Operation Manual

38
VOICES BESPELEN — DE VOICE MODE
Voice Set en Touch Sensitivity zijn twee belangrijke voice-gerelateerde
parameters en kunnen worden gevonden in het Utility gedeelte van de
functieparameters.
Als Voice Set (hierna gedetailleerder beschreven) aangezet wordt, kunt u
automatisch een aantal voice gerelateerde instellingen oproepen, die het
best passen bij de geselecteerde voice.
Touch Sensitivity (ook hierna beschreven) zorgt voor een dynamische,
expressieve controle over de voice, doordat u in kunt stellen hoe het vo-
lume van de PortaTone op uw aanslag reageert.
Als de Touch Sensitivity parameter eenmaal is ingesteld zoals beschreven,
kunt u dit aan en uit zetten met de TOUCH-knop.
AANVULLENDE VOICE FUNCTIES — VOICE SET EN AANSLAG-
GEVOELIGHEID (TOUCH SENSITIVITY)
1 Roep de Functie mode op.
Druk op de FUNCTION knop.
2 Kies het gewenste Functieparameternummer.
Kies, terwijl de “FUNCTION” indicator knippert, met het numerieke toet-
senbord de Voice Set parameter (#72) of Touch Sensitivity (#73). (Zie
blz.39 voor details over deze parameters.)
•Aangezien de FUNCTION
indicator maar een paar
seconden knippert, is het
zaak dat u snel de parame-
ter selecteert na stap 1.
Functieparameternummers kunnen op dezelfde manier worden gekozen als
bij de voices (zie blz.28) — met het numerieke toetsenbord, de +/- knop-
pen of de FUNCTION knop.
F72
VoiceSet
STYLE
FUNCTION
3 Verander de parameterinstelling of waarde.
Gebruik, als de “FUNCTION” indicator niet meer knippert, het numerieke
toetsenbord om de waarde of instelling te veranderen.
Geeft aan dat Touch
Sensitivity aan staat.
Geeft aan dat Touch
Sensitivity uit staat.
F73
TouchSns
STYLE
FUNCTION
on
VoiceSet
STYLE
FUNCTION
3
TouchSns
STYLE
FUNCTION
TOUCH
BELANGRIJK