User Manual

MONTAGE Gebruikershandleiding
46
Algemene systeeminstellingen opgeven
Het piepgeluid in-/uitschakelen.
U kunt het piepgeluid (waarmee handelingen, selectie van
menu's/parameters enz. wordt bevestigd) op de volgende
manier in-/uitschakelen.
1 Druk op de knop [UTILITY] om de display
Utility op te roepen en tik vervolgens op de
tab [Settings]
tab [System].
2 Stel 'Beep' in op 'ON' of 'OFF' om het
piepgeluid in of uit te schakelen.
3 Druk op de knop [EXIT].
Hiermee wordt de instelling opgeslagen en gaat u terug
naar de voorgaande display.
Het knipperen van de Superknop
in-/uitschakelen
Met de standaardinstelling knippert de Superknop in de
huidige maat. U kunt dit knipperen als volgt in-/uitschakelen.
Als de functie is uitgeschakeld, brandt de Superknop
ononderbroken.
1 Druk op de knop [UTILITY] om de display
Utility op te roepen en tik vervolgens op de
tab [Settings]
tab [System].
2 Selecteer 'ON' of 'OFF' in 'Knob Flash' om het
knipperen aan of uit te zetten.
Aanraakscherm kalibreren
Als het aanraakscherm soms niet reageert of willekeurig
reageert, moet het mogelijk worden gekalibreerd.
1 Houd de knop [UTILITY] ingedrukt en druk op
de knop PART [COMMON].
De display Utility wordt weergegeven, waarin [Calibrate
Touch Panel] is geselecteerd.
2 Druk op de knop [ENTER].
3 Er verschijnt een wit vierkantje. Tik op het
vierkantje om het aanraakscherm te
kalibreren en ga door met de volgende witte
vierkantjes totdat de bewerking is voltooid.
OPMERKING
U kunt ook op [UTILITY] [Settings] [System] tikken om de
instellingsdisplay System op te roepen en tik op [Calibrate Touch
Panel].
De hoofdstemming wijzigen
U kunt de stemming van de MONTAGE aanpassen. Als u in
een ensemble speelt, kunt u zo de toonhoogte aanpassen
aan die van andere instrumenten die niet gemakkelijk
kunnen worden gestemd (zoals een piano).
1 Druk op de knop [UTILITY] om de display
Utility op te roepen en tik vervolgens op de
tab [Settings]
tab [Sound].
2 Selecteer 'Tune' en wijzig de parameter met
de datadraaiknop.
In dit voorbeeld wijzigen we de waarde van '440 Hz' in
'442 Hz'. Omdat de parameter Tune eigenlijk wordt
aangepast in cents (1 cent = 1/100e van een halve toon),
wordt de overeenkomstige waarde in Hertz aan de
rechterkant weergegeven. Draai aan de datadraaiknop
om de waarde te wijzigen in '+8.0'. Gebruik indien nodig
een tuner voor nauwkeurige stemming.
3 Druk op de knop [EXIT].
Hiermee wordt de instelling opgeslagen en gaat u terug
naar de voorgaande display.
Tune
(Stemmen)