Operation Manual

12
MX49/MX61 Gebruikershandleiding
Regelaars en functies
Achterpaneel
1 Aansluiting DC IN (pagina 13)
Op deze aansluiting sluit u de bijgeleverde
netadapter aan.
2 P Schakelaar (STANDBY/ON) (pagina 13)
Druk op de schakelaar om het instrument aan (O) of
op stand-by (N) te zetten.
3 Aansluitingen MIDI [IN]/[OUT] (pagina 37)
Via MIDI [IN] worden alle besturings- of speelgegevens
van een ander MIDI-apparaat ontvangen.
Via MIDI [OUT] worden alle besturings-, performance-
en afspeelgegevens van dit instrument verzonden naar
een ander MIDI-apparaat.
4 USB-aansluitingen
Er bestaan twee verschillende typen USB-aansluitingen.
Beide typen zijn aanwezig op het achterpaneel van het
instrument.
De aansluiting USB [TO HOST] wordt gebruikt om dit
instrument via een USB-kabel aan te sluiten op een
computer, zodat u MIDI- en audiogegevens kunt
verzenden tussen de apparaten. Raadpleeg het PDF-
document 'Naslaggids' voor informatie over de poort
die door de MX49/MX61 wordt gebruikt.
De aansluiting USB [TO DEVICE] wordt gebruikt om
dit instrument via een USB-kabel te verbinden met een
USB-flashgeheugen. Zie pagina 27 en 35 voor meer
informatie.
5
Aansluiting [SUSTAIN] (pagina 22)
Voor de aansluiting van een optionele FC3/FC4/FC5-
voetschakelaar. Als u een FC4/FC5 aansluit,
kunt u hiermee ook diverse andere functies met
de voetschakelaar regelen.
6 Aansluiting [FOOT CONTROLLER]
(pagina 22)
Voor de aansluiting van een optionele FC7-voetregelaar.
Met deze aansluiting kunt u continu een van de diverse
toe te wijzen functies regelen, waaronder volume, toon,
toonhoogte en andere aspecten van het geluid.
7 Aansluiting [AUX IN] (Auxiliary Input)
(pagina 29)
De stereomini-aansluiting voor Aux In wordt gebruikt
voor het invoeren van audio van een extern
audioapparaat. U kunt deze aansluiting bijvoorbeeld
gebruiken om een draagbare muziekspeler aan te
sluiten, zodat u met uw favoriete muziek kunt meespelen.
OPMERKING
U kunt de regelaar Volume van het externe
apparaat gebruiken om de gewenste niveaubalans
met dit instrument aan te passen.
8 Aansluitingen OUTPUT [L/MONO]/[R]
Via deze steekplugaansluitingen worden de lijnniveau-
audiosignalen uitgevoerd. Voor monofone uitvoer
gebruikt u alleen de aansluiting [L/MONO].
9 [PHONES]-aansluiting (hoofdtelefoon)
Met deze standaardaansluiting voor een
stereohoofdtelefoon kan een stereohoofdtelefoon
worden aangesloten. De audio-uitgang is identiek aan
die van de aansluiting OUTPUT [L/MONO]/[R].
1 2 5 6 7 93 4 8