Operation Manual

Bedieningspaneel
20
Gebruikershandleiding
De regelaars en aansluitingen
@ SEQ TRANSPORT-knoppen blz. 56
Deze knoppen regelen het opnemen en afspelen van de
song-/patroonsequencedata.
[ ](begin)
Keert onmiddellijk terug naar het begin van de huidige
song of het huidige patroon (d.w.z., de eerst tel van de
eerste maat).
[ ](terugspoelen)
Druk kort om één maat per keer terug te gaan, of houd
continu ingedrukt om terug te spoelen.
[ ](vooruitspoelen)
Druk kort om één maat per keer vooruit te gaan, of houd
continu ingedrukt om snel vooruit te spoelen.
Knop [] (opnemen)
Druk hierop om opnemen (song of patroonfrase) mogelijk
te maken. (De aanduiding licht op.)
[] (stoppen)
Druk hierop om het opnemen of afspelen te stoppen.
[] (afspelen)
Druk hierop om het afspelen vanaf het huidige punt in de
song of het patroon te starten. Tijdens opnemen en
afspelen knippert de indicator in het huidige tempo.
# MODE-knoppen blz. 45
Deze knoppen selecteren de werkingsmodi (bijv., modus
Voice).
$ LCD-display
De grote verlichte LCD toont de parameters en waarden
die gerelateerd zijn aan de momenteel geselecteerde
handeling of modus.
% LCD-contrastregelaar blz. 43
Gebruik deze regelaar om de LCD-display in te stellen
voor optimale leesbaarheid.
^ Functieknoppen [F1] - [F6] blz. 47
Deze knoppen, die zich direct onder de LCD-display be-
vinden, roepen de corresponderende functies op, die wor-
den aangegeven in de display. In de displayhiërarchie
komen deze functies [F] net onder de modi.
& Subfunctieknoppen [SF1] - [SF5] blz. 47
Deze knoppen die zich direct onder de LCD-display be-
vinden roepen de corresponderende subfuncties op, die
aangegeven worden in de display. In de displayhiërarchie
komen deze subfuncties [SF] net onder de functies [F].
Deze knoppen kunnen ook worden gebruikt om het ar-
peggiotype op te slaan/te roepen in elk van de modi Play
en modi Song/Pattern Record. Ze kunnen ook worden ge-
bruikt om de songscene (blz. 123) op te slaan/ te roepen
in de modi Song Play/Song Record/Pattern Chain Record.
* Knop [INFORMATION] blz. 53
Voor het oproepen van een speciale 'hulp'-functie die
informatie laat zien over de momenteel geselecteerde
modus. U kunt teruggaan naar de voorgaande display
door nogmaals op deze knop te drukken of door op een
willekeurige andere knop te drukken.
Afhankelijk van de geselecteerde display kan deze knop
worden gebruikt om een venster op te roepen voor het
invoeren van karakters (blz. 54), voor het invoeren van
nummers (blz. 49), voor het selecteren van nootlengten
(blz. 49) of voor het selecteren van toetsen of nootnamen
(blz. 53).
( Datadraaischijf blz. 49
Voor het bewerken van de momenteel geselecteerde pa-
rameter. Draai om de waarde te verhogen de draaischijf
naar rechts (met de klok mee); om de waarde te verlagen,
naar rechts (tegen de klok in). Als een parameter met een
uitgebreid waardebereik is geselecteerd, kunt u de waar-
de in grotere stappen wijzigen door snel aan de draai-
schijf te draaien.
º Knop [INC/YES] blz. 49
Voor het verhogen van de waarde van de momenteel ge-
selecteerde parameter. Gebruik deze ook om een Job- of
Store-handeling uit te voeren.
¡ Knop [DEC/NO] blz. 49
Voor het verlagen van de waarde van de momenteel gese-
lecteerde parameter. Gebruik deze ook om een Job- of
Store-handeling te annuleren.
n U kunt ook de knoppen [INC/YES] en [DEC/NO] gebruiken om
snel, in stappen van 10, door parameterwaarden te lopen, vooral
die met een groot bereik. Houd gewoon één van de knoppen in-
gedrukt (in de richting die u wilt gaan) en druk de andere erbij in.
Om bijvoorbeeld snel in de positieve richting te gaan, houdt u de
knop [INC/YES] ingedrukt en drukt u de knop [DEC/NO] erbij in.
Cursorknoppen blz. 49
De cursorknoppen verplaatsen de 'cursor' door het LCD-
scherm, waarbij de verscheidene parameters worden
gemarkeerd en geselecteerd.
£ Knop [EXIT] blz. 46
De menu's en displays van deze synthesizer zijn volgens
een hiërarchische structuur georganiseerd.
Druk op deze knop om de huidige display te verlaten en
terug te keren naar het voorgaande niveau in de hiërarchie.
¢ Knop [ENTER]
Gebruik deze knop om een Job- of Store-handeling uit te
voeren. Gebruik deze knop ook om een nummer daad-
werkelijk in te voeren als er een geheugenplaats of bank
voor een voice of performance is geselecteerd. Gebruik
deze knop in de modus File om naar het volgende lagere
niveau in de geselecteerde directory te gaan.
OPM.