User Manual

Basistechnieken
De metronoom aanpassen
34
DTX502 Gebruikershandleiding
Op de pagina CLK2 kunt u de volumes van afzonderlijke subgedeelten van de metronoom instel-
len.
1.
Houd de knop [SHIFT] ingedrukt en druk op de knop
[ ] om het gebied Metronome te openen.
2.
Ga met de knoppen [<]/[>] naar de pagina CLK2.
3.
Verplaats de cursor naar “ A˘ ”, “ ¤ ”, “ ‹ ”, “ ßß ” of
“ Œ ” zodat u het volume voor dat subgedeelte kunt
aanpassen.
4.
Draai aan de draaiknop Data om het volume van het
geselecteerde subgedeelte aan te passen.
Het volume voor elk subgedeelte kan vrij worden ingesteld tussen “0” (stil) en “9” (het
luidst). Hieronder ziet u de timing van de afzonderlijke subgedeelten van de metronoom
als er vier tellen per maat zijn.
Op de pagina CLK3 kunt u de geluiden wijzigen voor alle subgedeelten van de metronoom
“
A˘ ”, “ ¤ ”, “ ‹ ”, “ ßß ” en “ Œ ”).
1.
Houd de knop [SHIFT] ingedrukt en druk op de knop
[ ] om het gebied Metronome te openen.
2.
Ga met de knoppen [<]/[>] naar de pagina CLK3.
CLK2
Afzonderlijke volumes instellen
CLK3
Geluiden wijzigen voor alle subgedeelten
OPMERKING
De volumes voor de subgedeelten
“ A˘ ”, “ á ”, “ ‹ ” en “ ßß ” kunnen
worden ingesteld als de maatsoort is
ingesteld op 3/8, 6/8, 9/8, 12/8 of 15/
8.
CLK2* A˘=9 ¤=9
” ‹=0 ßß=0 Œ=0 ‚
A˘
¤
‹
ßß
Œ
CLK3* Sound
” 1:Me
t
ronome ‚