Operation Manual

MOTIF XF Gebruikershandleiding
27
Het keyboard bespelen in de modus Voice
Het geluid verbeteren met effecten
Dit instrument bevat een groot aantal effecten voor het
toevoegen van nagalm- en chorusverwerking aan de
geselecteerde voice voor de muziekuitvoering. U hoeft
alleen het effecttype te wijzigen dat is toegepast op de
presetvoice om direct het geluid te veranderen. In de
volgende instructies wordt uitgelegd hoe u het effecttype
kunt instellen en de verwante parameters die worden
toegepast op de presetvoice. Vervolgens leest u hoe
u de instellingen kunt opslaan als gebruikersvoice.
1 Druk op de knop [VOICE] om de modus Voice Play
te activeren.
2 Selecteer de voice waarvoor u het effect wilt
wijzigen of bewerken.
3 Druk op de knop [F6] Effect.
De display Effect Connect wordt weergegeven.
4 Verplaats de cursor naar 'Insertion A'.
5 Selecteer in het vak 'Insertion A' de effectcategorie
in het linkergedeelte en selecteer vervolgens het
effecttype in het rechtergedeelte.
6 Druk op de knop [SF2] Ins A om de display op te
roepen waarin u gedetailleerde parameters kunt
instellen voor het effecttype dat u in stap 5 hebt
opgegeven.
7 Verplaats de cursor naar 'Preset' en selecteer de
sjabloon met de datadraaiknop.
Elk van de sjablonen bevat de typische instellingen van
parameters voor het momenteel geselecteerde effecttype.
Probeer verschillende sjablonen uit, zodat u kunt nagaan
op welke manier elk effect van invloed is op het geluid.
8 Stel indien gewenst alle parameters in.
Probeer het gewenste geluid zo dicht mogelijk te benaderen
door de beschikbare parameters voor elk effecttype fijn af
te stemmen.
Zie voor meer informatie over de effectparameters het
hoofdstuk 'Basisstructuur' in de Naslaggids.
Sla de bewerkte voice op
1 Nadat u de voice hebt bewerkt, drukt u op de knop
[STORE] om het venster Voice Store op te roepen.
2 Stel de bestemming in voor het opslaan van
de voice.
Selecteer de gebruikersbank (USR 1 – 4 voor de normale
voice, UDR voor de drumvoice) voor de bestemming en
het voicenummer dat moet worden opgeslagen met de
draaiknop en de knoppen [INC/YES] en [DEC/NO]. U kunt
ook de knoppen [USER 1]–[USER 4], [USER DR], Group
[A]–[H] en Number [1]–[16] gebruiken om de bestemming
op te geven.
3 Druk op de knop [ENTER]. (Op de display wordt
u gevraagd dit te bevestigen.)
Als u het opslaan wilt annuleren, drukt u op de knop
[DEC/NO].
4 Druk op de knop [INC/YES] om de drumkit op
te slaan.
Nadat de voice is opgeslagen, verschijnt het bericht
'Completed' en keert u terug naar de display Voice Play.
Nu wordt de zojuist bewerkte voice geselecteerd zoals in
de display wordt weergegeven en kunt u direct de voice
afspelen.
LET OP
Als u een voice aan het bewerken bent en als u een andere voice
selecteert zonder de voice die wordt bewerkt op te slaan, worden
alle wijzigingen die u hebt aangebracht gewist.
LET OP
Als u de opslaghandeling uitvoert, worden de instellingen voor het
bestemmingsgeheugen overschreven. Belangrijke data moeten altijd
worden opgeslagen op een USB-opslagapparaat dat is aangesloten
op de USB TO DEVICE-connector. Zie pagina 64 voor aanwijzingen
voor de bewerking Save.
Zie voor gedetailleerde informatie over de voice het
hoofdstuk over de modus Voice in de Naslaggids.