbaar zijn in de displays van MIXING CONSOLE. VOL/VOICE • Het kanaal RHY1 in het vak STYLE PART kan niet worden toegewezen aan orgelfluitstemmen. • Het RHY2-kanaal in de display STYLE PART kan alleen worden toegewezen aan de voices Drum Kit en SFX Kit.
Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE) EQ (Equalizer) TYPE Selecteer het gewenste EQ-type dat past bij het type muziek en de speelomgeving (pagina 89). Deze instelling is van invloed op het totaalgeluid van de CVP. EDIT Voor het bewerken van de EQ (pagina 89). EQ HIGH Hiermee wordt de middenfrequentie bepaald van de hoge EQband die wordt verzwakt/versterkt voor elk gedeelte.
Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE) 7 8 Druk op de knop [8π] (OK) om uw Revoice-instellingen toe te passen. Als u de Revoice-handeling wilt annuleren, drukt u op de knop [8†] (CANCEL). Druk in de display VOL/VOICE op de knop [F] om SONG AUTO REVOICE in te stellen op ON. Effecttype ■ Een effecttype selecteren 1–3 Voices gebruiken, creëren en bewerken 4 5 DSP: Staat voor Digital Signal Processor (of Processing).
Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE) Effectblok Gedeelten waarop het effect invloed heeft Effectkarakteristieken REVERB Alle gedeelten Reproduceert de warme entourage van het spelen in een concertzaal of jazzclub. CHORUS Alle gedeelten Produceert een vol, 'dik' geluid alsof verscheidene gedeelten tegelijk worden gespeeld.
Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE) Het blok, de categorie en het type van het effect opnieuw selecteren Gebruik de knoppen [1π†]– [3π†]. De opnieuw geselecteerde effectconfiguratie wordt in het vak in de linkerbovenhoek van de display weergegeven. 10 A F B G C H D I E J 1 2 3 4 6 5 11 Voices gebruiken, creëren en bewerken 11 12 Effect Return Level: Hiermee wordt het niveau of de hoeveelheid bepaald van het toe te passen effect.
Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE) EQ (Equalizer) De equalizer (ook wel 'EQ' genoemd) is een geluidsprocessor die het frequentiespectrum in meerdere banden verdeelt, die desgewenst kunnen worden versterkt of verzwakt om de totale frequentierespons naar wens aan te passen. Gewoonlijk wordt een equalizer gebruikt om het geluid van de luidsprekers te corrigeren zodat het wordt aangepast aan het speciale karakter van de ruimte.
Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE) 6 Selecteer een vooraf ingesteld EQ-type met de knoppen [A]/[B]. 6 A F B G C H D I E J 1 2 Voices gebruiken, creëren en bewerken 8 7 8 3 4 6 5 7 9 8 7 Gebruik de knoppen [3π†]–[7π†] om de vijf verschillende banden te versterken of te verzwakken. Gebruik de knop [8π†] om de vijf banden tegelijk te versterken of te verzwakken. Pas de Q (bandbreedte) en FREQ (middenfrequentie) aan van de bij stap 7 geselecteerde band.
Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE) Master Compressor Een compressor is een effect dat gewoonlijk wordt gebruikt om de dynamiek (volumeverschillen) van een audiosignaal te begrenzen of te comprimeren. Voor signalen die erg verschillen in dynamiek, zoals zang- en gitaarpartijen, wordt het dynamische bereik 'geknepen', waardoor in feite zachte geluiden harder en hardere geluiden zachter worden gemaakt.
Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE) ■ De geselecteerde Master Compressor bewerken en opslaan Voices gebruiken, creëren en bewerken 6 Selecteer de frequentiecurve voor de Compressor of op welke frequenties compressie wordt toegepast, met de knoppen [1π†]/ [2π†]. Selecteer bijvoorbeeld 'LOW' als u de lage frequenties wilt benadrukken, en 'HIGH' als u de hoge frequenties wilt benadrukken.
Voice creëren (Sound Creator) Voice creëren (Sound Creator) De Clavinova beschikt over de functie Sound Creator die het u mogelijk maakt om uw eigen voices te creëren door enkele parameters van de bestaande voices te bewerken. Als u eenmaal een voice heeft gecreëerd, kunt u deze opslaan als een User-voice naar de display USER/CARD/(USB), zodat u deze later kunt terugroepen. De bewerkmethode voor de ORGAN FLUTES-voices verschilt van die voor andere voices.
Voice creëren (Sound Creator) Bewerkbare parameters in de displays van SOUND CREATOR De beschikbare parameters verschillen afhankelijk van de voice. Hierna volgt een gedetailleerde beschrijving van de bewerkbare parameters die worden ingesteld in de displays die worden beschreven in stap 3 van de 'Basisprocedure' op pagina 93. De Sound Creator-parameters zijn ondergebracht in vijf verschillende displays. Hierna worden de parameters in elke display afzonderlijk beschreven.
Voice creëren (Sound Creator) 2. LEFT PEDAL Hiermee selecteert u de functie die aan het linkerpedaal moet worden toegewezen. FUNCTION Selecteert de functie die moet worden toegewezen aan het linkerpedaal. Zie pagina 186 voor details over de pedaalfuncties. knoppen [2π†]– [8π†] (RIGHT 1, RIGHT 2, LEFT, enz.) Bepaalt of de toegewezen functie van toepassing is of niet voor het respectieve toetsenbordgedeelte. Dit bepaalt ook de diepte voor de functie. Zie pagina 187 voor details.
Voice creëren (Sound Creator) ● EG De EG (Envelope Generator)-instellingen bepalen hoe het niveau van het geluid wijzigt in de tijd. Dit laat u veel geluidskarakteristieken van natuurlijke akoestische instrumenten reproduceren zoals de snelle attack en decay van percussiegeluiden, of de lange release van een pianoklank met sustain. ATTACK Hiermee wordt bepaald hoe snel het geluid het maximumniveau bereikt, nadat de toets is gespeeld. Hoe lager de waarde, hoe sneller de attack.
Voice creëren (Sound Creator) 2. DSP DSP TYPE Hiermee worden de categorie en het type van het DSP-effect geselecteerd. Selecteer een type nadat u een categorie heeft geselecteerd. VARIATION Voor elk DSP-type zijn twee variaties beschikbaar. U kunt hier de aan/uit-status van VARIATION en de waarde van de variatieparameter bewerken. ON/OFF De in de fabriek geprogrammeerde toewijzingen zijn ingesteld op geen variatie voor alle voices (de standaardvariatie van DSP is toegewezen).
Voice creëren (Sound Creator) 2 Druk, in de display ORGAN FLUTES Voice Selection, op de knop [7π] (FOOTAGE) om de display SOUND CREATOR [ORGAN FLUTES] op te roepen. A F B G C H D I E J 1 Voices gebruiken, creëren en bewerken 3 2 3 4 6 5 8 7 Gebruik de knoppen TAB [√]/[®] om de relevante instellingsdisplay op te roepen. Zie het gedeelte 'Bewerkbare parameters in de displays van SOUND CREATOR [ORGAN FLUTES]' op pagina 99 voor informatie over de beschikbare parameters.
Voice creëren (Sound Creator) Bewerkbare parameters in de displays van SOUND CREATOR [ORGAN FLUTES] Hierna volgt een gedetailleerde beschrijving van de bewerkbare parameters die worden ingesteld in de displays die worden beschreven in stap 3 van de 'Basisprocedure' op pagina 97. De Organ Flutes-parameters zijn ondergebracht in drie verschillende pagina's. Hierna worden de parameters van elke pagina afzonderlijk beschreven.
Voice creëren (Sound Creator) EFFECT/EQ Dezelfde parameters als in de tab 'EFFECT/EQ' van SOUND CREATOR die wordt beschreven op pagina 96. Automatische selectie van voice-sets (effecten, enz.) uitschakelen Elke voice is gekoppeld aan de bijbehorende parameterinstellingen die worden aangegeven in de displays van SOUND CREATOR, met inbegrip van effecten en EQ. Gewoonlijk worden deze instellingen automatisch opgeroepen wanneer een voice wordt geselecteerd.
De automatische begeleidingsstijlen gebruiken, creëren en bewerken Verwijzingen naar bladzijden van de Beknopte handleiding 'Mary Had a Little Lamb' spelen met de functie Auto Accompaniment ............................................................................... pagina 44 Patroonvariatie ..................................................................... pagina 46 Leren hoe u akkoorden speelt (aangeeft) voor afspelen van stijl ........................................................................
Alleen de ritmekanalen van een stijl spelen De automatische begeleidingsstijlen gebruiken, creëren en bewerken SINGLE FINGER AI: Artificial Intelligence (kunstmatige intelligentie) Het ritme starten met Sync Start U kunt het ritme ook gewoon starten door een toets op het akkoordgedeelte van het toetsenbord te bespelen, als Sync Start aan staat (schakel de knop [SYNC START] in). Het ritme klinkt niet voor de Pianist-stijlen (of andere vergelijkbare stijlen).
