User Manual
193
CVP-109/107/105
Bij het opslaan van registratie data, geeft de REGIST instelling aan
welke geheugenlokatie(s) opgeslagen worden op diskette. Bij het
laden van data, geeft de REGIST instelling aan hoe de registratie data
wordt geladen, zoals hieronder wordt beschreven:
U kunt elke registratie file op de diskette
wissen of een andere naam geven, onge-
acht de REGIST instelling.
XSelecteer de file handeling.
File handelingen kunnen niet uitgevoerd
worden als het [SONG] lampje brandt.
Verlaat de Song mode voordat u een file
functie probeert uit te voeren.
Gebruik de tweede LCD knop van rechts om de gewenste file hande-
ling te selecteren: LOAD, SAVE, DELETE of NAME.
C Druk op de START knop.
➔ De file handeling begint.
De volgende stappen voor elke file handeling hangen af van de hande-
ling die u heeft geselecteerd. Raadpleeg de corresponderende instruc-
ties voor elke handeling, die hieronder worden beschreven.
■ LOAD (Laden)......................................................................................................
Als u LOAD selecteert, verschijnt het Load scherm. De huidige in-
terne data wordt vervangen als u de Load handeling uitvoert. Zorg ervoor
dat u alle belangrijke data op diskette opslaat (zie blz. 194) voordat u de
Load handeling uitvoert.
Diskette
REGIST instell.:
File bevat: ALL A1 — E4
Alle
registraties
Alle registraties worden
geladen
Eén registratie, die apart was
opgeslagen, wordt geladen
(op oorspronkelijke lokatie).
Eén
registratie
Geselecteerde registratie file
wordt geladen op oorspron-
kelijke lokatie.
Eén geselecteerde registratie
wordt geladen op
gespecificeerde lokatie.
191
OPMERKING
OPMERKING