User Manual

Nl 142
Network
Configureert de netwerkinstellingen.
Network Connection
Selecteert de netwerkverbindingsmethode.
Instellingen
IP Address
Configureert de netwerkparameters (zoals IP-adres).
DHCP
Bepaalt of een DHCP-server wordt gebruikt.
Instellingen
Handmatige netwerkinstellingen
1
Stel “DHCP” in op “Off”.
2
Gebruik de cursortoetsen (q/w) om een parametertype te selecteren en druk op ENTER.
3
Gebruik de cursortoetsen (e/r) om de invoegpositie te verplaatsen en de cursortoetsen
(q/w) om een waarde te selecteren.
4
Druk op ENTER om de instelling te bevestigen.
5
Als u een andere netwerkparameter wilt configureren, herhaalt u stap 2 tot 4.
6
Als u de wijzigingen wilt opslaan, gebruikt u de cursortoetsen om “OK” te selecteren en drukt
u op ENTER.
7
Druk op ON SCREEN om het menu af te sluiten.
Wired
Selecteer deze optie als u het toestel wilt aansluiten op een netwerk met een in
de handel verkrijgbare netwerkkabel (p.49).
Wireless (Wi-Fi)
Selecteer deze optie als u het toestel wilt aansluiten op een netwerk via de
draadloze router (toegangspunt). Zie “Het toestel verbinden met een draadloos
netwerk” (p.66) voor meer informatie over instellingen.
Wireless Direct
Selecteer deze optie als u een mobiel apparaat direct op het toestel aan wilt
sluiten. Zie “Een mobiel apparaat direct met het toestel verbinden (Wireless
Direct)” (p.71) voor meer informatie over instellingen.
Off
Er wordt geen DHCP-server gebruikt. U moet de netwerkparameters handmatig
configureren. Zie “Handmatige netwerkinstellingen” voor meer informatie.
On
Er wordt een DHCP-server gebruikt om de netwerkparameters (zoals IP-adres)
van het toestel automatisch te bepalen.
IP Address Geeft een IP-adres aan.
Subnet Mask Hierin kunt i een subnetmasker opgeven.
Default Gateway Specificeert het IP-adres dat aan dit toestel is toegewezen.
DNS Server (P) Geeft het IP-adres van de primaire DNS-server aan.
DNS Server (S) Hierin kunt u het IP-adres van de secundaire DNS-server opgeven.