Operation Manual

Stijlfuncties (functies voor automatische begeleiding)
PSR-E313/YPT-310 Gebruikershandleiding 51
Patroonvariaties (secties)
Het instrument beschikt over een grote verscheidenheid aan stijlsecties die het u
mogelijk maken de arrangementen van de begeleiding te variëren om deze passend
te maken voor de song die u speelt.
1 Druk op de knop [STYLE] en selecteer een stijl.
2 Schakel de automatische begeleiding in.
Druk op de knop [ACMP ON/OFF].
3 Zet SYNC START aan.
Druk op de knop [SYNC START].
INTRO-sectie
Dit wordt gebruikt voor het begin van de song
Als het INTRO klaar is met spelen, gaat de begeleiding door met de MAIN-sectie.
De lengte van de intro (in maten) is verschillend en afhankelijk van de geselecteerde stijl.
MAIN-sectie
De Main-sectie wordt gebruikt voor het spelen van het hoofdgedeelte van de song. Er wordt een
begeleidingspatroon gespeeld dat wordt herhaald tot er een andere sectieknop wordt ingedrukt. Er zijn
twee variaties op het basispatroon (A en B) en het afspeelgeluid van de stijl verandert harmonisch,
gebaseerd op de akkoorden die u met uw linkerhand speelt.
Fill-in-sectie
Deze sectie wordt automatisch toegevoegd voordat secties A en B worden gewijzigd.
ENDING-sectie
De Ending-sectie wordt gebruikt voor het einde van de song. Als de eindsectie is afgespeeld, stopt de
automatische begeleiding automatisch. De lengte van de eindsectie (in maten) is verschillend en
afhankelijk van de geselecteerde stijl.
Intro Main A/B
Auto llEnding
Verschijnt als automatische
begeleiding is aangezet.