User Manual

INSTELLINGEN Instelmenu Nl 55
Configureer de netwerkparameters (zoals het IP-adres).
DHCP
Selecteer of er een DHCP-server gebruikt moet worden.
Instellingen
Handmatige netwerkinstellingen
1
Stel “DHCP” in op “Uit”.
2
Gebruik / om een parametertype te selecteren.
3
Gebruik / om de cursor te verplaatsen en / om een waarde te
selecteren.
4
Druk op ENTER.
Het MAC-adresfilter bepaalt welke netwerkapparatuur kan worden gebruikt om het
toestel te bedienen. Wanneer u het toestel bedient via een app op een mobiel
apparaat, moet u het MAC-adres van dat apparaat opgeven.
De werking van AirPlay (p. 45) of van DLNA-compatibele apparatuur (p. 42) wordt niet beperkt door deze
instelling.
Filter
Schakel het MAC adres filter in/uit.
Instellingen
MAC-adres 1–10
Geef de MAC-adressen (maximaal 10) op van de netwerkapparatuur waarmee u het
toestel wilt kunnen bedienen wanneer “Filter” is ingesteld op “Aan”.
1
Gebruik / om een MAC-adresnummer (1 t/m 10) te selecteren.
2
Gebruik / om de cursor te verplaatsen en / om een waarde te
selecteren.
3
Druk op ENTER.
IP adres
Setup Menu
Netwerk
IP adres
Uit
Er wordt geen DHCP-server gebruikt. Configureer de netwerkparameters
met de hand. Zie voor details “Handmatige netwerkinstellingen”.
Aan (standaard)
De DHCP-server wordt gebruikt om automatisch de netwerkparamaters
van het toestel (zoals het IP-adres) op te halen.
IP adres Geef een IP-adres op.
Subnet Mask Geef een subnetmasker op.
Default Gateway Geef het IP-adres van de standaard gateway op.
DNS Server (P) Geef het IP-adres van de primaire DNS-server op.
DNS Server (S) Geef het IP-adres van de secundaire DNS-server op.
MAC-adres filter
Setup Menu
Netwerk
MAC-adres filter
Uit (standaard) Schakel het MAC adres filter uit.
Aan
Schakel het MAC adres filter in. Geef bij “MAC-adres 1–10” de
MAC-adressen van de netwerkapparatuur op waarmee u het toestel wilt
kunnen bedienen.