Alleen de ritmekanalen van een stijl spelen Kanalen van de stijl in-/uitschakelen Een stijl bevat acht kanalen: RHY1 (Ritme 1) – PHR2 (Frase 2). U kunt variaties toevoegen en de manier veranderen waarop de stijl overkomt door kanalen selectief aan/uit te zetten terwijl de stijl wordt afgespeeld. 1 Druk op de knop [CHANNEL ON/OFF] om de display CHANNEL ON/ OFF voor de song op te roepen. Als de tab STYLE niet is geselecteerd, drukt u nogmaals op de knop [CHANNEL ON/OFF].
Instellingen die betrekking hebben op het afspelen van stijl Instellingen die betrekking hebben op het afspelen van stijl De CVP beschikt over een groot aantal functies voor het afspelen van stijl, waaronder Split Point en nog vele anderen die in de volgende display kunnen worden gekozen. 1 2 Roep de bedieningsdisplay op.
Instellingen die betrekking hebben op het afspelen van stijl • Begeleiding stoppen Wanneer [ACMP ON/OFF] is ingeschakeld en [SYNC START] is uitgeschakeld, kunt u akkoorden in het akkoordgedeelte van het toetsenbord spelen terwijl de stijl is gestopt en toch nog het begeleidingsakkoord horen. In deze situatie, 'Begeleiding stoppen' genoemd, wordt elke geldige akkoordvingerzetting herkend en worden de akkoordgrondtoon en -soort in de display getoond.
Het volume en de toonbalans van de stijl bewerken (MIXING CONSOLE) Het volume en de toonbalans van de stijl bewerken (MIXING CONSOLE) U kunt verschillende parameters van de stijl instellen die betrekking hebben op het mengen. (Zie 'Aanpasbare items (parameters) in de displays van MIXING CONSOLE' op pagina 84.) Roep de display 'STYLE PART' op in stap 3 van de basisprocedure in 'De volumebalans en voicecombinatie (MIXING CONSOLE) bewerken' op pagina 82 en volg de instructies.
Handige Music Finder-functie • Zoeken op songtitel of muziekgenre (MUSIC) of trefwoord 1 Druk op de knop [A] (MUSIC)/[B](KEYWORD) om de display voor het invoeren van tekens op te roepen. 2 Geef de songtitel of het muziekgenre, of het trefwoord op (pagina 67). • Zoeken op stijlnaam Een aantal verschillende trefwoorden opgeven U kunt een aantal verschillende trefwoorden tegelijkertijd zoeken door er een scheidingsteken (komma) tussen te plaatsen.
Handige Music Finder-functie 2 Druk op de knop [H] (ADD TO FAVORITE) om de geselecteerde record toe te voegen aan de display FAVORITE. F G H I J 3 Roep de display FAVORITE op met de knoppen TAB [√][®] en controleer of de record is toegevoegd. Records wissen uit de display FAVORITE De automatische begeleidingsstijlen gebruiken, creëren en bewerken 1 2 Selecteer de record die u wilt wissen uit de display FAVORITE. Druk op de knop [H] (DELETE FROM FAVORITE).
Handige Music Finder-functie • De songnaam/het trefwoord/de stijlnaam bewerken Voer elk item op dezelfde manier in als bij de zoekdisplay (pagina 107). • Het tempo wijzigen Druk op de knop [1π†] (TEMPO). • De sectie onthouden (Intro/Main/Ending) Gebruik de knoppen [2π†]/[4π†] om de sectie te selecteren die automatisch wordt opgeroepen wanneer de record wordt geselecteerd. Dit komt bijvoorbeeld erg van pas als u een geselecteerde stijl automatisch wilt laten beginnen met een Intro-sectie.
Handige Music Finder-functie Music Finder-records oproepen die zijn opgeslagen naar USER/CARD Ga als volgt te werk om de Music Finder-records op te roepen die zijn opgeslagen naar USER/CARD. LET OP Selecteren van 'REPLACE' wist automatisch al uw originele records uit het interne geheugen en vervangt ze door de fabrieksdata van Music Finder.
Style Creator Style Creator U kunt uw eigen stijlen maken door deze zelf op te nemen of door ze te combineren met de interne stijldata. De gemaakte stijlen kunnen worden bewerkt. Stijlstructuur Stijlen bestaan uit vijftien verschillende secties en elke sectie bevat acht afzonderlijke kanalen. Met de functie Style Creator kunt u een stijl creëren door de kanalen afzonderlijk op te nemen, of door patroondata te importeren van andere bestaande stijlen.
Style Creator Realtime Recording (BASIC) Een enkele stijl maken door de afzonderlijke kanalen een voor een op te nemen, met gebruikmaking van realtime opname. Karakteristieken van realtime opname • Loop Recording (lusopname) Bij het afspelen van stijl worden de ritmepatronen van verscheidene maten herhaald in een 'loop' (lus). Het opnemen van stijl vindt tevens plaats met lussen. Als u bijvoorbeeld start met het opnemen van een MAIN-sectie van twee maten, worden de twee maten herhaaldelijk opgenomen.
Style Creator U kunt de selectie annuleren door nogmaals op de desbetreffende genummerde knop [1†]–[8†] te drukken. A F B G C H D I E J 5 7 8 6 5 6 8 9 2 3 8 7 6 5 4 Roep de display op voor de voice-selectie met de knoppen [1π]– [8π] en selecteer de gewenste voice voor de overeenkomstige opnamekanalen. Druk op de knop [EXIT] om terug te keren naar de voorgaande display.
Style Creator 10 11 Het opgenomen ritmekanaal (RHY 1, 2) wissen Als u een bepaald instrumentgeluid wilt wissen, houdt u de knop [E] (RHY CLEAR) ingedrukt (vanuit de display waarin de opgenomen kanalen worden getoond) en drukt u tegelijkertijd op de desbetreffende toets. 12 LET OP De automatische begeleidingsstijlen gebruiken, creëren en bewerken De opgenomen stijl zal verloren gaan als u van stijl verandert of als u het instrument uitzet zonder de opslaghandeling uit te voeren (pagina 63).
Style Creator Step Recording (EDIT) De hier geboden uitleg is van toepassing wanneer u de tab EDIT selecteert in stap 4 van 'Realtime Recording' (pagina 112). F G H I J De automatische begeleidingsstijlen gebruiken, creëren en bewerken In de display EDIT kunt u noten opnemen met absoluut precieze timing.
Style Creator Style Assembly (ASSEMBLY) Met Style Assembly (stijlen samenstellen) kunt u een enkele stijl maken door de verschillende patronen (kanalen) te mengen vanuit bestaande interne stijlen. 1 De automatische begeleidingsstijlen gebruiken, creëren en bewerken 2 Selecteer de basisstijl en roep vervolgens de display op voor stijlen samenvoegen. De procedurestappen zijn gelijk aan de stappen 1–4 in 'Realtime recording' (pagina 112). Selecteer bij stap 4 de tab ASSEMBLY.
Style Creator De stijl afspelen tijdens stijlen samenstellen Terwijl u een stijl samenstelt, kunt u de stijl terugspelen en de methode selecteren voor het terugspelen. Selecteer de methode voor het terugspelen met de knoppen [6π†]/[7π†] (PLAY TYPE) in de display Style Assembly. • SOLO Hiermee worden alle kanalen in de tab ASSEMBLY gedempt met uitzondering van het geselecteerde kanaal. Eventuele kanalen die zijn ingesteld op ON in de display RECORD op de pagina BASIC worden gelijktijdig teruggespeeld.
Style Creator Het ritmische gevoel (GROOVE) wijzigen De hier geboden uitleg is van toepassing wanneer u de tab GROOVE selecteert in stap 4 van 'Basisprocedure voor het bewerken van stijlen' (pagina 117). 1 Druk op de knop [A]/[B] om het bewerkingsmenu (pagina 119) te selecteren.
Style Creator ■ GROOVE Hiermee kunt u swing toevoegen aan de muziek of de 'feel' (het gevoel) van de beat veranderen door subtiele verschuivingen in de timing (kloksignalen) van de stijl te maken. De Groove-instellingen worden toegepast op alle kanalen van de geselecteerde stijl. Geeft de tellen aan waarop de Groove-timing wordt toegepast.
Style Creator Data bewerken voor elk kanaal (CHANNEL) De hier geboden uitleg is van toepassing wanneer u de tab CHANNEL selecteert in stap 4 van 'Basisprocedure voor het bewerken van stijlen' (pagina 117). 1 Druk op de knop [A]/[B] om het bewerkingsmenu te selecteren (zie hierna).
