Operation Manual

MOXF6/MOXF8 Gebruikershandleiding
Beknopte handleiding
48
7 Druk op de knop [F2] TYPE en selecteer het
gewenste arpeggiotype dat is toegewezen aan de
knoppen [SF1] – [SF6].
Als u het arpeggiotype wijzigt, wordt een andere voice
opgeroepen, omdat de parameter 'VoiceWith ARP' is
ingesteld op 'on'. Als u bijvoorbeeld een drumpatroon wilt
opnemen, stelt u Category in op een drum-/percussieachtige
naam en zoekt u het gewenste arpeggiotype.
8 Druk op de knop [REC] en stel de parameters
voor de opname in op de display [F1] SETUP
zoals hieronder wordt aangegeven.
'Type' = 'replace'
'Loop' = 'uit'
'Quantize' = 'off'
Stel zo nodig de overige parameters in.
9 Druk op de knop [F5] CLICK om het klikgeluid aan
te zetten ( ).
10 Druk op de knop [F] (afspelen) om de opname
te starten.
Bespeel het keyboard om het afspelen van de arpeggio te
starten. Omdat de parameter 'Loop' is ingesteld op 'off',
wordt de opname automatisch beëindigd als het einde van
de patroonlengte wordt bereikt.
OPMERKING
Alle noten die via het afspelen van arpeggio's
worden gegenereerd, worden opgenomen.
11 Druk op de knop [F] (Play) om de opgenomen
frase te horen.
12 Neem naar wens op dezelfde manier frases op
naar de andere tracks van Sectie A.
Neem een baslijn op naar Track 2 en neem vervolgens een
gitaarachtergrond op naar Track 3 door stap 4 – 11
hierboven te herhalen.
13 Druk op [STORE] [F1] SEQ [ENTER] om de
opgenomen frases op te slaan als een patroon.
Met deze bewerking worden alle songs/patronen
opgeslagen.
Nu u Sectie A hebt opgenomen, gaat u verder met de
volgende instructies om Sectie B te maken met de taak
Pattern Copy met gebruik van de al opgenomen
gebruikersfrasen.
Een ander patroon maken (sectie B)
door al opgenomen data te gebruiken
Hier leert u hoe u een Sectie B kunt maken met opgenomen
data die zijn gekopieerd uit Sectie A. De drumpartij en
baspartij worden bijvoorbeeld uit Sectie A gekopieerd en de
gitaarpartij
wordt gemaakt via dezelfde nootdata als die van
de baspartij.
Kopieer eerst alle opgenomen data van Sectie A naar
Sectie
B met de taak Pattern Copy.
1 Druk op [PATTERN] [JOB] om de taak Pattern
te activeren.
2 Druk op de knop [F6] PATTERN en selecteer '01:
Copy Pattern' en druk op de knop [ENTER].
De display Copy Pattern Job verschijnt.
3 Selecteer het patroonnummer en de sectie die u
wilt kopiëren.
Selecteer als kopiebron het patroonnummer en de sectie die u
al hebt opgenomen in het vorige gedeelte. Selecteer voor de
kopiebestemming hetzelfde patroonnummer en 'Sectie B'.
4 Druk op de knop [ENTER] om de taak Pattern
Copy uit te voeren.
Alle data van Sectie A worden gekopieerd naar Sectie B.
5 Druk enkele keren op de knop [EXIT] om terug te
keren naar Pattern Play.
Opgenomen data als een gebruikersfrase
De MIDI-nootsequencedata (met uitzondering van de voice-
instelling enz.) die worden opgenomen in de modus Pattern,
worden opgeslagen als een gebruikersfrase. De opgeslagen
gebruikersfrase kan worden toegewezen aan een andere
sectie/track vanuit de display [F4] PATCH in de modus Pattern
Play. Hierdoor kunt u al opgenomen gebruikersfrasen gebruiken
voor de andere verschillende secties/tracks. Elk patroon biedt
geheugenruimte voor 256 van uw eigen gebruikerfrases.
De patroondata kopiëren
Bron Bestemming