User Manual

Basisbediening en meer
22 N1X Gebruikershandleiding
Het Reverb-effect bootst de natuurlijke akoestiek van een concertzaal na.
Reverb in- of uitschakelen
Druk herhaaldelijk op [REVERB] (indien nodig).
De reverbdiepte aanpassen
Houd [REVERB] ingedrukt en druk op [+] of [-]. De huidige waarde wordt op de
display weergegeven zolang beide regelaars ingedrukt blijven.
Houd [REVERB] ingedrukt en druk gelijktijdig op [+] en [-] om de standaardwaarde
te herstellen.
Om de helderheid van de klank in te stellen, houdt u [FUNCTION] ingedrukt en drukt u tegelijk op een
van de toetsen A#1–D2. Tijdens de bewerking wordt de aangegeven waarde op de display weergegeven.
Het geluid verbeteren met reverb
Licht op wanneer REVERB is
ingeschakeld.
Instelbereik: 1–20
Standaardinstelling: 5
OPMERKING
De reverbdiepte wordt teruggezet naar de
standaardinstelling wanneer het instrument
wordt uitgezet.
OPMERKING
Wanneer u [REVERB] ingedrukt houdt,
wordt de waarde voor de reverbdiepte
weergegeven op de display.
De helderheid van de klank instellen
D2
A#1
Laagste toets (A-1)
Standaardinstelling: 3 (normaal)
Display Toets Helderheid Beschrijving
1
A#1 Mellow 2 (warm 2)
Zachte en warme klankkleur.
Het geluid wordt warmer en ronder.
2
B1 Mellow 1 (warm 1) Een warme klankkleur tussen Normaal en Warm 2.
3
C2 Normal (normaal) Standaardklankkleur.
4
C#2 Bright 1 (helder 1) Een heldere klankkleur tussen Normaal en Helder 1.
5
D2 Bright 2 (helder 2) Heldere klank. Het geluid wordt helderder.