Operation Manual

Beknopte handleiding — de MOTIF ES bespelen
Het instrument bespelen (in de modus Performance Play)
68
Gebruikershandleiding
De knoppen [INC/YES]-, [DEC/NO] en de datadraai-
schijf gebruiken
In plaats van de BANK-/NUMBER-knoppen te gebruiken,
zoals beschreven in de stappen 2 en 3 hiervoor, kunt u
een performance selecteren met de knoppen [INC/YES],
[DEC/NO] en de datadraaischijf.
Performancepart dempen/soloschakelen
Elke performance kan maximaal vier parts bevatten, waarvan
elk afzonderlijk kan worden aan- of uitgezet.
Het dempen en soloschakelen van parts wordt op dezelfde
manier gedaan als bij tracks in een song/patroon. Zie blz. 58.
De functie Category Search gebruiken
Net als in de modus Voice Play, kunt u de functies Category
Search en Favorite Category gebruiken in de modus Perfor-
mance Play. Voor details over hoe de functies te gebruiken,
zie blz. 62.
Octaafinstelling van het toetsenbord
(MOTIF ES6/MOTIF ES7)
Net als in de modus Voice Play, kunt u de knop [OCTAVE UP/
DOWN] gebruiken om de toonhoogte van het toetsenbord in
octaven omhoog of omlaag te schuiven.
n De octaafinstelling die hier wordt gemaakt, komt automatisch terug in
de identieke parameter Octave in de modus Utility ([UTILITY] [F1]
GENERAL [SF2] KBD Octave). Deze instelling is beschikbaar in
alle modi.
Transponeerinstelling van het toetsenbord
Net als in de modus Voice Play kunt u in de modus Utility
het aantal halve noten instellen waarmee het toetsen-
bordbereik omhoog of omlaag wordt geschoven.
n De transponeerinstelling is beschikbaar in alle modi.
MIDI-zendkanaalinstelling van het
toetsenbord
Net als in de modus Voice Play kunt u het MIDI-zendkanaal van
het toetsenbord wijzigen. Druk op de knop [TRACK SELECT]
(het lampje licht op) en druk vervolgens op de desbetreffende
NUMBER-knop ([1] - [16]). De zendkanaalinstelling wordt
rechtsboven in de display aangegeven.
n U kunt ook het MIDI-zendkanaal van het toetsenbord instellen via de
modus Utility ([UTILITY] [F5] MIDI [SF1] CH KBDTransCh).
Deze parameter is beschikbaar voor de modus Voice en de modus
Performance, maar niet voor de modus Song en de modus Pattern.
4
Bespeel het toetsenbord.
DEC/NO INC/YES
Verlaagt het nummer Verhoogt het nummer
Verlaagt het nummer Verhoogt het nummer
ELEMENT/PERF. PART/ ZONE
87654321
16
MUTE
TRACK
SELECT
SOLO
15
1412 13
11
10
9
TIP
OPM.
OPM.
OPM.