Operation Manual

MOXF6/MOXF8 Gebruikershandleiding
Beknopte handleiding
33
7 Selecteer de gewenste voice in de lijst en druk op
de knop [ENTER].
De display Performance Play wordt weergegeven.
De voice die u hebt geselecteerd in de modus Voice wordt
toegewezen aan Part 1. De voice die u hebt geselecteerd
nadat u op de knop [SPLIT] hebt gedrukt, wordt toegewezen
aan Part 2. Deze twee voices worden weergegeven op
verschillende gebieden van het onderverdeelde keyboard
als een 'Performance'.
U kunt de voices die toegewezen moeten worden
bevestigen op de display die wordt opgeroepen met de
knop [F2] VOICE.
8 Druk op de knop [STORE] om de instellingen op te
slaan als performance.
Drum Assign—Een drumpartij
combineren met de huidige voice
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een performance kunt
maken waarin u een drumpatroon kunt triggeren (via de
arpeggiofunctie) naast het afspelen van de huidige voice.
1 Selecteer een voice in de modus Voice.
2 Druk op de knop [DRUM ASSIGN] op het paneel.
De display Category Search verschijnt. Drum/Percussion
wordt automatisch toegewezen als categorie. De drumvoice
wordt toegewezen aan Part 4 en vervolgens wordt arpeggio
automatisch ingeschakeld. Bespeel het keyboard om het
afspelen van het arpeggio te starten.
3 Druk op de cursorknop [>].
De voicelijst wordt weergegeven.
4 Selecteer de gewenste drumvoice in de lijst en
druk op de knop [ENTER].
De display Performance Play wordt weergegeven.
OPMERKING
Om het afspelen van arpeggio's te stoppen, drukt u op
de knop ARP [ON/OFF] zodat het bijbehorende lampje
wordt uitgeschakeld. Om het afspelen van arpeggio's
opnieuw te starten of in te schakelen, drukt u op de
knop ARP [ON/OFF] zodat het bijbehorende
lampje oplicht.
Het drumpatroon (arpeggiotype)
wijzigen
Als u de functie Drum Assign uitvoert, wordt een drumvoice
toegewezen aan Part 4 en wordt het arpeggio voor Part 4
ingeschakeld. Als u het drumpatroon wilt wijzigen, selecteert
u een ander arpeggiotype in Arpeggio Edit in de modus
Performance.
5 Druk op de knop ARP [EDIT] in de display
Performance Play.
De display Arpeggio Edit verschijnt.
6 Druk op de knop [F2] TYPE en vervolgens op de
nummerknop [4].
De display TYPE voor Part 4 wordt geopend.
7 Selecteer het arpeggiotype met 'Bank', 'Category',
'Sub Category' en 'Type'.
8 Druk op de knop [PERFORM] om terug te keren
naar de display Performance Play.
9 Druk op de knop [STORE] om de gewijzigde
performance op te slaan.