Operation Manual

Naslaginformatie Modus Sampling
Modus Sampling Record Als u de modus Sampling via de modi Song of Pattern activeert
254
Gebruikershandleiding
WAITING (op triggering
wachten of op punch-in
wachten)
Als de modus Trigger is ingesteld op 'level' (niveau) in de display Sampling Standby, drukt u nogmaals op de knop [F6]
REC om de toestand Trigger Waiting (op triggering wachten) te activeren; het menu [F6] wijzigt in 'STOP'. In deze toestand
zal het samplen beginnen zodra er een ingangssignaal wor dt ontvangen dat het aangegeven triggerniveau overschrijdt.
Als de modus Trigger is ingesteld op 'meas' (maat) in de display Sampling Standby, drukt u nogmaals op de knop
[F6] REC om de toestand Punch-in Waiting (op punch-in wachten) te activeren; het menu [F6] wijzigt in 'STOP'. In
deze toestand zal het samplen beginnen zodra het afspelen van een song of patroon de punch-in-maat bereikt.
Om terug te keren naar de display Sampling Standby drukt u, voor het opnemen in een van de toestanden begint,
op de knop [F6] STOP of de knop [EXIT]. Vergeet niet dat de functie Confirm ook in de toestand Trigger Waiting (op
triggering wachten) of Punch-in Waiting (op punch-in wachten) met de knop [F2] CONFM kan worden aan- of uitge-
zet, als het sampletype op iets anders dan 'slice+seq' is ingesteld.
RECORDING (opnemen)
Druk op de knop [F6] STOP of de knop [EXIT] om het samplen tijdens het opnemen te stoppen
Nadat het samplen (opnemen) stopt:
De volgende menu's verschijnen als het sampletype op 'sample' of 'sample+note' is ingesteld en de functie Confi rm is aangezet.
[F3] AUDITION Door hierop te drukken kunt u de sample horen die door het opnemen (samplen) is verkregen.
[F4] CANCEL Hierop drukken wist de sample die door het opnemen (samplen) is verkregen en er wordt naar de display Sampling
Standby teruggekeerd.
[F5] OK Hierop drukken slaat de sample op, die verkregen is door het opnemen (samplen), op de aangegeven bestemming.
Display TRIM/SLICE na het
stoppen van het samplen
Als u de modus Sampling Record voor de modi Song of Pattern heeft geactiveerd en u heeft het sampletype op 'slice+seq'
ingesteld, zou u de volgende aan Slice gerelateerde parameters in moeten stellen nadat het samplen is gestopt.
De functie Confirm is in dit geval niet beschikbaar.
[F1] TRIM
De trim-functie maakt het mogelijk om de begin- en eindpunten van het af te spelen gedeelte in de complete sample aan te geven. U kunt ook het tempo
aangeven voor het afspeelbereik van de loop en zo de beat ervan bepalen.
Start (startpunt) Bepaalt het beginpunt voor het afspelen van de sample.
Loop (loop-startpunt)
Bepaalt het beginpunt van het loop-afspelen (het punt waar de loop begint) in het complete samplebereik.
End (eindpunt) Bepaalt het eindpunt van het loop-afspelen in het complete samplebereik.
Beat (tel) Geeft de beat en het tempo aan van het gedeelte van het loop-startpunt tot het loop-eindpunt.
[SF1] AUDITION
Druk op de knop [SF1] AUDITION om de opgenomen sample, overeenkomstig de in deze display gemaakte
instellingen, te horen.
[SF2] LP=ST
Als de menuaanduiding hier 'LP=ST' is, delen de Start (startpunt) en de Loop (loop-startpunt) hetzelfde adres,
hetgeen betekent dat ze allebei tegelijkertijd veranderd zullen worden, zelfs als er maar één ervan wordt aangepast.
Drukken op de knop [SF2] in deze toestand, verandert het menu van 'LP=ST' naar 'LPST'. Als de menuaanduiding
hier 'LPST' is, kunnen de Start (startpunt) en de Loop (loop-startpunt) onafhankelijk worden gewijzigd. Als u in deze
toestand op de knop [SF2] drukt, wordt het adres van de Start gekopieerd naar die van de Loop, met als resultaat
dat ze beide dezelfde adreswaarde zullen delen. De menuaanduiding verandert ook van "LPST' naar 'LP=ST'.
[SF3] SET END
Hierop drukken roept de display voor het bepalen van het eindpunt op, waarin u het tempo, de beat en maat voor de
sample in kunt stellen. Drukken op de knop [ENTER] stelt het eindpunt daadwerkelijk in. Als u tevreden bent met de
resultaten (druk op [SF1] om de sample te horen), drukt u op de knop [F6] OK om terug te keren naar de originele
display. Door dit te doen slaat u de bewerkte sample op in het DIMM-geheugen. Om terug te keren naar de originele
display zonder de data te veranderen, drukt u op de knop [F5] CANCEL.
[SF4] EXTRACT
Wis alle overbodige sampledata die zich voor het beginpunt en na het eindpunt bevinden door op de knop [SF4] te
drukken.
[F5] ZOOM-
[F6] ZOOM+
Druk op de knoppen [F5] en [F6] om bij de wavedisplay in en uit te zoomen.
[F2] SLICE
Met deze krachtige eigenschap kunt u automatisch de opgenomen sample in afzonderlijke 'plakjes' (slices) opdelen. Deze plakjes worden vervolgens aan
de op elkaar volgende noten toegewezen en als sequencedata gerangschikt.
n Voordat u de handeling Slice uitvoert, zult u de lengte van de sample nauwgezet moeten aanpassen. Gebruik de knop [SF1] AUDITION in de display [F1] TRIM om de
sample te loopen (lussen) en naar wens nauwkeurig het begin- en eindpunt in te stellen.
Druk op de knop [ENTER] nadat u de volgende parameters heeft aangegeven. (De display vraagt u om uw bevestiging.) Druk op de knop [INC/YES] om
de handeling Slice uit te voeren. U kunt de samples beluisteren en controleren door op de knop [SF1] AUDITION te drukken. Als u tevreden bent met het
resultaat of de handeling, drukt u op de knop [F6] OK om het resultaat van de handeling Slice op te slaan en om terug te keren naar de display Sampling
Setup. Zo niet, druk dan op de knop [F5] CANCEL om naar de display Sampling Setup terug te keren zonder het resultaat op te slaan.
Type (slice-type) Bepaalt hoe de sample in plakjes (slices) wordt gesneden en in enige mate de geluidskwaliteit van het resultaat.
Selecteer het type dat het best bij de originele frase past.
Instellingen: beat1~3, phrase1~4, quick
beat1~3 ...........Dit slice-type is geschikt voor percussieve frasen zoals drums of bas met een snel attack en korte uitsterftijd. Er zijn drie
variaties voorhanden.
phase1~4
........ Ideaal voor frasen die cimbalen of andere instrumenten met een lange uitsterftijd bevatten. Er zijn vier variaties voorhanden.
quick ................Ongeacht de inhoud van de frase wordt de sample op de aangegeven nootonderverdelingen opgedeeld. Het aantal
plakjes (slices) per maat wordt berekend door het bovenste getal van de maatsoortparameter te vermenigvuldigen met
het onderste getal van de parameter SubDivide.
n Voor handige tips over het goed instellen van de parameter Slice voor verschillende samples, zie 'Tips voor het gebruik van
de slice-typen' op blz. 259.
OPM.
OPM.