manual

54 Nl
In dit hoofdstuk worden de menus voor audio-
instellingen en videoregeling beschreven.
Deze instellingen zijn alleen van invloed op disc-
weergave.
1 Druk op SETUP.
Het Setup instelmenu verschijnt op het scherm.
2 Stel in op Audio Settings en druk dan op
ENTER
Het begininstellingen-menu verschijnt op het
scherm.
3 Gebruik de cursortoetsen ( / / / ) en de
ENTER-toets om instellingen te kiezen en te
wijzigen.
Deze instellingen worden hieronder nader
beschreven.
4 Om het Setup instelmenu te sluiten, drukt u
op de SETUP-toets.
Opmerking:
•Het effect van de audio-instellingen is afhankelijk
van uw luidsprekers, de TV, en de gekozen
geluidssterkte van de AV-receiver en andere
instellingen. Voor elk van de instellingen schakelt
u over tussen de verschillende mogelijkheden en
kiest u diegene die de beste resultaten geven.
Audiodynamiekcompressie (DRC)
Met de audiodynamiekcompressie (DRC = Dynamic
Range Control) maakt u de luidste geluiden zachter
en de zachtste geluiden luider, hetgeen ideaal is voor
het kijken naar speelfilms ’s avonds laat, wanneer u
geen geluidshinder voor anderen wilt veroorzaken.
•Hoog, Midden, Laag, Uit (oorspronkelijke stand)
Opmerkingen:
•De audiodynamiekcompressie werkt alleen voor
Dolby Digital geluidsbronnen.
•Bij sommige discs zal de
audiodynamiekcompressie niet of nauwelijks
effect sorteren.
•De audiodynamiekcompressie werkt ook alleen
voor digitale uitgangssignalen wanneer de Digital
Out-Instelling op On is gezet en de Dolby Digital
Out-instelling op Dolby Digital > PCM staat. Zie
pagina 56 voor details over de digitale audio-
uitgangsinstellingen.
•De audiodynamiekcompressie werkt ook op
audiosignalen uitgestuurd via de HDMI-uitgang,
met dezelfde beperkingen als hierboven
beschreven.
Filmdialoog
Bij het bekijken van een speelfilm of ander
beeldmateriaal op een DVD-Video-disc kan soms,
afhankelijk van het audioformaat, het middenkanaal
te zacht doorkomen, zodat de dialoog niet duidelijk
hoorbaar is. Met de dialoogfunctie kunt u zorgen dat
de filmdialogen luider en helderder uitkomen.
•Hoog, Midden, Laag, Uit (oorspronkelijke stand)
Opmerkingen:
•Na inschakelen van de dialoogfunctie kan het bij
sommige beeldbronnen dat de klank van de
dialoog vervormd gaat klinken, en dan kunt beter
een lagere instelling kiezen.
•De dialoogfunction werkt ook voor digitale
uitgangssignalen die zijn omgezet in 2-kanaals
PCM-signalen. Zie pagina 56 voor details over de
digitale audio-uitgangsinstellingen.
•De dialoogfunctie werkt ook voor audiosignalen
uitgestuurd via de HDMI-uitgang, met dezelfde
beperkingen als hierboven beschreven.
Hoofdstuk 9: Audio-instellingen en video-afstelmenu
Audio-instelmenu
VOLUME
TIMER SLEEP
MUTE
DOCK
TUNER
MEMORY
SOUND
DVD/USB
PURE DIRECT
AUX/PORTABLE
DISPLAY
DIMMER
PTY SEEK
MODE START
FREQ/TEXT
PRESET
MENU
INFO.
TOP MENU
SETUP
RETURN
AEAE
ENTER
BAND
AUTO/
MANUAL
ENTER
SETUP
Audio Settings
Audio DRC
Dialog
High
Medium
Low
Off