NEDERLANDSTALIGE HANDLEIDING
VOORZORGSMAATREGELEN LEES ALLES ZORGVULDIG DOOR VOOR U VERDER GAAT * Bewaar deze voorzorgsmaatregelen op een veilige plaats voor later. WAARSCHUWING Volg altijd de algemene voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om te voorkomen dat u gewond raakt of zelfs sterft als gevolg van elektrische schokken, kortsluiting, schade, brand of andere gevaren.
Gefeliciteerd met de aanschaf van de YAMAHA PSR-195/PSR-79 PortaTone! U bezit nu een draagbaar toetsenbord in een compact pakket die uitgerust is met geavanceerde functies, een fantastisch geluid heeft en buitengewoon gemakkelijk is in het gebruik. Deze kenmerken maken het een uitzonderlijk expressief en veelzijdig instrument. Lees deze Handleiding zorgvuldig door om optimaal gebruik te kunnen maken van de verschillende kenmerken bij het bespelen van uw nieuwe PortaTone.
BELANGRIJKSTE KENMERKEN De PSR-195/PSR-79 is een geavanceerd en gemakkelijk-in-het-gebruik toetsenbord met de volgende kenmerken en functies: Yamaha Education Suite ➔pag.
& PANEELKNOPPEN EN AANSLUITINGEN Voorpaneel 6
1 Aan/uit schakelaar (STAND BY / ON) 2 MASTER VOLUME dial Deze regelt het hele volume van de PortaTone. 3 OVERALL, DEMO START knoppen ( ▲, ▼, +, -) Hiermee selecteert u verschillende algemene functies en stelt de waarden er van in (zie pag. 23). Ook de Demo songs kunnen hiermee afgespeeld worden (zie pag. 11). 4 SONG knop Deze selecteert de Song mode (zie pag. 20). 5 VOICE knop Deze selecteert de Voice mode (zie pag. 15). 6 STYLE knop Deze selecteert de Style mode (zie pag. 28).
Achterpaneel H DC IN 10-12V jack J SUSTAIN jack (alleen voor de PSR-195) Dit is de aansluiting voor een PA-3B AC adaptor. Dit is de aansluiting voor een extra FC4 of FC5 voetpedaal. I PHONES/AUX OUT jack K MIDI IN, OUT aansluitingen Dit zijn de aansluitingen voor de andere MIDI instrumenten en apparaten. Dit is de aansluiting voor een stereo hoofdtelefoon of een extern versterker/ luidsprekersysteem.
& OPSTELLEN Dit gedeelte geeft u informatie over hoe u uw PortaTone moet opstellen om te bespelen. Lees dit gedeelte zorgvuldig door alvorens uw instrument te gebruiken. STROOMVOORZIENING Uw PortaTone werkt zowel op batterijen (niet bijgesloten) of op normale stroom met behulp van de niet bijgeleverde Yamaha PA3B Adaptor (of een andere door Yamaha aanbevolen adaptor). Het Gebruik van de Adaptor Om uw PortaTone op een stopcontact aan te sluiten, heeft u de extra verkrijgbare Yamaha PA-3B Adaptor nodig.
OVERIGE (AUX) JACKS ■ Het Gebruik van een Hoofdtelefoon Om privé te oefenen en te spelen zonder anderen te storen, kunt u een hoofdtelefoon aansluiten op het achterpaneel in de PHONES/AUX OUT jack. De ingebouwde luidsprekers worden onmiddellijk losgekoppeld zodra u de plug van de hoofdtelefoon in de jack steekt. ■ Een Toetsenbord Versterker of Stereosysteem Aansluiten Hoewel de PortaTone is uitgerust met ingebouwd luidsprekers, kunt u ook via een extern versterker/geluidssysteem spelen.
& OM TE BEGINNENDE DEMOSONGS AFSPELEN De PortaTone is uitgerust met een groot aantal Demosongs, speciaal opgenomen om de dynamische geluiden en ritmes te laten horen en u een idee te geven wat u met het instrument kan doen. 1 e e e Zet allereerst het instrument aan. Druk op de STAND BY/ON knop. Als u het instrument aanzet, staat het automatische in Voice mode en speelt Voice 1 (Grand Pno) af. 2 Stel het volume in. Zet het volume met de MASTER VOLUME knop eerst op ongeveer een derde.
