User Manual
Table Of Contents
- Inhoud
- Functielijst
- Stijlen
- Stijltypen (kenmerken)
- De functie Akkoordleraar gebruiken
- Bestanden registreren op het tabblad Favoriet
- Het vingerzettingstype voor akkoorden wijzigen
- De kanalen van de stijl in- of uitschakelen
- Stijl Afspelen van bijbehorende instellingen
- Het tempo aanpassen
- Een akkoordsequence opnemen en afspelen—Chord Looper
- Een akkoordsequence opnemen wanneer het afspelen van de stijl is gestopt (Chord Looper)
- Uw aangepaste akkoordsequences opslaan en oproepen (Chord Looper)
- Stijlen maken/bewerken (Style Creator)
- Voices
- Display Voice Part Setup
- Displaygerelateerde instellingen voor voiceselectie
- Voicetypen (kenmerken)
- Bestanden registreren op het tabblad Favoriet
- Metronoominstellingen
- Instellingen die betrekking hebben op toetsenbord/joystick
- Instellingen die betrekking hebben op een toetsenpartij (Voice Setting)
- De toonhoogte transponeren in halve tonen
- De toonhoogte van het gehele instrument fijnregelen (Master Tune)
- Een temperament selecteren of maken (Scale Tune)
- Gedetailleerde instellingen voor Harmony/Arpeggio opgeven
- Voices bewerken (Voice Edit)
- Organ Flutes-voices bewerken (Voice Edit)
- Ensemblevoices bewerken (Voice Edit)
- Multi Pads
- Song afspelen
- Een songlijst voor het afspelen maken
- De modus voor herhaaldelijk afspelen gebruiken
- Muzieknotatie-instellingen (Score) bewerken
- Songteksten weergeven en de display opstellen
- Tekst weergeven en de display opstellen
- De eigenschappen van de automatische begeleiding gebruiken bij het afspelen van de MIDI-song
- Elk kanaal van een MIDI-song in- of uitschakelen
- Instellingen betreffende het afspelen van een song
- MIDI-songopname/-bewerking
- Audio Multi Recording
- Registratiegeheugen
- Playlist
- Microfoon
- Mixer
- Instellingen besturingsfunctie
- MIDI-instellingen
- Basisprocedure voor MIDI-instellingen
- System – MIDI-systeeminstellingen
- Transmit – MIDI-zendkanaalinstellingen
- Receive – MIDI-ontvangstkanaalinstellingen
- On Bass Note – De basnoot instellen voor het afspelen van een stijl via MIDI
- Chord Detect – Instellingen van het akkoord voor het afspelen van een stijl via MIDI
- External Controller – MIDI-besturingsinstellingen
- Netwerkinstellingen
- Utility
- Handelingen in verband met het uitbreidingspakket
- Aansluitingen
- Index
104 Genos Naslaggids
Opnamemodus Punch In/Out – Een bepaald bereik aan gegevens
vervangen of overdubben
Deze opnamemethode kan alleen worden toegepast op een bestaande opname. Hiermee kunt u opnieuw opnemen over
een bepaald gedeelte van het al opgenomen materiaal. U kunt het originele gedeelte vervangen door de nieuwe
opname met de opnamemodus Punch In/Out. Als u daarbij overdubben inschakelt, kunt u het origineel behouden en
mengen met de nieuwe opname. Zo kunt u een fout in de opname corrigeren of nieuwe partijen overdubben in de
originele opname.
De secties voor en na de Punch In/Out-sectie van de track worden niet opnieuw opgenomen en blijven gelijk aan de
originele gegevens. Ze worden wel normaal afgespeeld om u in en uit de opname te begeleiden.
1
Selecteer het gewenste bestand door stappen 1–3 in 'Een Multi Track Audio File (.aud)
selecteren' op pagina 99 uit te voeren.
2
Selecteer de track die u opnieuw wilt opnemen door op [Rec] te tikken onder de
gewenste track.
3
Stel de opnamemodus in.
3-1
Stel de parameter 'Rec Mode' in.
Selecteer de gewenste Punch In/Out-modus, afhankelijk van hoe u de opname wilt activeren.
•
Manual Punch In/Out:
Hiermee kunt u handmatig een Punch In/Out-opname maken via de display.
•
Pedal Punch In/Out:
Hiermee kunt u handmatig een Punch In/Out-opname maken via een voetpedaal dat
is aangesloten op de aansluiting ASSIGNABLE FOOT PEDAL 2.
•
Auto Punch In/Out:
Hierbij kunt u automatisch een Punch In/Out-opname maken door het opnamebereik
vooraf op te geven (zie hieronder).
3-2
Schakel het selectievakje 'Overdub' in of uit.
•
Uit:
Een bepaald bereik aan gegevens op de track wordt vervangen.
•
In:
De nieuwe opname wordt gemengd met de bestaande gegevens in een bepaald bereik op de track.
Als u het bestand opnieuw opneemt met de opnamemodus Punch In/Out, kunt u het beste één bereik tegelijk opnieuw opnemen. Met de Undo/Redo-functie kunt u namelijk
alleen het bereik dat onmiddellijk hiervoor is opgenomen, ongedaan maken of opnieuw uitvoeren.
OPMERKING
Oorspronkelijke gegevens Oorspronkelijke gegevens
Opnieuw opgenomen gegevens
Beginnen met opnemen Punch-in Punch-out Stoppen met opnemen
VOLGENDE PAGINA