User Manual

Table Of Contents
Nl 137
Bluetooth
USB en netwerk
Probleem Oorzaak Oplossing
Een Bluetooth-verbinding kan niet tot stand worden
gebracht.
De Bluetooth-functie van het toestel is uitgeschakeld. Schakel de Bluetooth-functie (p.117) in.
Een ander Bluetooth-apparaat is al verbonden met het toestel.
Beëindig de huidige Bluetooth-verbinding en breng dan een nieuwe verbinding tot
stand (p.67).
Het toestel en het Bluetooth-apparaat zijn te ver van elkaar verwijderd. Plaats het Bluetooth-apparaat dichter bij het toestel.
Er is een apparaat (zoals een magnetronoven en draadloze LAN) in de
buurt dat signalen uitzendt in de 2,4 GHz-frequentieband.
Zet het toestel uit de buurt van zulke apparaten.
Het Bluetooth-apparaat ondersteunt A2DP niet. gebruik een Bluetooth-apparaat dat A2DP ondersteunt.
De verbindingsinformatie die op het Bluetooth-apparaat is
geregistreerd, werkt om de een of andere reden niet.
Verwijder de verbindingsinformatie op het Bluetooth-apparaat en breng opnieuw een
verbinding tot stand tussen het Bluetooth-apparaat en het toestel (p.67).
Er wordt geen geluid geproduceerd of het geluid
wordt onderbroken tijdens het afspelen.
Het volume van het Bluetooth-apparaat is te laag ingesteld. Verhoog het volume van het Bluetooth-apparaat.
Het Bluetooth-apparaat is niet ingesteld om audiosignalen naar het
toestel te verzenden.
Wijzig de audio-uitvoer van het Bluetooth-apparaat naar het toestel.
De Bluetooth-verbinding is beëindigd.
Breng opnieuw een Bluetooth-verbinding tot stand tussen het Bluetooth-apparaat en
het toestel (p.67).
Het toestel en het Bluetooth-apparaat zijn te ver van elkaar verwijderd. Plaats het Bluetooth-apparaat dichter bij het toestel.
Er is een apparaat (zoals een magnetronoven en draadloze LAN) in de
buurt dat signalen uitzendt in de 2,4 GHz-frequentieband.
Zet het toestel uit de buurt van zulke apparaten.
Probleem Oorzaak Oplossing
Het toestel detecteert het USB-apparaat niet.
Het USB-apparaat is niet goed aangesloten op de USB-aansluiting. Zet het toestel uit, sluit het USB-apparaat opnieuw aan en zet het toestel weer aan.
Het bestandssysteem van het USB-apparaat is niet FAT16 of FAT32. Gebruik een USB-apparaat met de FAT16- of FAT32-indeling.
Mappen en bestanden op het USB-apparaat kunnen
niet worden weergegeven.
De gegevens op het USB-apparaat zijn beveiligd met de codering. Gebruik een USB-apparaat zonder coderingsfunctie.
De netwerkfunctie werkt niet. De netwerkparameters (IP-adres enz.) zijn niet correct verkregen.
Schakel de DHCP-serverfunctie in op uw router en stel “DHCP” in het menu “Setup” in
op “On” op het toestel (p.115). Als u de netwerkparameters handmatig wilt
configureren, gebruik dan een IP-adres dat niet wordt gebruikt door andere
netwerkapparaten in het netwerk (p.115).
Het toestel kan geen verbinding maken met het
internet via een draadloze router (toegangspunt).
De draadloze router (toegangspunt) is uitgeschakeld. Schakel de draadloze router in.
Het toestel en de draadloze router (toegangspunt) staan te ver uit elkaar. Plaats het toestel en de draadloze router (toegangspunt) dichter bij elkaar.
Er is een obstakel tussen het toestel en de draadloze router
(toegangspunt).
Verplaats het toestel en de draadloze router (toegangspunt) naar een locatie waar er
geen obstakels tussen ze zijn.