Style Creator Instellingen voor indeling van stijl-file maken (PARAMETER) Speciale parameterinstellingen die zijn gebaseerd op de indeling van de stijl-file Bronpatroon SOURCE ROOT (Akkoordgrondtooninstelling van een bronpatroon) SOURCE CHORD (Akkoordsoortinstelling van een bronpatroon) Akkoordwisseling via het akkoordgedeelte van het toetsenbord.
Style Creator 2 Selecteer het te bewerken kanaal met de knoppen [1π†]/[2π†] (CHANNEL). Het geselecteerde kanaal wordt links bovenaan in de display weergegeven. LET OP De bewerkte stijl zal verloren gaan als u van stijl verandert of als u het instrument uitzet zonder de opslaghandeling uit te voeren. 3 Bewerk de data met de knoppen [3π†]–[8π†]. Zie hierna voor details over bewerkbare parameters.
Style Creator ■ NTT (Noottransponeringstabel) Hiermee wordt de noottransponeringstabel ingesteld voor het bronpatroon. Als NTR is ingesteld op ROOT FIXED, verricht de gebruikte transponeringstabel geen nootconversie. Als NTR is ingesteld op ROOT TRANS, converteert de gebruikte tabel alleen de grondtoon. MELODY Geschikt voor melodielijntransponeringen. Gebruik dit voor melodiekanalen zoals Phrase 1 en Phrase 2. CHORD Geschikt voor akkoordtransponering.
Style Creator ■ HIGH KEY Hiermee wordt de hoogste toets (bovenste octaaflimiet) bepaald van de noottransponering voor de akkoordgrondtoonwijziging. Alle noten die hoger berekend worden dan de hoogste toets, worden omlaag getransponeerd naar het octaaf net onder de hoogste toets. Deze instelling is alleen beschikbaar als de parameter NTR (pagina 122) is ingesteld op 'Root Trans'. Voorbeeld: als de hoogste toets F is.
Zelfgemaakte paneelsetups registreren en terughalen (Registration Memory) Met de functie Registration Memory kunt u nagenoeg alle paneelinstellingen opslaan (of 'registreren') naar een Registration Memory-knop, en vervolgens uw eigen paneelinstellingen met één druk op de knop terughalen. De geregistreerde instellingen voor acht Registration Memory-knoppen moeten worden opgeslagen als een enkele bank (file).
De geregistreerde paneelsetups oproepen De geregistreerde paneelsetups opslaan U kunt de acht geregistreerde paneelsetups opslaan als een enkele Registration Memory-bankfile. Bank 4 Bank 3 Bank 2 Bank 1 1 Datacompatibiliteit van registratiegeheugen Over het algemeen zijn data van het registratiegeheugen (Bankfiles) compatibel tussen de modellen CVP-309/307/305/ 303/301. Het is echter mogelijk dat de data niet volledig compatibel zijn, afhankelijk van de specificaties van de verschillende modellen.
De geregistreerde paneelsetups oproepen Een overbodige paneelsetup verwijderen/ Een paneelsetup benoemen De paneelsetups kunnen naar wens worden verwijderd of afzonderlijk worden benoemd. 1 2 3 4 Druk op de knop REGISTRATION MEMORY [REGIST. BANK] om de REGISTRATION BANK-selectiedisplay op te roepen. Druk op één van de knoppen [A]–[J] om een bank te selecteren die moet worden bewerkt. Druk op de knop [8†] (EDIT) om de display REGISTRATION EDIT op te roepen. Bewerk de paneelsetups.
De geregistreerde paneelsetups oproepen LET OP Instellingen in de display REGISTRATION FREEZE worden automatisch opgeslagen naar het instrument zodra u de display verlaat. Als u echter het instrument uitzet zonder deze display te verlaten, zullen de instellingen verloren gaan. 2 3 4 5 Druk op de knoppen [2π†]–[7π†] om items te selecteren. Plaats vinkjes voor de items die u wilt 'bevriezen' (die dus ongewijzigd moeten blijven) door de knop [8π†] in te drukken.
De geregistreerde paneelsetups oproepen Druk op een van de REGISTRATION MEMORY-knoppen [1]–[8] op het paneel en druk vervolgens op de knop [6π†] (INSERT) om het nummer in te voeren. • Het nummer vervangen Druk op de knop [5π†] (REPLACE) om het nummer bij de cursorpositie te vervangen door het huidige geselecteerde Registration Memory-nummer. • Het nummer verwijderen Druk op de knop [7π†] (DELETE) om het nummer bij de cursorpositie te verwijderen.
Songs gebruiken, creëren en bewerken Verwijzing naar pagina's in Beknopte handleiding Oefenen met de vooraf ingestelde songs .................................. pagina 34 Songs afspelen voor het oefenen ......................................... pagina 34 Oefenen met één hand met de gidslampjes .......................... pagina 38 Oefenen met de functie Repeat Playback ............................. pagina 40 Uw spel opnemen ................................................................
Handelingen voor het afspelen van songs Handelingen voor het afspelen van songs In dit gedeelte vindt u gedetailleerde beschrijvingen van handelingen en functies voor het afspelen van songs die niet zijn opgenomen in de 'Beknopte handleiding'. ■ Een song starten/stoppen Druk op de knop SONG [PLAY/PAUSE] om het afspelen van de song te starten. Druk op de knop SONG [STOP] om het afspelen te stoppen. Daarnaast zijn er nog enkele andere handige manieren om een song te starten/stoppen.
Handelingen voor het afspelen van songs ■ Top/Pause/Rewind/Fast Forward Naar het begin van de song gaan Druk op de knop SONG [STOP], ongeacht of de song is gestopt of wordt afgespeeld. De song pauzeren Druk op de knop SONG [PLAY/PAUSE] terwijl de song wordt afgespeeld. Wanneer u nogmaals op de knop SONG [PLAY/PAUSE] drukt, wordt het afspelen van de song voortgezet vanaf de huidige positie.
Handelingen voor het afspelen van songs ■ Het volgende afspeelnummer in de wachtrij zetten Terwijl een song wordt afgespeeld, kunt u de volgende song in de wachtrij zetten om te worden afgespeeld. Dit is handig wanneer u een nummer naadloos ketengewijs wilt koppelen aan de volgende song tijdens een podiumoptreden. Selecteer de song die u na de huidige song wilt afspelen in de display van de songselectie, terwijl een song wordt afgespeeld.
Onder andere de volumebalans en voicecombinatie aanpassen (MIXING CONSOLE) Songdata automatisch inlezen bij het plaatsen van een SmartMedia-kaart U kunt het instrument automatisch de eerste song laten oproepen (wanneer deze geen deel uitmaakt van een map) op een SmartMediakaart, zodra de kaart wordt geplaatst in de kaartsleuf. Dezelfde procedure geldt voor andere externe opslagapparaten. 1 Roep de bedieningsdisplay op.
De oefenfunctie gebruiken (Guide) Voices veranderen 1–4 5 6 7 8 De procedure is hetzelfde als bij 'De volumebalans van elk kanaal aanpassen' (zie pagina 134). Druk op de knop [H] om de 'VOICE' te selecteren. Druk op een van de knoppen [1π†]–[8π†] om de display van de voice-selectie voor het desbetreffende kanaal op te roepen. Druk op één van de knoppen [A]–[J] om een voice te selecteren. De gewijzigde voice-selectie kan worden opgeslagen naar de song met de Setup-handeling (pagina 156).
De oefenfunctie gebruiken (Guide) Voor toetsenspel Follow Lights Bij deze functie geven de gidslampjes van het toetsenbord aan welke noten u moet spelen (pagina 38). Het terugspelen van de song wordt gepauzeerd en er wordt gewacht tot u begint met spelen. Als u de juiste noten speelt, wordt het afspelen van de song voortgezet. Any key Met deze functie kunt u de melodie van een song afspelen door op een willekeurige toets (elke toets voldoet) te drukken in de maat met het ritme.
Uw spel opnemen Terugspeelkanalen van de song in- en uitschakelen Een song bestaat uit 16 afzonderlijke kanalen. Elk kanaal van de geselecteerde afgespeelde song kan afzonderlijk worden in- of uitgeschakeld. Gewoonlijk wordt CH 1 toegewezen aan de knop [TRACK 1], CH 2 aan de knop [TRACK 2] en CH 3-16 aan de [EXTRA TRACKS]-knoppen. 1 Druk op de knop [CHANNEL ON/OFF] om de display CHANNEL ON/ OFF voor de song op te roepen.
