User Manual

Geavanceerde technieken
DTX502 Gebruikershandleiding
77
Elektronische en akoestische drums integreren
Hieronder worden enkele voorbeelden beschreven van hoe u elektronische en akoestische
drums kunt integreren.
Door een CSAT924A-bekkenstandaard en een drumhouder te
bevestigen aan de bekkenstandaard van een akoestische drumkit,
kunt u op eenvoudige wijze een elektronische drumpad, zoals de
TP70, XP70 of XP80, aan die kit toevoegen. In het volgende dia-
gram ziet u een typische voorbeeld van hoe de verschillende
onderdelen kunnen worden opgesteld. Vergeet na de montage niet
om de parameter Pad Type (Padtype) (pagina 68) zo in te stellen
dat deze overeenkomt met de gebruikte drumpad.
U kunt een DT10- of DT20-drumtrigger toevoegen aan de kop of
shell van een akoestische drum, zodat elke keer dat er op de drum
wordt getikt een triggersignaal naar uw drummodule wordt ver-
zonden.
Als u op deze manier een akoestische drum aansluit via een
DT10- of DT20-drumtrigger, moet u de juiste DT10/DT20-instel-
ling kiezen voor de parameter Pad Type. Zie pagina 68 voor meer
informatie.
Drumpads toevoegen aan een akoesti-
sche drumset
Typische opstelling
Houder
Bekkenstandaard
Elektronische drumpad
(TP70, XP70 of XP80 enz.)
CSAT924A-bekkenstandaard
XP80
DTX502
KP65
De DTX502 bespelen met akoestische
drums
OPMERKING
Raadpleeg de Naslaggids (pagina 79) als u gebruikerswaves wilt
afspelen.
Als de akoestische drum meerdere geluiden produceert als u erop
tikt, past u de instellingen van de parameter Minimum Level (Mini-
mumniveau) (pagina 68), de parameter Reject Time (pagina 69 )
en de parameter Noise Filter (Ruisfilter) (pagina 69) aan.
•Als de gevoeligheid van de drumtrigger te laag lijkt te zijn, past u de
instellingen van de parameter Gain (pagina) 68) en de parameter
Wait Time (Wachttijd) (pagina 69) aan.
Typische opstelling
DT10- of DT20-
drumtrigger
Naar
DTX502
DT10/DT20
DT10/DT20
DTX502