User Manual

Geavanceerde technieken
Parameters instellen met Menu Mode
74
DTX502 Gebruikershandleiding
System3 Master Equalizer (Masterequalizer)
q Lo
De drummodule heeft als master-EQ een bandshelvingequali-
zer met twee banden. Met deze parameter stelt u de low-end
gain van de equalizer in dB in. Hoe hoger de waarde, hoe
meer de lage kant wordt versterkt.
w Hi
Gebruik deze parameter om de high-end gain van de master-
equalizer in dB in te stellen. Hoe hoger de waarde, hoe meer
de hoge kant wordt versterkt.
System4
Master Tuning (Hoofdstemming)
q Tune
Met deze parameter stelt u de stemming voor songs in in stap-
pen van een cent.
System5
Local Control
q LocalCtrl
Met deze parameter kunt u het afspelen van de interne toon-
generator met de pads en songs inschakelen (“on”) of uitscha-
kelen (“off”). Bij de instelling “off” wordt de toongenerator
min of meer losgekoppeld van de pads en regelaars, waardoor
die geen geluid kunnen genereren.
System6
Metronome Output
(Metronoomuitvoer)
q OutSel
Met deze parameter kunt u opgeven waar de metronoomge-
luiden worden uitgevoerd.
System7
Number Display Function
(Nummerweergavefunctie)
q Disp
Met deze parameter geeft u op wat er op de nummerdisplay
moet worden weergegeven.
Instellingen
0 tot +12
Instellingen
0 tot +12
Instellingen
-100 tot +100
OPMERKING
De bovenstaande parameter heeft geen effect op drumkitgelui-
den.
Instellingen
off of on
>Sys
t
em3 MEQ
Lo=+ 2 Hi=+ 2 ‚
wq
>Sys
t
em4 Mtune
” tune=+ 0 ‚
q
>Sys
t
em5
LocalC
t
rl=on ‚
q
Instellingen Omschrijving
mix
De metronoom wordt naar de aansluitingen
OUTPUT [L/MONO] en [R] geleid.
clickL
De metronoom wordt alleen naar de OUT-
PUT [L/MONO]-aansluiting geleid; drum- en
songgeluiden worden in mono uitgevoerd
via de OUTPUT [R]-aansluiting.
clickR
De metronoom wordt alleen naar de OUT-
PUT [R]-aansluiting geleid; drum- en song-
geluiden worden in mono uitgevoerd via de
OUTPUT [R]-aansluiting.
OPMERKING
De bovenstaande instelling geldt ook voor uitvoer uit de
[PHONES]-aansluiting.
Instellingen Omschrijving
tempo Huidige tempo
mode
Modusspecifieke inhoud als volgt.
•Gebied Kit: Kitnummer
Trainingsmodus: Huidige tempo
•Gebied Song: songnummer
Opnemen: Huidige tempo
•Gebied Metronome: Kliksetnummer
(huidige tempo alleen op pagina Tap
Te mp o)
•Menu Mode: Geen weergave
(triggerinstellingsnummer alleen in
gebied Trigger)
Alle andere momenten: Geen weergave
timer
Metronoomtimer. Trainingstimer in de trai-
ningsmodus.
OPMERKING
In gevallen waarin de bovenstaande parameter niet is ingesteld
op “tempo” geeft de nummerdisplay het tempo weer gedurende
enkele seconden nadat dit via een van de volgende acties is
gewijzigd.
Draaien aan de draaiknop Data terwijl de knop [SHIFT] inge-
drukt wordt gehouden
Bedienen van een padregelaar waarvan de functie is inge-
steld op “tempo” (pagina 62)
Tikken op een pad waarvan de padfunctie is ingesteld op
“inc tempo”, “dec tempo” of “tap tempo” (pagina 66)
>Sys
t
em6 Click
”Ou
t
Sel=mix ‚
q
>Sys
t
em7 LED
” Disp=
t
empo ‚
q