Owner's Manual

Table Of Contents
N-5
OPSTELLEN
Nederlands
INSTALLATION
Opstellingsprocedure
4:3 scherm
16:9 scherm
Het apparaat kan op vier manieren worden opgesteld:
Opstellen op een tafel vóór het scherm
Bevestigen aan het plafond vóór het scherm
Opstellen op een tafel achter een halfdoorschijnend scherm
Bevestigen aan het plafond achter een halfdoorschijnend scherm
U moet de opstellingsmethode instellen bij INSTALLATION in menugroep 4 <SETUP> op het menu dat verderop wordt beschreven.
(Zie blz. 17.)
Scherm en projectieafstand
De optimale opstellingsplaats (de projectieafstand [L]) van het apparaat wordt bepaald door de breedte/hoogte-verhouding van het scherm
(4:3 of 16:9) en de schermgrootte (de lengte van de lijn die diagonaal over het scherm loopt). Het is mogelijk de projectieafstand te
veranderen binnen het bereik van Wide (breedbeeld) naar Tele. (telebeeld) met behulp van de zoomfunctie. Gebruik de volgende informatie,
zoals aangegeven in de onderstaande afbeelding, om de optimale opstellingsplaats te bepalen.
Schermgrootte
(inch)
60
80
100
120
150
200
(m)
2,42,9
3,23,9
4,04,9
4,85,8
6,17,3
8,19,8
Zoomfunctie
Tele.
Wide
Tele.
Wide
Tele.
Wide
Kleiner
Schermgrootte
Groter
Projectieafstand
Schermgrootte
(inch)
60
80
100
120
150
200
(m)
2,63,2
3,54,2
4,45,3
5,36,4
6,68,0
8,810,6
Zoomfunctie
Tele.
Wide
Tele.
Wide
Tele.
Wide
Projectieafstand
Kleiner
Schermgrootte
Groter
Projectieafstand [L]
Wide/Tele. (Breedbeeld/Telebeeld)
(feet, inch)
7 10”— 9 6
10 6”— 12 10
13 1”— 16
15 9”— 19
20’— 23 11
26 7”— 32 2
(feet, inch)
8 6”— 10 6
11 6”— 13 9
14 5”— 17 5
17 5”— 21
21 8”— 26 3
28 10”— 34 9
Projectieafstand [L]
Wide/Tele. (Breedbeeld/Telebeeld)
Belangrijk
De projectieafstand is de horizontale afstand vanaf de voorkant van de lens van het apparaat tot aan het scherm. De lens ligt 4 cm
verzonken gerekend vanaf de buitenkant van het apparaat.