& PANEEL DISPLAY INDICATIES De PortaTone is uitgerust met een groot multifunctioneel display dat alle belangrijke instellingen van het instrument toont. Het volgende gedeelte legt in het kort de verschillende iconen en indicaties van de display uit. 2 Algemene functie bar indicator 6 Akkoord 7 Song/Voice/Stijl naam en nummer 4 Toetsenbord 1 Mode indicator Deze zwarte balken geven de huidig geselecteerde mode weer: Song, Voice of Style.
& PORTABLE GRAND Met deze praktische functie kunt u automatische iedere mode of functie verlaten en onmiddellijk de Grand Piano voice oproepen. e “STEREO SAMPLING PIANO” Druk op de PORTABLE GRAND knop in de vorm van een piano. Hiermee annuleert u automatisch alle andere modes of functies en reset het hele instrument om de speciale “Stereo Sampling Piano” Grand Piano voice (voice 001) af te spelen.
De Metronoom Maatsoort Instellen De maatsoort van de metronoom kan ingesteld worden op verschillende op kwart-noot gebaseerde stappen. Numerieke Time keypad 1 2 3 4 5 6 7 8 9 0 NB: De maatsoort wijzigt automatisch bij het selecteren van een song of stijl. Druk tegelijkertijd de METRONOME knop in en de knop op het numerieke toetsenbord dat correspondeert met de gewenste maatsoort (zie het overzicht rechts).
& HET SELECTEREN EN AFSPELEN VAN VOICESDE VOICE MODE De Voice mode bevat 100 authentieke voices die gecreëerd zijn met behulp van Yamaha’s geavanceerde AWM (Advanced Wave Memory) toongenerator. Veel van de voices bezitten tevens speciale vooringestelde karakteristieken of versieringen. De voices zijn ingedeeld in verscheidene categorieën, afhankelijk van de karakteristieken of effecten. VOICES SELECTEREN EN BESPELEN e 1 Selecteer de Voice mode. Druk op de VOICE knop.
U kunt op drie manieren voices selecteren: 1) direct het voicenummer invoeren met het numerieke toetsenbord; 2) met de +/- toetsen door de voices wandelen; of 3) op de VOICE knop drukken om door de voice nummers te wandelen. Het gebruik van het numerieke toetsenbord Voer de cijfers van het voicenummer in zoals afgebeeld op het paneel. Om bijvoorbeeld voice #42 te selecter en, drukt u eerst op “4” op het numerieke toetsenbord, vervolgens op “2”.
3 e Speel de geselecteerde voice af. Herhaal bovenstaande stap 2 om de voice te wijzigen. Als de Song- of Stylemode op de achtergrond actief is (aangegeven met een C-vormige balk in de display), kunt u ook songs of stijlen afspelen in de Voice mode door eenvoudig de START/STOP (>/■) knop in te drukken. De laatst geselecteerde song of stijl wordt afgespeeld. Harmonievoices (#61 - #70) voegen automatisch een één-, twee- of drienoots harmonie toe aan de originele voice.
TRANSPONEREN EN STEMMEN U kunt stemmen en de transpositie (toonhoogte) van de PortaTone wijzigen met respectievelijk de Tuning (stemming) en Transpose (transpositie) functies. Transponeren (Transpose) Het transponeren bepaalt de toonhoogte van zowel de hoofdvoice als de bass/akkoordbegeleiding van de geselecteerde stijl. Het bepaalt ook de toonhoogte van de songs en de Multi Pads.
Stemmen Het stemmen bepaalt de fijne toonhoogte instelling van zowel de hoofdvoice als de bass/ akkoordbegeleiding van de geselecteerde stijl. Het bepaalt ook de fijne toonhoogte van de songs en de Multi Pads. Hiermee kunt u nauwkeurig de stemming afstemmen op andere instrumenten. De Tuning instellingen kunnen aangepast worden binnen een bereik van ± 50 (ongeveer 0,5 halve tonen). e 1 Selecteer de Tuning functie in het Overall menu.
