Operation Manual

Een voice creëren met de functie Sampling
96
Gebruikershandleiding
Beknopte handleiding — Cursus voor gevorderden
Onmiddellijk na het samplen wordt de sample slechts toegewe-
zen aan één toets — degene die in stap 4 als 'KeyBank' is inge-
steld. Deze display laat u het toetsbereik waarin de sample
moet klinken uitbreiden. Stel hier het toetsbereik in op C2 - B3.
Stel bijvoorbeeld in stap 4 'Keybank' in op 'G4', zing in de microfoon
zoals beschreven in stap 7 (op de toonhoogte G indien nodig), en
stel 'Key Range' in op C4 - E5 in stap 10. Ten gevolge hiervan wordt
de sample aan de toetsen toegewezen, zoals hieronder wordt
geïllustreerd.
Als u de sample via het toetsenbord bespeelt, zal, des te verder de sam-
ple van de originele toets wordt gespeeld, ook het geluid des te minder
natuurlijk klinken. Daarom zou u moeten proberen meerdere samples te
maken voor meerdere toetsbereiken, zodat elk van de toetsbereiken
kleiner wordt en het samplegeluid dus natuurlijker zal klinken.
Zie 'Een sample wegschrijven ' op blz. 97.
De opgenomen (bewerkte) sampledata worden tijdelijk in DIMM opgeslagen (blz.
187). Omdat de data in DIMM verloren gaan als het instrument wordt uitgezet,
zou u altijd alle data die zich in DIMM bevindt weg moeten wegschrijven naar
een SmartMedia /USB-opslagapparaat voordat u het instrument uitzet.
Over samples, 'key banks', 'waveforms' en voices
De sample-gerelateerde termen begrijpen zal u helpen de
functie Sampling zelf beter te begrijpen en beter te gebrui-
ken. Houd de hiërarchie hier in relatie tot de sample in ge-
dachte — de audiobron (bijv. uw stem) begint als een sam-
ple, wordt onderdeel van een 'Key Bank' (toetsbank), die
weer een 'Waveform' (golfvorm) vormt, welke wordt gebruikt
om een voice te creëren.
Sample
Het geluid dat verkregen wordt via de functie Sampling
wordt 'sample' genoemd.
Key Bank
Om de sample via het toetsenbord te kunnen bespelen,
moet de sample worden toegewezen aan de toeten van het
toetsenbord. Wijs eerst de sample toe aan een gespecifi-
ceerde toets bij het samplen (stap 4 op blz. 94) en breidt
vervolgens het toetsbereik waarbinnen de sample moet
klinken uit (stap 10 op blz. 96). Het toetsbereik en het aan-
slaggevoeligheidsbereik waarbinnen de sample klinkt wordt
een 'Key Bank' (toetsbank) genoemd. In stap 10 hiervoor
zag u hoe u het toetsbereik ('Key Range') in kunt stellen. Via
dezelfde display kunt u ook het aanslaggevoelig-
heidsbereik ('Velocity Range') instellen. Met deze twee
parameters kunt u een 'Key Bank' (toetsbank) creëren.
Waveform
De groep 'Key Banks' waaraan sampledata zijn toegewezen
wordt een 'Waveform' (golfvorm) genoemd. De 'Waveform'
wordt toegewezen aan elk van de elementen van een nor-
male voice. In stap 11 hiervoor zag u hoe u 'Key Banks' één
voor één toe kunt voegen om zo een 'Waveform' te creëren.
Voice
Na het samenstellen van een waveform kunt u een element
creëren door verscheidene geluidvormende parameters,
zoals pitch-, filter-, amplitude- en andere parameters zoals
effect en EQ erop toe te passen. Combineer tenslotte vier
elementen (die per element een eigen waveform bevat) om
een normale voice te creëren.
n U kunt de waveforms die gecreëerd zijn via de functie
Sampling, alsook alle preset waveforms in de display WAVE
selecteren en beluisteren ([VOICE] [EDIT] Selectie
element [F1] OSC [SF1] WAVE).
9
Druk op de knop [EDIT] om de modus Sampling Edit
te activeren en druk vervolgens op de knop [F4]
RANGE om de display Range Setting op te roepen.
10
Stel het toetsbereik in waarin de sample moet
klinken.
11
Herhaal stap 4 - 10 om een andere sample aan
dezelfde voice (Waveform) toe te voegen.
F4
EDIT
COMPARE
Stel het toets-
bereik in.
Gebruik de data-
draaischijf, de
knoppen
[INC/YES] en
[DEC/NO], of
druk op de toets
terwijl u de knop
[INFORMATION]
ingedrukt houdt.
Bespeel het toetsenbord in het hiervoor ingestelde toetsbereik.
Uw gesamplede stem zal klinken en de toonhoogte volgen van de toetsen
die u speelt.
Geeft de originele toets aan van de momenteel geselecteerde
sample. Als u een andere sample wilt selecteren, roept u de
display [F1] KEYBANK op en drukt u vervolgens op een andere
toets terwijl u de knop [INFORMATION] ingedrukt houdt.
C3 G4
De sample klinkt in dit
toetsbereik.
De sample klinkt in dit
toetsbereik.
De originele sample is
toegewezen aan deze toets.
De originele sample is
toegewezen aan deze toets.
12
Schrijf uw nieuw gecreëerde uservoice weg naar
een SmartMedia/USB-opslagapparaat.
PAS OP
OPM.