Specifications

De 50 pianopresetsongs gebruiken
P-140 Gebruikershandleiding
15
De 50 pianopresetsongs gebruiken
Luisteren naar de 50 pianopresetsongs
De P-140 bevat de performance-data van 50 pianosongs. U kunt deze songs beluisteren
(pagina 58), of de songs gebruiken om mee te oefenen (pagina 16).
1. Druk enkele malen op de knop
[SONG SELECT] tot de indicator
'PRESET' gaat branden.
2. Druk op de knoppen [/NO] en
[+/YES] om het nummer te selecteren
van de melodie die u wilt afspelen.
Het nummer wordt weergegeven op het display.
1 - 50: Selecteer het nummer van een presetsong en speel alleen die song af.
ALL: Speel alle presetsongs in volgorde af.
rnd: Speel alle presetsongs continu in willekeurige volgorde af.
3. Druk op de knop [PLAY/PAUSE] om
het afspelen te starten.
Het tempo aanpassen
U kunt de knoppen [TEMPO/FUNCTION , +]
gebruiken om het afspeeltempo naar wens aan
te passen. Hierdoor wordt een relatieve
tempovariatie verkregen, met een bereik van
'-50' via '0' tot maximaal '50'. Het bereik
verschilt afhankelijk van de geselecteerde song.
Het standaardtempo kan worden
teruggeroepen door gelijktijdig op de knoppen
[] en [+] te drukken.
4. Stop het afspelen.
Het afspelen stopt automatisch wanneer de geselecteerde
presetsong is afgelopen. Als u de song wilt stoppen tijdens
het afspelen (of continu afspelen), drukt u op de knop
[STOP]
. U kunt het afspelen ook pauzeren door op de
knop
[PLAY/PAUSE]
te drukken.
Zie stap 2 hierboven voor het continu afspelen van een andere song.
5.
Druk op de knop [SONG SELECT] om het afspelen
van presetsongs te stoppen.
De indicator gaat uit en het instrument keert terug naar de normale
speelmodus.
52
34
1
TERMINOLOGIE
Song:
Performance-data worden op
de P-140 een 'song' genoemd.
Hierbij gaat het onder andere om
demonstratiemelodieën en
pianopresetmelodieën.
Preset:
Voorgeprogrammeerde data,
opgeslagen in het interne
geheugen van de P-140 toen
deze de fabriek verliet.
Het standaardtempo '0' wordt
automatisch geselecteerd
wanneer een nieuwe presetsong
wordt geselecteerd, of als het
afspelen van een nieuwe
presetsong begint tijdens het
afspelen van 'ALL' of 'rnd'.
Als u een andere song selecteert
(of als er een andere song wordt
geselecteerd tijdens het
ketengewijs afspelen), worden er
bijbehorende reverb- en
effecttypen geselecteerd.
U kunt het variatietype
(pagina 23) en het nagalmtype
(pagina 24) aanpassen die
worden toegepast op de voice
die u via het toetsenbord
bespeelt en op het afspelen van
de presetsong.
OPMERKING
OPMERKING
OPMERKING