& HET SELECTEREN EN AFSPELEN VAN SONGSDE SONG MODE De Song mode bevat 100 speciale songs die gecreëerd zijn met de rijke en dynamische geluiden van de PortaTone. De songs zijn over het algemeen bedoeld voor uw luisterplezier, maar u kunt ook meespelen op het toetsenbord. Met de Voice Change functie kunt u instellen of de toetsenbordvoice al of niet wijzigt met de voicewijzigingen van de song zelf.
Huidig maatnummer NB: U kunt met een song meespelen in de huidig geselecteerde voice of zelfs een andere voice kiezen om mee te spelen. Roep simpelweg de Voice mode op terwijl de song afspeelt en de selecteer de gewenste voice. Huidige melodienoot e 4 Herhaal, indien u een andere song wilt selecteren, stap 2 hierboven. 5 Stop de song. e Druk op de START/STOP (>/■) knop. Zoals het afspelen was gestart met deze knop, stopt de geselecteerde song nu automatisch.
2 Wijzig de waarde. e Verhoog of verlaag de waarde van het Tempo met de OVERALL +/- knoppen. Houdt de knop constant ingedrukt om de waarde snel te verhogen of verlagen. Verhoogt de Tempo waarde Het Oproepen van de Standaard (default) waarde van het Tempo Elke song en stijl heeft een standaardtempo. Als u het tempo heeft gewijzigd, kunt u onmiddellijk de standaardinstelling “00” oproepen door tegelijk op beide OVERALL +/- knoppen te drukken (indien Tempo is geselecteerd in het Overall menu.
HET SONGVOLUME AANPASSEN Het afspeelvolume van de song kan aangepast worden. Deze volume parameter beïnvloedt alleen het volume van de song. Het volume bereik is van 000 - 127. e 1 Selecteer de Song Volume functie in het Overall menu. Druk op één van de OVERALL ▲/▼ knoppen, indien nodig herhaaldelijk, tot “SongVol” in de display verschijnt. Huidige Song Volume waarde 2 Wijzig de waarde. e Verlaag of verhoog de Song Volume waarde met de OVERALL +/- knoppen.
SONG KNOPPEN Als de Song mode actief is, functioneren de paneelknoppen onder de display als songknoppen. Deze knop heeft geen functie in de Song mode. Als u op deze knop drukt dan start en stopt u beurtelings het afspelen van de song. Als u op deze knop drukt dan pauzeert en hervat u beurtelings het afspelen van de song. Deze knop functioneert als een terugspoelknop, terugspoelend door de maatnummers. Te gebruiken tijdens het afspelen of pauzeren of na het stoppen van het afspelen.
e 2 Stel punt B in (het einde van het gedeelte). Druk nogmaals op de knop, op het einde van het gedeelte dat herhaald moet worden. De geselecteerde frase repeteert onophoudelijk totdat deze gestopt wordt. e 3 Pauzeer of stop het afspelen naar behoeven. Gebruik de Pause (II) en START/STOP (>/■) knoppen. Het stoppen van het afspelen annuleert nog niet de ingestelde A/B punten van de A/B Repeat functie. e 4 Zet de A/B Repeat functie uit. Druk op de a<->b knop.
MELODY GUIDE (MELODIE GIDS) De PortaTone heeft een speciale Melody Guide functie die het oefenen en leren van de 100 songs leuk en gemakkelijk maakt. Tijdens het afspelen toont de PortaTone de noten van de melodie in de notenbalk en het toetsenbord diagram in de display - waarmee aangegeven wordt welke noten u moet spelen en wanneer. Met de Melody Guide functie kunt u zelfs op uw eigen tempo oefenen, aangezien het afspelen automatisch pauzeert totdat u de juiste noten heeft gespeeld.
e 3 Start het afspelen van de song en speel de melodie op het toetsenbord. Start het afspelen van de song op de normale manier (pag. 20) en speel de melodie mee met de song. U kunt ook de Melody Guide instelling wijzigen terwijl de song afspeelt door simpelweg op de Melody Guide knop te drukken. Druk, om de song te stoppen, op de START/STOP (>/■) knop. VOICE CHANGE Met de Voice Change functie kunt u instellen of de toetsenbordvoice al of niet automatisch wijzigt met de melodievoice van de song.
