Operation Manual

Een song creëren op de MOTIF ES
118
Gebruikershandleiding
Beknopte handleiding — Cursus voor gevorderden
Opnemen met het toetsenbord op een
songtrack (in de modus Song Record)
Uw toetsenspel opnemen op een lege track
(Replace)
Gebruik de opnamemethode 'Replace' (vervang) om uw toetsen-
spel op te nemen op een lege track of om een reeds opgenomen
track met nieuwe data te overschrijven.
U kunt veranderingen in de voice-instellingen maken na het acti-
veren van de modus Record (in stap 3 hierna). Als u echter van
plan bent gedetailleerde instellingen voor de mixparameters te
maken, moet u dat doen voordat u de modus Record activeert.
Songdata zijn opgebouwd uit drie verschillende typen — scene, tempo
en patroon — die elk hun eigen afzonderlijke tracks hebben. De scene-
track bevat songscene-veranderingen (blz. 123) en de tempotrack be-
vat afspeeltempo-veranderingen. De songtracks (1 - 16) bevatten de
daadwerkelijke nootdata. Selecteer, aangezien u een melodie gaat op-
nemen die wordt gespeeld met het toetsenbord, één van de nummer-
tracks met de knoppen [1] - [16].
n Als de RecTrack is ingesteld op 'multi' kunt u tegelijkertijd meerdere
kanalen aan MIDI-data (tot 16 kanalen) opnemen op alle 16 tracks.
Voor details, zie blz. 143.
Stel parameter Type in op 'replace'. Stel indien nodig de
overige parameters in. Zie blz. 222 voor details.
Roep de display op voor het instellen van een voice door op
de knop [F2] VOICE te drukken. U hoeft geen instellingen in
deze display te maken als u de voice-/mixinstellingen in stap
2 hiervoor al heeft gemaakt.
n
Niet-noot-instellingen (zoals voice, volume en pan) die aan het begin van
een song zijn gemaakt, worden niet opgenomen als MIDI-sequence-
data maar veeleer als mixsetupdata. Als deze niet-noot-instellingen
echter ergens tijdens de song zijn opgenomen worden ze opgenomen
als deel van de MIDI-sequencedata.
Luister naar het afspelen van de reeds opgenomen tracks en
speel (neem op) het toetsenspel erbij.
Met deze handeling verlaat u de modus Song Record en
activeert u de modus Song Play.
1
Selecteer in de modus Song Play een song die moet
worden gecreëerd.
2
Stel de mixparameters (inclusief de voice-instellingen)
in door de instructies op blz. 103 - 104 te volgen.
3
Druk op de knop [] (opnemen) om de modus
Song Record te activeren.
4
Druk op de knop [TRACK SELECT] (het lampje
licht op) en selecteer vervolgens de gewenste
track via de nummerknoppen [1] - [16].
SEQ TRANSPORT
LOCATE 1 2
ELEMENT/ PERF. PART/ ZONE
87654321
16
MUTE
TRACK
SELECT
SOLO
15
1412 13
11
10
9
tempo
scene 1-16
5
Stel de parameters in, die gerelateerd zijn aan
opnemen, in de display [F1] SETUP.
6
Stel de parameters in, die gerelateerd zijn aan de
voice die u tijdens het opnemen wenst te gebruiken,
in de display [F2] VOICE.
7
Druk op de knop [F] (afspelen) om het opnemen
te starten.
8
Druk op de knop [] (stoppen) om het opnemen
te stoppen.
9
Druk op de knop [F] (afspelen) om uw nieuw
opgenomen song te horen.
10
Neem extra melodieparts desgewenst op op andere
tracks door de voorgaande stappen 3 - 9 te herhalen.
11
Schrijf de gecreëerde songdata weg naar een
SmartMedia/USB-opslagapparaat (blz. 132)
voordat u het instrument uitzet.
Hiermee zet u het klikgeluid (metronoom) voor
het opnemen aan/uit. (Druk op de knop [F5].)
Bank Nummer
SEQ TRANSPORT
LOCATE 1 2
Start het
opnemen
Het daadwerkelijk
opnemen begint
na één maat.
OPM.
OPM.