Uw spel opnemen Quick Recording Met deze methode kunt u snel en gemakkelijk uw eigen spel opnemen. 1 Druk gelijktijdig op de knoppen SONG [REC] en SONG [STOP]. Er wordt een lege song ('Nieuwe song') opgeroepen voor de opname. REC 2 STOP PLAY/ PAUSE Breng de gewenste paneelinstellingen aan voor uw toetsenspel. Hierna volgen enkele voorbeeldinstellingen die u kunt uitproberen. • De gedeelten RIGHT 2 en/of LEFT opnemen De [RIGHT 2]- en/of [LEFT]-toetsenbordgedeelten moeten zijn ingeschakeld.
Uw spel opnemen 4 5 Start het opnemen. Er zijn verschillende manieren waarop u kunt beginnen met opnemen. • Beginnen door het toetsenbord te bespelen Als u bij stap 3 hiervoor de knoppen SONG [TRACK 1 (R)]/[TRACK 2 (L)] heeft geselecteerd, speelt u de rechterhandpartij van het toetsenbord (pagina 73). Als u bij stap 3 hiervoor de knop SONG [EXTRA TRACKS (STYLES)] heeft geselecteerd, speelt u de linkerhandpartij (het akkoordgedeelte) van het toetsenbord (pagina 104).
Uw spel opnemen Alle kanalen 9-16 gelijktijdig instellen op 'REC' Druk, terwijl u de knop SONG [REC] ingedrukt houdt, op de knop SONG [EXTRA TRACKS (STYLE)]. 2 Druk, terwijl u de knop SONG [REC] ingedrukt houdt, op de knoppen [1π†]–[8π†] om de gewenste kanalen in te stellen op 'REC'. Normaal gesproken moeten de toetsenbordgedeelten worden opgenomen naar de kanalen 1–8 en de stijlen naar de kanalen 9–16. Als u de selectie van kanalen wilt annuleren, klikt u nogmaals op de knop SONG [REC].
Uw spel opnemen 8 Druk op de knop [SONG SELECT] om de display voor songselectie op te roepen en sla vervolgens de data op in de display voor songselectie (pagina 63). Over songkanalen Hieronder vindt u een tabel met de standaardtoewijzingen voor kanaal/ gedeelte.
Uw spel opnemen REC STOP 3 PLAY/ PAUSE A B C D 1 2 3 4 2 E Druk op de knop [DIGITAL RECORDING]. Druk op de knop [A] om de display voor Song Creator op te roepen voor het opnemen/bewerken van een song. Selecteer de gewenste tab met de knoppen TAB [√][®]. Voor het opnemen van melodieën ............ Selecteer de tab [1–16]. Voor het opnemen van akkoorden ............ Selecteer de tab [CHORD].
Uw spel opnemen Melodieën opnemen In dit gedeelte wordt, aan de hand van drie specifieke voorbeelden, uitgelegd hoe u stapsgewijs noten opneemt via Step Recording. Voorbeeld 1 De uitleg in dit voorbeeld heeft betrekking op stap 7 van het gedeelte 'Basisprocedure voor Step Recording' op pagina 142. Omdat de muzieknotatie die wordt weergegeven op het instrument wordt gegenereerd op basis van de opgenomen MIDI-data, is het mogelijk dat deze enigszins afwijkt van de hier vermelde notaties.
Uw spel opnemen 6 Druk op de knop [6π†] om een kwartrust op te geven. U geeft de rust op met de knoppen [4π†]–[8π†]. (Druk eenmaal op de knop om de rustwaarde te selecteren en druk nogmaals op de knop om de rustwaarde daadwerkelijk op te geven.) Een rust met de opgegeven nootlengte wordt ingevoerd. 1 7 8 9 5 8 7 6 STOP PLAY/ PAUSE REC STOP PLAY/ PAUSE 9 Druk op de knop SONG [PLAY/PAUSE] om de zojuist ingevoerde noten te horen.
Uw spel opnemen Over de items die kunnen worden geselecteerd via de knoppen [G] [H] [I] in de display Step Record Knop [G] .............. Bepaalt de aanslagsnelheid (hardheid) van de in te voeren noot. Items Op te nemen aanslagsnelheid Kbd.Vel fff ff f mf mp p pp ppp Daadwerkelijke aanslagsnelheid waarmee u het toetsenbord bespeelt 127 111 95 79 63 47 31 15 Over aanslagsnelheid Aanslagsnelheid wordt bepaald door hoe hard u het toetsenbord bespeelt.
Uw spel opnemen Voorbeeld 2 De uitleg in dit voorbeeld heeft betrekking op stap 7 van het gedeelte 'Basisprocedure voor Step Recording' op pagina 142. 6–8 2–5 10–13 14–16 9 1 * De in de notatie vermelde nummers hebben betrekking op de nummers van de stappen in de volgende handeling. Houd bij dit voorbeeld in gedachte dat er bij één van de stappen een toets op het toetsenbord ingedrukt gehouden moet worden, terwijl de handeling wordt uitgevoerd.
Uw spel opnemen 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 Bespeel de toetsen e3, f3 en a3 in de vermelde volgorde, volgens het volgende notatievoorbeeld. Druk op de knop [G] om ' ' te selecteren. Druk op de knop [H] om 'Tenuto' te selecteren. Druk op de knop [I]-om 'gepunteerd' te selecteren. Druk op de knop [5π†] om de lengte van een halve noot met punt te selecteren. Bespeel de toets A3 op het toetsenbord, zoals in het voorbeeld wordt geïllustreerd. Druk op de knop [I] om het normale noottype te selecteren.
Uw spel opnemen Voorbeeld 3 De uitleg in dit voorbeeld heeft betrekking op stap 7 van het gedeelte 'Basisprocedure voor Step Recording' op pagina 142. 5 1–4 6 7 * De in de notatie vermelde nummers hebben betrekking op de nummers van de stappen in de volgende handeling. Houd bij dit voorbeeld in gedachte dat er bij één van de stappen een toets op het toetsenbord ingedrukt gehouden moet worden, terwijl de volledige procedure wordt uitgevoerd.
Uw spel opnemen 5 Druk, terwijl u de toetsen C3 en E3 op het toetsenbord ingedrukt houdt, op de knop [7π†]. Laat de toetsen C3 en E3 nog niet los. Houd deze ingedrukt terwijl u de volgende stappen uitvoert. 7 6 Druk, terwijl u de toetsen C3, E3 en G3 op het toetsenbord ingedrukt houdt, op de knop [7π†]. Laat de toetsen C3, E3 en G3 nog niet los. Houd deze ingedrukt terwijl u de volgende stappen uitvoert.
Uw spel opnemen Akkoorden opnemen U kunt akkoorden en secties (Intro, Main, Ending, enzovoorts) een voor een opnemen met exacte timing. In deze procedure wordt beschreven hoe u akkoordwijzigingen opneemt met de functie Step Record. De uitleg in dit voorbeeld heeft betrekking op stap 7 van het gedeelte 'Basisprocedure voor Step Recording' op pagina 142.
Uw spel opnemen 5 6 7 Druk op de knop [6π†] om de lengte van een kwartnoot te selecteren. Speel de akkoorden F en G7 in de akkoordsectie van het toetsenbord. Druk op de knop STYLE CONTROL [MAIN VARIATION B]. 7 9 C 1 2 3 4 5 6 7 8 8 8 9 10 11 13 14 Speel het C-akkoord in de akkoordsectie van het toetsenbord. LET OP Druk op de knop SONG [STOP] om de cursor te verplaatsen naar het begin van de song. Druk op de knop SONG [PLAY/PAUSE] om de zojuist ingevoerde noten te horen.
Uw spel opnemen Een opgenomen song bewerken Voor elke opnamemethode kunt u de opgenomen songs bewerken: Quick Recording, Multi Track Recording of Step Recording. Basisprocedure voor bewerken 1 2 Selecteer een song om te bewerken. Druk op de knop [DIGITAL RECORDING]. 2 A 3 B C D E 3 Songs gebruiken, creëren en bewerken 4 Druk op de knop [A] om de display SONG CREATOR op te roepen voor het opnemen of bewerken van songs. Selecteer de gewenste tab met de knoppen TAB [√][®] en bewerk de song.
Uw spel opnemen Een bepaald gedeelte opnieuw opnemen, Punch In/Out (REC MODE) Als u een bepaald gedeelte van een reeds opgenomen song opnieuw op wilt nemen, kunt u de de functie Punch IN/OUT gebruiken. Bij deze methode worden alleen de data tussen het Punch In-punt en het Punch Out-punt overschreven door de nieuwe opgenomen data. Er wordt niet opgenomen over de noten voor en na de Punch In/Out-punten heen, ook al hoort u deze noten normaal afgespeeld als hulpmiddel bij de timing van Punch In/Out.
Uw spel opnemen Voorbeelden van opnieuw opnemen met verschillende instellingen voor Punch In/Out Dit instrument kent verschillende methoden voor het gebruik van de functie Punch In/Out. In de volgende illustraties ziet u verschillende situaties waarin de geselecteerde maten in een frase van acht maten opnieuw worden opgenomen.