& STIJLEN SELECTEREN EN AFSPELEN DE STYLE MODE De Style mode voorziet de verschillende populaire muziekstijlen van dynamische ritme/begeleidingspatronen en voice instellingen die passen bij ieder patroon. Er zijn in totaal 100 verschillende stijlen beschikbaar, in verschillende categorieën ondergebracht. Iedere stijl is opgebouwd uit aparte “secties” - Intro, Main A en B (met 4 Fill-ins), en Ending - waarmee u verschillende begeleidingspatronen kunt oproepen als u speelt.
3 Start de geselecteerde stijl e Hetgeen u op de volgende manieren kan doen: Druk op de START/STOP knop Het ritme speelt onmiddellijk zonder bass of akkoord begeleiding. De huidig geselecteerde Main A of B sectie speelt af. (U kunt de beide secties selecteren door het indrukken van de juiste knop - AUTO FILL/MAIN A of B - voordat u de START/STOP knop indrukt.) TIP: De PortaTone bevat ook een akkoord- en basbegeleiding dat met het ritme kan worden afgespeeld. Zie pag.
e 4 Stop de stijl. Hetgeen u op de volgende drie manieren kunt doen: Druk op de START/STOP knop De ritme/begeleiding stopt onmiddellijk met spelen. Met gebruik van een Endingsectie Druk op de INTRO/ENDING knop. De stijl stopt nadat de Endingsectie afgespeeld is.
AUTO ACCOMPANIMENT FUNCTIES e 1 Zet de automatische begeleidiing aan. Druk op de ACMP ON/OFF knop om de automatische begeleiding aan te zetten. 2 Selecteer en speel een stijl af. Geeft aan dat de autobegeleiding aanstaat. e e Selecteer één van de stijlen en starthet afspelen zoals beschreven wordt in stap 1-3 op pag. 28. 3 Wijzig de akkoorden met de begeleidingsfunctie.
STIJLSECTIES (MAIN A, MAIN B) EN FILL-INS Terwijl de stijl afspeelt, kunt u variatie in het ritme/de begeleiding toevoegen door op één van de MAIN A/B (AUTO FILL) knoppen te drukken. Deze knoppen spelen automatisch één van de vier Fill-in secties af die soepeltjes overgaan in de volgende sectie - zelfs wanneer dat dezelfde sectie is. NB: • Als u de MAIN A of B knop indrukt, speelt de Fill-in onmiddellijk af.
AUTOMATISCHE BEGELEIDING GEBRUIKEN MULTI FINGERING De auto accompaniment ofwel begeleidingsfunctie genereert automatisch de bas- en akkoordbegeleiding voor u om mee te spelen, door middel van Multi Fingering . U kunt de akkoorden van de begeleiding wijzigen door de toetsen op het ACMP gedeelte van het toetsenbord te bespelen met ofwel de “Single Finger” ofwel de “Fingered” methode.
WAT IS EEN AKKOORD? Het antwoord is eenvoudig: Drie of meer tonen die tezamen worden gespeeld vormen een akkoord. (Twee tonen die tezamen worden gespeeld vormen een “interval” - een interval is de afstand tussen twee verschillende tonen. Dit wordt ook wel aangeduid met “harmonie”.) Afhankelijk van de intervallen tussen de drie of meer tonen klinkt een akkoord mooi, duf of dissonant klinken. De schikking van de tonen in het voorbeeld links - een triade akkoord - brengt een prettig, harmonieus geluid voort.
AKKOORDEN NOTEREN Het kunnen lezen en schrijven van akkoorden is een makkelijke maar waardevolle vaardigheid. Akkoorden worden dikwijls genoteerd als een soort afkorting die hen onmiddellijk herkenbaar maakt (en u de vrijheid geeft om ze met die vingerzetting of ommedraaiîng te spelen die u prefereert). Als u eenmaal het basisprincipe van harmonie en akkoorden begrijpt, is het erg eenvoudig om deze afkortingen te gebruiken bij het noteren van de akkoorden in een song.
