User Manual

Verbindingen
NU1X Gebruikershandleiding •39
Dit instrument is uitgerust met Bluetooth. Als uw smart-apparaat is voorzien van de Bluetooth-functie,
kunt u het geluid van de audiodata die zijn opgeslagen op het smart-apparaat, uitvoeren naar dit
instrument en beluisteren via de ingebouwde luidsprekers van het instrument. U kunt de ingevoerde
audiodata ook opnemen als audiosong (pagina 28).
* Bluetooth-apparaat
In deze handleiding betekent 'Bluetooth-apparaat' een apparaat dat de audiodata die opgeslagen is op het instrument via de Bluetooth-functie kan
verzenden via draadloze communicatie; bijvoorbeeld een smartphone, digitale audiospeler etc. Om goed te functioneren moet het apparaat compatibel
zijn met A2DP (Advanced Audio Distribution Profile)
Koppelen met Bluetooth-apparaten
Als u uw Bluetooth-apparaat met het instrument wilt verbinden via Bluetooth, moet
u eerst het apparaat met het instrument koppelen
Zodra het Bluetooth-apparaat met dit instrument is gekoppeld, hoeft u het koppelen
niet meer opnieuw uit te voeren.
1 Houd [FUNCTION] 3 seconden ingedrukt.
Het instrument gaat in de koppelmodus. Tegelijkertijd knippert het -lampje
(Bluetooth) en '
bt
' verschijnt op het scherm. Druk op [>/o] (Play/Pause) om het
koppelen te annuleren.
2 Schakel de Bluetooth-functie op het Bluetooth-apparaat in en
selecteer 'NU1X' in de lijst met verbindingen.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van het Bluetooth-apparaat voor meer informatie.
Als het koppelen gereed is, gaat het -lampje (Bluetooth) branden, verdwijnt de
boodschap en wordt het scherm donker.
3
Speel audiodata af op het
Bluetooth
-apparaat om te controleren of de
ingebouwde luidsprekers van het instrument het audiogeluid kunnen
uitvoeren.
Wanneer u het instrument de volgende keer inschakelt, maakt het laatst verbonden
Bluetooth -apparaat automatisch verbinding met het instrument als de Bluetooth-
functie van het apparaat en het instrument is ingeschakeld. Als niet automatisch
verbinding wordt gemaakt, selecteert u de modelnaam van het instrument in de lijst
met verbindingen op het apparaat.
De Bluetooth-functie in-/uitschakelen
De Bluetooth-functie wordt standaard geactiveerd zodra u het instrument inschakelt. U kunt de functie ook
uitschakelen als u de verbinding tussen het instrument en het Bluetooth-apparaat wilt verbreken, of wanneer u wilt
proberen het apparaat opnieuw te verbinden met het instrument etc.
Houd [FUNCTION] ingedrukt en druk herhaaldelijk op de toets F6 (indien nodig).
De Bluetooth-audiofunctie gebruiken
Lees 'Over Bluetooth' op pagina 40 voordat u de Bluetooth-functie gebruikt.
Pairing (Koppelen)
'Pairing' houdt in dat u smart-apparaten
met Bluetooth-functie registreert op dit
instrument, zodat de twee apparaten elkaar
herkennen en draadloze communicatie tot
stand kan worden gebracht.
OPMERKING
Er kunnen tot 8 Bluetooth-apparaten met dit
instrument worden gekoppeld, maar u kunt
slechts één tegelijk op dit instrument
aansluiten. Wanneer de koppeling met het 9e
Bluetooth-apparaat tot stand is gebracht,
worden de koppelingsdata voor het apparaat
met de oudste koppelingsdatum verwijderd.
OPMERKING
Wanneer de Bluetooth-functie van dit
instrument op 'Off' is ingesteld, wordt de
stand-bystand voor het koppelen met het
instrument niet ingeschakeld wanneer u
[FUNCTION] 3 seconden ingedrukt houdt.
Stel in dit geval Bluetooth in op 'On' (Zie
hieronder) en begin daarna te koppelen.
bt
Knippert.
Verschijnt op het scherm.
OPMERKING
Voltooi de instellingen op het Bluetooth-
apparaat binnen 5 minuten. Als er
vijf minuten zijn verstreken, sluit de
koppelmodus automatisch af en gaat
het -lampje (Bluetooth) uit.
Als u een sleutel moet invoeren, voert
u de cijfers '0000' in.
OPMERKING
U kunt het volume van het geluid dat via
Bluetooth wordt ingevoerd, aanpassen met
behulp van de [MASTER VOLUME]-
regelaar. Als u de volumebalans tussen uw
toetsenspel en het geluid ingevoerd via
Bluetooth wilt aanpassen, past u het
volume op het Bluetooth-apparaat aan.
F6
Hoogste toets (C7)