Uw spel opnemen 4 Druk op de knop [I] (SAVE) om de display voor songselectie op te roepen en sla vervolgens de data op in de display voor songselectie (pagina 63). LET OP De opgenomen songdata gaan verloren als u een andere song selecteert of het instrument uitzet zonder dat u de opslaghandeling heeft uitgevoerd (pagina 63). ■ Menu QUANTIZE Met de functie Quantize kunt u de timing van alle noten in een kanaal gelijkmaken.
Uw spel opnemen ■ De data van de opgegeven twee kanalen mengen (samenvoegen) (menu MIX) Met deze functie kunt u de data van twee kanalen mengen en de resultaten hiervan in een ander kanaal plaatsen. Tevens kunt u de data van één kanaal naar een ander kanaal kopiëren. SOURCE 1 Hiermee selecteert u het te mengen kanaal (1–16). Alle MIDIgebeurtenissen van het geselecteerde kanaal worden gekopieerd naar het bestemmingskanaal. SOURCE 2 Hiermee selecteert u het te mengen kanaal (1–16).
Uw spel opnemen 4 Druk op de knop [D] (EXECUTE) om de handeling voor de SETUPopname uit te voeren. 5 Druk op de knop [I] (SAVE) om de display voor songselectie op te roepen en sla vervolgens de data op in de display voor songselectie (pagina 63). LET OP De opgenomen songdata gaan verloren als u een andere song selecteert of het instrument uitzet zonder dat u de opslaghandeling heeft uitgevoerd (pagina 63).
Uw spel opnemen Over de gebeurtenissen die in de display worden weergegeven 1 2 3 Over de klok Een eenheid van nootresolutie. De Quantize-grootte is het aantal kloksignalen per kwartnoot. Op de Clavinova is één kloksignaal gelijk aan 1/1920ste van een kwartnoot. Voorbeeld 001 : 1 : 1440 Tel Kloksignaal Maatnummer (BAR) 1 Geeft de locatie (positie) aan van de desbetreffende gebeurtenis. Deze aanduiding is hetzelfde als de indicatie linksonder in de display.
Uw spel opnemen Bepaalde typen gebeurtenissen weergeven (FILTER) In de bewerkingsdisplays worden verschillende typen gebeurtenissen getoond. Het is soms moeilijk precies te bepalen welke gebeurtenissen u wilt bewerken. En daarbij komt de functie Filter mooi van pas. Hiermee kunt u bepalen welke gebeurtenistypen worden getoond in de bewerkingsdisplays. 1 2 3 4 Druk in de bewerkingsdisplays op de knop [H] (FILTER). Selecteer het gebeurtenistype met de knoppen [2π†]–[5π†].
Uw spel opnemen Songteksten bewerken (LYRICS) De hier gegeven uitleg heeft betrekking op de display-tab LYRICS in stap 4 van de 'Basisprocedure voor bewerken' op pagina 152. Vanuit deze display kunt u opgenomen songtekstgebeurtenissen bewerken. De hier beschreven handelingen zijn grotendeels gelijk aan die in het gedeelte 'Noot- of akkoordgebeurtenissen bewerken' op pagina 157. Songtekstgebeurtenissen Naam Hier kunt u de naam van de song opgeven. Songtekst Hier kunt u songteksten invoeren.
Een microfoon gebruiken Verwijzingen naar bladzijden van de Beknopte handleiding Meezingen met de afgespeelde song (karaoke) of met uw eigen spel...................................................................... pagina 52 Een microfoon aansluiten .........................................................pagina 52 Zingen met de display LYRICS..................................................pagina 53 Handige functies voor karaoke.................................................
Vocal Harmony-parameters bewerken 3 Druk op één van de knoppen [A]–[J] om een Vocal Harmony-type te selecteren voor bewerking. A F B G C H D I E J 3 3 1 2 3 8 7 6 5 4 4 4 Een microfoon gebruiken 5 Druk op de knop [8†] (EDIT) om de display VOCAL HARMONY EDIT op te roepen. Als u het Vocal Harmony-type opnieuw wilt selecteren, gebruikt u de knoppen [1π†]/[2π†].
Vocal Harmony-parameters bewerken Bewerkbare parameters in de display VOCAL HARMONY EDIT Hiermee wordt bepaald welke harmony-noten worden toegevoegd aan het microfoongeluid als de Harmony-mode (pagina 167) is ingesteld op 'VOCODER'. CHORDAL TYPE Hiermee wordt bepaald hoe de harmony-noten worden toegepast op het microfoongeluid als de Harmony-mode (pagina 167) is ingesteld op 'CHORDAL'. HARMONY GENDER TYPE Hiermee wordt bepaald of het geslacht (gender) van het harmony-geluid wordt gewijzigd of niet.
Het microfoongeluid en het Harmony-geluid aanpassen VIBRATO RATE Bepaalt de snelheid van het vibrato-effect. Heeft ook invloed op het solostemgeluid als het LEAD GENDER TYPE hierboven is ingesteld op een andere instelling dan Off. VIBRATO DELAY Hiermee wordt de vertragingstijd ingesteld voordat het vibratoeffect in werking treedt, nadat de noot begon te klinken. Hogere waarden resulteren in een grotere vertraging.
Het microfoongeluid en het Harmony-geluid aanpassen 3 Druk op de knop TAB [√] om de tabdisplay OVERALL SETTING te selecteren. 3 A F B G C H D I E J 4 4 6 1 2 3 5 4 6 7 8 5 4 5 6 Gebruik de knoppen [A]–[J] om het item (parameter) te selecteren (zie hieronder) dat moet worden aangepast. Gebruik de knoppen [1π†]–[8π†] om de waarde in te stellen. Druk op de knop [EXIT] om de display MICROPHONE SETTING te verlaten.
Het microfoongeluid en het Harmony-geluid aanpassen ■ COMPRESSOR Dit effect houdt het uitgangssignaal laag als het ingangssignaal van de microfoon een aangegeven niveau overschrijdt. Dit is vooral handig voor het gelijkmatiger maken van zangstemmen met een grote wisselende dynamiek. Het komt erop neer dat het signaal wordt 'gecomprimeerd', zodat zachte gedeeltes harder klinken en hardere gedeeltes zachter. • SW (schakelaar) Hiermee wordt de compressor aan- of uitgezet. • TH.
Het microfoongeluid en het Harmony-geluid aanpassen • MODE Alle Vocal Harmony-typen vallen onder één van drie modi die op verschillende manieren harmony produceren. Het harmony-effect is afhankelijk van de geselecteerde Vocal Harmony modus en deze parameter bepaalt hoe de harmony op uw stem wordt toegepast. De drie modi worden hieronder beschreven. AUTO Als [ACMP ON/OFF] of [LEFT] is ingesteld op ON en als de song akkoorddata bevat, wordt de modus automatisch ingesteld op CHORDAL.
Talk Setting (Spreekinstelling) Talk Setting (Spreekinstelling) Met deze functie kunt u bepaalde instellingen maken voor aankondigingen tussen songs, los van de instellingen voor uw zangoptreden. 1 Druk op de knop [MIC SETTING/VOCAL HARMONY] om de display MIC SETTING/VOCAL HARMONY op te roepen. A F B G C H D I E J 1 2 1 2 3 2 3 7 6 5 4 8 Druk op de knop [I] (MIC SETTING) om de display MICROPHONE SETTING op te roepen. Druk op de knop TAB [®] om de tabdisplay TALK SETTING op te roepen.
Talk Setting (Spreekinstelling) Aanpasbare items (parameters) in de tabdisplay TALK SETTING VOLUME Dit bepaalt het uitgangsvolume van het microfoongeluid. PAN Hiermee stelt u de stereopositie van het microfoongeluid in. REVERB DEPTH Hiermee stelt u de diepte van de reverb-effecten in die op het microfoongeluid worden toegepast. CHORUS DEPTH Hiermee stelt u de diepte van de chorus-effecten in die op het microfoongeluid worden toegepast.
De Clavinova rechtstreeks verbinden met internet De speciale Clavinova-website kan worden geopend bij een rechtstreekse verbinding met internet. U kunt songdata en andere soorten data aanschaffen en downloaden via de speciale Clavinova-website door een rechtstreekse verbinding met internet. Dit gedeelte bevat termen die gerelateerd zijn aan computers en on-line communicatie. Als er enkele termen zijn waar u niet bekend mee bent, raadpleeg dan de Verklarende internetwoordenlijst (pagina 183).
Toegang verkrijgen tot de speciale Clavinova-website Toegang verkrijgen tot de speciale Clavinova-website Via de speciale Clavinova-website kunt u onder andere songdata beluisteren en aanschaffen. Druk op de knop [E] (INTERNET) in de hoofddisplay, terwijl het instrument is verbonden met internet, om toegang te verkrijgen tot de site.