ONE TOUCH SETTING (OTS) De One Touch Setting functie selecteert automatisch een toepasselijke voice bij de stijl die u selecteert. Met andere woorden, als de One Touch Setting aanstaat, wijzigt de voice automatisch als u van stijl wijzigt. 1 Selecteer een stijl. e Selecteer één van de stijlen zoals beschreven in stap 12 op pag. 28. e 2 Zet de One Touch Setting functie aan. Druk op de OTS knop waardoor er eventjes “OTS On” in de display verschijnt.
CHORD GUIDE (AKKOORDEN GIDS) De Chord Guide functies van de PortaTone voorzien u van krachtige, gemakkelijk te gebruiken hulpmiddelen bij het leren van akkoorden en akkoordverhoudingen. Chord Guide mode kent twee verschillende functies: Smart en Dictionary. Smart Met de Smart functie kunt u de grondtoon instellen van de akkoord begeleiding. Als die eenmaal is ingesteld, kunt u eenvoudigweg individuele toetsen in de toonladder aanslaan, waardoor automatisch harmonisch juiste akkoorden voortgebracht worden.
Nummer 01 02 03 04 05 06 07 08 Toets (display indicatie, werkelijke toets) #/b=0 (C, of Am) #=1 (G, of Em) #=2 (D, of Bm) #=3 (A, of F#m) #=4 (E, of C#m) #=5 (B, of G#m) #=6 (F#, of D#m) #=7 (C#, of A#m) Nummer 09 10 11 12 13 14 15 Toets (display indicatie, werkelijke toets) b=7 (Cb, of Abm) b=6 (Gb, of Ebm) b=5 (Db, of Bbm) b=4 (Ab, of Fm) b=3 (E, of Cm) b=2 (Bb, of Gm) b=1 (F, of Dm) Als u bijvoorbeeld de volgende partituur wilt spelen, stel de toon dan in op b=1 (F, of Dm) e 4 Speel de stijl af en
Dictionary De Dictionary functie is in wezen een ingebouwd “akkoordenboek” die u de individuele tonen in akkoorden toont. Dit is ideaal als u de naam van een bepaald akkoord wilt weten en snel wilt leren hoe deze gespeeld moet worden. e e 1 Selecteer de Dictionary Chord Guide, met de Style mode actief. Druk op de CHORD GUIDE knop, waardoor eventjes “Dict.” in de display verschijnt. 2 Selecteer de grondtoon van het akkoord.
MULTIPADS Met deze handige pads kunt u onmiddellijk verschillende muzikale en ritmische frases triggeren als u de PortaTone bespeeld. Er zijn in totaal 40 verschillende geluiden of frases (20 banken met twee padgeluiden voor iedere bank). De frases spelen af op dezelfde snelheid als de Tempo instelling en wijzigen tevens harmonisch mee met de begeleidende akkoorden (zowel in Style als in Song mode). 1 e Selecteer de Pad functie in het Overall menu.
& MIDI De PortaTone bezit tevens MIDI aansluitingen waarmee u de PortaTone met andere MIDI instrumenten en apparatuur kunt aansluiten. Ontvangt MIDI data van het aangesloten stuurapparaat. Verstuurt MIDI data (spel van het toetsenbord) naar het aangesloten apparaat. Over MIDI MIDI (Musical Instrument Digital Interface) is een wereldwijde standaard die in vele elektronische muziekinstrumenten en andere digitale muziekgerelateerde apparatuur is ingebouwd.
& TROUBLESHOOTING (IN DE PROBLEMEN?) Probleem Mogelijk oorzaak en oplossing Een plopgeluid is kort hoorbaar als de PortaTone wordt aan- of uitgezet. Dit is normaal en geeft aan dat de PortaTone stroom ontvangt. Het geluid van de voices of ritmes klinkt ongewoon of vreemd. De batterij is zwak. Vervang de batterijen (zie pag. 9). Er is geen geluid, zelfs niet als het toetsenbord wordt bespeeld of een Song wordt afgespeeld.
INDEX MISC.
Copyright © Yamaha Corporation. Alle rechten zijn voorbehouden. Er mag geen gedeelte van de Nederlandse Handleiding worden gereproduceerd of uitgegeven in wat voor vorm dan ook, of op wat voor manier dan ook zonder toestemming van de Yamaha Corporation.