User Manual
Table Of Contents
- Cover
- Inhoud
- Verschillen tussen de DTX-PRO en de DTX-PROX
- Links uit de Gebruikershandleidingen
- Hoe de triggers geluiden genereren
- De relatie tussen triggeringangsaansluitingen, triggeringangen en triggeringangsbronnen
- Invoermodus van de triggeringangsaansluiting
- Geluiden die worden gespeeld per trigger (Inst en Voice)
- Voices en layers
- Gebruikersvoices
- Importeren naar gebruikersvoices
- De manier wijzigen waarop een gebruikersvoice wordt afgespeeld (one-shot of loop)
- Gebruikersvoices bewerken en beluisteren
- De triggeringang of triggeringangsbron selecteren
- Effectprocessorontwerp
- Intern geheugen van PRO-serie modules
- MENU-knop
- KIT-modus
- CLICK-modus
- RECORDER-modus
- Oefenen met de trainingsfunctie
- Fader Select FX
- Fader Select CUSTM
- LIVE SET Mode
- Instellingen voor live performances
- Een computer aansluiten
- Problemen oplossen
- Referentie
Oefenen met de trainingsfunctie
102
DTX-PRO DTX-PROX Naslaggids
Raadpleeg de Gebruikershandleiding voor meer informatie over het gebruik van Training op de DTX-PRO.
In de voorbeelden bij deze instructies wordt de DTX-PROX gebruikt.
1.
Druk op de knop [MENU].
2.
Gebruik de knoppen onder ' ' en ' ' ([F1] en [F2]) om 'Training' te selecteren en druk vervolgens op de knop
onder 'Enter' ([F3]).
Het scherm TRAINING verschijnt.
3.
Gebruik de [–][+]-regelaars om een trainingstype te selecteren.
Zie 'Details over trainingstypen' (pagina 104) voor meer informatie over de trainingstypes.
Voor andere instellingen, zoals het selecteren van een trainingssong, de duur van de training (timerinstelling) of het moeilijkheidsniveau,
drukt u op de knop onder 'SETTING' ([F3]).
Training starten en beëindigen
of