Handelingen op de speciale Clavinova-website Koppelingen volgen Als de pagina een koppeling bevat, wordt dit aangegeven in de vorm van een knop of in gekleurde tekst, enz. Druk op de knoppen [6†]/[7π†]/[8†] om de koppeling te selecteren. Druk op de knop [8π] (ENTER) om de bestemming van de koppeling daadwerkelijk op te roepen. A F B G C H D I E J 1 2 3 4 5 6 7 8 U kunt ook koppelingen selecteren en oproepen door de knop [DATA ENTRY] te gebruiken en op de knop [ENTER] te drukken.
Handelingen op de speciale Clavinova-website 4 Druk op de knop [8π] (ENTER) om de tekens in te voeren. U kunt ook de knop [ENTER] op het paneel gebruiken om de tekens in te voeren. Tekens wissen • Druk op de knop [5π] (DELETE) om het voorgaande teken te wissen. • Als u een bepaald teken wilt wissen: 1 Verplaats de cursor naar het teken dat u wilt wissen. 1-1 Gebruik de knoppen [6†]/[7π†]/[8†] om de cursor te verplaatsen naar '√®' onder het tekenvak.
Handelingen op de speciale Clavinova-website Een webpagina vernieuwen/het laden van een webpagina annuleren Druk op de knop [3π†] (REFRESH) om een webpagina te vernieuwen (om er zeker van te zijn dat u de laatste versie van een pagina heeft), of om te proberen de pagina opnieuw te laden). Druk op de knop [4π†] (STOP) om het laden van een pagina te annuleren (als het te lang duurt voordat de pagina wordt geopend).
Handelingen op de speciale Clavinova-website • Als er geen SmartMedia-kaart in het instrument is geplaatst tijdens de aanschaf: De gedownloade data worden opgeslagen in de map 'MyDownloads' in de tabdisplay USER van de display voor file-selectie. Druk op de knop [8π] (UP) in de display voor file-selectie om de map te sluiten en de map van het bovenliggende niveau op te roepen.
Handelingen op de speciale Clavinova-website 5 Druk op de knop [8π†] (CLOSE) om terug te keren naar de browser. Een pagina openen die is voorzien van een bladwijzer 1 2 Druk op de knop [6π] (BOOKMARK) om de display BOOKMARK op te roepen. Druk op de knop [1π†] (UP/DOWN) om de gewenste bladwijzer te selecteren.
Handelingen op de speciale Clavinova-website Bladwijzers bewerken Via de display BOOKMARK kunt u de namen wijzigen en de volgorde van de bladwijzers veranderen. Tevens kunt u onnodige bladwijzers in het overzicht wissen. 1 1 2 3 4 5 2 3 4 5 6 6 8 7 7 1 Cursor op/neer Hiermee wordt de selectiepositie verplaatst in het bladwijzeroverzicht. 2 Jump Hiermee wordt de webpagina van de geselecteerde bladwijzer geopend. 3 Add Wordt gebruikt bij het opslaan van een bladwijzer (pagina 175).
Handelingen op de speciale Clavinova-website De homepage veranderen In de standaard toestand is de eerste pagina van de speciale Clavinova-website automatisch ingesteld als de homepage voor de browser. U kunt echter elke gewenste pagina op de speciale Clavinova-website als homepage instellen. 1 2 3 Open de pagina die u als uw nieuwe homepage in wilt stellen. Druk op de knop [5†] (SETTING) om de display INTERNET SETTING op te roepen. Druk op de knop TAB [√] om de tab BROWSER te selecteren.
Handelingen op de speciale Clavinova-website Over de internetinstellingsdisplay Via de display INTERNET SETTING kunt u verscheidene instellingen maken die gerelateerd zijn aan de internetverbinding, inclusief voorkeuren voor de menu's en displays. De display INTERNET SETTING heeft vier subdisplays: BROWSER, LAN, WIRELESS LAN en OTHERS. Basisbediening 1 2 3 Druk op de knop [5†] (SETTING) om de display INTERNET SETTING op te roepen. Druk op de knoppen TAB [√]/[®] om de gewenste display te selecteren.
Handelingen op de speciale Clavinova-website 7 Druk op de knop [7π†] (EXECUTE) om alle instellingen die in de display INTERNET-SETTING zijn gewijzigd, daadwerkelijk toe te passen. Druk op de knop [8π†] (CANCEL) om te annuleren. Browser 1 2 3 4 5 6 7 1 Encode Hiermee wordt de tekencodering voor de browser geselecteerd. 2 Home Page Hiermee wordt de als homepage ingestelde webpagina weergegeven en kunt u deze bewerken. 3 Set this page as Home Zie 'De homepage veranderen' op pagina 178 voor details.
Handelingen op de speciale Clavinova-website Draadloos LAN Voor de instelling van een draadloos LAN dient u zowel de LAN-instellingen (pagina 180) als de draadloze-LAN-instellingen hieronder in te stellen. Noteer de hier vermelde instellingen, voor het geval dat u ze later opnieuw in moet voeren.. 1 2 3 SSID 4 Channel Encryption WEP key type WEP key length WEP key 1 SSID Hiermee wordt de SSID-instelling bepaald. 2 Channel Hiermee wordt het kanaal bepaald.
Handelingen op de speciale Clavinova-website Internetinstellingen initialiseren De instellingen van de internetfunctie worden niet geïnitialiseerd bij de bewerking Initialize van de Clavinova; internetinstellingen moeten afzonderlijk worden geïnitialiseerd, zoals hier wordt uitgelegd.
Verklarende woordenlijst van internettermen Verklarende woordenlijst van internettermen Een internetverbindingstechnologie/-service (zoals ADSL en glasvezelkabel) die datacommunicatie op hoge snelheden en met grote volumes mogelijk maakt. Browser De software die wordt gebruikt om webpagina's te zoeken, op te vragen en te bekijken. Bij dit instrument verwijst deze term naar de display waarin de inhoud van de webpagina's wordt weergegeven.
Uw instrument gebruiken met andere apparaten LET OP Zet alle componenten uit, voordat u het instrument aansluit op andere elektronische componenten. Zorg er tevens voor dat u alle volumeniveaus op het minimum instelt, voordat u componenten aan- of uitzet. Anders kunt u een elektrische schok krijgen of kunnen de componenten beschadigd raken. MIC. LINE IN INPUT VOLUME MIN MIC.
Audio- en videoapparaten aansluiten [AUX OUT (LEVEL FIXED)]-aansluitingen (RCA-tulpplugaansluitingen voor [L] en [R]) Als deze zijn aangesloten (met een RCA-tulpplug; LEVEL FIXED), wordt het geluid uitgestuurd met een vaste niveau-instelling naar het externe apparaat, ongeacht de instelling van de regelaar [MASTER VOLUME]. Gebruik deze aansluitingen als u het volume met een externe audio-installatie regelt, of als u het geluid van het instrument opneemt naar een externe audio-installatie.
De voetschakelaar of voetregelaar gebruiken (aansluiting [AUX PEDAL]) OPMERKING • Stel NTSC of PAL in zodat dit overeenkomt met de standaard die door uw videoapparatuur wordt gebruikt. • Als LYRICS is geselecteerd als de inhoud van het Video Outsignaal, worden alleen de songteksten van de song uitgevoerd via VIDEO OUT, ongeacht de display die op het instrument is opgeroepen.
De voetschakelaar of voetregelaar gebruiken (aansluiting [AUX PEDAL]) Toewijsbare pedaalfuncties Hiermee kunt u een voetregelaar gebruiken om het volume te regelen. Deze functie is alleen beschikbaar voor het pedaal dat is aangesloten op de AUX PEDAL-aansluiting van het instrument. SUSTAIN Hiermee kunt u een pedaal gebruiken om de sustain te regelen. Als u het pedaal indrukt en ingedrukt houdt, zullen alle noten die op het toetsenbord worden gespeeld langer doorklinken.
De voetschakelaar of voetregelaar gebruiken (aansluiting [AUX PEDAL]) BASS HOLD Terwijl het pedaal wordt ingedrukt, zal de basnoot van de begeleidingsstijl worden vastgehouden, zelfs als het akkoord wordt gewijzigd tijdens het afspelen van stijl. Als de vingerzetting is ingesteld op 'AI FULL KEYBOARD', werkt de functie niet. PERCUSSION Het pedaal speelt een percussie-instrument dat is geselecteerd met de knoppen [4π†]–[8π†].
