User Manual
149
CVP-109/107/105
CURSOR functies
• Elk van de CURSOR functies onderin het
STEP EDIT scherm correspondeert met
één of meer van de parameters van de
event lijst.
• De hoeveelheid beschikbare CURSOR
functies, alsook van welk type ze zijn,
hangt af van het event type dat is gese-
lecteerd. (Zie de lijst op blz. 151 voor
details.)
• Wanneer een CURSOR functie met twee
of meer parameters correspondeert, druk
dan meermaals op de LCD knop totdat
de gewenste parameter geselecteerd is.
Druk op de LCD knop die correspondeert met een van de CURSOR
functies om een event parameter te selecteren. (Zie de volgende twee
gedeeltes van dit hoofdstuk voor beschrijvingen van de event parame-
ters.)
➔ De geselecteerde parameter is tegengesteld geaccentueerd
(d.w.z., normaal i.p.v. diapositief).
➾ Gebruik de data dial of de [–] en [+] knoppen om de waarde van
de geselecteerde parameter te veranderen.
➔ Er verschijnt een potloodsymbool, rechts van de bewerkte data,
om u eraan te herinneren dat u hier één of meer parameters
gewijzigd heeft.
< Neem uw wijzigingen op. ......................................................................
TIMING parameters
• Wanneer u een andere event selecteert,
zonder de wijzigingen eerst op te slaan,
zal de event die u zojuist bewerkt heeft,
terugkeren naar zijn vorige instellingen,
al uw gemaakte wijzigingen gaan dus
verloren.
• Als u de functie niet ziet, rechts in het
scherm, druk dan op de SHFT knop (de
onderste van de rechter LCD knoppen)
om hem alsnog op te roepen.
Herhaal zonodig stap 7 om nog andere parameters van de geselecteerde
event te wijzigen. Druk vervolgens, als u klaar bent met het bewerken van deze
event, op de
knop (de vierde van de rechter LCD knoppen) om uw wij-
zigingen op te nemen.
➔ Het potloodsymbool bij de event verdwijnt weer.
> Sla de bewerkte song data op.........................................................
M Selecteer en bewerk een parameter. ........................................
Uw Wijzigingen Testen
• U kunt op elk moment, terwijl u song data
bewerkt, op de [PLAY/STOP] knop druk-
ken om de resultaten van uw gemaakte
wijzigingen te testen. Het afspelen begint
bij het begin van de maat waarin de
momenteel geaccentueerde event zich
bevindt.
• U kunt het afspelen bedienen met de
[PAUSE], [REW], en [FF] knoppen. (De
[REW] en [FF] knoppen kunnen zelfs
gebruikt wordt als de song in de pauze-
stand staat.)
• Als u het afspelen pauzeert of op de
[PLAY/STOP] knop drukt om het afspe-
len te stoppen, wordt de meest recente
event geaccentueerd in het scherm.
Herhaal stap 5 tot en met 8 om nog andere events in de geselec-
teerde track te bewerken, of stap 4 tot en met 8 om ook andere tracks
te bewerken. Wanneer u helemaal klaar bent met het bewerken van de
song, sla dan de song data op een diskette op, zoals beschreven op blz.
165.
EVENT TYPE
parameter
NOTE NUMMER
parameter
VELOCITY
parameter
GATE TIME
parameters
Potlood
symbool
Step Edit
147
OPMERKING
OPMERKING
OPMERKING