Externe MIDI-apparaten aansluiten ([MIDI]-aansluitingen)/Een computer of USB-apparaat aansluiten 7 Externe MIDI-apparaten aansluiten ([MIDI]aansluitingen) Gebruik de ingebouwde [MIDI]-aansluitingen en standaard MIDI-kabels om externe MIDI-apparaten aan te sluiten. MIDI IN Ontvangt MIDI-berichten van een ander MIDI-apparaat. MIDI OUT Verzendt MIDI-berichten die door het instrument worden gegenereerd. MIDI THRU Hiermee worden de MIDI-boodschappen doorgegeven die worden ontvangen via de MIDI IN.
Een computer of USB-apparaat aansluiten • Aansluiten via [MIDI]-aansluitingen Er zijn twee manieren om het instrument via MIDI op een computer aan te sluiten. Als u een ingebouwde MIDI-interface in uw computer heeft, sluit dan de MIDI OUT-aansluiting van de computerinterface aan op de [MIDI IN]-aansluiting van het instrument, en sluit de [MIDI OUT]-aansluiting van het instrument aan op de MIDI IN-aansluiting van de interface.
Een computer of USB-apparaat aansluiten OPMERKING Het vrije geheugen op het USB-opslagapparaat controleren U kunt dit in de opgeroepen display controleren door de volgende handeling: [FUNCTION] → [I] UTILITY → TAB [√]/[®] MEDIA Selecteer het apparaat met de knoppen [A]/[B] in deze display en druk op [F] (PROPERTY). USB-opslagmedia formatteren Als een USB-opslagapparaat is aangesloten of er zijn media geplaatst, kan er een bericht verschijnen waarin u wordt gevraagd het apparaat/de media te formatteren.
Een computer of USB-apparaat aansluiten/Wat is MIDI Files van een computerharddisk naar een USBopslagapparaat kopiëren Files die zich op de harddisk van een computer bevinden, kunnen worden overgebracht naar het instrument door ze eerst naar de opslagmedia te kopiëren en vervolgens de media op/in het instrument aan te sluiten/te plaatsen.
Wat is MIDI? Het spel op een digitaal instrument (MIDI-data) opnemen en afspelen Opnemen Afspelen Tone Generator Sequencer Controller (toetsen, enz.) SmartMedia-kaart SmartMediakaart OPMERKING Bij digitale instrumenten worden de audiosignalen via de uitgangsaansluitingen (zoals [AUX OUT]) van het instrument verzonden. De 'controller' en 'toongenerator' in de illustratie hiervoor zijn het equivalent van de piano in ons akoestische voorbeeld.
Wat is MIDI? Voorbeeld: een uitvoering opnemen met het automatische begeleidingsgeluid (afspelen van stijl) van de Clavinova op een externe sequencer Message Name (Naam van bericht) Clavinova-procedure/ paneelinstelling Note ON/OFF Berichten die door het spelen op het toetsenbord worden gegenereerd. Elk bericht bevat een bepaald nootnummer dat overeenkomt met de toets die wordt ingedrukt, plus een aanslagsnelheidswaarde die is gebaseerd op hoe snel de toets is ingedrukt.
Wat u kunt doen met MIDI Wat u kunt doen met MIDI ■ Neem speeldata op (1-16 kanalen) met gebruikmaking van de automatische begeleidingseigenschappen van de Clavinova, op een externe sequencer (of computer met sequencersoftware). Na het opnemen bewerkt u de data met de sequencer, en speelt u deze weer af via de Clavinova.
MIDI-instellingen MIDI-instellingen In dit gedeelte kunt u MIDI-gerelateerde instellingen maken voor het instrument. De Clavinova beschikt over een set van tien voorgeprogrammeerde sjablonen (configuraties) waarmee u onmiddellijk en gemakkelijk het instrument opnieuw kunt configureren, in overeenstemming met uw specifieke MIDI-toepassing of externe apparaat. U kunt ook de voorgeprogrammeerde sjablonen (configuraties) bewerken en tot tien van uw originele sjablonen opslaan naar de USER-display.
MIDI-instellingen Naam van sjabloon Beschrijving All Parts Hiermee worden alle gedeelten verzonden, inclusief de toetsenbordgedeelten (RIGHT 1, 2 en LEFT), met uitzondering van de songgedeelten. KBD & STYLE In principe hetzelfde als 'All Parts' met als verschil de manier waarop wordt omgegaan met toetsenbordgedeelten. De rechterhandgedeelten worden behandeld als 'UPPER' in plaats van RIGHT 1 en het linkerhandgedeelte wordt behandeld als 'LOWER'.
MIDI-instellingen Display SYSTEM MIDI-systeeminstellingen De hier geboden uitleg heeft betrekking op de display SYSTEM, die wordt opgeroepen in stap 4 van de 'Basisbediening' op pagina 196. ● RECEIVE TRANSPOSE Hiermee wordt bepaald of de transponeerinstelling (pagina 55) van het instrument wel of niet wordt toegepast op de nootgebeurtenissen die het instrument via MIDI ontvangt.
MIDI-instellingen ● Tx MONITOR De met de kanalen (1–16) overeenkomende punten knipperen kort telkens wanneer data worden verzonden op het kanaal/de kanalen. OPMERKING Als er verschillende gedeelten aan hetzelfde verzendkanaal zijn toegewezen Als hetzelfde verzendkanaal wordt toegewezen aan een aantal verschillende gedeelten, worden de verzonden MIDI-berichten samengevoegd tot een enkel kanaal. Dit heeft als resultaat dat onverwachte geluiden en mogelijk geknisper klinken in het aangesloten MIDI-apparaat.
MIDI-instellingen Het Voice-programmawijzigingsnummer weergeven Hiermee wordt bepaald of de voicebank en het -nummer wel of niet worden getoond in de display voor de voiceselectie. Dit is handig als u de bankselectie-MSB/LSBwaarden en het programmanummer wilt controleren, die moeten worden ingesteld als u de voice via een extern MIDI-apparaat selecteert. U kunt dit instellen in de display die als volgt wordt opgeroepen: [FUNCTION] → [I] UTILITY →TAB [√]/[®] CONFIG 2.
Problemen oplossen Algemeen - Enkele voices hebben een herhalend geluid. - Er is wat ruis of vibrato merkbaar bij de hogere toonhoogten, afhankelijk van de voice. • Dit is normaal en is een gevolg van het samplingsysteem van de Clavinova. Enkele voices verspringen een octaaf in toonhoogte als er in de hogere of lagere registers gespeeld wordt. • Dit is normaal. Sommige voices hebben een toonhoogtegrens die, als deze bereikt wordt, dit soort toonhoogteverschuiving veroorzaakt.
De file/map die is gekopieerd of geknipt van een medium (zoals een SmartMedia-kaart, enz.) kan niet direct worden gekopieerd of geplakt naar andere media. • Dit is normaal. Omdat direct kopiëren van data niet mogelijk is, moet u de data eenmaal kopiëren naar de display User. Kopieer of plak de data vervolgens opnieuw naar de display Card/USB nadat u andere media heeft gekozen. Demo Hoe kan ik de demo stoppen? • Druk op de knop [EXIT]. Help Hoe kan ik de Help-functie verlaten? • Druk op de knop [EXIT].
Stijl Registration Memory De song/stijl die is geregistreerd naar het Registration Memory kan niet worden opgeroepen. • Als de geregistreerde song/stijl zich bevindt op een extern medium zoals een SmartMedia-kaart en dit medium is niet juist geplaatst in of aangesloten op het instrument, kan de song/stijl niet worden opgeroepen. Plaats het geschikte medium met de data van de song/ stijl of sluit dit aan.
Song Appendix Er kunnen geen songs worden geselecteerd. • Dit kan zijn omdat de taalinstellingen zijn gewijzigd. Stel de juiste taal in voor de naam van de song. • Als de songdata groot is (300 KB of groter), kan de song niet worden geselecteerd omdat de data te groot is om te kunnen worden gelezen door het instrument. Het afspelen van de song wordt niet gestart. • Er is 'New Song' (een lege song) geselecteerd.
Score (muzieknotatie) Bij het weergeven van de muzieknotatie worden ingevoerde lange noten, zoals hele noten en verbindingsbogen, niet juist weergegeven. • Het is mogelijk dat lange noten, zoals hele noten en verbindingsbogen, niet in de muzieknotatie worden weergegeven of anders worden weergegeven dan ze zijn ingevoerd. Voor een nauwkeuriger weergave van deze noten selecteert u 'Tenuto' door te drukken op de knop [H] voordat u de noten invoert in de display Step Record (pagina 141).
CVP-309 vleugelmodel: Montage van de pianostandaard Het instrument plaatsen LET OP • Let erop dat u geen onderdelen door elkaar haalt en zorg ervoor dat alle onderdelen in de juiste richting worden geplaatst. Houd bij de montage alstublieft de onderstaande volgorde aan. • De montage moet door minstens twee personen worden uitgevoerd. • Zorg ervoor dat u de juiste maat schroeven gebruikt, zoals hieronder aangegeven. Gebruik van de verkeerde schroeven kan beschadiging van de standaard veroorzaken.
2 4 Bevestig de kabelhouder aan het instrument zoals in de onderstaande illustratie is te zien, en gebruik vervolgens de kabelhouder om het pedaalsnoer vast te zetten. Bevestig twee voorpoten en een achterpoot. Zie het diagram hieronder om de richting van de poten te controleren. 3 Achterpoot Voorpoot Voorpoot 1 Plaats en draai de vier schroeven voor elke poot goed aan en begin hierbij met één van de voorpoten. 4 6 × bevestigingsschroeven van 40 mm 4 LET OP Plaats de pedalenconsole.
Voltageschakelaar Controleer voordat u het netsnoer aansluit de instelling van de voltageschakelaar, indien aanwezig. Gebruik een platkopschroevendraaier om de schakelaar op het voor uw land juiste voltage (110V, 127V, 220V of 240V) te zetten, door de schakelaar te draaien totdat het juiste voltage bij het pijltje verschijnt. Af fabriek staat de schakelaar op 240 Volt. Steek, nadat het juiste voltage is geselecteerd, het netsnoer in de AC INLET en in het stopcontact.
CVP-309/307: Montage van de pianostandaard LET OP (CVP-309) • Let erop dat u geen onderdelen door elkaar haalt en zorg ervoor dat alle onderdelen in de juiste richting worden geplaatst. Houd bij de montage alstublieft de onderstaande volgorde aan. • De montage moet door minstens twee personen worden uitgevoerd. • Zorg ervoor dat u de juiste maat schroeven gebruikt, zoals hieronder aangegeven. Gebruik van verkeerde schroeven kan beschadiging veroorzaken.
4 7 Bevestig de achterpoot. Sluit het pedaalsnoer aan. 2 Zet de achterpoten vast aan de luidsprekerkast met twee schroeven. 1 Steek de pedaalsnoerstekker in de pedaalaansluiting. Steek de stekker er met de pijlafdruk naar voren gericht (richting van het toetsenbord) in. Als de stekker er niet makkelijk in gaat, forceer deze dan niet. Controleer de positie van de stekker voor een tweede keer en probeer het dan nog eens. 1 Zet de achterpoten vast aan de onderkant van het instrument met twee schroeven.
9 Stel de stabilisator in. Draai aan de stabilisator totdat deze een stevig contact maakt met het vloeroppervlak. 10 (CVP-309) Sluit de USB-kabel van de diskettedrive aan op de [USB TO DEVICE]-aansluiting. ■ Controleer na het monteren de onderstaande punten. • Zijn er onderdelen overgebleven? → Loop de montage-instructies nog eens door en herstel eventuele fouten. • Staat de Clavinova ver genoeg verwijderd van deuren en andere bewegende voorwerpen? → Verplaats de Clavinova naar een geschikte locatie.
De diskdrive installeren (bijgeleverd/optioneel) De diskdrive kan aan de onderkant van het instrument worden bevestigd met behulp van de bijgeleverde behuizing en schroeven. Een lijst met beschikbare diskdrives voor dit instrument vindt u in 'Optionele accessoires' (pagina 214). Zorg dat u een kruiskopschroevendraaier (+) bij de hand heeft. 1 Verwijder het papier van het dubbelzijdig plakband in de behuizing en plaats de diskdrive erin.
Specificaties CVP-309, vleugelmodel Klankopwekking Toetsenbord Natural Wood Keyboard (Houten toetsenbord), 88 toetsen Display JA Aanpasbare achtergrond JA Voiceselectie Voice Effectblokken 10 338 Natural! Voice 38 Sweet! Voice 14 Cool! Voice 19 Live! Voice 22 Organ Flutes! 10 Reverb/ Chorus/DSP Microfoon Reverb/ Chorus/DSP Effecttypen JA 8 1 Reverb: 35 vooraf ingesteld + 3 gebruiker Chorus: 31 vooraf ingesteld + 3 gebruiker DSP 1: 183 vooraf ingesteld + 3 gebruiker DSP 2–5: 182 vooraf
CVP-309, vleugelmodel CVP-309 Vooraf ingestelde songs 120 Guide Song Follow Lights, Any Key, Karao-Key, Vocal CueTIME Gidslampjes JA Performance assistant technology (Speelassistentietechnologie) JA Opnemen Quick Record, Multi Record, Step Record, Song Editing Opnamekanalen 16 Internet Direct Connection (Directe internetverbinding) Geheugenapparaat Externe adapter (via USB naar DEVICE) Diskette (2HD, 2DD) Externe adapter (via USB naar DEVICE) Harddisk Externe adapter (via USB naar DEVICE)
Index Nummers 1–16 .................................................................. 142, 152 A A-B Repeat (herhaling) ................................................. 40 Achtergrond (songteksten) ............................................ 53 AI ............................................................................... 102 AI FINGERED ............................................................. 102 AI FULL KEYBOARD .................................................. 102 Any Key ...................
G Gedeelte ...................................................................... 73 geluidseffecten ............................................................. 33 Gidslampjes ................................................................. 38 GM System Level 1 .................................................... 195 GM System Level 2 .................................................... 195 GROOVE ................................................................... 118 GS .................................
Punch In/Out Recording ............................................. 153 PURE MAJOR ............................................................... 79 PURE MINOR ............................................................... 79 PYTHAGOREAN .......................................................... 79 Q QUANTIZE ................................................................ 120 Quick Recording ........................................................ 137 QUICK START .......................................
Hier volgen de titels, verantwoordelijken en auteursrechtvermeldingen voor zevenenvijftig (57) van de songs die vooraf in dit instrument zijn geïnstalleerd: Alfie Theme from the Paramount Picture ALFIE Words by Hal David Music by Burt Bacharach Copyright © 1966 (Renewed 1994) by Famous Music Corporation International Copyright Secured All Rights Reserved All Shook Up Words and Music by Otis Blackwell and Elvis Presley Copyright © 1957 by Shalimar Music Corporation Copyright Renewed and Assigned to Elvis Pre
In The Mood By Joe Garland Copyright © 1939, 1960 Shapiro, Bernstein & Co., Inc., New York Copyright Renewed International Copyright Secured All Rights Reserved Used by Permission Moon River from the Paramount Picture BREAKFAST AT TIFFANY’S Words by Johnny Mercer Music by Henry Mancini Copyright © 1961 (Renewed 1989) by Famous Music Corporation International Copyright Secured All Rights Reserved Isn’t She Lovely Words and Music by Stevie Wonder © 1976 JOBETE MUSIC CO., INC.
(Sittin’ On) The Dock Of The Bay Words and Music by Steve Cropper and Otis Redding Copyright © 1968, 1975 IRVING MUSIC, INC. Copyright Renewed All Rights Reserved Used by Permission Smoke Gets In Your Eyes from ROBERTA Words by Otto Harbach Music by Jerome Kern © 1933 UNIVERSAL - POLYGRAM INTERNATIONAL PUBLISHING, INC. Copyright Renewed All Rights Reserved International Rights Secured. Not for broadcast transmission. DO NOT DUPLICATE. NOT FOR RENTAL.
IMPORTANT SAFETY INSTRUCTIONS INFORMATION RELATING TO PERSONAL INJURY, ELECTRICAL SHOCK, AND FIRE HAZARD POSSIBILITIES HAS BEEN INCLUDED IN THIS LIST. WARNING- When using any electrical or electronic product, basic precautions should always be followed. These precautions include, but are not limited to, the following: 1.
FCC INFORMATION (U.S.A.) 1. IMPORTANT NOTICE: DO NOT MODIFY THIS UNIT! This product, when installed as indicated in the instructions contained in this manual, meets FCC requirements. Modifications not expressly approved by Yamaha may void your authority, granted by the FCC, to use the product. 2. IMPORTANT: When connecting this product to accessories and/or another product use only high quality shielded cables. Cable/s supplied with this product MUST be used. Follow all installation instructions.
For details of products, please contact your nearest Yamaha representative or the authorized distributor listed below. Neem voor gedetailleerde productinformatie contact op met de dichtstbijzijnde Yamaha-vertegenwoordiger of de onderstaande geautoriseerde Yamaha-distributeur. NORTH AMERICA CANADA Yamaha Canada Music Ltd. 135 Milner Avenue, Scarborough, Ontario, M1S 3R1, Canada Tel: 416-298-1311 U.S.A. Yamaha Corporation of America 6600 Orangethorpe Ave., Buena Park, Calif. 90620, U.S.A.
CVP-309/307 Clavinova Web site (English only) http://www.yamahaclavinova.com/ Yamaha Manual Library http://www2.yamaha.co.jp/manual/dutch/ U.R.G., Pro Audio & Digital Musical Instrument Division, Yamaha Corporation © 2004 Yamaha Corporation BGB0 404YCXX3.